Vrijdag vertel ik tegen mijn fysio dat Sam me de feedback gaf dat mijn lijf echt niet oké is. Er zit gewoon te veel spanning. In mijn schouders, rug... overal.. Ik zit hem in de weg.
Mijn fysio en ik kennen elkaar. Hij heeft me op mijn slechtst gezien. Toen ik nog amper functioneerde en overwoog om te stoppen met rijden. Hij heeft me woest gezien, radeloos, doodsbang, diep verdrietig, onzeker... Maar ook al trots, gelukkig zelfs. We hebben discussies gehad maar nog veel vaker samen gelachen.
Ofwel: hoewel hij het zelf niet echt beseft is hij één van de weinige personen die me op mijn meest kwetsbaar gezien heeft.
En hij is mijn ‘basis’. Zie je, wanneer je lijf en hoofd je in de steek laten. Dan is vertrouwen op dat lijf erg moeilijk. Dus je moet ergens anders stabiliteit vinden om op terug te vallen. Iemand die dicht genoeg bij je staat dat je hem of haar regelmatig ziet maar niet zo dicht dat je niet ‘naar huis kan’. Het is nl. Onvermijdelijk dat onmacht zal zorgen voor spanningen en op zulke momenten wil je afstand kunnen nemen. Dat is moeilijk met bv je partner, ouders of broers/zussen.
Mijn basis is mijn fysio geworden. Hij drijft me soms tot waanzin. Maar ik weet dat, als het er op aan komt, hij er voor me zal zijn. En niet alleen voor mijn fysieke problemen. Ik vertrouw hem meer dan mezelf. Hij is altijd bereid om te luisteren en hoe vaag mijn uitspraken ook zijn, zoals bovenstaande, hij lijkt me altijd te kunnen volgen. Dat is, met mijn chaotische gedachtepatroon, sowieso uitzonderlijk. Ik denk dat mijn fysio één van de weinige mensen is die echt weet hoeveel ik twijfel aan mezelf, aan mijn kunnen.
Ook nu weet ik wat hij ziet in mijn houding, Verslagenheid, angst. In tegenstelling tot de meeste mensen rondom me kan mijn fysio mijn lichaamstaal lezen. Dat heeft hij over de jaren heen geleerd, ik communiceer niet zo goed. Sinds mijn infarct nog minder goed. Ik heb het zelf lang niet door gehad en nog steeds niet altijd door omdat ik voor mijn gevoel vaak “veel te veel moet praten”. Maar ik doe blijkbaar vrijwel alle communicatie met 1 woord, blikken, of lichaamstaal. De eerste zes weken na mijn coma kon ik niet praten dus ik vermoed dat het daar een beetje begonnen is met veel communiceren met mijn lichaamstaal. Het probleem met mijn lichaamstaal is dat die heel subtiel is. Deels door wie ik ben als persoon maar vooral door Sam, door Sam zijn gevoelige aard is het heel belangrijk om niet te “schreeuwen” met je lijf. Dan raakt hij in paniek. Omdat ik meer met Sam werk dan met mensen, heb ik mij dus aangepast aan Sam… Sam vindt dat heerlijk, in mijn buurt kan hij ontspannen want ik pas zonder dat ik het besef mijn bewegingen aan. Nooit te snel, nooit te groot en als ik hem moet aanraken of iets moet doen aan zijn tuig. Dan altijd heel voorzichtig.

