
Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly
Citaat:Ik knipperde even met m'n ogen. De mensen hadden blijkbaar niet door dat ik weer terug bij aarde was. Ik bekeek mezelf, in mijn arm zat een infuus en ik zat vol met slangetjes. Eigenlijk wou ik wel dat ze me opmerkten nu. "Hallo"? fluisterde ik. "Gaan jullie nou nog zien of ik wakker ben of niet". Alle mensen keken me aan alsof ik het achtste wereldwonder was. Mijn moeder begon nog harder te huilen, en omhelsde me. "Ik ben zo blij dat je leeft meisje", ik had haar nog nooit zo opgelucht horen praten. Mijn vader rende weg om 1 of andere reden. Hij kwam terug met 5 doctoren, alle mensen om mijn bed moesten weg. Van 1 van de doctors, ze liepen allemaal weg met hun blik op mij gericht. Alsof ze me niet durfden alleen te laten. De docters vuurden allemaal vragen op me af, die ik allemaal tegelijk moest beantwoorden. "Hoe voel je je nu? Heb je het nog benauwt? Heb je pijn? Ben je erg moe"? Ik vertelde ze dat ik vooral erg moe was, maar het verder wel ging. De docters zeiden tegen me dat ik moest gaan slapen. Ik sloot mijn ogen en hoopte dat ik snel in slaap kon vallen. Nergens meer aan te denken, aan deze afschuiwlijke dagen.
kijk, dit stuk moet je nog es lezen schreef:Citaat:Hij tilde Jennifer op en rende weg. Ik rende achter hem aan, maar de deur werd voor mijn neus dicht geslagen
Citaat:Toen ik weer wakker werd had ik verschrikkelijke hoofdpijn, ik had het nog nooit zo warm gehad. Alles beweegde om me heen, rode en zwarte vlekken dansden voor m’n ogen. Ik hoorde een man praten: “Ze heeft een zware terugval gekregen, ze heeft 1 dag en 1 nacht in een ondergangse gang gezeten. Daar door kwam die hartaanval ook, haar hart en longen zijn zeer beschadigt. We moeten haar zeker nog een tijdje hier laten. Ze heeft nu koorts, het belangrijkse is dat ze rust. We mogen haar echt niet wakker maken nu”. Ik wilde verder gaan slapen, maar toen hoorde ik een andere stem. Van me moeder: “Is er, ik bedoel bestaat er een kans dat ze het niet haalt”? Ik hoorde iemand zuchten, “We hebben het met percentage’s berekend. Mevrouw u moet niet schrikken, maar u kind heeft niet veel kans hierin”. Ik hoorde mijn moeder huilen, “hoeveel kans heeft ze?” Niet veel, 45 % mevrouw. Het drong niet helemaal tot me door wat ze allemaal zeiden.