Eerdere blog
[VN] [Blog] Anders dan anders: Boogschieten te paard
Ik moet iets bekennen. In mijn vorige blog staat een leugen. Daarin staat namelijk dat deze blog over de verschillende stijlen in boogschieten te paard zou gaan. Nadat ik de nodige noeste arbeid in mijn schrijfsel had gestoken, legde ik het met bibberende handen voor aan mijn belangrijkste keurmeester; mijn vriendin. Helaas, haar reactie kwam kort samengevat neer op: “Meh.” Dus gaan we het over iets totaal anders hebben: hoe maak je een paard geschikt voor boogschieten te paard?
De meeste mensen die hieraan beginnen hebben al een paard. Het mooie van deze sport is dat vrijwel ieder paard met wat training hiervoor geschikt te maken is. Bijzonder veel hoeft een paard dan ook niet te kunnen. Door een baan van 90 meter galopperen, terug stappen, en dat dan een keer of negen herhalen is genoeg om aan een training mee te doen.
Eigenlijk zou een mens met een beetje conditie dit ook moeten kunnen doen met iemand op zijn rug. Maar omdat wij nou eenmaal paarden als hobby hebben en ons niet zo bezig houden met SM-achtige spelletjes, doen we het dus te paard.

Bij gebrek aan paarden kan een mens ook altijd volstaan
Het moeilijke is eigenlijk vooral de africhting. Sommige dingen moet je net iets anders aanpakken dan je gewend bent. Maar als je alles wat aan de africhting nodig is apart neemt, moet een paard eigenlijk slecht afgericht zijn om dit niet te kunnen. Opgedeeld in stukjes:
1: Het paard moet in een rustige galop door de baan gaan zonder dat de ruiter de teugels vast heeft.
Goed, dat was voor mij nogal een puntje waar ik lang aan moest werken aangezien mijn paard Volare de baan meer als een renbaan leek te zien. Ik vond het ook wel stoer dat hij als een razende door de track denderde. Het geeft een soort glamourgevoel als toeschouwers meteen hun camera in stelling brengen als ‘die ruiter met dat gekke paard’ klaar gaat staan voor een volgende run.

