*knuffelt terug*
net terug thuis van luilak, vriendin kwam me halen hahahahaha
okj
(nadat ze me om kwart over vier wakker belde...) dus vandaar zo vroeg hahahahaha 
Nouja, heb niets beters te doen, heb het verhaal maar even verder herschreven!! HEEEEEEEEEELEMAAL onderaan staat een nieuw stukje, er is niet veel veranderd.. maargoed.. isty dan, veel leesplezier heah
Zinloos geweld, zinloos.
"AHHHHHHHHHH, HEEELP, NIET DOEN, LAAT ME MET RUST" riep Misha. Weer werd ze in elkaar getrapt door die stomme jongens uit de straat. Al een paar weken gaat het zo, en haar ouders doen er niets aan.. Ze moet het zelf maar oplossen.
Een blauw oog had ze al, overal blauwe plekken ook al.. Maar waarom, waarom moesten die jongen haar hebben? Ze wist het niet.. Wist ze het maar. Ze vroeg het, voor zover ze nog kon praten: "waarom ik, waarom moeten jullie mij hebben?"
Geen antwoord.. Nog een keer, nu iets harder: "Waarom ik, waarom moeten jullie mij hebben?" Nu zeiden ze weer niets, maar hoorden het duidelijk wel. Ze stopten even met trappen, maar gingen daarna weer door. Met alle geweld ramden ze op haar in, haar hoofd, haar maag, haar rug.. En toen haar been, een stekende pijn schoot door haar heen, en toen werd het zwart, alles donker..
Toen ze wakker werd, had ze hoofdpijn. Ze moest haar mobiel vinden, en kijken hoe laat het was. Ze keek op haar horloge, maar kon niet zien hoe laat het was, omdat het aardedonker was en er geen lantaarns waren.. Ze voelde, maar het glas was gebroken. Ze stak haar vinger in haar mond, maar proefde geen bloed.. Gelukkig maar, anders zou ze nog meer gezeur krijgen thuis, voor zover haar ouders zich met haar bemoeiden.
Ze ging op de tast in haar broekzak op zoek naar haar mobieltje. Toen ze 'm na een paar minuten zoeken en frummelen uit haar zak had gekregen, zag ze dat het al half 2 in de nacht was. Nouja, toch haar ouders maar even bellen, ze kon hier moeilijk blijven liggen.. Vier keer, vijf keer, zes keer ging de telefoon over.. Eindelijk, er werd opgenomen! "Mam, pap, kom me halen, ik ben weer in elkaar getrapt, kom me halen alsjeblieft" smeekte ze. 'BANG'.. hoorn op de haak gegooid.. Leuk, ouders die een beetje meeleven, dacht ze.. Dan maar haar vriendin proberen.. Alhoewel, het was al half 2.. Nou, het moest dan maar, ze kon hier niet blijven liggen.. Ze probeerde even te gaan verliggen, en een pijnlijke schok ging door haar heen.. Toch maar blijven liggen dan.. Ze belde Karin op, hopend dat ze maar opnam.. acht keer, negen keer, tien keer, elf keer.. ze wilde net ophangen, toen ze Karin's stem hoorde: "Misha, wat is er? Waarom bel je me om half 2?" "Karin, ik ben blij dat je opneemt.. Kom me alsjeblieft helpen, het is weer zover" Karin wist van haar problemen, en ook dat haar ouders niets wilden doen.. "Lieverd, waar ben je?? Zeg me snel, waar ben je? Ik kom nu naar je toe" "Steegmanlaan, bij het speeltuintje" kreunde Misha.. Er werd opgehangen.. Gelukkig, er kwam hulp aan..
Toen Karin eindelijk kwam, was het bij Misha alweer zwart geworden voor haar ogen. Ze merkte niet eens dat Karin er was, totdat die haar wakkerschudde. Misha begon te gillen, ze dacht dat de jongens weer terug waren gekomen. Ze hoorde de geruststellende stem van Karin "Rustig Mish, ik ben het, Karin. Wees maar niet bang, ik kom je helpen, dat wilde je toch? Stil maar meisje" Misha barstte in huilen uit, het werd haar allemaal even teveel. Karin ging naast haar zitten en streelde zachtjes door haar haar, wat helemaal in de war zat en vol met klitten en vuil. Toen Misha wat rustiger was, vertelde ze het hele verhaal, voor zover ze kon praten: "Ooh, Karin, het was zo vreselijk" huilde ze "Ik ging naar huis vanaf de disco waar ik geweest was, ik kwam hierlangs.. Dat was iets van 1 uur, ooh Karin, ze wachtten al op me" Misha barstte weer in snikken uit, en wierp zich in Karins armen. Wat was ze toch blij dat Karin er was! Toen ging ze weer verder: "Ooh, mijn been, ze trapten me overal, echt overal. Ook mijn been, maar het is mis Karin, heel erg mis. Mijn been, ik kan 'm niet bewegen of hij doet alweer zeer! En, en toen ik mijn ouders belde, gooide ze de hoorn op de haak, het is zo verschrikkelijk. Het lijkt wel of ze me gewoon niet meer willen, alsof ik ongewenst ben. Kan ik niet bij jou wonen, tijdelijk?" "Ik zou het wel willen lieve Misha, maar.. Ik moet je eerst thuis krijgen.. Maar je vertelde dat je niet kunt lopen, ik zal de ambulance moeten bellen. We vertellen wel dat je gevallen bent" "O, okee.. Ja, ik moet toch weg hier" Karin pakte haar telefoon en belde. Toen ze weer had opgehangen zei ze "Ja, ze komen eraan. Ik blijf bij je hoor, maar ik moet even mijn ouders bellen waar ik ben" Dus belde ze haar ouders op en die kwamen ook, om te kijken hoe het was.
Karins ouders schrokken heel erg van hoe Misha eruit zag, vies, overal blauwe plekken. Ze wilden wat zeggen, maar ze kregen geen woord over hun lippen. Toen ze de ambulance hoorden, keken ze elkaar even aan en zeiden toen: "We willen je wel tijdelijk in huis nemen als je ouders niets doen, maar dat zullen we toch met hen moeten overleggen. Maar eerst naar het ziekenhuis, kijken wat er aan de hand is."