Ik weet dat ik hierin anders ben dan veel mensen omdat ik zie hoe Sam in de stress schiet als mijn man of mijn moeder (die hij echt wel kent inmiddels) iets aan zijn hoofdstel doet of zelfs gewoon naar hem toe lopen. Zodra ze iets van hem vragen reageert Sam altijd GROOT. Want de vraag die ze stellen is voor hem ook groot. Simpele dingen kan ik anderen laten doen met Sam omdat ze dan bewust op zichzelf kunnen letten maar zodra het concentratie of veel communicatie vergt zoals bv longeren dan gaat het mis. Dat ik dat op mensen ook toe pas merkte ik voor het eerst toen mijn fysio een opmerking maakte er over. Voor sommige manipulaties moet ik mijn handen op zijn handen leggen. En na een paar keer zei hij ineens “ben jij eigenlijk bang om me pijn te doen ofzo?” toen ik reageerde met “hoezo?” vertelde hij me dat het hem elke keer op valt hoe voorzichtig ik mijn handen op de zijne leg en hoe licht ik mijn aanraking houdt. Ik schoot in de lach toen het bij mezelf klikte. Hij geloofde me niet meteen toen ik zei dat ik dat geleerd heb van Sam en het blijkbaar ook toe pas op mensen. Inmiddels heeft hij geleerd dat mijn communicatie in het algemeen vaak heel subtiel is. En ik ben tot de conclusie gekomen dat ik gewoon de menselijke versie van Sam ben… Waar ik voor mijn gevoel al heel veel gecommuniceerd heb, lijkt het voor anderen alsof ik vanuit het niets reageer. De maatschappij schreeuwt constant voor mij omdat mijn hersenen geen enkele prikkel dempen. En ik probeer steeds stiller te gaan praten zodat ook de wereld rondom me tot rust komt. Want dat is wat men veelal doet, als iemand heel stil praat zal vrijwel iedereen zelf stiller worden om die persoon te kunnen verstaan. Maar dat werkt natuurlijk niet voor de gehele wereld rondom je. Mijn “logica” weet dat. Mijn onderbewustzijn is nog niet zo ver.
Een deel van de reden daarvan is omdat de mensen rondom me zich wel aanpassen. Zij willen me verstaan en passen dus hun eigen volume aan en proberen te luisteren. Als mensen zelf “stiller” worden. Worden ze ook rustiger. Een indirect gevolg van moeite doen om mij te horen is dus dat mensen vaak rust vinden in mijn buurt. Ondanks dat ik zelf heel rusteloos ben, hoor ik bizar vaak dat ik “rust uit straal”. Ik straal geen rust uit. Ik motiveer mensen om zelf rustiger te worden zodat ze me kunnen horen. Het directe gevolg daarvan is dat ze in mijn buurt rust vinden die ze niet vinden in de schreeuwende maatschappij. Ik denk dat paarden hetzelfde ervaren bij mij. Ik doe nl. helemaal niets bijzonder. Ik ben absoluut geen uitzonderlijke ruiter, integendeel zelfs. En toch kan ik vaak met paarden om die anderen op gegeven hebben.
De mensen die veel met me om gaan wennen er overigens snel aan want ik merk zelf pas hindernissen als ik iemand nieuw leer kennen.



Hij weet ook hoe belangrijk Sam voor me is. Mijn paarden in het algemeen. Maar hij weet dat Sam in al zijn uniekheid, een speciaal plekje heeft. Wat ik niet zou doen om mezelf te helpen zou ik zonder twijfelen doen om Sam het makkelijker te maken. En op één of andere manier wist hij ook wat ik bedoelde ondanks dat ik zelf niet goed wist waar het nu precies mis ging.
Dus een en ander werd los gemaakt en ik kreeg tape. Voor mijn schouders. Die doen een wedstrijdje met mijn heupen om te zien wie het irritantste kan zijn. En zoals alle competities komen er na verloop van tijd meer deelnemers dus mijn knieën, enkels, polsen en handen doen zo nu en dan ook mee. Maar vrijdag waren mijn schouders de winnaars.

Hij taped niet zo snel. Voor wedstrijden waarvan hij weet dat mijn lijf wat ondersteuning nodig heeft, heeft hij tot nu toe altijd getaped. En soms maken ze het gewoon zo bont dat het ook op momenten zonder wedstrijden moet. Maar normaal gesproken komt het niet veel voor.
De dag erna kon ik weer ademen tijdens het rijden. Sam bewoog weer als vanouds en was duidelijk blijer met me. De dag dat ik dit typ is dag 3 (zondag 12/10) en ik heb vandaag voor het eerst sinds weken nog eens echt getraind, met doorzitten en alles! Ik wist dat ik daarvoor de tol ging betalen die ik momenteel aan het betalen ben (gezwollen enkels en knieën die pijn doen en heupen die protesteren en daardoor mijn rug geleidelijk aan vast aan het zetten zijn omdat ik ga compenseren.)
