ieders verhaal bij de zelfde foto.

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
solarpleure

Berichten: 2809
Geregistreerd: 04-04-05
Woonplaats: Oss

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 10-11-05 21:00

Wild schiet op..Ik wil nieuw!!!

Mango_

Berichten: 5309
Geregistreerd: 01-09-05
Woonplaats: Dronten

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 10-11-05 21:01

Ik doe deze ronde niet meer misschien de volgende ronde

Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 10-11-05 22:00

Lang, lang lang. Ik haal nog even de spellingchecker erover, en dan zet ik 'm hier neer.

Eve_lien

Berichten: 12252
Geregistreerd: 04-05-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 10-11-05 22:07

Oké
Ben benieuwd.

Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 10-11-05 22:18

Heb er ook even een apart topic voor aangemaakt. Hij's wel lang geworden, maargoed.


Excuses voor de verschillende scheldwoorden etc. in deze tekst. Het moest gewoon.. voor de personen. De scheldwoorden die ik heb uitgekozen vond ik gewoon echt bij ze passen, om een bepaalde reden.
Overigens, het verhaal deed me nadat ik het had geschreven wat denken aan 'De engelieren' van stephen king. Nouja.
Kritiek welkom!


Want het bleef stil.

"Hee jongens, moet je hier eens komen kijken!"


Kwamen we meteen? Nee, volgens mij niet. Wat ik me ervan herinner waren we dronken, waarschijnlijk ook wel stoned.
Hij ook, natuurlijk. We waren vijf stonede garnalen. Op het kerkhof, want daar was het altijd rustig. Geen politie, geen gezeik. Stilte.
Alleen doorbroken door ons geschreeuw en gelach.
Ik graaf dieper in mijn geheugen. Kwamen we meteen? Nee.



"Hee jongens, moet je hier eens komen kijken!"
In het donker zagen we zijn silhouet, zo'n zeven meter verderop, heen en weer bewegen. Hij wees ergens naar en giechelde zachtjes- hij giechelde altijd heel stom wanneer hij stoned -of meer dan dat- was. Wij zaten met zijn vieren in een kringetje, nog wat te roken of te slikken, en maakten geen aanstalten om naar hem toe te komen. Waarom zouden we ook? We hadden hier lol genoeg. Tenslotte was alles spannend na de drugs.

"Jongeeens, niet zo flauw! Kom gewoon effe hierheen-hihihi!"
Ik keek Tim aan- hij was tenslotte de grote leider. Hij rolde met zijn ogen, en stond op. "We komen er al aan, man!"
Voorzichtig plaatste ik mijn handen naast me, en probeerde overeind te komen- wankelde eventjes- en viel meteen weer achterover. Toen lachten we, allemaal. Ook Jeroen, die vijf meter verderop stond en onmogelijk had kunnen zien wát er precies zo grappig was, lachte hard met ons mee. Mijn tweede poging ging beter en ik slaagde erin om op te staan. Mark en Bas waren inmiddels ook al opgestaan, en met zijn vieren liepen we richting Jeroen. "Au, klerezooi!" hoorde ik iemand schelden. Het klonk alsof het Tim was. "Maat, wat is er?" Vroeg ik gauw. "Ja, die tyfusgrafstenen ook steeds! Naar hel moeten die kleredingen, kapot, allemaal!" Ik keek gauw vanuit mijn ooghoeken opzij, en zag dat Mark me een beetje bezorgd aankeek. We konden het niet gebruiken dat Tim één van zijn agressieve buien zou krijgen nu, en het halve kerkhof zou vandaliseren. Mark probeerde om controle over de situatie te krijgen; "Kalm maar man, hee, gaat het? Laat die tyfusstenen lekker voor wat ze zijn, kom, Jeroen heeft wat geloof ik." Tim gaf een chagrijnige schop richting de grafsteen, miste net, en liep door samen met Mark aan zijn zijde. 'Gelukkig..' fluisterde Bas in mijn oor. Ik wist precies wat hij bedoelde. Als Tim eenmaal begon, was het einde meestal zoek. En hoewel we allemaal flink onder de drugs zaten, waren we nog 'nuchter' genoeg om te weten dat dat foute boel zou zijn.



Hoe oud was ik eigenlijk, toen ik Tim leerde kennen? Niet oud, helemaal niet oud. Twaalf, dertien, misschien zelfs wel veertien? Tim was een jaar ouder dan ik. Hij was de oudste van het groepje. Misschien ook wel de verstandigste. Althans; de minst onverstandigste.
Had hij toen al last van die woede-aanvallen? Ja, volgens mij wel. Sinds ik hem kende had hij die opgekropte agressie, die er soms in één keer uit moest. En dan was Tim geen leuk gezelschap, o nee. Alles wat stuk kon, maakte hij stuk. En alles wat níet stuk kon, dat maakte Tim óók gewoon stuk. En wanneer er een aantal dingen kapot waren, was Tim al zijn agressie weer kwijt. Dan was hij weer een geweldige maat.
Twaalf, was ik. Twaalf. En Tim was dertien, toen ik hem leerde kennen.