In het ziekenhuis aangekomen, werd ze gelijk naar de OK gebracht. Gelukkig mocht Karin mee, want Misha zat echt te shaken van angst, zo bang was ze. En, haar ouders wisten niet eens dat ze hier was, laat staan dat ze wilden weten wát er aan de hand was. Waarom, WAAROM wilden haar ouders er nou niets mee te maken hebben? Ze wilde antwoord op die vragen.. Maar daar kon ze voorlopig nog wel op wachten, eerst werden er röntgefoto's gemaakt van haar benen. Ze deden onwijs zeer, wat was er nou toch? "Okee, meisje, hoe heet je?" vroeg een dokter aan haar "Misha, meneer. En ik ben 15 jaar, wat gaat er gebeuren?" "Nou, we gaan eerst foto's maken van je been. Ik denk dat het is gebroken, maar misschien is het ernstiger" "O, okee.. Jeetje, ik vind het echt heel erg eng, ik ben zo bang dat het zeer doet" huilde Misha bijna "Ooh, meisje toch.. Dat is nergens voor nodig hoor, we geven je zo eerst wel een verdoving als je dat wilt?" zei de arts met een geruststellende stem "Nee, nee dat is niet nodig meneer, ik vertrouw op jullie"
Toen de foto's gemaakt waren bleek dat haar been op 2 plaatsen gebroken was en haar spieren stijf door de klap die ze gehad hadden. Haar spieren hadden toch de klap niet kunnen breken en daardoor was haar been gebroken, werd er verteld. Ze schrok, nu moest ze geopereerd worden en misschien deed dat pijn. Weer raakte ze in paniek, bang voor de pijn, pijn die ze bijna iedere dag voelt als ze in elkaar wordt getrapt. Maar, misschien is dat nu eindelijk over nu haar been is gebroken, maar met die jongens weet je het nooit..
Toen ze een paar uur later in haar bed lag in het ziekenhuis, met Karin naast haar, zei ze tegen Karin "ben je nog wakker? Ik ben zo bang dat die jongens blijven doorgaan, wat moet ik nu?" "Je hoeft voorlopig niet bang te zijn, voorlopig lig je hier nog een nacht dus vannacht kan er niets gebeuren" antwoordde Karin. "Ja maar m'n ouders, zullen ze het erg vinden?" "vast wel, Mish, ga nu slapen, ik ben ook moe"
De volgende morgen werden ze wakker van de zuster die het ontbijt kwam brengen. Ze vroeg "Dames, goede morgen! Wat willen jullie drinken?" Karin antwoordde het eerst: “Een kopje thee" En ze kreeg wat ze vroeg. Toen was Misha aan de beurt “Een kopje thee alstublieft" De vrouw gaf beide meisjes twee witte boterhammen en een klein bakje pasta en aardbeienjam. Ze keken de vrouw dankbaar aan, ook al was het haar werk.
Toen ze het ontbijt op hadden, belde Misha haar ouders op.
Moeder: Hallo, met Marion
Misha: He, Mam, ik lig nu in het ziekenhuis. Mijn been is op twee plekken gebroken
Moeder: Oohw, doe je lekker dan. En nu, moet ik je nog komen halen ook?
Misha: Nee, de ouders van Karin brengen me even thuis. Ze willen ook wat met je bespreken.
Moeder: O, okee. Mooi zo, want ik moet zo naar een bespreking en die is heel erg belangrijk voor ons dus ik heb geen tijd voor je.
Misha: Okee, maar ik ga ophangen, de dokter wil wat zeggen. Tot vanavond!
Moeder: Ja, doei. Tot vanavond, je red jezelf maar.
Misha wilde nog wat zeggen, maar de bekende toon klonk alweer: "tuuttuuttuuttuuttuuttuuttuuttuuttuuttuuttuuttuut"
Ze richtte zich weer tot Karin: "Kaar, ik red het niet meer. Het leek wel alsof het haar niets kon schelen, wat moet ik hier nu mee. Ze moest naar een bespreking en komt vanavond laat pas weer thuis, maar ik kan mezelf toch niet alleen redden?" "Nee, Mish, dat red je niet. Kom vanmiddag en morgen maar bij ons, dan kan er niets gebeuren. En we bellen de politie, je moet aangifte doen" Daar had Misha nog helemaal niet aan gedacht. Op dat moment kwamen Karins ouders binnen, voor het bezoek. Het was erg gezellig en ze mocht vandaag sowiezo bij Karin slapen en doorbrengen, dat vond ze erg fijn..
Toen ze bij Karins huis aankwamen, werd ze gelijk naar de bank gestuurd en ze moest gaan liggen, met haar been omhoog. Zaterdagmiddag, 6 uur.. Daar lig je dan.. Bang voor het gesprek met je ouders en met de politie dat komen gaat.. Wat moet je dan? Wachten.. Alleen maar wachten.. Er wordt boven een bed voor je klaargemaakt, met een stuk of wat kussens onder het matras omdat je been omhoog moet.. Er wordt voor je gezorgd alsof je een klein kind ben, en zo voelt Misha zich ook.. Weer komen die vragen, Waarom moeten ze haar hebben, waarom??
Ondertussen was het avond geworden en om 8 uur zouden haar ouders komen voor het gesprek. Ze wilde nu eigenlijk weleens weten waarom ze zich er niet mee bemoeiden. Nog een uurtje, dan zouden ze komen. En morgen het gesprek met de politie, ze moesten opgepakt worden, die jongens!
Het was ondertussen 8 uur geworden. De minuten gingen traag voorbij door het wachten, maar om vijf over acht ging toch de bel. Haar ouders. Ze kwamen binnen en keken elkaar ongemakkelijk aan. Ze kuchten een beetje, en gingen op de bank zitten. Ze zeiden helemaal niets, dus opende Misha het gesprek.
Misha: Hej Mam, Pap.
Moeder: Hoi lieverd.
Haar vader zei niets.
Misha: Hoe was het op de bespreking?
Moeder: Ja, het ging goed. We hebben de nieuwe opdracht binnen.
Haar moeder glimlachte bij de herinnering.
Haar vader had nog steeds geen woord gezegd, dus vroeg ze wat aan hem.
Misha: Papa, wat is er?
