*Wel pijnlijk om tegen een boom te lopen.

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly
Eve_lien schreef:Dank jullie wel.
Eerst nog een uur of vijf leren, dan misschien.
Noukie schreef:blijf het leuk vinden!
Mis alleen een klein beetje de spanning van het begin. Daar was alles zo lekker mysterieus enzo.
Maar, het is nog steeds een leuk verhaal hoor!
Eve_lien schreef:.
Ja, het misterieuze dat komt verder in het verhaal uitgelegd enzo..
Noukie schreef:ach, in een lang verhaal heb je altijd stukjes die wat saaier zijn, gewoon omdat je niet altijd helemaal 100% boeiend kan blijven.
(en 'wat saaier' betekend overigens niet hetzelfde als 'saai')
hm, ruilen? Moet nog 3 essays, een andere opdracht en 2 presentaties
Citaat:
Gvd. Die rot boom. Waarom staat dat ding nou weer precies daar? Ja, zie je, daar heb je het al. Het bloedt nog ook. Nouja, Mike ben ik in ieder geval kwijt.
Voorzichtig drukte ze haar handen naast zich in de droge bladeren en kwam half overeind. Met gesloten ogen leunde ze even tegen de bast van de koele boom aan. Het geschuivel van voetstappen door de droge bladeren naderde. Vluchtig opende Elise haar ogen weer, trok haar benen wat in en keek op. Daar stond Mike weer, nog nahijgend van de wilde achtervolging. ‘Elise? Gaat het? Je bloedt.’ Zijn ogen leken nog groter te worden, vanachter de bril die scheef op zijn neus stond. Bezorgd boog hij zich over haar aan en inspecteerde de schram op haar hoofd wat. Geirriteerd draaide Elise echter haar hoofd weg en leunde nu zijwaarts tegen de boom. ‘Wat doe jij hier?’ Het klonk botter dan ze eigenlijk van plan was. Mike ging weer recht overeind staan en glimlachte kort. ‘Ach, ik liep zo eens door het bos hè.’ Rustig stak hij zijn hand uit en gaf een knikje met zijn hoofd. ‘Of blijf je liever zitten?’ Elise bleef koppig zitten en trok zich uiteindelijk zonder zijn hulp omhoog, met behulp van de boom. Het zand wat aan haar broek en truitje was blijven hangen, klopte ze met een simpele handbeweging weer van zich af. ‘Zeg, waar was je eigenlijk naar op weg?’ Mike stond nog steeds haar en keek grinnikend toe, hoe zij met een verbeten gezicht naar hem op keek. ‘Maakt dat jou iets uit?’ Elise knipperde wat tegen de sterretjes die voor haar ogen heen en weer danste en kwam weer in beweging. Mike liep nu toch wat aarzelend achter haar aan. ‘Zeg, Elise?’ Elise mompelde wat en liep stug door. ‘Elise van Dussen was het toch?’ Elise aarzelde even en begon wat zachter te lopen. ‘Erm.. ja, hoezo?’ Mike knikte en schopte tegen een steen die voor zijn voeten lag. Deze ketste tegen een boom en kwam toen tot stilstand. ‘Weet je, ik heb iets voor je.’ Mike bleef stilstaan en stopte zijn hand in zijn zak. Langzaam schoof hij er een gekreukelde brief uit, die hij zo goed mogelijk plat streek. ‘Hier.’ Hij gaf de brief aan Elise, die inmiddels weer stilstond en naar hem toe was gelopen. Hierna keerde hij om en liep zonder nog iets te zeggen weg.
Citaat:Elise bleef vertwijfeld, met de brief tussen haar vingers geklemd, staan. Ze besloot verder te lopen, naar het plekje waar ze de laatste weken van de vakantie veel tijd doorgebracht had. Het kostte wat tijd om deze plek te bereiken, verscholen in het bos, ver weg van school en het kleine stadspark. Ze had het er voor over.
