ieders verhaal bij de zelfde foto.

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
solarpleure

Berichten: 2809
Geregistreerd: 04-04-05
Woonplaats: Oss

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 22-11-05 19:44

He ik moet morge voor de 19e keer op voor m'n typ examen...Dus geen grapjes he!!!
Ben al vanaf m'n 10e levens jaar bezig!!!

Eve_lien

Berichten: 12252
Geregistreerd: 04-05-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 22-11-05 20:39

Mooie foto.

Tinkebel

Berichten: 3992
Geregistreerd: 09-11-04

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 23-11-05 11:19

Beetje raar verhaal bij de foto vind ik. Maar ja, dit kwam in me op toen ik de foto zag..

Citaat:

Ik liep door de straten, en keek hoe saai al die huizen waren. Donkergroene deuren, gemaakt van hout met barsten die van links naar rechts en van boven naar beneden liepen. Witte gordijntjes voor de ramen, met een patroon van een kat die met een bol wol aan het spelen was. In de huizen stonden kerstbomen, met mooie gouden slingers en nog mooiere gouden kerstballen. Onder de kerstboom lagen pakjes, die waren ingepakt met het meest glimmende papier dat ik ooit had gezien. Alles zag er zo perfect uit. Ik liep door en ik voelde de wind in mijn nek waaien. Ik trok mijn sjaal nog strakker en stak mijn handen nog dieper in mijn jaszakken. Ik keek naar de grond waar de stoeptegels net zo scheef lagen als een berggebied. De ene lag mooi recht, en de ander stak er torenhoog bovenuit. Het was als rijke en arme mensen, als baas boven baas. Alsof er geen plek meer was voor de uitstekende stenen. Alsof er geen plek meer was. Ook voor mensen was geen plek meer, ook voor mijn vriend niet.

Mijn vriend. Niet dé vriend, maar een vriend. Het was een zwerver, en er was geen plek meer voor hem. Hij zat dagen, nachten, weken en maanden in zijn hutje in het park. Overdag zat hij op het bankje en bekeek wat de nieuwste mode was, de nieuwste mode die hij nooit zou kunnen dragen. Hij was niet gewenst, zoals zijn ouders het noemden. Ze hadden hem nooit willen krijgen, het was een ongelukje. Als hij ‘boe’ zei had hij minstens 1 week huisarrest. Ze waren streng geweest, heel streng. Toen hij op zijn 15e begon met roken hebben ze hem uit huis gezet. Gewoon op straat. ‘Dan zijn we eindelijk van je af’ hadden zijn ouders gezegd toen ze zijn spullen op straat gooiden. Zijn opa en oma waren overleden, en bij zijn ooms en tantes was hij ook niet geliefd. Ouders van vrienden verafschuwden hem net zo als zijn eigen ouders. Dus de enige optie was om te gaan zwerven. Hij was nu 22, en leefde dus al 7 hele jaren op straat. Hij leefde van bedelen en brood wat eigenlijk voor de eendjes bestemd was.

Ik stak de straat over en liep de supermarkt in. Een walm van warmte overspoelde me en 1 moment leek ik in brand te staan, maar het was niet zo. Ik pakte een mandje en liep door de winkel heen. Ik kocht een pak melk, 2 broden en nog wat koekjes. Er lagen sjaals, mutsen en handschoenen. Ze waren in de aanbieding en ik besloot het mee te nemen. Ik betaalde met een briefje van 5 euro, en dat was nét genoeg. Terwijl ik het pak melk in mijn jaszak deed haalde ik mijn neus op. De vrouw achter de kassa keek me aan en ik haalde mijn schouder op. Sjokkend liep ik naar buiten toe.

Ik wandelde naar het park, waar ik op zoek ging naar mijn vriend. Ik keek op zijn bankje, maar zag hem niet. Hij had het vast koud, dus ik besloot door te lopen naar zijn hut. Zijn hut die ergens achter in de bosjes lag. Ik kroop op handen en knieen door de bosjes heen. De takken met doorns krasten in mijn gezicht en ik voelde hoe het bloed over mijn wangen stroomde, maar het maakte niet uit, want ik had het lang niet zo slecht als m’n vriend. ‘Je mag je voortuin wel eens snoeien’ zei ik lachend toen ik bijna bij de hut was. Ik kreeg geen antwoord. Ik sloop de hut in maar deze was onbewoond. Wel lag er een envelop, en mijn naam stond er op. Ik opende de envelop en haalde er een brief uit.

Lieve Laura,

Je zult wel raar opkijken dat ik hier niet ben. Je zult het raar vinden dat ik een brief heb geschreven, maar ik heb een pen en papier gekocht van een euro die ik op straat vond. Ik heb besloten om te stoppen met dit gedoe. Ik wil niet mijn hele leven in dit armoedige hutje in het park wonen. Ik heb gemerkt dat ik mezelf niet meer ben de laatste tijd. Als ik in mijn lichaam in een winkelruit zag, leek het alsof ik iemand anders zag, maar niet mezelf. Ik wil mezelf niet langer kwetsen, ik kan beter gaan, en over een paar jaar terug komen met een veel beter leven. Ik heb vanmorgen besloten om een eind aan mijn leven te maken. Om 4 uur vanmiddag zal ik van de 650 meter hoge brug afspringen, regelrecht de zee in. Ik kan niet zwemmen, dus ik zal al gauw dood zijn. Ik vind de zee mooi, dus daar zal mijn einde liggen. Treur niet, dit is het beste.

