Een week later hebben we door een vreselijk ongeluk zijn zusje moeten laten inslapen. Ze had zich door een kier in het raam gewurmd en is drie verdiepingen naar beneden gevallen, waarbij ze helaas niet op haar pootjes terecht kwam.
Zo bleven Jos en Tigger over.
Tigger -als echte buitenkat- ontpopte zich echter al heel gauw tot een ware tiran. De hele dag zat hij Jos achterna, liet hem niet met rust, joeg hem weg van de lekkere slaapplekjes...
Na het drie maanden aangekeken te hebben besloten wij Tigger naar mijn nicht te brengen die buiten op een boerderij woonde. Het leek de perfecte oplossing, want die maffe rode kater heb ik nog nooit zó gelukkig gezien!

Maar onze Jos bleef alleen over, nadat hij zijn hele leven gezelschap om zich heen had gehad. Hij uitte zijn eenzaamheid door ontzettend veel te gaan miauwen, alsof hij verwachtte antwoord te krijgen, maar dat kwam er natuurlijk niet.
Het was ontzettend zielig, en het besef kwam bij ons dat hij misschien mét tiran gelukkiger was geweest omdat hij tenminste nog 'aanspraak had'.
Tigger terug op een flat was echter gewoon geen optie, die had het véél te lekker op de boerderij, en dus hebben we op marktplaats een advertentie gezet dat we op zoek waren voor een lief nieuw maatje voor onze Jos.
Al gauw kregen we reactie van iemand die een leuke lapjeskat had. Daar aangekomen bleek dat ze óók nog een langharige cyperse dame hadden, en dat we konden kiezen. Oei, dat was wel héél moeilijk. Ze waren allebei leuk en IK viel voor het lapje, terwijl mijn man (toen nog vriend) compleet verliefd werd op het cypertje. Drie katten was eigenlijk niet de bedoeling, twee vonden we wel mooi... Maar uiteindelijk dan toch met twee dames terug naar huis vertrokken.
Jos vond zijn nieuwe harem erg interessant. Vooral het lapje, Mitzi, vond hij ontzettend lief. Mysla, de cyper, werd compleet genegeerd door zowel Jos als Mitzi. Een tijdje ging het goed, maar Mysla bleek al gauw een prinsesje. Zodra er ook maar één kat naar de kattenbak was geweest vond zij hem 'vies' en wilde er niet meer op.
Regelmatig plassen op het bed, de bank en de stoelen vond ze echter geen enkel probleem. Ik zat met mijn handen in het haar. Inmiddels waren wij zwanger van ons eerste kindje, maar ook de box was niet veilig voor Mysla haar plas-acties.
Een vriendin van me deed een opleiding alternatieve diergeneeskunde, en wilde haar graag in huis nemen als enige poes, zodat ze de aandacht kon krijgen die ze verdiende. Met pijn in ons hart hebben we Mysla naar haar laten verhuizen. Ook daar bleef het plasprobleem in eerste instantie, maar na enkele maanden zéér intensieve kattenbaktraining en bachbloesems ging het goed.
Weer een goede match dus.
Jos en Mitzi waren ontzettend gelukkig samen, en alles leek helemaal goed.
Totdat onze dreumes begon te kruipen en zich ook nog eens een tweede baby aandiende. Jos vond het allemaal best, maar Mitzi vond al die drukte eigenlijk maar niks.
Ondertussen had ik vanuit Roemenië, voor mijn stichting nog een kat meegenomen ter herplaatsing: Sfinx de siameeskruising. Weer drie in huis dus, een getal dat blijkbaar niet werkte voor ons.
Mitzi werd hoe langer hoe kwader op de situatie, haalde uit naar de kinderen als ze te dichtbij kwamen, en ook zij begon te plassen uit onvrede.
Ik voelde me ontzettend schuldig toen ik voor haar op zoek ging naar een nieuw huisje, maar toen er hier een autistisch jongetje binnenwandelde, en hij en Mitzi meteen een klik hadden, begon ik me af te vragen of het soms m'n doel was in het leven; een tijdelijk huis bieden tot ze een beter leventje vinden.
Sfinx en Jos bleven samen over. Ik had verwacht dat Jos Mitzi meer zou missen, maar het viel 100% mee. Niet dat hij nu ineens dikke vriendjes was met Sfinx, maar ze leefden prima naast elkaar.
Afgelopen mei vingen we weer twee katten op, een broer en zus. Het zou voor tijdelijk zijn, puur ter voorkoming van een asiel en ik zou een nieuw huisje voor ze vinden.
Vier katten in huis, helemáál veel. Maar de bokker die de twee katten kwam brengen werd smóórverliefd op onze Sfinx, en aangezien zij eigenlijk in huis was gekomen ter herplaatsing was er weer een mooie match.
Van vier terug naar drie, met in ons achterhoofd dat die twee eventueel wel mochten blijven. Toch zocht ik rustig verder naar een goed huisje.
Mijn man kreeg het ondertussen steeds benauwder en benauwder, had niesaanvallen, sliep nauwelijks meer 's nachts. Hij werd doorverwezen naar de allergoloog en bleek behoorlijk allergisch voor huisstofmijt, ratten en katten.
Drie katten in huis was dan toch echt teveel. Daar kwam bij dat de opvangkater totaal niet gediend was van onze kinderen, en dat Jos en de logeetjes steeds maar ruzie hadden.
Uiteindelijk heb ik in overleg met de eigenaresse van de logees besloten om ze toch via het asiel te laten herplaatsen hier in de buurt.
Jos is nu alweer een paar maanden alleen. Ik had gehoopt en misschien wel naïef gedacht dat de rust hem goed zou doen. Hij heeft de laatste jaren steeds maatjes zien komen en zien vertrekken, en hij was altijd de stabiele factor.
Maar het doet hem absoluut geen goed. Hij is weer eenzaam. Hij miauwt de hele dag door, krabt aan deuren, dringt zich ontzettend op bij bezoek, probeert steeds eten te stelen, loopt voor m'n voeten, en valt langzaam steeds een beetje af.
En nu? Een tweede kat is vanwege de allergie van mijn man eigenlijk geen optie. Er zijn wel raskatten die hypoallergeen schijnen te zijn, maar daar hebben we geen geld voor

Jos wegdoen lijkt de enige optie, maar dat willen we niet.

Maar hij is wel eenzaam, en eerlijkgezegd irriteer ik me gigantisch aan dat constante miauwen van hem, ook al weet ik dat hij daar alle reden toe heeft.
Maar het is Jos...........