Het is een uitdaging om met een tuigpaard te gaan rijden! Je kan er goede resultaten mee bereiken. Het zal de nodige tijd kosten om een tuigpaard als goed gaand rijpaard te ontwikkelen. Dat geldt niet alleen voor de uitgestrekte draf, maar voor alle gangen en bewegingsafwikkelingen. Het mooie van de bewegingen is dat er vanuit het paard zelf vrij veel natuurlijke uitdrukking in de bewegingsafwikkeling en de houding van het paard is. De kunst is nu om het paard zodanig ontspannen, los en soepel te krijgen dat het paard in balans gaat en dus recht gaat. Een tuigpaard draaft graag en in galop willen ze wel eens graag nog sneller (te snel) gaan. Galop windt de paarden vaak op. Tuigpaarden kunnen ook moeilijke momenten hebben, bij het ombouwen van een tuigpaard naar een rijpaard. Je moet er echt de tijd voor nemen. Tuigpaarden die samen in het span hebben gelopen en naast elkaar zijn vaak tegengesteld ontwikkeld, als ze samen gewerkt hebben, kan afzonderlijk rijden in een bak, moeilijker zijn. Ook de aanwezigheid van andere paarden kan wat meer impact hebben. Als er moeilijkheden komen, omdat oefeningen te zwaar of te snel gaan, kan het paard in verzet komen. Tuigpaarden breken graag uit en versnellen anders dan een rijpaard, ze zitten dan anders en de inwerking van zit wordt dan plotseling ook anders. Dat moet je aanvoelen. Tuigpaarden hebben ook een voorkeurrichting voor uitbreken, als ze in paren naast elkaar gewerkt hebben. Moraal van het verhaal, doe kalm aan. De rustige manier is vaak de snelste manier met het meeste succes. Er zijn tal van voorbeelden van tuigpaarden, die het als rijpaard goed doen. Helaas zijn er ook tuigpaarden, die het als rijpaard niet redden. Dat komt vaak voor, door het gebrek aan ervaring en inzicht van hoe een tuigpaard en een rijpaard verschillen en reageren. De belasting als tuigpaard is heel anders dan als rijpaard. Voor het tuigpaard is dat een enorme aanpassing. E.e.a. ligt ook aan de leeftijd en ervaring als tuigpaard.... Suc6.