Liefs, je vriend Marcus


Verbaasd had ik de brief gelezen. Maar toch begreep ik wat hij bedoelde. Wat was nou een mens die zich warm hield door het verzamelen van takken, waar hij een vuurtje van stook. Wat was nou een mens die in een hutje leefde. Wat was nou een mens die maar 1 vriend had, een meisje van 14. Wat was dat nou voor een leven ?

Ik keek op mijn horloge en zag dat het kwart voor 4 was. Als ik snel was kon ik nog zien hoe Marcus ging. Ik kroop zo snel als ik kon door de bosjes en rende naar de brug toe. Ik wist precies welke brug mijn vriend bedoelde. Toen ik aankwam zag ik hem boven op de brug staan. Hij had zijn armen gespreid, zoals in de Titanic. ‘MARCUS’ schreeuwde ik hard. Ik zag hoe hij naar me keek. Tranen rolden over mijn wangen maar ik was blij met zijn keus. Ook ik kon niet mijn hele leven lang mijn zakgeld aan zijn brood en melk verspillen. Het was gewoon beter zo. ‘Dit is het beste.. Rust zacht’ zei ik. Marcus begreep de hint en sprong. Hij vloog door de lucht en riep nog ‘tot ziens Laura’. De laatste 20 meter van zijn van krijste hij. Hard. Heel hard. Een seconde later hoorde ik een enorme plons. Nog vier keer zag ik zijn hoofd boven water komen. Maar daarna zag ik alleen nog maar bubbeltjes. Ik liep naar de brug toe en stond even tegen de zijkant aan. Na een paar minuten wilde ik weglopen, maar ik schaafde mijn hand langs het prikkeldraad dat langs een paal zat vastgebonden. Ondanks de pijn glimlachte ik. Dit was een teken van Marcus. Want hij zij altijd : ‘Mijn geboorte is als een wondje. Ik had liever dat het niet gebeurd was’


Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 23-11-05 16:52

Die is erg mooi zeg, wordt er stil van. Moet nog even inspiratie op doen..

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 23-11-05 19:21

ik vind hem ook mooi.
Het is echt een moeilijke, ik heb ideeën begin met uitwerken en maak er een zooitje van om vervolgens op nieuw te beginnen.

Dreamy

Berichten: 24119
Geregistreerd: 06-06-03
Woonplaats: Leiden

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 23-11-05 20:45

Citaat:

Achter de hekken


Ik was nog jong, een klein meisje van vijf jaar.
We woonden toen nog in een soort boeren gat, vrij afgelegen.
Aan de linkerkant woonde een oud stelletje, ze waren lief voor me en soms kwam ik na school even een koekje halen.
Het waren erg lieve mensen, en ik beschouwde ze een beetje als mijn opa en oma.

Aan de linkerkant, lag een huis dat omringt was door hekken.
Mensen in ons dorpje, waarschuwden mij en andere kinderen dat we daar nooit mochten komen.
Er bleek een man te wonen met veel problemen.
Hij dronk veel bier, zei mama.
De mensen in het dorp vonden hem eng en gek.
De gordijnen van zijn huis waren altijd gesloten, en hij kwam nooit buiten.

Op een dag, speelde ik met mijn beste vriendinnetje buiten.
We praatte altijd over de 'enge man', over hoe wij dachten hoe hij was.
Zou hij akelig zijn? Was hij oud?
We slopen vaak rond zijn huis, langs de hekken.
Maar vandaag gingen we een stapje verder..
We klommen, een voor een, over het oude en gammele hek.
Het leek wel, of alles stil werd.
Geen bladeren die ritselde, geen vogel die floot..
Het leek wel even of ze in een heel andere wereld waren gekomen, alsof de hekken een grens waren.

We liepen voorzichtig langs zijn huis, richting een soort van gekraak.
Het geluid werd steeds duidelijker, naarmate wij richting de voorkant van het huis liepen. Toen zagen we wat het was. De voordeur stond op een kier, en bewoog zachtjes heen en weer op een bijna onhoorbare wind.
Kleine kinderen zijn nieuwsgierig, wij dus ook. Voorzichtig deden we de deur een stukje open en liepen zachtjes naar binnen.
Het rook er muf, en het was er al jaren niet schoongemaakt.

Plotseling hoorden we gekraak van een vloer, ergens verderop in de gang. In paniek renden we de trap op, net wat te hard.
Beneden hoorden we voetstappen, hard en snel.
We renden een van de kamers binnen..
Het was er pikkedonker, en er hing een ontzettend rare geur!
Mijn vriendinnetje was erg bang, ik voelde haar trillen.