"Man, wat wou je ons nou laten zien?"
We waren inmiddels bij Jeroen aangekomen, die eindelijk gestopt leek te zijn met giechelen. Hij keek niet op toen Tim hem de vraag stelde, maar bleef kijken naar één bepaald punt op een grafsteen. Verbaasd keek Tim achterom, naar ons. Het was niets voor Jeroen om geen antwoord te geven aan Tim. Niemand van ons zou ooit zomaar Tim negeren. Dat kon je gewoon niet maken.. Tim was the man, de grote baas. "Man? Jeroen?" Maar Jeroen zweeg. Hij draaide zijn hoofd in één ruk om, en keek ons met grote ogen aan. Ogen vol van walging en angst.
Dit was niet de Jeroen die we kenden.. Hij stak zijn hand uit, en wees richting de grafsteen...

Niets. Helemaal niets. Ja, een gewone grafsteen- zoals je die wel eens hebt, op een kerkhof. Eerst dacht ik nog dat ik de enige was die niets bijzonders zag- maar toen geen van de andere jongens reageerde, wist ik dat het niet aan mij lag. Niemand zei een woord. Doodse stilte.

Bas draaide zijn hoofd naar me toe, en vroeg fluisterend aan me
of ik wat zag. "Nee.. wat bedoelt die gozer? Wat heeft 'ie eigenlijk allemaal geslikt, Bas?" Bas schudde zijn hoofd. "Geen idee.. Tim?"
Maar Tim gaf geen antwoord, hij keek verbaasd naar Jeroen. "Hee, maat.. wat banketstaaf je nou? Er is daar niets te zien, alleen zo'n tyfusgrafsteen." Jeroen keek eerst Tim aan, alsof hij gek geworden was, en daarna ons. Zijn mondhoek trilde wat. "Je.. je ziet 't toch wel? Ik bedoel.. Man, kíjk dan ernaar! Kíjk dan, verdomme!" Maar we keken niet. Allemaal, stuk voor stuk, keken we Jeroen verbaasd aan. En ik weet zeker dat ik niet de enige was, die zich afvroeg wat Jeroen geslikt had. Opnieuw die doodse stilte, en een haast tastbare spanning. Totdat- "Wát zouden we dan precies moeten zien, volgens jou?" Het was opnieuw Tim die praatte, en daarmee de stilte doorbrak. "Zien.. zien jullie het echt niet? Man, die fiets insecten! En het zijn er veel, steeds meer! Die fúcking insécten!" Het laatste woordje kwam er schreeuwend, bijna hysterisch uit. Zelfs Mark, die eerst nog een beetje grijnzend had staan kijken, kreeg nu een wat meer serieuze blik in zijn ogen.
Opnieuw keek ik naar de grafsteen, en er liep een rilling over me rug. Insecten? Er waren écht geen insecten. Niet op de grafsteen, niet ernaast, nergens..



Ik weet nog goed dat ik die dagen daarna me heb afgevraagd waarom ik écht geen insected had gezien, toen. Ik had ze toch moeten zien? Of horen? Had ik niet iets zien bewegen, vanuit mijn ooghoeken?
Was er niet het zachte, zoemende geluid op de achtergrond geweest- als een kudde bijen, die steeds dichterbij kwam? Nee, toch?
Ik wist het allemaal niet meer. Mijn geest maakte me gek.




"Jeroen, er is niets. Écht, helemaal níets. Kom, maat. We gaan naar huis, deze avond duurt al veelte lang." Tim wenkte ons, en wou zich omdraaien om weg te gaan. Jeroen deed een stap achteruit, en we dachten dat hij zich wou omdraaien om met ons mee te komen. Maar hij bleef stokstijf staan en keek ons met een, voor zijn doen, serieuze blik in zijn ogen aan.
"Het begon met één. Serieus. Eén zo'n fiets insect. Toen was het nog grappig, maar kíjk dan! Het zijn er nu honderden, kíjk dan toch! Hoe kan je ze nou niet zien? Overal! Die fiets rótbeesten zitten overal!"
Hysterisch deed hij nog een stap naar achteren, en met grote ogen bleef hij kijken naar de grafsteen. "..Ze eten.. ze eten hem op. De grafsteen. God, nee.. dat kan niet. Ze éten van het steen! Ze éten ervan, verdomme!" Zijn stem was niet meer dan een hees, hysterisch gepiep, en zijn ogen bewogen snel van links naar rechts, en hij trilde.
"Jeroen? Kom alsjeblieft mee.. Toe nou, maat."
Tim smeekte hem bijna. Hij werd onzeker.


Was Tim eigenlijk vaak onzeker? Volgens mij niet. Hij had in die tijd tenslotte echt de 'leiding' over ons groepje. Er was geen mogelijkheid om onzeker te zijn. Zeker niet met vier 'maten' die aan één stuk door dronken en blowden. Tim moest altijd ons onder controle houden.
Onzekerheid zou voor hem geen optie zijn geweest in die tijd. Hij moest de stoere leider voorstellen, die nooit ergens bang voor was. En de rol was hem op het lijf geschreven. Nooit hoorde we ook maar één spoortje van angst in zijn stem- tot op die nacht.