Dankzij de tape doen mijn schouders het echter helemaal prima!
En ondanks de pijn lig ik gewoon te genieten, terug te denken aan dat gevoel dat Sam me vandaag gaf. Die soepele draf, die krachtige galop. Vliegende wissels mooi op de hulp in 1 tijd. Nog niet perfect ontspannen maar wel véél meer ontspannen dan een paar weken geleden. Meer naar mijn hand toe, meer door zijn hele lijf heen bewegend... Korte momenten dat "alles op zijn plek viel". Steeds maar een paar pasjes maar twee passen worden er drie, drie worden er vier en voor je het weet ben je de paddock rond. Dus die paar pasjes zijn voor nu genoeg! En, typerend voor Sam: met alles wat hij heeft... Wat een prachtig, bijzonder dier heb ik toch aan hem.
Door mijn lijf hebben we de afgelopen weken veel basiswerk gedaan. Ik werk sowieso veel aan de basis met hem, veel lang en laag trainen ook in de zijgangen. Omdat dat enorm veel doet voor zijn lijf. Hij heeft, net als ik, veel spierspanning door ‘wie ’ hij is en in het lange en lage werk gaat hij ontspannen, stretchen en blijft hij ademen ook bij ‘enge’ oefening zoals verzamel of vliegende wissels. :+ Ik vind werken aan de basis heerlijk, hele kleine beetjes ‘meer’ vragen en weer terug naar ‘makkelijk’. Íets ruimer in die arbeidsdraf zonder op te spannen. Echt vóelen dat die passen elke pas een centimeter groter worden en belonen. ‘Dit wil ik. Goedzo.’ In de verzameling heel even, één pasje meer laten dragen. ‘Kijk, dit kan je, ik weet dat het zwaar is dus maar één of twee pasjes. Maar je kán dit.’ Belonen en weer naar ‘makkelijk’.
En na een paar weken merk je ineens hoe enorm dat ogenschijnlijke simpele werk je moeilijkere werk beter maakt. Makkelijker. Zoals jullie lezen kan ik enorm genieten van basiswerk, maar wanneer het mijn lijf is dat me er toe dwingt ipv een keuze die ik zelf maak. Dan geraak ik wel eens gefrustreerd. Hoe onlogisch dat ook is.

Zonder dat ik hem dat hoef te zeggen en misschien zelfs zonder dat hij zich er zelf echt bewust van is. Geeft mijn fysio me, als ik echt de moed wat aan het verliezen ben, een korte pauze. Met tape bv die een deel van mijn lijf ondersteund. Waardoor ik nog eens echt heb kunnen trainen. Kunnen voelen dat hetgeen dat ik aan het proberen ben, ook werkt.
En Sam, mijn geweldige mooie Sam, die geeft alles wat hij heeft zoals elke training. Alsof het hem geen enkele moeite kost. Zonder dat het hem ook maar iets op levert, helpt hij samen met mijn fysio om me te bevestigen. ‘Je kan het heus nog wel, ja je lijf doet wat lastig maar samen kunnen we dit.’
Dankzij mijn fysio kon Sam me laten voelen dat het werk dat ik met hem aan het doen was, inderdaad de juiste keuze is en dat ik zelfs met mijn stomme lijf, nog steeds oefeningen kan verbeteren...
En die bevestiging weegt op tegen de huidige pijn. Even een paar dagen rustig aan nu, Sam krijgt een paar dagen vakantie. Zoals elke avond gaan mijn enkelbeschermers aan voor de nacht. Maar deze nacht waardeer ik ze extra omdat ze de zwelling helpen af nemen. Ik heb ze enkel ‘s nachts aan zodat mijn spieren rond mijn enkels overdag wel blijven werken. Ik heb ze nl, hard nodig dus die mogen niet ‘lui’ worden. En over een paar dagen weer verder met het basis werk dat mijn lijf momenteel aan kan. Maar nu zonder frustratie en zonder angst dat ik aan mijn maximum zit.