graag tips hoe ik het kan verbeteren

Citaat:De stilte om me heen is oorverdovend. Mijn slapen bonken, en het liefst zou ik het uit willen schreeuwen. Niet dat het nut zou hebben, er is hier toch niemand die me hoort. Maar alleen om het schreeuwen zelf al zou ik het willen doen.
Achter me hoor ik het vertrouwde gebries, en ik keer terug naar de werkelijkheid. Plotseling voel ik hoe koud ik het heb, mijn broek is helemaal nat van het vochtige gras, en snel sta ik op. Dat had ik beter niet kunnen doen, ik wankel en doe snel mijn hoofd weer naar beneden totdat de vlekken weggaan. Iets rustiger deze keer kom ik weer overeind. Ondanks dat mijn ogen onderhand wel gewend zijn aan het donker, moet ik moeite doen om het silhouet van mijn paard te onderscheiden van de oude bomen achter hem. Het enige dat echt opvalt zijn de witte vlekken op zijn voorhoofd en neus. Verbaasd kijkt hij me aan met zijn nieuwsgierige ogen, die de man doen weerspiegelen. De maan, die net achter een groot grijs wolkendek verdwenen is. In dit flauwe licht kan ik het pad weer wat beter zien, en ik besluit om terug te gaan. Aan een diepe zucht te horen ben ik niet de enige die geen zin heeft in de terugweg, maar we hebben geen keus. Langzaam volgen we het pad langs de oude kastanjebomen, tot we aan de oprijlaan van een druk uitziend bungalowpark komen. We lopen achter de vervallen huisjes langs naar een oud schurencomplex. Voorzichtig trek ik de deur van één van de schuren open, en zoek met mijn vrije hand het lichtknopje. Even flikkeren de TL-buizen, om het vervolgens weer te begeven. Op de tast loop ik tussen de houten schotten door, wetend dat Saidi veel beter kan zien in het donker dan ik. Ik doe het halster af bij de stal waarvan ik denk dat het de juiste is, en laat hem los. Hij loopt naar de stal ernaast en duikt met zijn neus in de voerbak.
Met een enorme klap slaat de buitendeur dicht. Het kleine beetje licht dat van buiten kwam is nu ook verdwenen, en doodsbang draai ik me om naar Saidi. Met mijn handen voor me uit gestoken probeer ik hem te vinden, en met mijn vingertoppen raak ik zijn neus aan. Zijn warme adem stelt me iets meer op mijn gemak, en ik probeer mijn ogen aan het donker te laten wennen. Het heeft geen zin, alle ramen zijn dichtgetimmert tegen de wind, wat niet veel nut heeft want het tocht hier verschrikkelijk. Dan maar op de tast proberen. Eerst door de staldeur, die ik gelukkig nog niet dicht had gedaan. Het gangpad ligt vol met allemaal rotzooi, maar ik weet me er een weg door heen te banen. Eindelijk heb ik de deur bereikt, en ik steek mijn hand uit naar de klink. Ik druk hem omlaag en duw uit alle macht tegen de deur, maar die geeft niet mee. Ik probeer het nog een keer, het is een oude deur en die klemmen wel vaker. Al mijn verwoede pogingen om de deur open te krijgen lopen op niet uit, en dnn dringt het tot me door. De deur is van buitenaf op slot gedaan…