Het was er rustig, stil en Elise waande zich er in een andere wereld. Een andere tijd, waar de mensen elkaar geen verdriet aan deden. Een plek waar ze even zichzelf kon zijn. Op wat vogeltjes na, die dankbaar gebruik maakten van het heldere drinkwater dat in een klein plasje, schuin achter de rots in de schaduw lag. Ze klom op de rots, leunde tegen de ruwe rotswand en keek naar haar trillende handen, die de brief nog steeds vast hadden. Nieuwsgierig en angstig tegelijk, vouwde ze hem open en liet haar ogen wat over het papier gaan. Het was een lange brief, gericht aan haar, maar de afzender ontbrak. Een vreemd voorgevoel bekroop haar, haar hart klopte in haar keel en het begon haar wat te duizelen. Even bleef ze zo stil zitten, haar ogen op een punt in de verte gericht, keek toen weer naar de brief en begon te lezen.
Lieve Elise,
Het is alweer een tijdje geleden, dat ik je voor het laatst gezien heb. Een paar weken, maar het lijkt een eeuwigheid. Er is veel gebeurd, veel veranderd.
Je zal ondertussen al kennis gemaakt hebben met Mike. Mike is een bekende van mij. Een goede bekende, of liever; een bloedverwant.
Mike is mijn bloedeigen zoon, al zeventien jaar lang.
Elise slikte, hapte naar adem en zag hoe de wereld voor haar ogen opnieuw veranderde in een wirwar van kleuren en beweging. Ze sloot haar ogen, om ze vervolgens weer te openen en naar haar handen te kijken, die nu zo erg trilde dat ze de brief bijna liet vallen. Ze vermande zich, zoog nog wat extra lucht naar binnen en richtte zich op de rest van de tekst.
Tot voor kort waren we een gelukkig gezin. Althans, dat dacht ik. Ik, Mike en zijn moeder waren het voorbeeld van een perfect burgerlijk gezin. Ik had een goede baan, mijn vrouw, Liesbeth, deed het huishouden en Mike ging braaf iedere dag naar school. De toekomst was al bijna zeker. Mike zou gaan studeren, ik zou blijven werken tot mijn pensioen en daarna samen met Liesbeth een goede oude dag hebben. De dingen zijn echter anders gelopen.
Het liep niet lekker, jij kwam in mijn leven en ik kwam er weer achter wat het is om echt lief te hebben. Ik had nagedacht en kwam er achter dat het leven wat ik leidde niet bij mij paste. En toen was er steeds dat verlangen, dat zeurende verlangen dat maar door mijn hoofd bleef spoken. Het verlangen naar echte liefde, het verlangen naar jou.
Jij bent niet de reden, dat Liesbeth en ik uit elkaar zijn gegaan. We waren het al een tijdje van plan. Door jou ben ik wel gaan inzien, dat het anders kan. Je lijkt zo sterk, zo zeker van jezelf. En je bent zo mooi, Elise, zo mooi.
Het is niet goed. Ik had je beloofd geen contact meer met je op te nemen. Ik zou weer verdwijnen uit je leven en jij uit het mijne. Mijn leven draait nu echter om jou. Elke minuut van de dag denk ik aan jou. Zelfs in mijn slaap blijf je door mijn hoofd spoken.
Ik moest het je vertellen. Toen ik hoorde waar Mike en Liesbeth heen gingen verhuizen, wist ik meteen dat jij daar in de buurt moest zijn. Je had me ooit verteld, waar je woonde. Ik heb de site van de school bezocht en zag je naam staan. Je wil niet weten hoe blij en boos ik was. Blij, omdat ik je gevonden had. Boos op mezelf, omdat ik mijn belofte brak. Nu deze brief. Ik ben blij dat Mike hem toch gegeven heeft; met hem weet je het maar nooit.
Elise, vergeet deze brief maar. Misschien had ik hem niet moeten sturen, maar ik wil dat je één ding zeker weet; Ik hou van je.