Geplaatst viewtopic.php?f=7&t=535314
viewtopic.php?f=7&t=539115
viewtopic.php?f=7&t=542625
viewtopic.php?f=7&t=547254
viewtopic.php?f=7&t=550555
Aan alle overlevenden van les 6, welkom. Aan alle niet-overlevenden die vanuit hemel, hel of vagevuur toch nog meekijken, ook welkom. We zijn ondertussen aan les 7 gekomen waar we voor het eerst de echte dressuur gaan rijden. Dat kunnen we nu namelijk omdat we de vorige keer sterk hebben geoefend op de verzameling, aanleuning, impuls en ontspanning. Als u nu ook nog de raad van de bijzets hebt opgevolgd moet uw paard zeker genoeg spieren gekweekt hebben om deze oefeningen aan te kunnen. Ik wil wel nog even melden dat u zich niets moet aantrekken van de verontwaardigde toeschouwers langs de kans vorige les die vonden dat u onverantwoord met uw paard omging. U moet in acht houden: een paard is geen barbiepop, en kan heus wel tegen een stootje.
Ruiters zeggen vaak dat het voor paard en ruiter jaren duurt voordat ze alle oefeningen tot de Grand-Prix beheersen. Larie en apenkool zeg ik daarvan. Het is gewoon een kwestie van de juiste trainingsmethode. Op een les tijd gaat u even ver staan als waar andere ruiters jaaaren over doen, en dat simpelweg door de volgende stappen:
U gaat naar uw paard toe en haalt hem uit de stal. Doe de bijzets af en zadel hem op. Doe uw hulpteugels en hulpmiddelen aan en stap op nadat u naar de paddock bent gewandeld. U moet zich geen zorgen maken als het paard een beetje magerder is, dat komt omdat eten met strakgetrokken bijzets een beetje moeilijk gaat. Maar we gaan nu goed veel spieren kweken dat het minder opvalt. Als het paard echt extreem mager is, voert u het maar vlug een paar hamburgers van de Mac Donalds.
Nu u op uw paard zit, gaan we onmiddellijk beginnen met de oefeningen. Opwarmen is niet nodig, dat heeft uw paard al gedaan toen hij al dansend langs de voerbak liep op uw weg naar de paddock, u omverliep toen er een toch wel heel enge slak over de grond kroop, alleen wegaloppeerde toen hij een wei zag waar hij sinds het begin van de lessen niet meer had ingestaan en over de stroomdraad heensprong(Nota uit les 1: Op een stroomdraad staat stroom dus buk u in het vervolg ook echt dieper als u uw paard opnieuw uit de wei wilt halen!).
We gaan starten met een simpeler oefening: de schouderbinnen-en buitenwaarts. U zet uw paard op een lange zijde. Nu trekt u eenvoudig met uw binnen hand het hoofd van het paard naar binnen, terwijl u uw paard met uw spoor rechtdoor blijft schoppen.
Als uw paard hier niet goed op reageert en niet op de hoefslag blijft, kunt u beter even schouderbuitenwaarts doen. Dat is hetzelfde maar met het hoofd van het paard naar de muur toe. Zo kan het paard niet meer vooruitschieten in rengalop en u achter de staart laten aanbengelen als u met uw spoor schopt. Uw paard kan nu wel met het hoofd langs de muur gaan schuren, maar dat is niet zo erg. Het afgeschuurde hoofdhaar groeit wel weer bij, misschien wel het hoofdstel met een bontje beschermen. Als u paard genoeg heeft van het geschuur tegen de muur(hé dat rijmt, ik zou ook gedichten moeten gaan schrijven
), zal hij vanzelf wel wat beter op de hoefslag blijven bij schouderbinnenwaarts. Als u dit goed onder de knie hebt, kunnen we beginnen met het appuyeren. Appuyeren is het zijwaarts galoperen van het paard met het hoofd in de richting waar je naar toe gaat. U zet uw paard in galop en wend bij de A af(afwenden doet men door aan de binnenteugel te trekken). Daarna trekt u het hoofd met uw linkerteugel naar rechts, u linkerbeen schopt u lichtjes om het paard rechtdoor te laten lopen en met uw rechterspoor in de flanken schopt u naar rechts terwijl u uw gewicht netjes rechtdoor blijft plaatsen.