De voetstappen waren nu halverwege de trap. Nu begon ook ik in paniek te raken.
Want die man moest wel héél eng zijn, anders zouden de mensen in het dorp het niet zeggen.
Toch?
We hoorden de deur van de kamer naast ons opengaan, we hoorden een geluidje en opeens verscheen er licht door het spleetje van de deur.
'Verdomme, waar zijn ze', hoorden we de man grommen.

Ondertussen wenden onze ogen zich aan het donker en keken we snel in het rond.
Er hingen 3 rare dingen aan het plafond, maar wat dat waren.. ?
Snel zochten we iets om ons achter te verstoppen..
Er stond in de hoek een soort van kledingrekje, een prima verstopplek.
Achter zo'n dingen verstopten we ons ook vaak met verstoppertje, hij zou ons vast niet zo snel vinden.
Snel slopen we ernaartoe, de stoffen die eraan hingen waren nat.

Opeens merkten we dat het licht, dat onder de kier doorkwam, uit was.
We hoorden de deur van onze plek kraken..
'Waar zijn jullie.?!' gromde een stem.
Een klein lampje ging aan, net genoeg licht om het kamertje te vullen.
We keken door de spleetjes van het stof heen.
Toen zagen we wat die 'rare' dingen aan het plafond waren.
Het waren kinderen, even oud als ons, met een haak in hun nek.
Ze waren dood.

Plots werd het kledingrek weggetrokken, en daar stond de 'enge man'..
En ja, hij wás echt eng.
We gilden, hij lachte eng..
De twee haken in zijn hand, ik zag ze in een flits.
Voor ik het wist, werd alles zwart & waren we voor eeuwig gevangen,
achter de hekken..

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 24-11-05 19:04

mooi, creapy.

De foto is moeilijker dan hij lijkt ik ben er mee bezig.... (vooral met nadenken. Ideeën zat, maar ze zijn moeilijk uit te werken)

Eve_lien

Berichten: 12252
Geregistreerd: 04-05-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 24-11-05 19:45

Hier nog zo een.
Ik heb een verhaal in mijn hoofd en weet de laatste tien regels.
Alleen om het in korte tijd op paier te krijgen » lastig.

Biebz

Berichten: 5920
Geregistreerd: 25-06-05
Woonplaats: Veenendaal

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 24-11-05 20:10

en wie wil voor mijn vriendin lex is the best maken in het roze.
en rosita in het roze. met spoed

EvelijnS

Berichten: 17537
Geregistreerd: 17-11-04
Woonplaats: Groningen

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 24-11-05 20:12

Biertje: verkeerde topic?

Ik ben echt inspiratieloos...
Ik sla denk ik weer 1 over, ik weet echt he-le-maal niets...

Drunksheep

Berichten: 9507
Geregistreerd: 08-12-03
Woonplaats: Emmen

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 24-11-05 20:27

Vera; mijn complimenten, ik had er tranen van in m'n ogen.
Dreamy; mooi en creapy, alleen wel raar dat ze dat verhaal kon schrijven als ze dood was

solarpleure

Berichten: 2809
Geregistreerd: 04-04-05
Woonplaats: Oss

Re: ieders verhaal bij de zelfde foto.

Link naar dit bericht Geplaatst: 24-11-05 20:52

We woonden naast elkaar, jij en ik. Weet je nog? Vast niet meer anders zou je nog wel eens uit het raam kijken. Waarom gaan we nooit meer iets samen doen? Zoals we vroeger altijd deden, er stiekem met zijn 2e op uit. Weet je nog die ene keer bij het meertje?

We lagen in het koele water, gewoon jij en ik. Op die mooie zomerdag. Samen hand in hand, starend naar de kleine dunne wolken zo hoog boven ons. Een mooie, blauwe libel kwam aangevlogen en ging op jou haar zitten, stil bleven jullie beide. Ik zwom rondjes om jullie heen terwijl jij zo stil mogelijk bleef hangen in het water. Jij was bang voor libellen, mar dat wist ik niet. Ik vond deze wezens geweldig, ze hadden prachtige kleuren, net vlinders alleen nog specialer.
“Ik wil weg”, zei je zacht.
Ik knikte en we zwommen zachtjes naar de oever van het meer. Onze handdoeken waren verwarm door de heerlijke zomerzon. Jij had zo’n grote zachte strandhanddoek, en ik zo’n klein, hard handdoekje wat uit de droger kwam. Jij ging op jou handdoek liggen weet starend naar de wolken, ik was mij nog aan het afdrogen.
“Kijk die lijkt op een konijntje”, zei je terwijl je ergens naar wees.
Ik zag in geen wolk een konijn, maar zei maar enthousiast: “ja”. Ik ging naast jou liggen en jij legde jou hoofd op mijn borst. Een warm gevoel vloeide door mijn lichaam, wat was het toch altijd heerlijk met jou.
Nog uren hadden we daar gelegen, terwijl we al lang thuis hadden moeten zijn, zowel jij als ik. Maar om tijd gaven wij niks, wij wilde alleen maar bij elkaar zijn. Tenminste dat dacht ik. Ik voelde een natte druppel op mijn borst vallen, jou haar was allang opgedroogd dus dat kon het niet zijn. Ik aaide met mijn hand over jou hoofd, jij begon te huilen. Met snikken en stoten vertelde jij mij het. Weet je het nog?
“Ik kan niet meer bij je zijn”, zei je. “Want ik moet mijn hart aan een ander geven. Mijn vader heeft mij uitgehuwd”.

