
Maar die van Dieuwke vinnik dan ook goed
Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly


elovesp schreef:Ik vind het een goed idee.
Kijk, als iemand zegt dat er binnen 24 uur een nieuwe foto komt, dan krijgen de mensen die nog een verhaal voor de oude foto moeten schrijven, nog 24 uur om het verhaal te schrijven. Lukt dat niet, dan wordt het uitgesteld en dan komt er pas een nieuwe foto als er geen bezwaar meer is.
(leg ik het zo goed uit?)
.
Anders zit je ook een week te wachten!


Citaat:
Achter gesloten luiken.
Vanachter de gesloten luiken van het zolder raam hoorde ze hun stemmen naderen. Cassandra verschoof zich over de met stof bezaaide vloer van de kleine zolder, zich maar al te goed bewust van de ketting waaraan ze vast lag. De ijzeren ring striemde in haar vel bij iedere beweging van haar bottige lichaam. Het dienblad dat vanochtend naast haar neergegooid was stak haar in haar zij. Ze slaakte een diepe zucht, niet meer en niet minder. De kracht om te gillen of schreeuwen was tijdig uit haar lichaam vertrokken. Als een oud vrouwtje sleepte ze zich nu voort, beide handen zo goed en zo kwaad als het ging gebruikend. Na een tiental pijnlijke seconden bereikte ze de houten muur. Met trillende vingers, tastend in het donker, schoof ze het loshangende stukje alluminium voor het kleine kiertje in de muur weg en bracht haar oog naar het gat. Rustig liet ze haar ogen wennen aan het licht en bekeek opnieuw de ruimte naast het kamertje waar ze opgesloten was. Ook daar was het redelijk donker, maar voor Cassandra leek het alsof al het licht van de wereld er opgeslagen lag. Daar in die andere kamer met de houten trap en gelige muren, waarin kleine raampje gemaakt waren waardoor het licht naar binnen viel, was de vrijheid. Daar waren Thomos en haar familie, samen met de rest van het dorp.
‘Wat zeg je?’ Cassandra werd zich weer bewust van de stemmen die naderde. Ze sloot haar ogen en concentreerde zich op het geluid. ‘Mislukt? Hoezo mislukt?’ De stem klonk boos en verwijtend. ‘Ze zijn ontsnapt, meneer. We konden er niets aan doen. Salvados is achter ze aan gegaan, maar tevergeefs. Zijn paard, u weet wel, die Elinios, waarvan ik zei dat hij er nog niet klaar voor was, heeft hem eraf gegooid en heeft de benen genomen. Hij kwam verkeerd terecht en is niet meer in staat zich te bewegen.’ De stemmen kwamen steeds dichterbij, maar Cassandra verplaatste zich niet. ‘WAT? Niet meer in staat te lopen? Paard weg? Spionnen op vrij voet? Wat zijn jullie eigenlijk voor stelletje klunzen? Het is dat ik niet het recht heb jullie weg te sturen maar anders..’ Bij het woord spionnen veerde Cassandra op. Ze wist dat het bijna niet mogelijk was, maar misschien waren ze haar dan toch op het spoor? Zou dan eindelijk de tijd van vrijheid aangebroken zijn? Voordat ze het had gedacht, wilde ze het zo liefst mogelijk weer vergeten. Haar goede hoop was een tijd geleden al vervlogen, maar baande zich nu een weg terug in haar hersenen.
Vanachter de houte deur klonk nu het gekraak van de trap. Zo snel als haar verslapte lichaam het toeliet schoof Cassandra terug de benauwde ruimte in en drukte zich tegen de muur aan. Met een hels kabel schoot het slot van de deur los en met evenveel herrie werd deze open getrokken.
‘Zo..’ De plotselinge hoeveelheid licht deed Cassandra’s ogen samenknijpen. Door kleine spleetjes nam ze de figuur voor zich waar. Ze had hem nog nooit eerder gezien. Het was een knappe jongeman, zijn bruine haar stond wild op zijn hoofd en sierde zijn gebruinde huid. Zijn heldere bruine ogen stonden vol medelijden, die hij duidelijk wilde verbergen door zijn hoofd af te wenden. Hij kuchtte, duidelijk aangeslagen door wat hij zag. Zonder nog een enkel woord te zeggen greep hij het dienblad van de bevuilde vloer en wilde weer vertrekken.
Cassandra wist dat ze haar kans moest grijpen. Ze verzamelde al haar kracht en stootte met volle kracht wat lucht langs haar stembanden, zodat een rauwe toon uit haar mond ontsnapte. De jongeman stond stil en keek over zijn linkerschouder naar achter. Cassandra wist dat ze knap was geweest, maar was zich bewust van haar toestand. Desalniettemin probeerde ze zo verleidelijk mogelijk te kijken. Helaas leek de jongen in de deuropening er niet gevoelig voor en hij liep door. Zachter dan voorheen sloot hij de deur en denderde de trap weer af, met zijn enorme zwarte laarzen. Daar zat ze weer, alleen opgesloten in het donker. Ze probeerde zich te herinneren wanneer ze voor het laatst de zon op haar huid gevoeld had. Het was lang geleden, misschien wel een week, misschien wel een maand. Ze wist het niet meer. Eigenlijk wist ze niets meer.
De volgende dag kwamen ze aan. Opgelucht dat ze haar eindelijk gevonden hadden schoptten ze de deur open. Daar lag ze. Rustig, stil. Geen enkel geluid vulde de ruimte; het was alsof de tijd even stil bleef staan. Allen beseften dat het te laat was. Het kamertje boven aan de trap was haar laatste rustplaats geworden. Achteraf had het allemaal anders kunnen lopen. Achteraf is makkelijk praten. De tijd heelt alle wonden en geeft hoop, maar is ook een reden tot de dood.

.

Heb ik vet lang over moeten studeren, like 7 keer gezakt voor m'n ctrl v - ctrl c examen...Vond het niet grappig meer :'9 *huilt*
.