Een prachtige impressie die iemand maakte na het zien van Volare in actie
Na een paar jaar moest ik toch schoorvoetend toegeven dat het heel misschien wel handig zou zijn als Volare met iets minder dan lichtsnelheid door de baan zou gaan. Maar hoe? Jezelf lang en zwaar maken, uitademen? Ja dat helpt, maar het probleem is dat je lichaam bij het snel schieten en snel laden veel energie uitstraalt die je paard meteen overneemt.
Stemhulpen? Luistert hij prima naar als hij weet dat er anders een zwaardere hulp volgt. Maar helaas heeft hij het donders goed door wanneer ik de teugels niet vast heb. In dit geval bleek de oplossing: consequent het schieten kunnen loslaten. Zodra Volare versnelt, stoppen met schieten en meteen de teugels aannemen zodat hij weet dat een stukje joyriden met de ruiter er vandaag niet in zit, ook niet als de ruiter een boog vast heeft. Zodra hij op het gewenste tempo zit meteen de teugels loslaten en verder schieten. En als hij dan weer versnelt meteen weer ingrijpen.
Ook het begin van de baan is voor veel paarden belangrijk. Veel mensen zijn geneigd als ze aan komen stappen meteen in galop de baan in te gaan. Na twee keer weet het paard al wat de bedoeling is en gaat hij een paar meter eerder alvast in galop… Daarna nog een paar meter eerder… en als de ruiter toch niet ingrijpt kan het tempo ook wel wat omhoog toch?
Daarom zetten we het paard altijd aan het begin van de baan stil. Goed om te weten: voor een paard zijn er verschillende vormen van stilstaan. De ‘rustig stationair draaiende motor die wacht tot de auto in de versnelling wordt gezet’-stil en de ‘aangetrokken handrem terwijl de wielen zich al op volle toeren ingraven in het zand en we knallen weg zodra de handrem wordt losgelaten’-stil. Die laatste moet je dus niet hebben. Het paard moet dus eerst uitademen, geen teugelcontact nodig hebben om stil te staan en dán mag hij aangalopperen.
2: Het paard moet het niet alleen niet eng, maar ook leuk vinden.
Om iets leuk te vinden, is het belangrijk dat je paard het ook leuk vindt. Als je zou merken dat je paard er niks aan vindt om bijvoorbeeld een buitenrit te maken gaat voor jezelf ook de lol er snel vanaf. Vaak denken mensen: dat vindt mijn paard vast hartstikke eng! Die gaat er nooit aan wennen! Maar is een auto die voorbij rijdt tijdens een buitenrit eigenlijk niet veel enger?
De toveroplossing die wij gebruiken om een paard te laten wennen aan de boog, de pijlen en het geluid dat ze maken: wortelstukjes. “Hoi paard, kijk eens wat ik hier heb? Een wortelstukje! Lekker he! Oh ik heb trouwens ook een boog bij me, en een wortelstukje! Lekker toch? Oh even je schoft kroelen, kan er alleen niet zo goed bij, maar met de boog kan ik er beter bij! Wist je trouwens dat ik wortelstukje heb? Lekker he? Wil je eens een gek geluid horen? Hoor de veren van deze pijlen eens door elkaar ritselen? Wat een sensatie voor het oor! We hebben ook een sensatie voor de tong, namelijk een wortelstukje! Proberen? Wist je dat de boog een pijl weg kan schieten? Maakt best een spannend geluid als de pijl inslaat, maar het magische is, iedere keer als dat gebeurt krijg je een wortelstukje! Geloof je het niet? Dan ga ik het je nu laten zien!”
De meeste paarden zijn dan al snel dolblij als je met je boog aan komt lopen.
3: De hulpen
Vaak moet je nieuwe hulpen aanleren en je paard duidelijk maken dat sommige hulpen even niet van toepassing zijn als je een boog vast hebt. Tijdens de hele run staan we namelijk in verlichte zit. Op de zit aangalopperen gaat nog wel, dan ga je daarna snel staan.
Maar tempo beheersing en je paard in een rechte lijn houden, dat wordt iets lastiger om vanuit je zit te doen, je zit namelijk niet. Gelukkig kun je na wat oefening ook in verlichte zit je benen aanknijpen om je paard sneller te laten gaan.
Een ’probleem’ bij erg goed afgerichte paarden is vaak dat ze daarheen gaan waar je heen kijkt. Niet echt handig want wij kijken dus naar een doel terwijl we willen dat het paard er langs galoppeert. Uiteindelijk kijk je dus achteruit, en om goed achteruit te kunnen schieten helpt het om je rechtertenen richting de buik van je paard te draaien en je linkertenen dezelfde kant op.
Volare vond mij aanvankelijk bijzonder irritant. Hij kan behoorlijk expressief kreunen en met zijn hoofd zwaaien en dan was het alsof hij zei: “Wat is dat nou weer voor waardeloze rothulp? Je kijkt naar links, je rechterbeen drukt in mijn zij, je linkerbeen hangt daar maar een beetje… okee ik probeer mee te denken, misschien heb je beschimmelde champignons gegeten, ben je de weg een beetje kwijt en snap je onze afspraken over naar links gaan nog maar half en bedoel je dus eigenlijk dat we naar links moeten? Dus ik ga naar links… Wat? Niet doen? Maar… gewoon doorgaan?! Waarom gaf je dan die hulp?! Het was geen hulp? Yeah right!
Oh, nu kijk je naar achteren en prikt je teen in mijn zij! Dat is echt zoooooo overduidelijk een signaal dat je iets van me wil. Ik denk, nee ik weet zeker, dat je sneller wil! Of alsnog naar links, nee, sneller én naar links! Kan niet anders... Wáárom zit je nou weer aan de teugels te trekken! Make up your mind! Mafkees! Was dit ook al geen hulp? Hoezo niet?!”
Inmiddels lijkt hij te denken: “Oh, daar komt Arno met zijn boog. Zal wel weer paddestoelen hebben gegeten… Maar goed, rustig galopperen, al zijn idioterie negeren, dan blijft het leuk."
Het belangrijkste is dat het allemaal niet te snel gaat en de lol erin blijft. Ik heb heel wat gelachen om de stunts van Volare en overal goed de tijd voor genomen. Als een paard stil blijft staan terwijl je naast hem een pijl afschiet, betekent dat nog niet dat hij er OK mee is. Is hij een gespannen veer met het hoofd hoog en de oren strak naar voren of staat hij met zijn hoofd laag en oren half hangend? In het eerste geval kan het nog heel gevaarlijk worden als je dan meteen vanaf het paard gaat schieten.
Voor ons bedrijfje hebben we nu een superlieve Tinkerruin gekocht met de mooie naam Barrie. Hij is door de vorige eigenaar en haar instructrice al perfect afgericht als het om rijden gaat, maar het boogschieten vindt hij nog behoorlijk eng. We doen dus regelmatig spelletjes met hem en laten hem ook al rustig wennen aan het rijden zonder dat de teugels worden vastgehouden (ook leuk om te doen). Onze zoektocht naar het perfecte paard voor de lessen is ook een heel avontuur geweest en eigenlijk blog-waardig, maar het heeft weinig met boogschieten te paard te maken. De volgende keer gaan we het dus hebben over het jaarlijkse trainingskamp in Hongarije (denk ik, als de keurmeester het niet afkeurt tenminste).

Onze prachtige nieuwe aanwinst!
Braaf paard!