Weet je die woorden nog? Die woorden die ons uit elkaar braken? Ach, wat maakt het toch uit. Jij bent nu wel gelukkig met die man van je.

Na deze woorden uitgesproken te hebben ben je weg gerend, de bossen in. Mij achterlatend op de heide bij het meer, ons eigen plekje die je hebt verlaten. De enigste plek waar wij veilig bij elkaar konden zijn en waar niemand ons kon vinden. Ik wist niet wat mij overkwam en pakte mijn spullen voor ik de achtervolging inzette.
Ik had het gevoel alsof ik het hele bos had afgezocht maar nergens had ik jou kunnen ontdekken. Gebroken liep ik naar huis, het was al aan het schemeren. Dat hield in dar het zo’n negen uur was. Mijn ouders zouden woedend zijn, helaas had ik er geen erg in.
Ik opende onze achterdeur en keek naar jou huis, jou huis naast mijn huis. Daar stond jij achter jou raam, te kijken naar mij. Gebroken door verdriet over jou opende ik de deur en liep het huis binnen zonder je in de ogen te kijken.

Je had ooit gezegd dat onze liefde eeuwig zou zijn, onze verboden liefde zou alles kunnen overwinnen. Blijkbaar had je ook toen gelogen, gelogen over twee dingen. Jij zou nooit eeuwig van mij kunnen houden, en wij zouden niks kunnen overwinnen. Alleen ik zou dat, jij had daar de kracht niet voor.

Ik liep de huiskamer binnen, en daar zaten ze, jou ouders. Jou ouders en mijn ouders, met z’n 4e in één huis. Vrijwillig! Ik merkte dat er iets niet in orde was.
“Jongeman”, zei jou vader. “Wij hebben ontdekt dat u een verboden relatie met mijn verloofde dochter hebt”.
Ik schudde mijn hoofd. “Niet meer”, zei ik triest.
“Ik verbied u haar ooit nog te zien, en ik wil u zeker niet op haar bruiloft zien!”, schreeuwde jou vader. “En nu uit mijn ogen!”.
Ik knikte en schuifelde de kamer uit. De trap op, naar mijn kamer. Boven aan de trap hoorde ik stemmen tegen elkaar schreeuwen, jou ouders en mijn ouders hadden ruzie. Even later hoorde ik de voordeur open gaan en met een harde klap dichtvallen. Ik liep naar mijn kamer, opende de deur en liet mij even later op bed vallen.

Onze liefde was als Romeo en Julia, verboden. Maar net als hun zouden wij kunnen overwinnen, tenminste dat geloofde ik toen nog.

Ik bleef op bed liggen, starend naar de muur voor mij, denkend over jou en over ons. Waarom had je het niet eerder gezegd, waarom niet. Waarom dit, waarom dat. Ik wist het niet meer. Mijn moeder klopte op de deur, zij was de enigste die ooit klopte. De rest stormde altijd maar mijn kamer binnen. Ze opende de deur en ging naast mij zitten.
“Jongen, het is al laat, ga nu maar slapen”, zei ze. “Morgen is er weer en dag dan kijken we wel verder”.

Uiteindelijk viel ik toch in slaap, maar niet voordat ik naar jou kamer had gekeken. Jou kamer die nu als een zwart gat naar mij gaapte. Ik droomde over jou en, het begon als een prachtige droom, jij en ik op een bruiloft. Jij was de bruid ik de bruidegom. We waren gelukkig, tot ik achterom keek. Ik zag jou ouders opdoemen als grote zwarte geesten, ze bogen zich over jou heen en slokte jou op. Zo bleef ik voor eeuwig de ongehuwde bruidegom.
Zwetend werd ik wakker, het was zeven uur. Ik stond maar op en liep naar de badkamer waar ik mij verzorgde. Ik keek uit het raam maar ik zag niks. De lucht, de aarde alles leek een egale kleur te hebben, grijs. Het regende, stormde, bliksemde en donderde. En dit in een van de mooiste zomers ooit. Het zou een betekenis hebben.

Ja die dag was gisteren hè? Tenminste dat zou gisteren moeten zijn. Het licht eraan waneer je dit leest. Maar dat je dit leest is jou eigen schuld. Jij had in ons moeten geloven. Niet in dat huwelijk met die vreemde man.
De rede van deze brief heb je vast al wel gemerkt. Gisteren was echt de perfecte dag ervoor. En hij werd alleen nog maar beter.