Vader: Ehm.. Ja, nou.. Ik zit te denken over wat er gebeurd is. Ik denk dat het je wel al verteld is, maar.. Je zult aangifte moeten doen! Dit kan zo niet langer, en ik zie nu in dat we naar je hadden moeten luisteren. Maar dat deden we niet! En ik denk, dat dat kwam, omdat we je niet serieus genoeg namen. We dachten dat je het verzon om aandacht te krijgen. Maar als wij beter gekeken hadden, hadden we gezien dat het écht was. Dus.. Hoe kunnen we het goedmaken lieverd, we kunnen het niet zo laten denk ik?
Moeder: Ja, ik sluit me volledig aan wat je vader zegt Misha. Het spijt mij ook! Omdat wij altijd aan het werk waren, luisterden en keken we niet meer naar jou. En oh, hadden we het maar wél gedaan! We willen graag weten wat we kunnen doen om het goed te maken lieverd?
Misha zweeg enkele minuten.
Daarna zei ze: Ehm. Ik zou willen, dat jullie nu wél naar me luisteren, me serieus nemen, me steunen. Ik wil dat jullie meegaan als ik morgen aangifte ga doen. Voor de rest hoef ik geen nieuwe spullen, maar gewoon 2 ouders die me aandacht geven, de liefde die ik nodig heb! Vinden jullie dat goed?
Haar ouders keken elkaar aan, glimlachten en zeiden in koor: Ja lieve Misha, we gaan je nu helpen!
Het werd nog een hele gezellige avond verder, en er werd vanalles besproken. Toen Misha die avond voldaan in bed lag, bedacht ze dat ze nu eindelijk gelukkig zou kunnen worden. Morgen ging ze aangifte doen, en dan kwam alles wel goed!
De volgende morgen kwam Misha’s moeder langs. Ze kwam vertellen dat ze vrij had genomen! Ze zou dus meegaan naar de politie. Maar eerst, eerst vertelde ze háár verhaal. “Lieve Misha, ik kon het gister niet vertellen, waar iedereen bij was. Maar vroeger, vroeger is mij ook hetzelfde overkomen. Ik werd iedere dag, na school, in elkaar geramd door een paar 6e klassers. Ik durfde het aan níémand te vertellen, alleen aan mijn gymleraar. Dat was ook mijn mentor, maar ze hield haar mond omdat ik dat wilde. Maar eigenlijk had ze béter moeten weten! Ze had het aan mijn ouders moeten vertellen! Maar ach, dat deed ze niet. Er is – toen het na een jaar of twee eindelijk over was – nooit aangifte gedaan. Ik had het wel moeten doen, maar deed het niet! Dus daarom vind ik het nu zo belangrijk dat wij voor jou wel aangifte doen! Dus, kom, ik help je even met aankleden, dat zal wel lastig zijn met dat gips, en daarna gaan we naar de politie toe.” Misha keek haar dankbaar aan, en stond heel langzaam op omdat ze anders duizelig zou worden. Toen ze op de rand van het bed zat, hielp haar moeder haar in haar kleding; een joggingbroek, een wijd T-shirt en een bijpassend vest. Daarna hielp ze Misha naar beneden en gingen ze naar de politie om aangifte te doen.
Er werden vragen gesteld, die ze beantwoordden. Er werd proces-verbaal opgemaakt die dag, en ook alle emoties kwamen naar boven, van Misha en haar moeder.. Haar moeder had nooit aangifte gedaan, dus nu kon de politie niets meer doen. Maar gelukkig, Misha deed wel aangifte!!
Een week later, toen Misha zich weer wat beter voelde en al met de rolstoel overweg kon, reed ze buiten. En weer.. Wéér stonden de jongens op haar te wachten.. Wachtend, tot ze er weer eens lekker op los konden slaan. Misha's adem stokte in haar keel, de jongens keken haar breed grijnzend aan. Misha begon te gillen, keihard te gillen, in de hoop dat íémand haar zou horen. Maar niemand hoorde haar, alleen de jongens.. Ze was alleen, alleen met de jongens. Ze was bang, doodsbang. Wat moest ze als ze weer gingen trappen? Wat zouden haar ouders zeggen? De ruzie was nu bijgelegd en haar ouders bemoeiden zich veel meer met haar dan eerst. Maar daar had ze nu niets aan, ze was alleen, alleen met de jongens.. Kwam er nou maar iemand langs die de hond uitliet..
De jongens kwamen langzaam naar haar toe, en omsingelden haar. Ze kon nergens heen, ze zocht haar mobieltje. Ships, thuis laten liggen.. Wéér begon ze te gillen, maar het haalde niets uit, helemaal niets.. De jongens begonnen dreigend te praten: "Waarom heb je ons aangegeven, we hadden nog wel zo gezegd dat je dat niet moest doen liefje.." Ondertussen stond er een achter haar, Misha voelde zijn adem in haar nek.. Ze moest walgen.. Ze had niet het gevoel dat ze gingen trappen, maar wat anders.. Wat veel ergers.. Wat wilden ze van haar? De rolstoel werd bij de handvaten gepakt en ze werd meegevoerd. Ze kon niets doen. De struiken door, en dan het bos in.. Wat wilden ze van haar?? Wist ze het maar, ze was doodsbang, kreeg bijna geen lucht meer.. Het ademen ging steeds moelijker.. Wat gingen ze met haar doen?? Ooh, wist ze het maar!!
Misha werd banger en banger.. Ze kreeg een vaag vermoeden van wat ze gingen doen met haar.. Ze moest nu echt bijna kotsen van de zenuwen, dát wilde ze niet, echt niet! Nooit van haar leven niet! Althans, niet ongewild, ze wilde later best kinderen, maar niet op deze manier.. Ze begon te huilen, zo goed en kwaad als dat ging door de zeer kleine hoeveelheid lucht die ze binnenkreeg. Ze kreeg het steeds benauwder, en steeds ging alles moeilijker. Ze was bang, heel erg bang..
De "leider" van de jongens ging voor haar staan, pakte heer onder haar schouders uit de rolstoel en drukte haar achterover in het gras. Ze wilde dit niet, nee!! Weer begon Misha keihard te gillen en te schreeuwen maar ze kreeg geen geluid uit haar keel. De jongen ging boven op haar zitten, en maakte Misha's broek los, en ging met zijn handen onder haar truitje. Misha deed haar ogen dicht. Dit wilde ze niet, nee, die wilde ze niet, maar hoe meer ze zich zou verzetten.. Hoe meer de jongens het zouden doen en hoe erger het zou zijn.. Ze wilde vanalles gillen: Verkrachter, L*l, dat soort dingen. Maar ze kon het niet. Ze kreeg geen kreet meer uit haar stem geperst, het leek alsof ze verlamd was.