"Jeroen?"
Maar Jeroen gaf geen reactie meer. Hij begon met zijn voeten op en neer te bewegen, te stampen. Alsof hij honderden kleine, onzichtbare insecten dood wou trappen. Toen dat niet bleek te werken, sloeg hij wild met zijn handen heen en weer, eerst gewoon in de lucht, maar daarna over zijn kleding heen. Broek, shirt.. armen, haar. Plotseling sprong Tim op hem af, en pakte zijn armen vast. "Jeroen, kappen nou met die onzin. Er zíjn geen insecten, nérgens!" Maar het hielp niet. Jeroen gilde, probeerde zich los te wringen, maar Tim verstevigde zijn greep. En toch bleef Jeroen spartelen. Spastisch, hysterisch.
"Ze vreten aan me! Ik ga eraan, Tim, ik ga eraan!" Hij huilde, terwijl hij bleef uitroepen dat hij eraan ging, en dat de insecten hem opaten. Bas keek me aan, vanuit zijn ooghoeken. "Valt je niets op aan Jeroen?" Fluisterde hij zachtjes. Ik keek, maar kon niets opvallends aan Jeroen ontdekken- behalve dan zijn hysterische gedrag, natuurlijk. Vragend keek ik Bas aan. "Zijn kleding, man.. kijk eens naar zijn broek!"
Ik keek, en.. Bas had gelijk. Jeroen droeg altijd lange, wijde broeken, die over de grond sleepten. Maar deze leek veel korter dan normaal. Tot zijn enkels. Nee, korter. Tot een paar centimeter boven zijn enkels kwamen de broekspijpen. Ik keek weer op naar Bas, deed net mijn mond open om te zeggen dat ik zag wat hij bedoelde, maar Bas snoerde me de mond. "Kijk. Blijf kijken." Ik deed mijn mond snel dicht, en keek opnieuw naar Jeroens broek. Het leek wel alsof die nu nog korter was geworden.. Gezichtsbedrog? Nee. Korter, nog korter. Ik zag duidelijk hoe de broek in een rap tempo steeds wat korter werd. Inmiddels was van de lange, wijde pijpen niet veel meer over. Het was nu eerder een korte broek, tot boven de knieën.
Bas en ik waren niet de enige die het zagen. Mark gilde, tikte Tim op zijn schouder en wees ook op de broek. Van schrik liet Tim meteen los, en gaf een schreeuw van angst. Jeroen begon hysterisch te krijsen, gilde dat we hem moesten helpen, dat we wat moesten doen. Maar wat konden we doen? We waren allemaal te geshockeerd om ons te bewegen. Ontkennen ging ook niet meer, Jeroen had gelijk. Ze vraten hem op. Schoenen had hij niet meer, zijn sokken waren niets meer dan een paar losse draadjes op de grond- en, mijn God, zijn tenen.. Jeroen gilde van besef, ontzetting, toen hij naar beneden keek en ontdekte dat zijn tenen er niet meer waren. Weg.
Een tiental bloederige stompjes waren het, niets meer dan dat. En langzaamaan begonnen ook zijn voeten te verdwijnen. Jeroen stopte met gillen, en staarde met open mond naar zijn voeten.

Het was stil. Niemand van ons zei een woord, maar ik weet zeker dat onze gedachten hetzelfde waren. Wat is dit, wat gebeurt er? Is dit een bijwerking van de drugs?
Ja, dat moest het zijn. Het was een hallucinatie, zo meteen zou blijken dat het allemaal nep was, en zou ik erom kunnen lachen. Maar ik voelde me niet in de stemming om te lachen- en ik had ook níet het idee dat ik straks zou kunnen lachen. Straks niet, morgen niet. Overmorgen niet. Nooit niet. Jeroen verbrak de stilte. Fluisterend.
"Horen jullie dat? Je hoort ze kauwen. Het geknisper. Ze vreten me op, ik ga eraan."
Hij zei het rustig, alsof hij eindelijk vrede had met het feit dat hij straks.. niet meer zou zijn. Mijn adem stokte in mijn keel, toen ik het geknisper ook hoorde. Ik weet zeker dat de anderen het ook hoorden.. je nekhaartjes gingen er van overeind staan. Rillingen, ijskoude rillingen. Jeroen praatte verder. "En weten jullie wat het leuke is? Ik voel het niet. Ze eten me op, en ik voel het niet eens." Hij lachte.
Hysterisch begon hij te lachen, te gieren, te brullen. Maar al gauw stopte hij, toen hij zag dat wij allemaal verslagen naar hem keken. Hij keek omlaag, en zag dat hij geen knieën meer had. Plotseling was hij bijna drie koppen kleiner dan Tim. "Kijk, zien jullie het? Ik ben al bijna op. Nog eventjes, nog eventjes.." Hij fluisterde, en keek omhoog, naar ons. Hij zuchtte even, en vervolgde zijn verhaal.
"Straks ben ik weg. Maar ik weet zeker dat zíj zullen blijven. En ze zullen nog steeds honger hebben.."
We hoefden geen van allen te vragen wat hij met 'zíj' bedoelde. De insecten. We zagen ze niet, maar we konden hun bestaan niet langer ontkennen. Tim was de eerste van ons die durfde te spreken. "Jeroen, maat... nee, je liegt. Je gaat niet weg. Niet, niet. Niet!"
Maar Jeroen werd steeds kleiner. De insecten leken nu begonnen te zijn aan zijn romp. "Tim, man.. je ziet het toch? Maar het is niet erg, gozer. Zo is het goed. Ik voel het niet. En die klotedrugs maakten me toch stuk. Liever dat ik hieraan sterf, dan aan de drugs." Stilte.
Hij had gelijk. We zouden het geen van allen hardop willen toegeven,
maar diep in ons hart wisten we stuk voor stuk dat Jeroen gelijk had. De drugs hadden hem stuk gemaakt, kapot. En het zou inderdaad niet lang meer duren, voordat hij eens een overdosis zou nemen die hij niet meer kon overleven.
"Zeg m'n ma dat ik van haar houd.. m'n pa ook, natuurlijk. M'n zussie is een kanjer, zeg d'r dat alsjeblieft maat. En zeg d'r dat ze volhoudt, dat ze vecht. En jullie, maten. Bedankt voor alle tijden, alle steun. En nu.."
Hij zweeg even, slikte. De insecten waren al bijna bij zijn borst.
"En nu moeten jullie gaan. Als ze klaar zijn met mij, zullen ze nog honger hebben- en jullie hoeven niet te sterven voor mij. Ga, alsjeblieft. En vergeet niet wat jullie moeten doorgeven aan m'n ouders en zussie.." Hij zweeg opnieuw en keek ons aan. Alsof hij wachtte op een bevestiging. Tim was de enige die durfde te praten.
"Man, gozer... maat. We vergeten je niet, nooit. En we doen alles voor je, dat weet je.. Maar we gaan níet weg. Man, dat kunnen we niet maken. Je kan hier niet-" Jeroen onderbrak hem. "Gozer, luister eens! Als jij hier blijft maak je mij daar alleen maar ongelukkig mee, en jezelf ook! Rennen nou, ga toch weg van dit fiets kerkhof, nu je je voeten nog hebt!" Hij zei het alsof dat laatste een grap was- maar Tim lachte niet. Hij huilde en zweeg. Alles wat hij deed, was een stap naar voren zetten, en Jeroen voorzichtig een kus op zijn voorhoofd geven. Toen draaide hij zich om, wenkte ons, en liep weg.
Weg van Jeroen, weg van alles. Zonder ook nog maar één keer om te kijken. Niet naar Jeroen, niet naar ons.