Ik liep naar beneden om te ontbijten, op de trap keek ik eventjes naar jou kamer, deze was nog steeds als een zwart gapend gat.
Ik zag een eindje verderop op het gras en stel silhouetten lopen. Waren vast jou vader en van die belangrijke vriendjes van hem. Ik liep naar de keuken en maakte een ontbijt voor mijzelf. Langzaam aan begon het op te klaren en tegen achten was het droog en brak er een vrolijk zonnetje door. Ik toverde een lach op mijn gezicht. Ja dit was echt een schitterende dag.
Mijn moeder kwam de keuken ingelopen en ik begroete haar vrolijk. Ik danste de keuken uit terwijl mijn moeder mij raar nakeek. In de studeerkamer pakte ik vrolijk mijn schooltas in. Alle saaie vakken deerde mij totaal niet meer. Ik danste met mijn volle schooltas terug naar mijn moeder. Deze gooide een klein paketje eten naar mij toe. Ik danste verder het huis uit, buiten keek ik naar jouw huis. Het was inderdaad jou vader die ik had gezien, maar niet met belangrijke vriendjes, maar met mijn vader en broer en jou broer. Ze hadden een hek gemaakt, een hoog hek.

Kijk maar naar buiten, dan zie je dat afschuwelijke hek. Door dat hek heb ik deze brief geschreven. Dat hek heeft ervoor gezorgd dat ik jou nooit meer zal zien, en jij mij ook nooit meer. Dat verdomde hek, het is hun schuld. Niet het mijne niet het jouwe!! Hun schuld, ja! Heb je dat door. Ik heb nooit iets expres gedaan, ik werd gedwongen door hun. Alsjeblieft geloof mij.

Triest liep ik door, dat het zou onze echte scheiding worden. Ik liep langs jou vader en broer, en natuurlijk langs de mijne. Ik keek ze niet aan, ik gunde ze geen blik. Nooit meer, nouja. Nog één keer was dat geworden. Ik liep naar school, maar ging er niet heen. Ik liep erlangs, naar de stad. Daar had je zo’n winkel, die met al die wapens.

Daar zijn we nog een keer langs geweest, toen heb ik jou dat schitterende zwaard laten zien, die Chinese. Weet je nog?

Ik ging de winkel binnen en kocht dat schitterende zwaard. Ik verstopte het in mijn broek, ik had zo’n wijde aan zodat niemand mij met dat ding zag. Ik wist dat jij ook naar school was en dat jou moeder met je jongere zusje thuis was. Je vader en broer waren op het werk. Die waren om 12 uur thuis. Ik ging terug naar jou huis en sloop er stilletjes binnen. Je moeder kwam naar mij toen.
“Jongen”, zei ze. “Als Marnix je hier ziet doet hij je wat”.
Ik keek haar duf aan, mijn schitterende zwaard had ik achter mijn rug verborgen, ik wilde weten hoe het sneed. Dus heften ik het zwaard en sloeg in op jou moeder.

Het gaf echt een heerlijk gevoel. Ik zou jou vader leren jou van mij af te pakken. Ik zou het hem leren.

Nadat jou moeder was bezweken ben ik naar boven gelopen, jou zusje lag daar zo lief. Met haar duimpje in haar mondje, zich van geen kwaad bewust.
In één klap was ze dood.

Ja lieverd, helaas. Ook zij moest dood. Zij was ook een zonnetje in jou vaders leven.

Het was half elf. Marnix zou pas over ander half uur thuis komen. Ik liep naar jou kamer waar ik jou geur opsnoof. Ik liep naar je raam en keek naar mijn huis. Ik keek naar het hek dat ons had gescheiden. Niet alleen jou vader had daar aan mee geholpen ook de mijne. Ik liep jou kamer uit, naar beneden. Naar mijn eigen huis.
Buiten moest ik omlopen, door dar verdomde hek. Mijn moeder zat met mijn vader in de keuken, dat wist ik. Hij hoefde pas om twaalf uur te beginnen. Ik liep de keuken binnen met het zwaard op mijn rug verborgen. Mijn vader liep naar mij toe. Ik begon te huilen.
“Het is jou eigen schuld. Jou schuld. Samen met dat van marnix!”, zei ik terwijl ik mijn zwaard in hem zette.
Mijn moeder begon te huilen.
“Jongen, alsjeblieft. Doe dit niet”, gilde ze.
Ik zag niks meer, mijn verstand stond op nul. Ik sprong naar voren en sloeg ook mijn moeder dood. Mijn zwaard deed ik af met een doekje en kuste het.

Dit is mijn nieuwe liefde. De trouwe liefde, niet jou verraderlijke liefde.

Ik sleepte mijn ouders naar de kelder en liet ze daar voor wat ze waren. Dood. Ik keek op de klok, kwart voor twaalf. Een mooie tijd om terug te gaan naar jou huis. Tien voor twaalf was ik in jou huis, je moeder lag nog op dezelfde plek, met de plas bloed om haar heen. Ik hoorde de auto stoppen voor jullie huis, je vader was vroeg vandaag. Ik liep stilletjes naar boven naar je zusje, terwijl ik de voordeur open hoorde gaan.
“Lieverd ik ben thuis”, hoorde ik Marnix zeggen. Toen hij niks terug hoorde riep hij nog een keer. “Lieverd!”
Hij liep waarschijnlijk naar je moeder, die dood in de hal lag, voor de trap. Ik hoorde een schreeuw waarna hij naar boven stormde.