Misha wilde dat er nu iemand voorbij kwam, dat ze thuis zat, dat ze nooit naar buiten was gegaan met de rolstoel, dat dit niet gebeurde, dat ze een "normaal" kind was, vanalles, ze wilde vanalles maar.. Het is nu al te laat. Ze wilde dat haar ouders bij haar waren, die zo beschermend waren voor haar. Maar niemand was er, en ze zat niet thuis, en ze was wél naar buiten gegaan, en dit gebeurde dus wel.
De jongen ging steeds verder. De andere jongens stonden mee te koekeloeren. De jongen die bovenop haar zat stroopte haar truitje op en deed nu haar broek naar beneden, ook haar onderbroek. Het gras kietelde haar, maar ze merkte het niet. Misha had nog steeds haar ogen dicht, maar ze deed ze open. Ze keek in de bruine ogen van de jongen die bovenop haar zat. Hij keek om naar de andere jongens en zei: "okee, jullie straks. Nu ik, wegwezen jullie, zoals we het hadden afgesproken." Het was dus voorbereid. Ze rilde, het was niet koud, het was al mei. De zon scheen, het gras was mals. Maar Misha merkte het niet, ze wilde het niet merken. Ze merkte alleen maar dat de jongen bovenop haar zat, en ondertussen zijn broek ook los maakte. Ze wilde dit niet, echt niet! Hoe vaak kon ze dat denken, hoe vaak wilde ze dat zeggen tegen hem, dat ze het absoluut niet wilde. Ze voelde zijn l*l tegen haar kruis, ze wilde niet!! Toen werd alles zwart voor haar ogen, en merkte ze niets meer..
Toen ze véél later wakker werd en de jongens weer weg waren, keek ze naar boven, naar de hoge kruinen van de bomen, de stralend blauwe lucht met witte-watten-wolkjes. De jongens hadden haar broek weer aangedaan en haar aangekleed achtergelaten. Ze wilde naar huis, waar was haar rolstoel? Ze keek om zich heen, en zag dat hij naast haar stond. Ze ging zitten, maar ging snel weer liggen omdat ze duizelig werd en sterretjes zag. Ze probeerde het weer, en bleef nu zitten tot de sterretjes weg waren. Ze stond op, zo goed en kwaad als het ging. Ze ging in haar rolstoel zitten en reed naar huis. Ze wist niet hoe laat het was, alleen dat het onwijs naar geweest was. Er was wat gebeurd wat ze niet wilde.. Snel naar huis, ze wilde dat haar moeder thuis was, dat ze Karin kon bellen. Ze moest dit kwijt, onderzoek doen, naar de dokter, misschien wel naar het ziekenhuis. De jongens hadden het niet "veilig" gedaan, dus ze moest wel. Hoe ze hier ooit overheen zou moeten komen, wist ze niet. Maar het kwam goed, daar vertrouwde ze op, op haar moeder en op haar vader en op Karin. Wat moest ze zonder hen?
Toen ze thuiskwam, zag ze niemand. Ze keek naar binnen, haar moeder zat op de bank. Misha klopte op het raam, haar moeder keek op. Toen ze zag dat het Misha was, keek ze opgelucht. Maar toen ze goed keek, was ze niet meer zo opgelucht. Ze zag dat er wéér wat gebeurd was, met haar kleine meis. Misha's moeder rende naar buiten en omarmde haar dochter. Ze zei: "Kom naar binnen, daar kan je het vertellen."
Toen Misha het hele verhaal verteld had, keek haar moeder Misha aan. Misha zag angst en woede in haar ogen. Ze zei: "Lieverd, ik denk dat je het niet wilt, maar we moeten naar de dokter en naar de politie. Je moet het nog een keer vertellen, ik zal bij je zijn" En met die woorden verdween ze naar de keuken. Ze kwam even later terug met een glas water en een slaappilletje. Ze zei: "Neem maar in, lieverd. Je moet rusten, ik maak je straks wel weer wakker." Misha werd naar boven geloodst, en toen haar moeder wegwas, pakte ze haar mobieltje. Ze smste Karin, of ze alsjeblieft naar haar toe wilde komen.
Karin las het smsje al snel, na een uur stond ze op de stoep (ze had gebeld naar Misha's moeder, en die zei dat ze sliep). Ze liep naar Misha's kamer, en deed zachtjes de deur open. Toen ze zag dat Misha wakker was, kwam ze binnen en zei: "He lieverd, wat is er?" Misha keek haar aan, en vertelde ook aan haar het hele verhaal. Karin schrok ervan, dit had ze niet verwacht. Ze omhelsde Misha, die het allemaal best vond. Ze hoorde haar moeder de trap opkomen, ze kwam ook binnen met een blad met 3 glazen cola en wat lekkers. Ze ging ook op het bed zitten, en zei: "Lieverd, we moeten zo naar de dokter. De politie komt vanavond langs, het is naar, maar moet zo snel mogelijk gebeuren." Misha's moeder gaf Karin en Misha een glas cola en wat lekkers, en nam zelf ook. "Ik heb papa nog niet gebeld Mish, hij hoort het vanavond wel als de politie er is, anders moet je het weer vertellen." Misha knikte begrijpend met tranen in haar ogen, en vroeg: "Mag Kaar mee naar de dokter, dat vind ik wel zo prettig." Haar moeder antwoordde: "Ja hoor, als je dat fijn vind. Je hebt haar steun hard nodig hoor!" Misha was erg opgelucht, ze kende Karin al zo lang!