Maar dat was ook niet nodig. Wij volgden hem, we konden niets anders. En toen we bij de poort aankwamen, hoorden we achter ons nog een vage stem. "Vaarwel, maten! Ik vergeet jullie n-..."
En toen was het stil. En het bleef stil, de rest van de weg die we liepen met zijn vieren bleef het stil. En toen we thuis aankwamen, bleef het stil.
Het bleef stil.



Soms vraag ik me af waarom we niet zijn gebleven. Waarom we onszelf niet ook hebben laten verorberen, door de insecten. Dan hadden we niet de dag erna op de stoep gestaan bij familie Gores, zoals Jeroen van zijn achternaam heette.
Dan hadden we niet, al huilende en stotterende, moeten uitleggen waarom Jeroen niet meer was. Dan hadden we niet het onbegrip gehad. En, tenslotte, dan hadden we niet de pijn en het gemis hoeven voelen. Niet het gevoel van verlies mee hoeven te dragen, de rest van ons leven. Dan hadden we niet het geschreeuw hoeven horen van Jeroen. Zijn laatste woorden, die als een cassettebandje bleven spelen in ons hoofd. Zijn laatste vaarwel, aan ons besteed.


Totdat er niets meer was.

Want het bleef stil.

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 11-11-05 09:01

heel mooi, inderdaad ergens wel de stephen king stijl.
Ik kreeg er kippenvel van.

_Madelon

Berichten: 4771
Geregistreerd: 25-12-03
Woonplaats: Westervoort

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 11-11-05 11:39

Ik herinner me het nog als de dag van gisteren, ook al is het al 1,5 jaar geleden.