Ik had mij bij jou zusje begeven. Hij moest haar ook zien, maar mij niet. Achter de deur stond ik veilig. Jou domme vader had het nooit gemerkt.

Hij rende je zusjes kamer binnen.
“Nee”, riep hij bij het zien van haar bebloede bed. Hij liep naar haar toe waarna ik de deur dicht deed. Hij draaide zich om.
“Jij”, zei hij. Ik knikte.
“Ik”, zei ik. Voor dat hij het doorhad stak mijn zwaard dwars door hem heen.
Ook deze lijken versleep ik naar de kelder. Daarna verliet ik jou huis.

Ik ging naar de school van onze broers. Deze hadden met zijn tweeën een speciaal plekje waar ze rookte.

Wist je dat je broer rookte?

In de bosjes achter school. Ik liep erheen, mijn zwaard verbergend in mijn broek. Maar toch trok ik de aandacht vanwege mijn vieze bebloede kleren en gezicht. Ik rende naar de bosjes waar ik onze broers zag. Binnen een minuut waren ze beide dood.
Daarna ben ik snel naar huis gegaan. Ik heb een bijl gepakt en heb dat afschuwelijke hek omgehakt. Nu konden wij weer bij elkaar zijn.

Maar waarom wilde je niet meer bij mij zijn. Waarom heb je het hek opnieuw laten zetten? Hou je niet van mij? Geef mij alsjeblieft antwoord, ik hou van je. En jij van mij. Ik weet het zeker. Zonder onze familie kunnen wij met elkaar leven. En zonder dat afschuwelijke hek kunnen wij weer samen leven.

Samen voor altijd, lieverd? Samen zonder hek?

solarpleure

Berichten: 2809
Geregistreerd: 04-04-05
Woonplaats: Oss

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 24-11-05 22:31

Hij is een beetje zoals lang geworden, en eigelijk vind ik 'm bar en bar slecht! helaas

Drunksheep

Berichten: 9507
Geregistreerd: 08-12-03
Woonplaats: Emmen

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 25-11-05 18:08

Mooi verhaal, zitten wel wat foutjes in.
Je had ook wat uitgebreider kunnen vertellen, want je gaat heel snel naar iets anders.
Bijv: Je maakt die moeder dood, rent naar boven en maakt het meisje dood.
Dat gaat een beetje snel snap je?
Veel succes!

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-11-05 13:42

jeetje ik ben inspiratieloos op het moment en denk niet dat er van mij nog redelijk snel een verhaal gaat komen.
Dus wat mij bedreft kunnen de andere gaan uitmaken of er een nieuwe foto komt (als hij er nog lang opblijft staan komt er vanzelf een verhaal, maar nu even niet)

FrontC

Berichten: 4969
Geregistreerd: 02-04-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 11:45

Lastige foto, ik sla een rondje over...

Denk ik!

[edit]

Correctie:

Ik vind deze foto wel een uitdaging! *gaat schrijven

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 27-11-05 12:04

Krijgt inspiratie na Gunufjes berichtje.
Oei, het is echt moeilijker dan werd gedacht aan het begin.

Fenn

Berichten: 6395
Geregistreerd: 13-08-04
Woonplaats: nederland

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 27-11-05 12:34

Mick gooit als eerste zijn rugzak over het hek. Hans en ik gooien snel onze tassen erachteraan. Mick heeft zijn hand al op het hek en kijkt of hij het houd. Hans kijkt zenuwachtig achter zich. Ik ben de eerste die omhoog schiet. Achter me hoor ik Mick vloeken, ‘Fock, klimmen Ime, schiet facking op!’
Hij klinkt bang, ik klim sneller. Het hek beweegt heen en weer en ik hoor een van de houten palen kraken als ik mijn voet erop zet. Hans geeft een schreeuw en ik klim onverstoorbaar verder. Als ik eindelijk boven ben gooi ik mijn been over het houten hek en spring ik zonder aarzeling naar beneden. Zodra mijn voeten het verdorde gras raken ontspringt uit mijn mond een vloek. Achter me hoor ik Hans klimmen.
Als Hans naast me neer komt heb ik de rugzak al opgehesen. Hij ademt zwaar. Ik geef hem wat water. Hij schud zijn hoofd en weert het flesje af. ‘Doe dat niet meer zus, je hoeft niet meer voor ons te zorgen alsof je ons sloofje bent.’
Mick komt met een plof naast ons neer. ‘volgens mij worden we gevolgd, Im, Hans. We moeten verder.’
Hij begint te rennen en Hans schiet achter hem aan. Ik doe mijn best ze bij te houden, maar met mijn rok kan ik niet rennen. Alleen de kou kan me weerhouden hem uit te trekken, bedenk ik op eens. Het duurt even, maar dan ren ik in mijn ondergoed door de nacht achter Hans en Mick aan.
‘Im,’ roept Hans verontwaardigt als hij me ziet. Mick reageert niet en ik ook niet. Hans kan alleen zijn hoofd schudden. Met het tempo wat lager dan aan het begin rennen we door.
Mijn adem vormt wolkjes in de lucht. Ik hoor naast me Mick hard ademen. Hans lijkt niet eens moe en ik weet dat als ik er niet bij was geweest ze heel veel harder hadden kunnen rennen. Ik strek mijn benen extra en ren harder. Misschien hebben ze ooit geleerd dat meisjes minder zijn dan zij, maar ik heb geleerd om mijn pijn en kou weg te slikken voor hen. Door hun ben ik sterker en nu ben ik vrij.
De schreeuw die me ontsnapt, doet Mick glimlachen. Opeens zijn we gestopt met rennen. Mick hangt om mijn hals en Hans staat er naast te grijzen. We zijn vrij, vrij, vrij!
Het hele kamp kan de pot op, het enige wat ons nu nog rest is op zoek naar de bewoonde wereld. En een huis.
‘Op naar een nieuw leven,’ fluistert Mick in mijn oor. ‘We laten iedereen in het maankamp in hun sop gaar koken, wij zijn vrij.’
Ja, we zijn vrij. Weg van het maankamp, waar ik de hele dag moest sloven voor de mannen en waar ze met me konden doen wat ze wilde. ‘Ik ben geen ding,’ zeg ik tegen Mick. Hij knikt en kijkt trots naar me. Hans legt een hand op mijn schouder, ‘nee zussie, je bent Ima en mijn zus.’
Met zijn drieën staan we in het maanlicht, midden op het pad. De weg voor ons is onbekend, maar we gaan nooit terug naar het kamp. Tranen doen mijn ogen glimmen. Nooit terug, liever dood dan dat.

