
Moderators: Polly, Muiz, NadjaNadja, Telpeva, Essie73, ynskek, Ladybird
8nnemiek schreef:Ze bestaan wel voor de D50, dat weet ik zeker
8nnemiek schreef:Ik gok dat t dan op de spiegel zit??
Ibbel schreef:Je hoeft maar een paar dingen te onthouden:
Diafragma
Hoe groter de lensopening, hoe meer licht er op de sensor valt. Een grote lensopening (diafragma) = klein getal, dus bv f 2,8, of f 4. Je stelt diafragma met de hand in op de A-stand. Je doet dat als je iets met je scherptediepte wilt. Hoe groter de lensopening, hoe kleiner de scherptediepte.
Belichtingstijd
Hoe langer de belichtingstijd, hoe meer licht er op de sensor valt. Verdubbelen van belichtingstijd staat qua hoeveelheid gelijk aan het diafragma 1 stop kleiner maken. Dus bv. 1/250 bij f8 staat gelijk aan 1/125 bij f11. Digitale camera's hebben trouwens vaak de mogelijkheid diafragma's met 1/3 stop te veranderen, maar vroegâh had je alleen hele stoppen: 1; 1,4; 1,8; 2,8; 4; 5,6; 8;11;16 en 22. Vraag me niet waarom die cijfers zo idioot zijn, zal wel een oppervlaktemaat zijn of zo. Tussen die hele diafragmastoppen en de gebruikelijke belichtstijden zoals 1/15, 1/30, 1/60, 1/25, 1/250, 1/500, 1/1000 en 1/2000 zit dus dat 1:1 verband qua hoeveelheid licht op je sensor.
ISO
Hoe hoger de ISO waarde, hoe gevoeliger de film. ISO is een filmeigenschap. Eigenlijk slaat het nergens op die term bij een sensor te gebruiken, maar het is een begrip dat iedereen gewend is. Bij analoge camera's was het gebruikelijk 100 ISO of 200 ISo te gebruiken, wilde je hele fijne korrel dan nam je 50 ISO, en fotografeerde je veel in donkere omstandgheden dan stopte je er een 400 ISO filmpje in. Iets anders was er vrijwel niet. Hogere ISO betekende vroeger grovere korrel in je emulsie, en betekent nu meer warmte door je sensor (want er gaat meer stroom doorheen om die hogere gevoeligheid waar te kunnen maken) en die extra warmte vertaaled zich in ruis of 'korrel'.
Ook tussen ISO en diafragma en belichting is een 1:1 verband. ISO 50 is twee keer zo ongevoelig als ISO 100. Dus, f8 bij ISO 50 heeft 1/125 aan belichting nodig, waar f8 bij ISO 100 aan 1/250 genoeg heeft.
Wat je wilt fotograferen bepaalt welke instellingen je vast wilt hebben.
1/1000 is niet nodig voor een stilstaand paard, maar wel nuttig voor een renpaard in volle galop, anders heb je bewegingsonscherpte.
f22 is niet mooi voor een portret, omdat je dan de achtergrond ook haarscherp hebt, en dat is vaak niet zo fraai en leidt af.
Dus, een portret maak je bijvoorbeeld met f=4 bij 1/250, en je zet de ISO rustig op 50 als het heel zonnig weer is. Als dat nog niet genoeg is maak je eerst je belichtstijd sneller (ook al heb je geen bewegend onderwerp) en dan pas je diafragma kleiner. Want die kleine scherptediepte is het belangrijkste.
Een snel galopperend paard wil je iig met 1/500 fotograferen, liever ook met f=8 of f=11, omdat je ook iets meer scherptediepte wilt meestal, en kom je dan licht te kort dan zet je de ISO hoger.
En is het ergens heel donker, dan zal je concessies moeten doen: én een langere belichting met risico op bewegingsonscherpte, én een kleiner diagfragma, dus (te) kleine scherptediepte én een hoge ISO (en dus ruis)
Dus als je de verhoudingen tussen belichting, diafragma en ISO doorhebt, is het allemaal eigenlijk heel simpel te beredeneren.