We hebben een hele gezellige avond. Samen met al mijn vrienden flink los in de discotheek. Om 4 uur besluiten we richting huis te rijden, niels rijd, zoals altijd. Hij is onze bob, hij drinkt nooit. Eerst zetten we Justin af, daarna Sanne. We zitten nog met zijn vieren in de auto. Niels, Rowan, Suzanne en ik. Na ongeveer 10 minuten rijden we mijn straat in en stoppen we voor nummer 24. Lange straat 24. Ik geef Niels, Rowan en Suzanne een kus en vertrek naar binnen, achter me hoor ik getoeter en snel sms ik Rowan dat ze het niet kunnen maken om zoveel lawaai te maken om 5 uur ‘s nachts. Inmiddels ben ik binnen en loop naar boven, als ik op het midden van de trap sta gaat mijn telefoon, sms. Ik ga even zitten want mijn benen zijn zo moe van de hele avond dansen. Het is Rowan die me verteld dat ik me niet zo mag aanstellen van Niels. Zachtjes begin ik te lachen. Wat een schat is het ook. Langzaam raak ik verdiept in mijn gedachten, mijn gedachten gaan terug naar Niels. Ik denk aan de tijden dat wij nog samen waren, het perfecte stelletje, zoals iedereen ons noemde. Tot die dag dat ik hem zag met een ander, ik was gebroken, heb hem 3 weken niet aangekeken en voor hem was het toen wel duidelijk dat ik hem niet meer wilde. Na 3 weken stond hij aan de deur en heb ik hem uiteindelijk binnen gelaten en hebben we gepraat, 2 uur lang, ik heb het hem vergeven, maar we werden nooit meer het perfecte stelletje. Ik houd van hem, maar nu is het als houden van een beste vriend. Ineens schrik ik op uit mijn gedachtes, ik hoor sirene’s een heleboel, het klinkt als brandweer, politie én ambulance. Een schok gaat door me heen, het zal toch niet? Nee, het kan niet, Niels drinkt toch niet, hij kan toch niet?! Vlug sta ik op en loop naar boven, ga mijn kamer in en open het raam. Ik zie de brandweer, politie en ambulance richting het spoor rijden, ik draai mij om, loop gehaast naar de badkamer, deze heeft zicht op het spoor. En jawel hoor, daar staat een trein, met een auto ervoor, een rode auto. Niels heeft een rode auto! Overstuur ren ik naar beneden, ik vergeet mijn jas aan te trekken en met mijn korte shirt en rokje op mijn sokken probeer ik zo snel mogelijk bij het spoor te komen. Het lijkt alsof mijn benen niet meer willen, alsof de wind ineens windkracht 10 heeft aangenomen, het lijkt uren te duren voordat ik bij het spoor aankom, terwijl dit een stukje van 2 minuten is. Eindelijk ben ik daar, de spoorwegovergang, die verdomde onbewaakte spoorwegovergang met weinig zicht door al die hoge struiken. Ik kijk naar de auto en zie een rode Ford Focus. Dé rode Ford Focus van Niels. Overstuur als ik ben, sla ik de politieman die mij probeert tegen te houden, ik schreeuw “weet jij dan wel niet dat dat MIJN vrienden zijn die daar inzitten. MIJN VRIENDEN!” de politieman probeert me te kalmeren maar dit lukt niet. Uiteindelijk laat hij mij erdoor. Geheel overstuur ren ik naar de trein, naar de auto, naar Niels, naar Rowan en naar Suzanne. Bloed, overal zie ik bloed liggen. Ik weet dat het over is, ik weet dat ik mijn vrienden kwijt ben, ik weet het. Maar ik wil het niet geloven. Ambulancepersoneel en brandweerlieden maken de auto open. Ik zie Niels, ik zie zijn ogen openen. “Niels, lieverd, ik hou van je” schreeuw ik, ik wurm me langs de agenten en ga naast hem zitten. “Ik hou nog steeds van je, laat ons nou niet alleen, blijf bij ons” Hij kijkt me aan en zachtjes zegt hij “Lisette, ik hou ook van jou. Ik zal altijd bij je blijven” Langzaam sluit hij zijn ogen en stopt hij met ademen. Inmiddels is rond mij de rest van de auto open gemaakt, en zie ik de levenloze lichamen van Rowan en Suzanne liggen. Ze zitten naast elkaar, hand in hand. Ik benoem hem bij deze tot het perfecte stelletje, zij hebben het verdient. Dan voel ik ineens een hand op mijn schouder. Het is Anne, mijn buurmeisje en tevens mijn goede vriendin, ze is wakker geworden door al het lawaai, en ook richting het spoor gekomen. Ik zie dat ze gehuild heeft, maar dat ze zich nu groot probeert te houden voor mij. Ik pak haar hand en laat me meevoeren, weg van de rode Ford Focus. We praten en huilen, en na een half uurtje zie ik drie ambulance’s vertrekken. Ineens besef ik. Sanne en Justin, ik heb ze nog niet gebeld. Ik draai Sanne’s nummer en als ze opneemt met een hese slaperige stem hou ik het niet meer vol en begin te huilen, Anne neemt mijn telefoon over en vertelt het verhaal daarna belt zij ook Justin maar even, ik kan het even niet meer aan.

De dagen gaan voorbij. Vier dagen later is jullie begravenis, jullie worden begraven met zijn drieën. Naast elkaar, voor altijd samen! Het was mooi, er waren zoveel mensen voor jullie. Onze hele klas was er, ook Meneer Simons was aanwezig, hij las nog een stukje voor over jullie. Nu is er een speciaal plekje voor jullie op school, een apart lokaal met voor ieder 2 kaarsjes, en van ieder een hele mooie foto en de foto uit de discotheek, die nog die bewuste avond gemaakt is.

Nu sta ik hier achter het grote hek van de begraafplaats, 1,5 jaar geleden is het nu, ik mis jullie nog elke dag. Rowan en Suzanne, nu voor altijd samen bij elkaar, nooit meer alleen! Niels, lieverd, waarom zo vroeg? Waarom hebben we niet langer van jullie drieën kunnen genieten. Een gezamelijke steen, voor jullie drieën, drie onafscheidelijke vrienden. Dat is de steen waar ik nu naar kijk. Van achter dit hek, wat mij van jullie scheid.

Anoniem

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 11-11-05 20:56

òòòh

ik ging gister in mijn bed [zat te vervelen] en heb toen mijn verhaal uitgedacht. en ik zie net dat Eve_lien dezelfde begin zin heeft alleen dan met bruin ipv rood en geel [de letterlijke zin was precies hetzelfde, maar ben nu vergeten :Y maar 't komt op het zelfde neer] ... ik heb overigens nog geen 1 verhaal gelezen alleen dat van pharagilke dus 't is gewoon zoals mijn stijl altijd!

