Jaa hij af 
Ik hoop dat het gevoel goed overkomt, vind t persoonlijk erg zielig 
Citaat:
We reden zo snel mogelijk naar de kliniek. Mijn hart bonsde zo hard dat ik bijna bang werd dat ‘ie t zou begeven.
Pim had ons niet voor niets gebeld. Er waren genoeg mensen op de kliniek die een paard dat vast lag los konden krijgen. Het moest wel serieus zijn.
De moeder van Eva had ons een appel mee gegeven. Een goed begin was het halve werk.
Mijn moeder parkeerde de auto en we liepen naar Nero’s stal. Er stonden een boel artsen omheen. Mijn hart begon harder te bonzen. Hoe dichter bij we kwamen, hoe erger ik dacht dat het was.
Nero lag uitgeput in zijn stalletje. Zijn been zat in een gips achtig iets en zijn ademhaling was zwaar.Zijn andere achterbeen zat vast tussen de voer- en de drinkbak. Ik gooide mijn krukken op de grond en knielde bij zijn hoofd.
“Heej kereltje..Wat heb je nou weer gedaan..” Ik gaf hem zijn appel. Heel langzaam at hij hem op, en hij ontspande een beetje. Om zijn 3 goede benen waren touwen geknoopt, om hem los te trekken dacht ik.
“We hebben geprobeerd hem om te trekken, maar hij wilde de hele tijd afzetten met zijn gipsen pootje. Hij bleef het maar proberen, ondanks dat we hem verdovingen gaven ontspande hij niet.”
Hij keek op ons neer en zuchtte diep.
Ik aaide Nero over zijn koppie en begon zachtjes tegen hem te praatten.
Hij keek me aan, met zijn mooie grote ogen. Ik bleef tegen hem praatten.
Dat hij beter moest worden, dat hij niet op mocht geven. Dat we er samen wel weer zouden komen. Dat we nog zoveel te doen hadden.
Hij ontspande steeds meer en op een gegeven moment kwam zijn been los.
Een zucht van opluchting ging door de ruimte. Ik lachte en aaide Nero nog een keer over zijn koppie. “Zie je nou wel? Veel beter zo toch?”
Hij vouwde zijn beentje onder zijn lijf en sloot zijn ogen.
Hij was uitgeput van de operatie, de verdovingen, de pijn.
Ik gaf een kusje op Nero’s neus, en stond weer op. Mijn moeder gaf mijn krukken aan en we liepen weer richting de auto. Pim liep met ons mee en bedankte ons voor de moeite. We spraken af dat hij ieder moment kon bellen wanneer er weer zoiets gebeurde.
We hadden in ieder geval de voer- en drinkbak voor de zekerheid op de grond gezet.
Doodmoe kwam ik thuis. Wat een dag..Ik kleedde me om en ging in mijn bed liggen.
Ik stuurde Eva nog een smsje:
Heej Eef,
We zijn net terug van Nero.
Hij lag vast in zijn stal.
Nu is alles weer oké.
Hij wordt wel weer beter!
Spreek je morgen wel
*kusje Sam
Ik legde mijn telefoon onder mijn kussen en viel in een diepe slaap.
De volgende ochtend werd ik wakker door de geur van verse broodjes. Ik ging op de rand van mijn bed zitten en graaide naar mijn krukken. Hinkelend kwam ik de trap af. Mijn moeder was koffie aan het zetten. Ik zag dat de ontbijttafel vol stond met broodjes, eitjes, jus d’orange, thee en beleg.
Het was zondag.
Ik ging aan tafel zitten en pakte een broodje. “Goedemorgen meisje. Lekker geslapen?” Ik keek in het uitgeslapen gezicht van mijn moeder.
“Mwah..” Ik zuchtte. Ik had de hele nacht liggen woelen om mijn been te ontlasten. Jammer genoeg was het niet echt gelukt.
Mijn moeder pakte ook een broodje en we besproken over de planning van vandaag.
Ik wilde graag naar Nero toe, kijken hoe hij geslapen had.
“Kunnen we straks naar Nero?” vroeg ik hoopvol aan mijn moeder.
Mijn moeder keek me beteuterd aan. “Ik heb wedstrijd vandaag Sam, zondag, weet je nog? Ons laatste winspuntje in de L1 rijden?” Ohja. Dat was waar ook.
Ik baalde.
“Misschien kunnen we vanavond nog even gaan, als ik thuis kom”
Met volle mond knikte ik ja en ik deed een poging toch glimlachen. Mijn moeder hield zich in om de slappe lach niet te krijgen, maar het was al te laat. We schoten beide in de lach en dat bleef voorlopig zo.
Ik zwaaide mijn moeder uit terwijl ze de straat uitreed.
Een hele dag alleen, niks doen, vervelen, niet naar Nero toe..
Ik besloot wat huiswerk in te halen en ik liep naar boven toe.