Heel netjes, het ziet er nog een beetje uit als een konijn met vier linkse poten maar met de nodige oefening zal het wel lukken. Dit is ook té eenvoudig, we kunnen beter een moeilijker oefeningen doen: het zig-zag appuyement. Juist hetzelfde maar afwisselend van links naar rechts.
Stap van het paard af en ga naar de winkel. Koop een bak Heiniken en laat het paard die gezellig leegdrinken. U moet eens zien hoe goed u paard al zigzaggend door de bak galopeerd. U kunt deze bak bier trouwens best pas op het einde van de les geven en deze oefening als laatste oefenen, het komt namelijk wel eens voor dat een paard opeens besluit zijn roes uit te slapen en met geen kanon meer wakker te krijgen is.
Een volgende oefening is de galopwissel. Dit is gemakkelijk aan te leren door aan elk been een touw vast te maken die je in je hand houdt. Galoppeer aan en ga op een diagonaal. Nu moet je kijken welk been het verst naar voren gaat in de galop, het linker of het rechter. Is het het linker, dan trek je je aan het linkertouw, anders het andere. Op die manier kan het paard dit been niet meer vooruit strekken en moet het wel het andere been naar voren plaatsen. Met de achterbenen doe je juist het zelfde, het achterbeen dat het verst naar achter blijft trek je nu door aan het touw te trekken bij. Roep hierbij ook telkens ‘WISSEL’. In het begin is het misschien verwarend voor het paard en zal het wel andere dingen als koprol proberen, maar u zult merken dat na een tijd uw paard al voordat u ook maar de W van wissel heeft uitgesproken zal omspringen.
De pirouette is ook een oefening die gevraagd word op de GP. Er zijn twee manieren om deze oefening aan te leren:
1) uw koopt een draaischijf en zet uw paard erop. Telkens als hij een rondje heeft gedraaid roept u ‘PIROUETTE!’ . Na een tijdje zal uw paard de link hebben.
2) U laat een persoon met een toeter aan de ene kant staan en een persoon met een andere toeter aan de andere kant. Zodra een van de twee toetert, zal het paard een halve slag willen maken en weglopen. Voordat hij wegloopt moet de andere persoon toeteren waar het paard nu naar gericht staat, dan zal hij weer een halve slag willen draaien en de andere kant op rennen.. weer herhaalt u het woord ‘PIROUETTE’ tijdens de oefening en na een tijdje zullen er geen toeters meer bij nodig zijn.
U kunt ook de passage aanleren. Dat kan eveneens met een toeter. Hang aan het paard gewichten van honderd kilo aan alle benen. Uw paard zal willen wegrennen van het geluid van de toeter, maar zal belemmerd worden door de gewichten aan de benen. Hierdoor zal hij langzaam gaan draven en zijn benen mooi beginnen opheffen. Zeg tijdens de oefening ‘PASSAGE’, en u heeft weer een nieuwe oefening geleerd.
Als laatste gaan we nog de piaffe oefenen. Dat doen we voor de eerste keer op stal. Zet uw paard op stal, hang er gewichten aan en schop hem voorwaarts terwijl u met een toeter speelt. Uw paard zal weer willen weglopen maar kan niet omdat hij in een stal staat met gewichten. Hierdoor gaat hij zijn benen maar terplaatse opheffen en hebt u een mooie piaffe. Als u regelmatig het woord ‘PIAFFE’ herhaalt, kunt u deze oefening ook buiten stal.
Ziezo, nu kent u de belangrijkste oefeningen tot de Grand-Prix.
Veel voorkomende problemen: Het gebeurt regelmatig dat de paarden de oefeningen niet uitvoeren zoals het hoort, ze eerder vallen struikelen, bokken of steigeren. Dat ligt niet aan u of de cursus. Niet elk paard is helaas geschikt voor Grand-prix. Indien uw paard niet goed reageert op de methode moet u het aan de kant zetten en een ander paard uit de wei halen. Probeer net zoveel paarden uit totdat u eentje met talent hebt gevonden. Dan kan u daarmee ook verder naar de volgende les: sprongen uit de hoge school en enkele zelfgeïmproviseerde oefeningen. Tot dan!
. 
echt super!