---
De rode en gele blaadjes dwarrelden naar beneden. Meegenomen met de wind. Als veertje zwevend door de lucht. Het was eind september denk ik. Daar zag ik haar lopen. Blond haar, bruine ogen. Ze liep met een hond, een grote rottweiler. Een rottweiler die precies alles leek te zijn wat zij niet was. Statig en trots liep hij daar door het park. Fier met zijn staart -althans wat er nog van over was- omhoog. Later kwam ik erachter dat joey de naam van de hond was. Lachend gooide ze een tak weg. Rennend, snel als een pijl ging de hond er achter aan! ,,Joey, kom hier" riep ze! Ik herinner het nog als de dag van gisteren, hoe onze later innige vriendschap begon.

Trots draafde joey terug naar haar. Zijn kop om hoog, de stok middenin zijn bek. Ik kende hem nauwelijks, maar ik vond het nu al een arrogante pokkehond. Hoe hij daar zo liep... Net alsof hij heel wat was met die stok in zijn bek. Hij wendde zijn kop evenaf, en hij keek naar mij. 1 seconde keek hij recht in mijn ogen. Toen zag hij Kimba. en als hij die nooit gezien had... Dan had het nooit gebeurt dat ik haar, Kelly leerde kennen. Hij blafte en hij rende derop af. Hij ontblootte zijn tanden, klaar om uit te halen naar Kimba. Snel verschool Kimba zich achter mijn benen. ,,Hee joh, maar dat je wegkomt. Rothond!". Snel kwam haar baasje naar me toegerend. ,,Joey doe nou eens normaal" schreeuwde ze tegen de hond. Maar ze kwam nauwelijk boven het stemgeluid uit. Toch gind de hond netjes zitten en keek haar met puppyachtige ogen aan ,,Slijmbal" mompelde ik. Ik denk dat ze het hoorde want snel reageerde ze. ,,Sorry soryy!" en er verscheen een onzeker glimlachje op haar mond. ,,Heeft hij wat?" Ik schudde mijn hoofd ,,Nee hoor".

Een witte maan scheen. Daar bovenin de hemel was hoogstens 1 ster te zien. Voor mij stond een hoge steen, zoals er tientallen stonden. Het was ijskoude. De kou sneed in mijn vingers. Rode lange vingers. Die verwarmd werden door mijn tranen



aah futch... moet nu weg... Ik schrijf het morgen af!

Vue
Berichten: 8851
Geregistreerd: 03-01-04

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 12-11-05 18:57

Dan wacht je toch met het plaatsen van het verhaal en sla je het in word op ?
dit is irritant !
tijd voor een nieuwe foto ?

Mango_

Berichten: 5309
Geregistreerd: 01-09-05
Woonplaats: Dronten

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 12-11-05 18:58

mandy_b_s schreef:
Dan wacht je toch met het plaatsen van het verhaal en sla je het in word op ?
dit is irritant !
tijd voor een nieuwe foto ?

Jaah dan doe ik ook mee bij deze foto kan(wil) ik geen verhaal verzinnen

Eleionomae

Berichten: 19647
Geregistreerd: 08-01-05
Woonplaats: Friesland

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 12-11-05 19:01

Ja ik wil ook wel n nieuwe
Kan ik weer verder oefenen

Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 12-11-05 19:14

Ik wil ook een nieuwe foto

Jessol

Berichten: 1985
Geregistreerd: 02-11-04
Woonplaats: Gavere, België

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 12-11-05 21:31

deze had ik misschien wel inspi maar mijn verhaal leek teveel op dat van anderen dusjah:) nieuwe foto
gtoetjes xxxx

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 13-11-05 11:08

nieuwe foto, inderdaad. Maar moet ik hem weer plaatsen of mag ik mijn stokje doorgeven en iemand anders een foto laten plaatsen?

edit: ik geef het stokje door. Aan iemand die ik een mooi verhaal vond plaatsen.

Mango_

Berichten: 5309
Geregistreerd: 01-09-05
Woonplaats: Dronten

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 11:40

Okeej, krijgt diegene van een pm ??

Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 12:06

Fenn had mij gePB'd, dus deze keer een foto die ik heb uitgezocht. Fenn, nogmaals bedankt.

Afbeelding

Fenn schreef:
bij de foto schrijf je een verhaal. Het moet te linken zijn naar de foto, maar het hoeft niet te zijn dat je de gebeurtenis op de foto beschrijft.
De lengte maakt weinig uit, maar een minimum van 750 woorden lijkt mij goed. Als het maar een compleet verhaal is.
De regels.
-het verhaal moet bij de onderstaande foto kloppen.
-het verhaal moet compleet zijn.
-er is een minimum van rond de 750 woorden.
als er nog sugesties zijn voor regels.

Anoniem

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 13:19

Deze is moeilijk, wacht nog even tot ik echt insperatie heb.

Wildwings, gefeliciteerd je hebt het verdient.

EvelijnS

Berichten: 17537
Geregistreerd: 17-11-04
Woonplaats: Groningen

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 14:11

Hm... Ik heb wel een idee.

Ja Nikki, je hebt echt verdiend gewonnen.

Vue
Berichten: 8851
Geregistreerd: 03-01-04

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 14:32

Dit keer probeer ik ook mee te doen.
hij is moeilijk zeg !

Laure
Berichten: 670
Geregistreerd: 21-12-04
Woonplaats: Antwerpen

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 15:13

uhh.. Is dat nu een mijngang of zie ik niet goed?

