Tonnie, bedoel je of ik dit zelf ook heb meegemaakt? Ik ben wel eens mensen kwijtgeraakt, maar niet zo plotseling en dat is ook al een redelijke tijd geleden, dus het meeste is gewoon bedacht. Gelukkig.
Hmm. Ik ben bang dat jullie even moeten wachten. Heeeeel misschien vanavond of morgenavond. Donderdag ga ik weg en dan ben ik pas zondagavond (waarschijnlijk doodop) terug. Dus.
Toch wel. Ik wou jullie niet zo lang laten wachten. Dus nu heb ik nog even tijd voor jullie vrij gemaakt. Hier het nieuwe stukje:
“Christel? Loes?” vroeg een warme, vriendelijke stem. Het was Christel’s moeder. De twee meisjes in het gras draaiden hun gezicht vragend om. “Het is half 1. Ik heb even een soep klaargemaakt. Komen jullie eten?” zei ze. “Okee.” antwoordde Christel instemmend. De meiden stonden op en liepen achter haar aan, door de grote glazen deuren, de keuken en eetkamer in. Ze gingen aan de gedekte tafel zitten. Christel’s moeder zette de pan tomatensoep op tafel en schepte de soep in de kommetjes. Christel’s vader vertelde wat ze die ochtend hadden gedaan en wat ze verder van plan waren. “We hebben bedacht hoe we de begrafenis willen, en wat we daarbij willen. Straks zouden we graag met Loes bespreken of zij het er ook mee eens is. Ook zullen we bespreken of we Hariët thuis opgebaard willen hebben of in de aula. Daarna zullen we de begrafenisondernemer bellen, en met hem een afspraak regelen.” vertelde hij. “Één ding, daar hoef ik niet over na te denken, mama moet thuis worden opgebaard. Dat wil ik persé.” zei Loes. “Dat leek mij ook het prettigst.” stemde Frank toe. Christel wilde niet bij al het overleg zijn die middag. Ze ging in de studiekamer zitten, bezig met haar gedicht. Dit wilde ze graag geheim houden voor Frank en Loes. Misschien zou dit Loes overvallen op de begrafenis zelf, maar waarschijnlijk zou ze Christel er achteraf erg dankbaar om zijn. Maar niet alleen daarvoor deed Christel het, dit was voor haarzelf ook een manier om tenminste iets te doen. Veel te weinig, maar het was tenminste iets. Ze begon met de regels
Ik weet niet of jij wist dat je vrolijkheid uitstraalde.
Ineens ging het schrijven heel makkelijk. Christel ging verder.
Ik weet niet of jij hebt beseft dat je me daarmee hebt gesteund.
Ik weet niet of jij wist dat je bijzonder voor me was.
Ik weet niet of ik dat je ooit nog kan vertellen.
Lieve Hariët, De zon zal niet verdwijnen Maar jij.. zult nooit meer schijnen. Bedankt voor alles.
Christel was zo snel klaar. Misschien was het te kort. Daar zou ze over denken.
Gedicht is van mezelf, want ik wil niet het gedicht van een ander gebruiken. Is tijdens het schrijven geschreven. (He, dat klinkt vaag )
Maar vanaf morgenavond ben ik tot zowiezo zondagavond niet meer op bokt, maar ik denk dat dat wel maandag word. Ik denk dat ik zondagavond wel redelijk uitgeput ben van de vakantie en lekker vroeg ga slapen, ook i.v.m school.