Toen Karin, Misha en haar moeder bij de dokter kwamen, gingen ze in de wachtkamer zitten. Op dit moment was ze heel blij dat ze een vrouwelijke huisarts hadden, anders had ze nooit gedurfd. Toen alle klanten op afspraak weg waren, werden zij naar binnen geroepen. De dokter keek Misha's moeder aan, en knikte vriendelijk. Ze zei tegen Misha: "Ga maar even op die ligstoel liggen daar, even ontspannen meisje.. Ik doe niets engs, je geeft zelf aan wat je wilt enzo, ik wil niet dat je een hekel aan me krijgt, maar.. Ik moet toch medicijnen op die plek toedienen en onderzoeken in verband met SOA's en dat soort dingen." Misha knikte, en ging liggen. Karin en haar moeder pakten een stoel en gingen naast haar zitten. De dokter vroeg haar te vertellen wat ze nog wist van het moment waarop het gebeurde. Misha vertelde het, en begon weer te schokken en te snikken op het moment dat ze eraan dacht en het weer moest vertellen. Ze kreeg een rustgevend middeltje van de huisarts. Ze was gewoon aan het overwerken voor haar, om de tijd te hebben. Oo, wat vond ze haar huisarts toch superlief!! Iedereen was zo superlief.
Ze werd onderzocht, en kreeg de morning-afterpil. Dat moest voldoende zijn, volgens de huisarts, en daar vertrouwde ze dan maar op. De dokter had bloed geprikt en na een week zou de uitslag binnen zijn van het SOA-onderzoek. Ze hoopte maar op het beste!
Daarna, toen ze thuis kwamen, werd de politie gebeld. Ze kwamen langs, en Misha deed met horten en stoten haar verhaal. Het deed haar pijn om eraan te denken.. Als ze ooit een vriend zou krijgen, zou ze bang zijn.. Heel bang.. Maar, voorlopig had ze nog tijd genoeg om het te verwerken. Al moest ze natuurlijk wel weer naar school volgende week.. Nu vakantie.. Volgende week niet meer.. Ze wist alleen niet of ze het wel durfde, naar school.. Dan zou het voor de jongens weer makkelijker zijn haar op te wachten enzo, en haar in elkaar te trappen.. Of, nog erger, weer te verkrachten..
Ze raakte in paniek.. Haar moeder zag het en bracht haar naar boven.. Naar bed.. Toen Misha lag, kwam haar moeder naast haar op de rand van het bed zitten. Ze keek naar het motief op het dekbed, rood, met allemaal Yin Yangs erop.. Toen keek ze naar het gezicht van Misha. Ze zei: "Lieverd, je kunt alles vertellen hoor! Ik ben er voor je, nu wel." Misha keek haar moeder aan, en glimlachte "Mam, ik ben echt zo superblij dat jullie er nu wat aan doen.. Maar waarom pakken ze die jongens niet op dan? Waarom niet? Ik ben nu iedere keer bang, als ik buitenkom. Ik voel me hier niet meer thuis." Misha's moeder keek haar begrijpend aan. Ze begon te vertellen, over hoe het bij haar ging:"Lieverd, ik heb je toch verteld dat het mij ook is overkomen? Nou, dat ging ongeveer hetzelfde als bij jou. Ik werd eerst door mijn klasgenoten gepest door mijn kleding, toen door mijn uiterlijk.. Steeds erger werd het, de juf deed niets. Ze dacht dat ik het verzon. Maar, dat deed ik niet. Over dat soort dingen mag je niet liegen. Daarom besloten mijn ouders en ik dat ik naar een andere school zou gaan, een school waar ik me beter thuis zou voelen. En daar ging het ook goed, ik heb daar tot groep 8 gezeten. Daarna moest ik natuurlijk naar de brugklas, de middelbare school. Allemaal heel eng natuurlijk, de nieuwe school. Dat heb jij ook doorgemaakt, je zit nu in de 4e. Maargoed, ik kwam dus in de brugklas, en zat met een paar kinderen van mijn eerste basisschool, waar ik dus gepest werd, in de klas. En weer begon het, het pesten. Daar werd niets gedaan, en mijn ouders wilden me niet nog een keer verhuizen. Er was één jongen uit de klas, die ik leuk vond, en hij mij. We kregen verkering en hij sleepte me door de moeilijke tijd heen. Maar, in de 4e werd het erger, veel erger. Ze gingen me opwachten na schooltijd, om me daarna in elkaar te trappen. Ik werd bang, dat als ik het zou vertellen, het erger zou worden, dus ik hield mijn mond maar dicht. Wat ik dus beter niet had kunnen doen. Het werd steeds erger, en mijn vriendje wist het ook. Maar ook hij wist niet wat we moesten.. Pas toen ik van school af ging, en geslaagd was, durfde ik het aan mijn moeder te vertellen. Die was eerst best boos, maar later begreep ze het. Zo is het eigenlijk bij mij gegaan." Misha keek haar aan. Ze vroeg: "Ken je die jongen nog steeds?" Haar moeder antwoordde: "Ja, en jij ook.." Misha keek haar moeder vragend aan. Ze zei lachend: "het is je vader" En samen lachten ze. Toen vertrok haar moeder naar beneden, en viel Misha in slaap, een heel diepe slaap.
Toen Misha de volgende ochtend wakker werd van een lekker zonnetje dat op haar gezicht scheen, gaapte ze. Op het moment dat haar mond weer dicht was, kwam haar moeder binnen en zei lachend "Hee, slaapkop, ben je eindelijk wakker.. Het is al half 1 joh." Misha keek haar aan, en zei "Jaa, ik was erg moe! Maar nu weer goed uitgerust" En nog een keer gaapte Misha luidruchtig. Haar moeder stapte naar haar toe en gaf het blad dat ze in haar handen had aan Misha. Het was een lekker ontbijt, met ei en croissantjes en allemaal andere lekkere dingen.
Toen ze het ontbijtje op had, zei haar moeder "heb je zin om wat leuks te doen vandaag, wat rustigs? Naar de dierentuin bijvoorbeeld. Dat is wel leuk nu, het is eigenlijk geen vakantie meer, maar jij moet rusten. En ontspannen, en dat kan in de dierentuin heel goed. Heb je zin om mee te gaan naar Artis?" "Jaa, lijkt me tof! echt super mam.. ik zal me aan gaan kleden en dan ga ik mee."
Toen Misha en haar moeder in Artis aankwamen, was het lekker rustig. Ze waren overal geweest, veel foto's gemaakt en alles, heel gezellig. Ze zaten lekker wat te drinken toen Misha het eindelijk durfde te vragen "mam, waarom moeten die jongens telkens MIJ hebben? waarom doen ze het, waarom waarom waarom?" Even was het stil.. Haar moeder dacht na, Misha ook..
