Hier het nieuwe stukje:
Nog meer tranen rolden over Marleen haar wangen. Het was helemaal mis. Na vijf minuten zich los proberen te rukken liet Marleen het dan eigenlijk gaan.
Ze wist dat ze toch niets kon doen. Ze dacht aan wat er nu ging gebeuren. Wat zouden ze met haar gaan doen? Ze zouden haar toch niet?... Nee! Dat konden ze gewoon niet doen!
Haar moeder zou het niet overleven als ze dat hoorde! De tranen bleven maar komen.
Ze dacht aan haar ouders, aan Sjors, aan Mickey en Jessy.
Na een tiental minuten rijden stopte de auto. Marleen schrok weer wakker uit haar depressie.
Ze hoorde de portieren weer opengaan en de hand werd van haar mond gehaald. Ze voelde twee sterke handen die haar ruw beetpakte en uit de auto rukten. Marleen gilde weer van de pijn in haar been. “Hou je bek, klein kind!” Marleen schrok van deze reactie en hield zich daarom maar stil. Toen Marleen de man die haar vasthield aan wilde kijken werd er een hand voor haar ogen geslagen. Daarna voelde ze een doek om haar heen komen en was ze geblinddoekt. Ze mocht dus blijkbaar niet zien wie de daders waren. Op het geduw van de man liep Marleen verder. Ze kon niet zien waar ze liep en struikelde regelmatig.
Toen hoorde ze het gekraak van een deur. Ze stapten een muffe ruimte binnen en er gleed een rilling over Marleen haar rug. Ze hoorde allemaal stemmen en het zweet brak haar uit.