het is kort, cliché en niet goed. Ik weet het, maar meer komt er echt even niet uit.

FrontC

Berichten: 4969
Geregistreerd: 02-04-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 13:14

Fenn schreef:
Krijgt inspiratie na Gunufjes berichtje.
Oei, het is echt moeilijker dan werd gedacht aan het begin.


Dat is dan 5 euro ( )

*schrijft verder

FrontC

Berichten: 4969
Geregistreerd: 02-04-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 13:35

Hopelijk raakt mijn verhaal mensen:

Citaat:
Je zei nog dat je terug zou komen.

Het rook toen naar zomer en de lucht was mooi blauw, met hier en daar een wolkje. De zon stond hoog aan de hemel en het waaide lichtjes. Vlinders vlogen voorbij en
We lagen samen in het gras. Je had mijn armen om mij geslagen en je hoofd lag op mijn schouders. Het was perfect.
Jaren had ik er van gedroomd om ooit zo met een meisje samen te zijn. Zij was de enige die ooit van me heeft gehouden. Ze fluisterde almaar lieve woordjes, dat ze van me hield en dat ik lief was. Dat ze hier nooit meer weg wilde en dat ik de jongen van haar leven was.
Je zwarte haren schitterden in de zon en je huid rook naar honing.
Ik moest eigelijk mijn vader helpen op de boerderij, want hij was aan het oogsten. Er dreigde oorlog en hij wilde een voedselvoorraad hebben. Jij moest je moeder helpen met het spinnen van wol voor dekens. Ook zij moest nog geld verdienen.
Dat maakte niks uit voor ons tweeën. Ik streelde je hoofd dat op mijn borst lag en je bleef lieve dingen zeggen. Wij waren hier samen, niemand kon ons dit moment stelen.
Ik wenste toen dat dat moois nooit meer over ging.

Een paar weken later stond je ineens op een doordeweekse dag voor mijn deur. Zonder aankondiging: je had niet geschreven en mijn ouders wisten er ook niks van.
Je woonde toen nog een paar dorpen verder weg en het was een vrij lange tocht van haar huisje naar onze boerderij.
Je keek blij toen. Vrolijk vertelde je dat je was uitgenodigd voor een werkkamp ergens hogerop in het land. Deze gelegenheid was er speciaal voor Joden zoals jij, zei je. Over een paar weken zou je vertrekken met de trein.
Ik was geen Jood. Ik geloofde nergens in, maar jouw geloof hield ons niet tegen om van elkaar te houden. Toch wilde ik met je mee op kamp.
Bedroefd vertelde je dat ik niet mee kon. Jij moest alleen gaan, maar je zou brieven schrijven en ik kon bij je op bezoek komen.

De weken verstreken en de dag dat je vertrok kwam dichterbij. De laatste dagen waren we bijna altijd samen. We vertelden elkaar over ons leven en omhelsden de ander, zeiden dat we veel van elkaar hielden.
Ik bracht je naar het station. Ik weet nog goed dat je licht twijfelend naar de grote, indrukwekkende trein keek en je koffers even neerzette.
Het laatste moment brak aan. Ik kuste je op je mond en je sloeg je armen om je heen. Even stonden we zo, en toen maakte je jezelf los van mij. Je moest gaan, zei je.
Ik bracht je koffers de trein in en je had een mooi plaatsje aan het raam. Voor de laatste keer kuste ik je. Ik kom terug, ik beloof het, zei je.
Ik ging de trein weer uit. Je draaide het raampje waaraan je zat open. Je zei nog dat je terug zou komen.