Na een tijdje gaf haar moeder antwoord "Tsja lieverd, dat kan ik je niet vertellen. Dat weten alleen de daders. Zullen we zo naar huis toe gaan?" Misha keek haar moeder aan "Ja.. misschien heb je wel gelijk. En ik denk dat we maar beter naar huis kunnen gaan inderdaad, het is tenslotte al 5 uur.."
Toen Misha en haar moeder thuis kwamen, liep Misha stil naar boven. Ze ging op haar bed liggen, met haar handen onder haar hoofd gevouwen. Ze dacht na, over wáárom die jongens haar pakten.. En niet iemand anders.. Niet dat ze iemand anders dit toewenste, maar toch.. Na een poosje pakte ze een leeg schrift uit de kast en begon te schrijven. Alles wat hierboven al geschreven is, maar dan vanuit zichzelf, in de ik-vorm.. Ze móést het gewoon van zich afschrijven. Het móést, en ze kon niet stoppen voordat alles was opgeschreven. Ook schreef ze er nog een gedichtje bij:
Waarom ik??
Waarom ik?
Waarom pakken ze mij?
Waarom niet iemand anders?
Ik niet.
Ik wil niet dat ze mij pakken.
Maar ik wil ook niet dat ze iemand anders pakken.
Dit wens ik niemand toe.
Ook mezelf niet.
Maar wie wil dit wel?
Niemand toch?
Of ja, toch wel.
De daders willen het.
Waarom.. Waarom, waarom, waarom??
Het moest over zijn.
Zinloos is het, het trappen, het verkrachten.
Zinloos, waarom deden ze het dan?
Om zichzelf te vermaken..
Of is het wat anders?
Wist ze het maar,
wist ze alles maar..
Waarom, waarom, waarom.
Misha zuchtte diep en legde het schrift naast haar kussen. De pen hield ze in haar hand en klikte ermee. Na een minuutje was ze het zat en legde hem op het schrift. Ze legde haar handen op haar buik, haar onderbuik. Ze had een kort truitje aan, tot net boven haar navel. Een zachtroze met een grote knipogende smilie erop. Daaronder had ze een spijkerrokje tot net boven haar knieën. Ze wreef met haar koude handen over haar buik,over haar onderbuik. Ze had buikpijn. Het was weer zover, ze moest nu ook weer ongesteld worden.. Ze kon het er eigenlijk niet bij hebben maarja.. Het hoorde erbij. Toen ze in de spiegel keek merkte ze dat haar heupen breder waren geworden, haar gezichtje anders. En haar karakter. Veel banger, angstiger.
Ze liep langzaam de trap af. Wat was ze het afgelopen half jaar veranderd. Ze keek op de klok die aan de mintgroene muur in het traphuis hing. Half 7. Toen ze de kamer binnenkwam, keek ze haar moeder aan, die naar haar toe kwam en haar omhelsde. Ze zei "lieverd, zullen we een rondje gaan lopen voordat we gaan eten?" Daar hield Misha nou zo van, haar moeder dacht overal aan en wist wat ze voelde. "Ja, mam, fijn." Misha en haar moeder trokken hun jassen aan en stapten naar buiten. Ze liepen een rondje, toen Misha opeens verschrikt stilstond. Haar moeder keek in de richting waar Misha ook heen keek, en zag waarom ze schrok. Daar stonden de jongens. Haar moeder had de jongens nog niet gezien, nu voor het eerst. Misha's moeder schrok hevig. Ze zocht haar mobiel, vond hem en drukte 112 in. Er werd snel opgenomen, een computerstem zei "Wilt u de politie, toets 1. Wilt u de ambulance, toets 2. Wilt u de brandweer, toets 3." In paniek drukte Misha's moeder op 3, hing op en belde opnieuw, en nu toetste ze wel nummer 1 in. De centrale vroeg "wat is er?" "mevrouw, mijn dochter, ze is al een half jaar lang in elkaar geslagen en nu staan we oog in oog met de daders. Ze is een paar dagen geleden verkracht door ze, en vaak in elkaar getrapt. Mag ik alstublieft politie auto's met spoed? En het liefste zonder sirenes, dan gaan ze weg." "Okee, waar bent u?" "Steegmanlaan, mevrouw, bij het speeltuintje in Oosterland" "Okee, er komt een auto aan." Er werd opgehangen. Misha en haar moeder voelden de gespannen sfeer die er opeens hing, terwijl de zomer al vol in de lucht hing. Bloemen, bloesem, vanalles, allemaal lekkere geuren van de zomer. En de spanning. Maar, Misha en haar moeder wisten ook dat de jongens nu opgepakt zouden worden, en gestraft zouden worden. Kwam het dan toch goed?
Misha en haar moeder zagen wat de jongens niet zagen. 3 Politie auto's, inclusief bemanning van 2 man per auto. Dat kwam goed uit, want er waren dus ook 6 jongens. Heel rustig beslopen de agenten de jongens van achter, maar de jongens liepen langzaam op Misha en haar moeder af. Ze liepen met z'n zessen naast elkaar. De agenten kwamen dichterbij, en toen ze achter de jongens stonden, pakten ze de polsen, allemaal tegelijk, en sloegen ze in de boeien. De jongens keken verschrikt om, en keken recht in de gezichten van de agenten. Ze worpen nog een hele vuile blik op Misha en haar moeder. Toen de jongens in de auto's zaten, kwamen er twee agenten op Misha en haar moeder af. Ze zeiden "vannacht houden we ze nog vast, kunnen jullie morgen naar het bureau komen? Om 12 uur?" Misha's moeder keer Misha aan en zei toen "Jaa, dat moet lukken. Toch Misha?" "Jaa, mam, dat gaat helemaal lukken." Misha glimlachte vriendelijk naar de agenten.
Toen Misha en haar moeder de volgende ochtend op het bureau kwamen, stonden de agenten van de avond ervoor al te wachten. Ze werden meegenomen een trap op, een deur door, een gang, en toen een kamer in. Daar zaten de jongens. Misha wist op dat moment niet of ze de confrontatie aankon, maar ze ging ervoor.
