Je grootste kost zal waarschijnlijk je ticket en de echte toeristische uitstappen zijn.
Zelf heb ik een jaar in Bolivia gewoond en ook wat rondgereisd. Bolivia raad ik je dus zeker aan
.
Erg mooi, van Andesgebergte tot jungle, met nog het grootste percentage "indiaanse" bevolking. Als je van de toeristische paden afgaat (en je Spaans kan, toch wel een belangrijke vereiste voor zo'n lange rondreist), ontdek je de prachtigste gebieden en maak je het meeste mee.
Het is ook een erg goedkoop land. Goedkope hotelletjes met gedeelde badkamer kosten een 2-3 euro per nacht, het hele land kan je door met een bus voor 15 euro, taxi's doorheen de hele stad voor 1-2 euro,...
Als je echt toeristische dingen wil zien, kost dit uiteraard wel wat. Salar de Uyuni (driedaagse tocht met de jeep) kostte geloof ik een 70 euro.
Macchu Picchu (Peru) is 40 dollar inkom + de vele vervoerskosten (reken uiteindelijk op een 200 dollar voor 4 dagen). De afdaling van "Ruta de la muerte" met de mountainbike kostte een 25 dollar. De beklimming van Huayna Potosi (6088 metere, 2 dagen) was een 80 euro.
De exacte prijzen weet ik niet, maar ze geven je een idee.
Denk er hierbij wel aan dat Bolivia het armste (en dus ook goedkoopste) land van Latijns-Amerika is.
Iedereen praatte me trouwens een onveiligheidsgevoel aan, dat met wat gezond verstand echt niet nodig was. Maar ik hoorde wel dat bv. Peru toch weer wat onveiliger is.
Als je specifieke vragen hebt, laat je maar iets weten.
Maar uiteindelijk, go with the flow, gebruik je gezond verstand en zie dat je wat Spaans kan!