Talisa

Berichten: 8972
Geregistreerd: 18-06-04

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 16:31

Wooww Wildwings, ik vond je verhaal echt creapy ! *slik. Heel mooi geschreven

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 13-11-05 16:34

ik ben nu bezig en hij word een andere stijl dan de voorgaande en een stuk langer denk ik ook. mooie foto.

FrontC

Berichten: 4969
Geregistreerd: 02-04-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 21:38

*gaat de spits afbijten

Hij is héél raar, maarja. Hopelijk snapt iemand hem!

Onzin, pure onzin.
Vanuit mijn standpunt zag het er best wel positief uit; als een soort van “laatste-bocht-voor-het-einde”. Onzin.
Ik wist het wel hoor, daar niks van. Het was te verwachten, ik had het moeten weten. Onzin, onzin.
Maanden had ik al rondgedwaald. Maanden? Jaren, of misschien nog wel langer. Onzin was het geweest.
Lang dwaalde ik rond op het randje tussen dood, levend en levenloos, een verrekt dun randje. Onzin was het.
Ik was al lange tijd niet meer “bij”. Ik voelde me slecht, héél slecht. Van verlaten en eenzaam tot vol pijn of slechte, negatieve, gedachtes. En dan was ik dood. Ik voelde me soms blij, of vol verwachting: dan was ik levend. Als ik bij zo’n “laatste-bocht-voor-het-einde” was, bijvoorbeeld. Maar dat bleek onzin.
En soms voelde ik niks, helemaal niets. Leegte, want ik wist niet aan welke kant van dat randje ik zat, en ik kon het ook nergens van aflezen. Geen enkel teken, slechts mijn eigen gevoelens, en daar had ik niks aan. Want het bleek achteraf tóch onzin.

Ik weet het, onduidelijk, ik zal het uitleggen. Hoelang geleden het is weet ik niet meer want ik weet niks meer. Ik ken alleen drie dingen: dood, levend en levenloos.
Terug naar mijn verhaal. Het is dus lang geleden dat ik op de een of andere manier in deze tunnel terecht kwam. Ik herinner een grote klap, tegen mijn hoofd. En toen was ik hier, ineens. Onzin, het is illusie. Ik wéét het gewoon, ik weet dat het onzin is, maar dat helpt niet.
De doktoren weten het ook niet. Sinds die klap wandel ik in een lange tunnel, telkens maar door.

Ónzin. Want ik ben boos: ik wás blij. Eindelijk leek het licht helderder, de stemmen van mensen klonken dichterbij. De buitenwereld was bereikt, dacht ik. Onzin.
Het bleek gewoon een bocht, een doodnormale bocht. Want achter die bocht brandde enkel een lampje. Onzin dus.

En dus ben ik boos, want het was onzin. Wanneer komt hier een einde aan? Ik wil weg hier, nu. Ik voel me levenloos of dood, of levende dode. Ik denk dat het laatste ’t beste is. Ik ben een levende dode of een dode levende; ik adem nog, ik denk nog, maar daar houdt het mee op. Onzin.

Mijn laatste hoop is weg. Ik blijf lopen, denken, maar daar blijft het bij. Ik weet dat ik nog lang niet aan het einde ben van de tunnel. Het einde zal er zijn.
Of is dat onzin?
Maar ja, het geeft niet. Het interesseert me niet echt.
Onzin was het,
onzin blijft het.

EvelijnS

Berichten: 17537
Geregistreerd: 17-11-04
Woonplaats: Groningen

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 21:58

Is het heel erg als het geen 750 woorden zijn? Ik kom niet verder...

“Hé Jeremy, gooi me nog eens even een pil!” riep Vincent, die net een joint opstak. Ik haalde er één uit mijn zak en gooide hem naar Vincent. “Bedankt!”
Ik voelde druppels op mijn gezicht, het begon te regenen. Ik besloot onder het viaduct te gaan zitten. Lachend keek ik toe hoe Nick wild begon te dansen, toen er een auto langs kwam. De auto had keihard de muziek aanstaan.
Ik haalde plankje en een zakje uit mijn rugzak en mijn portemonnee. Ik legde het plankje op mijn schoot en gooide wat poeder erop. Met mijn telefoonkaart schoof ik het bij elkaar. “oliebol, rietje vergeten te pakken,” mompelde ik en pakte mijn rugzak weer. Maar toen viel het plankje op de grond en al het poeder stoof in het rond. Ik vloekte en pakte het plankje op. Het zakje was leeg, dus ik vroeg Nick. Hij gooide gelijk een zakje naar me toe en ging daarna door met dansen, dansen zonder muziek. Ik deed alles weer opnieuw en na het opsnuiven van het poeder haalde ik een fles pastiche uit mijn tas. Heerlijk, drinken na cocaïne. Genietend nam ik een flinke slok en ik stond op. Nick kwam naar me toe en trok gelijk de fles uit mijn hand. “Hé, die is van mij, jij hebt je eigen fles!” Verontwaardigd, maar toch lachend pakte ik mijn fles weer af.
“Ah toe, mijn tas ligt helemaal daar!” Nick wees naar zijn tas, die drie meter verderop lag. “Geef nog even.”
Ik schudde mijn hoofd en pakte zijn eigen tas. Hij moest moeite doen om hem open te krijgen.
“Hé jongens, ik begin nu echt goed zat te worden, geloof ik. Alles draait!” Lachend sloeg ik mijn fles weer achterover en begon te wankelen. “Hé kijk, wat een fel licht!” riep ik, terwijl ik bleef staan kijken hoe het licht dichterbij kwam. Ik had pas laat in de gaten dat het een auto was, maar ik was sowieso te zat om te bedenken dat ik zo aangereden zou worden.
Na een harde klap voelde ik niets meer, maar toch was ik wel bij bewustzijn. Tenminste, dat dacht ik. Ik ging door een tunnel, een tunnel met een bocht en daarachter een fel licht. “Hé jongens, kijk, wat een licht!” riep ik, maar ik kreeg geen antwoord. Ik ging op het licht af en kwam uit bij een plek, een groene weide.
Er kwam een meisje aangevlogen. Ze stak haar hand uit. Ik moest hem blijkbaar pakken. Ik pakte haar hand dus.
“Ga je mee?” vroeg ze en ik knikte. Samen met het meisje vloog ik weg, weg van de tunnel.