Een van de jongens stond op, en kwam dreigend op haar af. Zijn blik stond op onweer. Misha dook weg, achter de agenten en begon te snikken. Ze vroeg "WAAROM, WAAROM NEMEN JULLIE MIJ?? WAAROM SLAAN JULLIE ME IN ELKAAR, WAAROM VERKRACHTEN JULLIE ME.. WAAROM WAAROM WAAROM??" Ze gooide het eruit, ze was kwaad, woedend, en toch ook angstig. Maar nu kon haar niets overkomen. Ze was veilig. De jongen antwoordde met "Ja, we moeten toch wat doen als we op straat zijn. We kunnen wel van alles gaan vernielen, maar op een gegeven moment is daar geen lol meer aan. En aan iemand in elkaar trappen en verkrachten wel, dat blijft gewoon leuk. En ja, als je thuis nooit wat mocht en geslagen werd enzo.." Misha barstte los "WEL, wie denk je wel dat je bent jij, ik heb óók gevoel, ik heb ook emoties. Doe toch eens een keer normaal, denk na. Als je je verveelt, ga werk zoeken, maar blijf met je poten van me af! Je hebt álles voor me kapotgemaakt, jij en je vrienden. Als je dat vrienden kan noemen, ze hadden moeten weten dat het fout was." Ondertussen stonden de tranen van woede in Misha's ogen. Ze kon de confrontatie dus blijkbaar aan. Misschien niet op de goede manier, maar toch. De jongen kromp in elkaar. Dit had hij niet verwacht van dat kleine meisje, waar hij altijd zo verlekkerd naar keek. Waarom deed hij dit eigenlijk, waarom deed hij haar pijn? Misschien was het goed dat hij in de cel kwam, dan zou hij het wel afleren.
Hakkelend zei hij "ehh.. ja.. maar.. ja.. het is eigenlijk.. ja.. een soort drang om het te doen. Ik kan het niet uitleggen.." "WAAROM DOE JE HET DAN, ALS JE ER NIETEENS EEN GOEDE REDEN VOOR HEBT?!?" "Ja.. Ik.. We hebben niet eens een goede reden nee.." Misha spoog het er zowat uit "Dan doen jullie dus aan ZINLOOS GEWELD, wat zo zinloos als ik weet niet wat is.. Willen jullie dat?? Willen jullie aan zinloos geweld doen?? Jaa??" "Nee, maar we doen het toch.." En zo ging de discussie nog even voort, tot een agent ertussen kwam "Hee, dame en heer, stoppen we nu even? We moeten even wat vragen gaan stellen. Al vervallen er nu wel een paar, omdat jullie die zelf al uitgevochten hebben." De agent glimlachte vriendelijk naar Misha en de jongen. Misha vroeg nog een ding aan de jongen "Hee, hoe heet je eigenlijk?" De jongen keek haar verbaasd aan, waarom Misha zei "Ja, dat praat misschien wat makkelijker. Ik ben Misha." De jongen zei "Okee.. Misschien heb je inderdaad wel gelijk, ik heet Timothy, maar iedereen noemt me Tim." "Okee, Tim. Nu mag de politie vragen gaan stellen."
En zo begon de vragensessie van de politie.
Toen het afgelopen was, was het ondertussen alweer 1 uur. De jongens werden weer teruggebracht naar hun cel en Misha mocht weer naar huis. Toen Misha en haar moeder buiten stonden, vroeg Misha's moeder (Judith) "Zullen we lekker in de stad gaan lunchen?" Misha was het er wel mee eens, en samen gingen ze lekker lunchen, in de stad.
Na de lunch trokken Judith en Misha nog even lekker de stad in om te gaan shoppen. Eerst naar de H&M. Daar kocht Judith voor Misha een knalroze shirtje met daarop de tekst: "I'm cool!" en nog een paar van dat soort shirtjes.
Daarna gingen ze naar de V&D, waar ze een paar leuke vesten kochten en een broek. Daarna door naar de C&A, waar ze nog een aantal leuke broeken kreeg. Judith en Misha hadden erge lol, het was weer eens echt gezellig!!
Toen ze weer thuiskwamen ging ze weer even op bed liggen. Na een uurtje kwam Judith boven met een pot thee, twee bekers en een grote bus met theekoekjes. Ze schonk in en ging op bed zitten. Zwijgend keek Judith Misha aan en zei na een paar minuten "meisje, ik ben blij dat het nu óver is. Je bent niet meer boos hoop ik? Ik.. ja, ik wist niet echt wat ik ermee aan moest. En je vader ook niet.. Lieverd, ik hoop dat je het snapt, we houden zo superveel van jou!" En daarmee was het woordje gezegd. Misha keek haar begrijpend aan, met een blik in haar ogen van "ja mam, ik snap je."
De tijd verstreek langzaam maar zeker, met vallen en opstaan. Na een maand of 10, 11 liep Misha in de stad te dromen.
"Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk, zo vrolijk. Ik ben behoorlijk vrolijk, zó vrolijk was ik nóóóóóóóóóóóóóit!! Tuu, tudududududu, tudududududu, hmm hmm hmm, laa, lalalalalalala lalalalalala, tralalalalalalala pom pom pom pom hmhmhmhmhmhm........" Huppelend liep ze door de winkelstraat. Ze stond even voor een winkel te kijken, toen ze weer door wilde lopen. Misha keek niet waar ze liep en botste zo tegen een jongen op. Ze keek hem aan en wilde sorry zeggen, maar ze kón het niet.. Ze keek récht in het gezicht van Tim. Opeens begon ze te stotteren "Hoi.. ehh.. ja, hoi.. ik.. ik moet nu.. jah, ik moet.." Tim keek haar raar aan en zei "oh.. Jammer, ik hoopte dat ik je even kon spreken maar.. je moet weg denk ik." "Ehh, ja. Eigenlijk wel.. Sorry, het spijt me.. Kom me maar een keertje opzoeken" en met die woorden draaide ze zich om en liep vluchtig weg, naar huis. Ze was in paniek..