Na ongeveer 2 uur had ik er genoeg van. Ik liep naar beneden en zette de tv aan.
Ik begon te zappen.
Ineens kreeg ik het heel erg koud..
Ik was bang dat er iets met Nero gebeurd zou zijn..
De telefoon ging. Ik schrok op uit een diepe slaap. Ik had gedroomd dat er iets met Nero aan de hand was. Wat wist ik niet meer. Maar ik had een onbehagelijk gevoel.
Ik hupste naar de telefoon. “Met Sam.”
Ik was bang dat het Pim zou zijn. “Hee met Eva”.
Gelukkig. Een zucht van opluchting. Ze vroeg wat er gisteren nog gebeurd was en ik vertelde haar het verhaal. Na wat beterschapjes en sterktes namen we afscheid en hingen we op.
Ik ging weer zitten, en kort daarna ging de telefoon weer. Geïrriteerd nam ik op. “Ja met Sam”. “Sam ik ben het, Pim”
Weer dat onbehagelijke gevoel.
“Haa Pim. Alles goed daar?” vroeg ik nog hoopvol.
Maar helaas. Mijn gevoel klopte.
“Nee Sam, het spijt me.Nero is opgestaan en werd weer onrustig. Waarschijnlijk heeft hij teveel gewicht op zijn been gezet, of heeft hij ergens tegenaan getrapt, want het bot is opnieuw gebroken”
Ik was stil. Doodstil. Ik vergat even te ademen.
“Ben je daar nog?” vroeg Pim ongerust.
“Eh ja Pim. Ik ben er nog..Wat zijn de opties?”
“Ik vrees dat ik je niet veel te bieden heb Sam..Ik kan hem opnieuw opereren, maar ik kan je niet beloven dat het dan wel goed zou gaan..Of ik kan hem in laten slapen.”
Ik was weer stil. Doodstil. Ik kon dit niet beslissen. Niet nu.
“We hebben hem nu onder narcose gelegd Sam. Bespreek het maar met je moeder..Dan” ”Mama is er niet Pim. Ze is op wedstrijd. Wat moet ik nou! Wat moet ik nou doen Pim” Ik snikte. Dit kon niet waar zijn. Het zou weer goed komen. Waarom had Nero zich zo belachelijk gedragen?
Ik hoorde Pim slikken aan de andere kant van de lijn. “Wat zou jij doen?” hoorde ik mezelf aan hem vragen. “Wat zou jij doen als je in mijn positie zat”. Ik hoopte dat hij met een geniaal antwoord zou komen.
“Ik weet het niet Sam..Ik weet het echt niet..Bel je moeder maar op, en vertel het tegen haar. Bel me binnen 2 uur terug, dan weet ik of we hem onder narcose moeten houden of..Of niet”.
We zeiden gedag en gelijk belde ik naar mijn moeders mobiele nummer.
“Tuut…Tuut…Tuut…” Hij ging in ieder geval over.
Ik keek op de klok. Over 20 minuten moest ze rijden. Ze was waarschijnlijk nog maar aan het opzadelen.
“Met Marie!” klonk er opgewekt.
“Mam met mij..Pim belde net”. Ik vertelde haar over het gesprek, dat Pim en ik nog geen minuut geleden hadden gehad. Mijn moeder schrok en wist even niks uit te brengen..
“Ik kan nu niet komen Sam. Ik moet rijden dadelijk. Ik kan nu niet komen. Ik bel je na mijn proef terug. Oke Sam? Tot zo” en ze hing op. Maar ik wilde helemaal niet dat ze ophing. Ik wilde met haar praten. Ik wilde met haar bespreken wat we moesten doen!
Dan maar zonder mam.
Ik pakte mijn jas, deed mijn schoenen aan en pakte mijn krukken.
Ik hinkte zo snel mogelijk de straat uit. Richting de praktijk.
Ik struikelde en het duurde even voordat ik mijn tempo hersteld had. Met grote sprongen ging ik over de straat.
Ik wilde naar hem toe. Ik moest hem helpen. Wat moest hij een pijn hebben. Ik voelde de tranen weer opkomen, maar ik slikte ze weg.
Daar had ik nu niks aan.
Zo snel als ik kon hinkte ik verder. Het viel me mee hoe snel ik ging. Ik had zeker al anderhalve kilometer afgelegd. Nog 5 te gaan.
Ik moest over steken dus ik zette mijn stokken op de grond en wilde een stap zetten, maar mijn stok schoot weg ik kon mijn evenwicht niet houden.
Ik viel op mijn handen en knieën en er schoot een steek van pijn door mijn been. Ik huilde alles bij mekaar.
Hier zat ik dan..Met mijn gebroken been, op de stoep, te huilen. Ik wilde naar mijn pony..Mijn hulpeloze pony..Wiens lot in mijn handen lag..