Om te beginnen moet jij als ruiter je afstanden in leren schatten zodat je je paard goed kan plaatsen. Wil of kun je dat niet leren, dan kun je je paard het beste heel vaak hindernissen los of aan de longeerlijn laten springen om hem zijn afstand goed in te laten schatten zonder een storende ruiter op zijn rug en zodra jij op z'n rug zit je ook totaal niet met het ritme van de galop bemoeien en hem dus zelf die afstand in laten schatten, het enige wat je dan nog moet doen is fatsoenlijk meebewegen op de sprong.
Maar natuurlijk is het beter om jou oog voor de sprong en gevoel voor ritme van de galop te trainen. Dit kun je alleenmaar krijgen door heel erg veel sprongen te maken. Omdat elke dag springen natuurlijk niet echt goed voor je paard is, kun je een sprong vervangen door een balkje op de grond. Galopeer over balkjes tijdens het dressuurwerk, leg rechte lijntjes neer en wissel af met het aantal galopsprongen tussen de balkjes, rij ook gebroken lijntjes en wendingen over de balkjes, eigenlijk hetzelfde wat je met hindernissen ook zou doen.
het is belangrijk dat je vroeg kijkt naar de hindernis of balkje waar je heen rijd. Hoe eerder je kijkt, hoe eerder je een afstand kunt zien, bovendien train je je oog ook beter als je vroeg naar de hindernis kijkt.
Zodra je naar de sprong kijkt tel dan mee met de galopsprongen van je paard, het gaat niet om de getallen, maar om het ritme. Tel in series van 3, 4, of wat jij zelf het makkelijkste vind. Op die manier krijg je een beter gevoel van het ritme van de galopsprong en leer je de afstanden beter te zien.
Verder is het heel belangrijk je paard niet te storen als jij de afstanden niet ziet, dan kan je paard bij een minder mooie afstand zich altijd redden, dan wanneer jij hem voor de sprong uit het ritme haalt.
Jou houding op de sprong kun je verbeteren door je verlichte zit in draf en galop te oefenen, zorg dat je rondes lang verlicht kunt zitten, zonder te steunen met je handen, of met je zitvlak terug in het zadel te komen.
Tot slot, zorg dat iemand je met al deze dingen kan helpen...