Thuis aangekomen was haar moeder er niet, maar ze was nog steeds in paniek. En niet zo’n beetje ook. Haar vader was er ook al niet. Jeetje zeg.. Dan moest ze Karin maar bellen. Trillerig zei ze:” Kaar.. ‘k Kwam ‘m tegen.. Kun je komen alsjeblieft?” Waarop Karin zei: “Ehh, nee. Eigenlijk nu niet. Ik ben bij mijn opa en oma, in Zoeterwolde. Dat is ver weg dus ik kan niet komen nu. Het spijt me lieverd, vertel het zo maar.” “Nou..” Misha barstte bijna in tranen uit. “Ik liep op dorp, en stond voor een winkel in de etalage te kijken.. En toen liep ik verder, en botste zo tegen Tim op. Ik schrok me helemaal wild Kaar, ik ben zo overstuur. En ik ben alleen thuis, wat moet ik nou?” Misha raakte steeds meer in paniek. Karin raakte ook een beetje in paniek, doordat Misha in paniek was. Heel raar, maar toch. "Ooh, lieve lieve Misha, blijf alsjeblieft Rústig! Ik kom zo snél ik kan meisje, maar blijf rustig!" "Rustig ja, ik moet rustig blijven" zei Misha zachtjes tegen zichzelf. Zachtjes kreunde ze, hoe kon ze nou rustig blijven, als ze zó in paniek was? Nouja, het móést gewoon, ze kon toch moeilijk altijd onrustig blijven. Zachtjes zei ze tegen Karin: "Ja, Kaar, ik zal proberen rustig te blijven, ik ga boven op bed liggen en wacht op je." "Mooi meisje, je neemt maar een kop hete anijsmelk, daar word je wel rustig van. Ik kom eraan meissiej!!"
Misha hing de hoorn op de telefoon en liep langzaam naar de keuken. Ze pakte een mok, de melk en de anijsblokjes en goot melk in de mok. Ooh, oliebol, nou schonk ze de melk over de mok heen. Waar wás ze met haar gedachten? Okee, doekje pakken en opruimen. Dan opnieuw inschenken, en niet over de rand heen. Ja, het ging nu wel goed. Ze zette de mok in de magnetron, wachtte tot het begon te bubbelen, zette de magnertron uit en gooide er twee anijsblokjes in. Voorzichtig zette ze de beker nog even op het aanrecht neer, pakte een paar koekjes uit de trommel, en nam de koekjes en de mok mee naar haar kamer. Ze zette het op haar donkere, eikenhouten bureau. Rustig ging ze op haar bed liggen, pakte haar lievelingsknuffel en doezelde weg.
Na een kwartiertje pakte ze een koekje en de mok en begon zachtjes te slurpen. Beneden hoorde ze gestommel en merkte dat de persoon naar boven kwam, het zou Karin wel zijn. Toen zachtjes haar deur openging, merkte ze dat het Karin helemáál niet was, doordat een lage stem "hallo" zei. Verschrikt keek ze om en zag dat het Tim was. Ze stikte zowat in haar slok anijsmelk, maar herstelde zich snel. Tim keek haar ongemakkelijk aan, maar zei toen aarzelend: "Lieve Misha.. Ik geloof.. Ja.. Nee.. Ik weet niet of ik het moet zeggen.. En niet hóé ik het moet zeggen. Wat moet ik?? Euhm.. Ik denk dat ik het maar gewoon recht toe recht aan moet zeggen. Een half jaar geleden vond ik je echt leuk, ik was verliefd op je. Ik dacht al die tijd, dat ik je niet gezien heb, dat ik je nooit meer zou zien, en dacht dat ik niet meer verliefd op je was. Maar toen ik je vanmiddag weer tegenkwam, voelde ik vlinders in mijn buik. Ik vind je nog steeds leuk, lieve Misha. Wat vind jij van mij.. Wat voel je?" Het bleef even stil tussen Misha en Tim. Daarna begon Misha ook aarzelend:"Ik ehmm.. Ik.. Ja, ik ben nog een beetje bang van je eigenlijk" ondertussen nam ze nog een slok, en hield Tim scherp in de gaten. Ze vervolgde "Maar, ik heb je wel leuk gevonden, qua uiterlijk dan.. Maar.. Hoe kan het dat je me pijn deed als je me leuk vond?"
Tim keek haar een minuut zwijgend aan. Hij keek in haar ogen, heel helder, maar toch een beetje bang. Hij wist het niet. "Ehm.. Ja.. Ik stond onder druk van de andere jongens, denk ik. Als ik het niet zou doen, zouden zíj het wel doen.." Misha keek hem verward aan. "Ja, maar dan kon jij mij toch beschermen? Of naar de politie?" Tim keek haar aan en zijn blik verstarde, de lieve glimlach was opeens verdwenen. "Nee, dat kon niet. Ik heb wel meer op mijn geweten maar dat ga ik niet vertellen, nee. Ik had je best kunnen beschermen, maar ik deed het niet. Iets in mij hield me tegen, ik weet niet wat het was. Achteraf baal ik er verschrikkelijk van.. Maar.. Zou je wat met me willen of niet?" Misha bloosde om deze vraag. Aan de ene kant wilde ze het heel erg graag want het was best een leuke en lieve jongen, maar aan de andere kant niet, na wat hij haar had aangedaan. Ze twijfelde, wat zou ze zeggen? "Ehm.. Nou.. Nee, dat wil ik niet. Niet boos of gekwetst zijn nu, maar het gaat gewoon niet. Misschien later, Tim, maar nu nog niet, ik ben er nog niet klaar voor." En met die laatste woorden, wendde ze haar blik af. Ze kon, ze dúrfde gewoon níét meer in zijn ogen te kijken, bang dat ze hem gekwetst had.
Maar achteraf had ze beter wel kunnen kijken, dan had ze de woede in zijn ogen gezien. Hij was kwaad, woedend op haar. Hij trilde er zelfs van! Maar hij beheerste zich. En dat, omdat ze nee had gezegd. Hij draaide zich op zijn hakken om en liep weg, met zijn neus in de lucht. Tim keek niet waar hij liep, dus hij liep regelrecht tegen de deur aan. Daarna stormde hij als een gek de trap af, en wilde de deur uitrennen. Maar.. Dat ging niet, Karin stond voor zijn neus!! Niet dat hij Karin kende ofzo, maar zij stond wel voor zijn neus. Hij schrok, dit had hij niet verwacht! Karin keek Tim aan, met grote ogen.
Noujaa.. niet zo'n heel groot stuk bij geschreven, maar moet zo weg!! dus toch
wilde jullie toch maar niet meer laten wachten hihi 
Kuss HvJ!!!