Karl66 schreef:Ik snap wel dat TS niet belt maar mailt. In dit soort situaties is het wel verstandig om zaken op papier te hebben staan. Je kan telefonisch nog zoveel afspreken, maar bewijs achteraf maar dat het ook echt zo afgesproken is. Het is dan wel weer zwaar onprofessioneel van het asiel dat ze die mail nog steeds niet beantwoord hebben. Dat een organisatie door vrijwilligers gerund wordt maakt niet dat het vrijblijvend is.
@Dees-[naam], volgens jou is het wettelijk geregeld dat het asiel kosten in rekening mag brengen. Ik ben wel nieuwsgierig naar het wetsartikel waar jij je op baseert. Want ik betwijfel echt of ze juridisch gezien een poot hebben om op te staan.
Dat is inderdaad zo, ik weet dat dit mag, welk wetsartikel je dan precies moet hebben weet ik niet.
Misschien geeft dit iets meer duidelijkheid. Dit gaat over de bewaarplicht van de gemeente, welke ze dus hebben uitbesteed aan het asiel. Als er geen eigenaar komt voor een huiskat dan vergoed de gemeente dus de kosten. Is er wel een eigenaar dan doet de gemeente dat uiteraard niet.
In boek 5, titel 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) heeft de wetgever een regeling inzake gevonden zaken (voorwerpen) getroffen. In deze regeling worden onder meer de verplichtingen, de rechten en de bevoegdheden van vinders geregeld. Daarnaast is in deze regeling de gemeente aangewezen als overheidsinstantie waar gevonden zaken kunnen worden ingeleverd en is de gemeente ten aanzien van gevonden zaken een aantal bevoegdheden en verplichtingen toebedeeld.
Ten aanzien van gevonden dieren heeft de wetgever in artikel 5:8 BW een afwijkende regeling opgenomen. Wat de wetgever in dit kader onder "dier" verstaat is niet geheel duidelijk. Uit de Parlementaire Geschiedenis van dit artikel blijkt echter wel dat "wilde" dieren, dieren die in beginsel aan niemand toebehoren (verwilderde zwerfdieren), niet onder het begrip worden geschaard.
Ingevolge artikel 5:8 Burgerlijk Wetboek is een gemeente verplicht om een gevonden dier gedurende een termijn van veertien dagen te "bewaren". Omdat gemeenten vaak zelf niet over de mogelijkheid beschikken om dieren te huisvesten worden er overeenkomsten gesloten met plaatselijke asielen die vervolgens de opvang van het dier verzorgen.
De gemeente betaalt hiervoor dan een vergoeding. Deze vergoeding dient ons inziens minimaal de kosten van huisvesting gedurende de termijn van veertien dagen te omvatten. Echter ook de kosten van medische verzorging van het dier die gedurende deze termijn worden gemaakt komen voor vergoeding in aanmerking, mits deze kosten niet onredelijk hoog zijn. Kosten die door dierenartsen worden gemaakt binnen de veertien-dagen-termijn komen dus in principe voor vergoeding in aanmerking.
Hierbij moet wel de opmerking worden gemaakt dat, zoals hiervoor al is aangegeven, de regeling zoals deze in het Burgerlijk Wetboek is opgenomen, alleen ziet op gedomesticeerde dieren, (ver)wilde(rde) dieren vallen hier niet onder. Er zijn ons ook geen andere wettelijke regelingen bekend op basis waarvan een gemeente gehouden zou zijn de kosten voor de behandeling van zwerfdieren voor haar rekening te nemen. Worden er door dierenartsen dan ook kosten gemaakt voor de behandeling van gevonden zwerfdieren, niet zijnde dieren in de zin van de regeling, dan zijn wij van mening dat de gemeenten niet verplicht zijn om de kosten van deze behandelingen te vergoeden.
Uiteraard staat het hen vrij om dit toch te doen.