Weken verstreken en ik hoorde niets van je. Ik mistte je, tijdens het werken op het land of als ik door het bos liep. Als ik wakker lag in bed, wakker van de pijn die ik voelde.
Zeker twee maanden later kwam een brief. De brief was niet van jouw handschrift. Toch hechtte ik waarde aan de brief, want onderaan stond jóuw naam en bovenaan de brief de mijne.
De brief vertelde dat het heel leuk was op het kamp en dat je me niet miste. Het was er leuk genoeg en je kreeg goed te eten.
Wat was ik blij dat te horen.
Toch bleef ik je missen, ondanks de blijdschap van die ene brief.
Ik voelde dat er iets niet pluis was aan die lettertjes op het gekreukte papier.
Wat was er gebeurd met je handschrift? Waarom miste je me niet? Was het er wel zo leuk?
Het ging steeds slechter met mij. Zeker een half jaar ging voorbij en ik viel af, heel veel. Ik at niet meer goed en ik zag er ongezond uit. Ik hoorde niets van je. Wanneer kwam je nou terug?

Ik besloot nog een maand later dat ik je ging opzoeken. Ik kreeg van mijn vader zijn beste paard en heel veel voedsel, drinken en geld.
Via je tante wist ik waar je heen was, Westerbork of zoiets. Ik wist precies hoe ik moest rijden en ik kon ook de weg vragen als het nodig was.

Zeker een week reed ik bijna vijftien uur per dag. Het paard was moe en ik ook, maar dat was het waard. Ik vroeg constant mensen waar Westerbork was. Ze keken dan verschrikt en wezen met een trillende vinger de weg.
Uiteindelijk bereikte ik het kamp.
Ik schrok. Hoge hekken vol prikkeldraad en draad waar stroom op stond.
Ik reed naar de ingang, waar ik werd tegengehouden door soldaten. Ze vroegen of ik Jood was.
Ja zei ik, en ik loog. Geheel onverwachts sloegen ze me van mijn paard en ze namen me mee.
Ik werd tussen barakken door gebracht, naar een klein houten huisje. Een man testte van alles aan me. Hij vond dat ik te zwak was voor werk. Ik was niet sterk en niet zwaar, ik was afgezwakt en niets meer waard.
Ik hoefde niet meer langer te leven van hem.
Nog twee dagen zat ik in een barak tussen allemaal magere mensen. Niemand kende jou daar, hoe veel mensen ik ook vroeg.
Één keer dacht ik dat ik je zag lopen aan de andere kant van de hekken.

De laatste dag brak aan. Het regende zachtjes en ik werd door twee sterke mannen ver weg gebracht over het terrein. Langs een hek.
Daar waren mensen aan het werk. Ze waren aan het graven.
Ineens herkende ik een klein en tenger figuurtje met donker kort haar. Heel mager was het en zwak groef het een kuil.
Ineens herkende ik je. Ik gilde je naam. Je draaide je om en toen pas zag ik dat je gezicht helemaal was ingevallen en dat je ogen dof stonden. Even keek je blij. Je gilde ook mijn naam en rende op me af, je rende naar het hek. Ik ook.

De klap was het laatste wat ik mee kreeg. Ik zag je heel zwak en langzaam rennen, toen je ineens door je benen zakte. Ik hoorde een harde klap en een kleine explosie volgde.
Je viel op de grond en je bloedde. Niemand liep op je af om te gaan kijken wat er met je was, niemand gilde.
Alleen ik. Ik rende op je af en nam me voor om over het hek te klimmen en bij je neer te knielen, toen met mij hetzelfde gebeurde. Ik voelde geen pijn, alleen kou.
Je was neergeschoten. Ik ook.
Je zei nog dat je terug zou komen, en je had gelijk.
Je stond vooraan een lange tunnel vol licht, met je handen uitgestoken naar mij.

Tinkebel

Berichten: 3992
Geregistreerd: 09-11-04

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 15:57

Wauw hij is mooi Gunufje, net als je onderschrift

Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 16:04

warneer is deze foto dan weg?

Ik wil namelijk best een verhaal schrijven... maar mij kennende is hij niet vandaag af

Anoniem

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 16:56

mooi verhaal gunufje... ik schijn niet erg originele inspiratie op te doen bij foto's, telkens zie ik een verhaal wat ongeveer over hetzelfde gaat... Zo ook jou verhaal gunufje

Alhoewel de mijne heel anders is speelt het zich af op een boerderij waar oorlog aanbreekt, het spijt me maar toen ik eraan begon had ik je verhaal nog niet gelezen... Ik hoop dat je het niet erg vindt

Bestek

Berichten: 3167
Geregistreerd: 04-05-05

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 17:06

Ik wacht wel totdat je klaar bent Menino
Volgens mij zijn er ook nog meer mensen bezig?

En gunufje, die is echt heel erg mooi Maar ik vind ze allemaal wel mooi.. zal een moeilijke beslissing worden..

FrontC

Berichten: 4969
Geregistreerd: 02-04-04
Woonplaats: Utrecht

Re:

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-11-05 17:23

Geeft niet menino
Bedankt voor de complimenten iedereen btw!

*wacht op nieuwe foto