http://www.bokt.nl/forums/viewtopic.php ... tart=25&31
Ihkv nachtgedachten: verzameling, een redenatie
Visje> ik heb het boek van Hempfling nooit gelezen, dus eigenlijk mag ik niks zeggen

Rieja> met een vicueuze cirkel bedoel je meestal een negatieve spiraal naar beneden, toch? Volgens mij is het dat niet maar houdt het wel weer allemaal verband met elkaar.
1) Wat wil je bereiken => verzameling. Je wilt dat het paard gaat dalen in de achterhand, meer gewicht gaat dragen op de achterhand en het achterbeen verder onder de massa zet. Dat heeft tot gevolg dat de voorhand omhoog komt, waardoor het paard meer schoudervrijheid heeft om een ruimere, verende pas te kunnen maken, waarbij hij zijn hals opricht en de gewenste welving gaat vertonen.
Om dat voor elkaar te kunnen krijgen is een bepaalde mate van soepelheid nodig door het gehele lichaam. De gewrichten in de achterhand vertonen een sterkere buiging, het paard moet soepel en los door zijn hele lijf heen kunnen bewegen, zonder ergens te blokkeren tussen achterbeen en nek. M.a.w. de soepelheid komt VOOR de verzameling, niet DOOR de verzameling.
2) wat gebeurt er precies =>
Er wordt impuls opgewekt in de achterhand. Het paard tilt het been hoger op en zet het verder naar voor. Deze impuls vloeit ahw door het hele lijf heen, de energie moet ergens naartoe ( zoveelste wetje v Newton

Daarom kan “verzameling aan een losse teugel” dus niet imo, want je zult die impuls ergens mee moeten begrenzen. Je kunt uit het bovenstaande dus ook weer afleiden waarom het geen zin heeft maar domweg te gaan sjorren om die kop op de plek te krijgen. De begrenzing moet evenredig zijn met de impuls. Om een paard een beetje te laten afbuigen is ook maar een beetje impuls nodig. Om een paard heel ver te laten afbuigen (zoals ik bv heb geleerd mijn paard rond en diep te rijden) heb je dus een heleboel impuls én een grotere mate van soepelheid in de bovenlijn nodig. Op het moment dat je van “verbinding” kunt spreken vloeit die energie (vrijwel) zonder blokkades door het lijf. Voor de ruiter geeft dat het effect dat je alles wat je aan impuls voelt terugvoelt in je hand. => nog even over “aan de teugel”: dàt is dus “aan de teugel rijden”. Bij een paard dat soepel is en gemakkelijk afbuigt gaat dit vrijwel direct en voel je dus als ruiter weinig druk in je hand. Bij een stijver paard zul je meer kracht voelen totdat het paard meer afbuigt. Moeilijk in de mond is dus in 8 vd 10 gevallen moeilijk in de hals/bovenlijn.
Je training zou wat verzameling betreft dus uit 2 componenten moeten bestaan:
1) training gericht op het vergroten van de soepelheid
2) training gericht op het verzamelen zelf: sterkere buiging in de gewrichten & “verplaatsen” vh gewicht.
En dus ook in die volgorde. Daarbij kun je je voorstellen dat die scheiding niet zwart-wit is, je hebt 2 uitersten, en daartussenin zit een grijs gebied van training die zowel de soepelheid als de verzameling bevordert.
_________________
Just smile and keep riding!
<font size=-1>[ Dit Bericht is bewerkt door: Zep op 2001-08-08 22:32 ]</font>