Ayasha
Blogger

Berichten: 60169
Geregistreerd: 24-02-04

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 13-11-05 22:07


Ik zoek mijn gedachten af, het is een en al verwarring.
Eindeloze gangen zonder verlichting, geen puntje licht alleen maar zwart.
Geen enkele manier om te zien waar je bent, stemmen galmen rond in dit stenen gebouw.
Duizend gedachten, allemaal door elkaar alsof het zo hoort. Verstrengeld in elkaar, geen mogelijkheid om ze uit elkaar te halen of te houden.
Tranen stromen, nieuwe gedachtes komen deze tunnel in, overvallen me proberen me neer te halen, ik ren, ren door de gangen, sla af en toe een andere gang in. Hopend dat er érgens toch een einde is.
Miljoenen ‘waarom’ vragen waar ik geen antwoord op weet ‘waarom is hij dood?’ ‘waarom moest hij weg?’ ‘waarom kregen we ruzie?’ ‘waarom ben ik zo bang?’ ‘waarom ren ik altijd?’
Alles door elkaar, alles, het verleden ligt in de knoop met het heden en de toekomst.
Ik vind geen antwoord op al die vragen, ze maken me gek!
Ik word moe, mijn benen zijn vermoeit.
Hoe moet ik hier in hemelsnaam uit raken?
Ik sla een nieuwe gang in. Plots zie ik een heel klein lichtje. Het geeft me nieuwe moed om te rennen, ik ren zo hard als ik kan. Het licht word groter en mijn hoop op verlossing groeit.
Plots voel ik geen grond meer onder me, enkele seconde zweef ik door de lucht om vervolgens met een harde klap tegen de grond te gaan. Tranen van woede en onmacht stromen over mijn wangen.
‘waarom net nú?!!’ schreeuw ik door de gang.
Dan besef ik dat ik voor nog een ‘waarom-vraag’ meer heb gezorgt.
Met een pijnlijk gezicht slaag ik er in om overeidn te raken, hoe is me nog steeds een raadsel trouwens.
Ik ga verder, ditmaal voorzichtiger, waarschijnlijk ben ik gestruikelt over een steen.
Het licht word groter en ik moet de neiging om er heel hard heen te rennen onderdrukken.
Ik begin na te denken over al die vragen.
Waarom hij dood ging weet ik niet, misschien was het gewoon tijd voor hem om te gaan... Hij moest weg omdat zijn missie hier volbracht was, het was tijd om iemand anders te gaan helpen, we kregen ruzie omdat we allebei in de problemen zitten maar er beide niet over praten. Dat vrwijt ik jou...En eigenlijk moet ik het mezelf verwijten...
Ik ben zo bang...Omdat ik jou niet kwijt wil, ik hoop dat jij dat kan begrijpen...En ik ren weg omdat ik bang ben...Logisch eigenlijk.
De gangen worden verlicht. Ik zie het licht nu duidelijk, het is een persoon, ik herken zijn gezicht, jij bent het!
Je staat nog veraf, maar ik kan nu rustig naar je toe wandelen zonder te struikelen, ik zie de hindernissen die op mijn pad liggen en kan er makkelijjk over springen. Ik heb nog een lange weg te gaan maar ik weet dat het goed komt.
Ik besef dat je altijd aan mijn zijde bent, ik moet het dan wel alleen doen, maar je weet wanneer ik je nodig heb en dan zal je er zijn. Tot mijn voldoening weet ik dat ik me toch niet in je vergist heb, dat ik je toch goed kende! Ook al probeerde iemand anders me ervan te overtuigen dat dat niet zo was.
Stilletjes aan nader ik hem, degene waar ik zo naar op kijk en waar ik zoveel om geef.
En wanneer ik eindelijk bij je aan kom, weet ik weer waarom ik hier liep, ik was opzoek naar mezelf...En vond jou, mijn zielsverwant!
Je sluit me in je armen en ik voel me weer veilig. Ik sluit mijn ogen en geniet van dit moment, ik geniet van een moment zonder zorgen.
En wanneer ik enkele seconde in je ogen kijk en jij in die van mij. Weet ik dat jij er net zo over denkt als ik...

We zijn misschien geen vrienden voor altijd,maar wel voor het leven.


jullie beseffen niet half hoe blij ik ben dat ik dit heb kunnen schrijven