Neen, het is vooral praktisch.
Bijvoorbeeld even een situatieschets:
Neem nu de doorsnee koeien-DA, die bij het trekpaardveulen van boer Pol geroepen wordt. (Wat best een logische situatie zou zijn, aangezien boer Pol natuurlijk ook koeien heeft en voor zijn knol dan niet een andere DA belt.) En hij moet van de boer dat veulen schetsen om opgenomen te worden in het stamboek.
Nu weet die DA alles over koeienkleurtjes en rassen, maar tja zo'n paard is wel wat anders. Dus die DA ziet daar een veulen staan met een zwart hoofd en zwarte manen. Dat de basiskleur zwart is, is dan niet immens moeilijk om te bedenken. Maar dan begint het hé.
Het beest is ook nog eens grijs op z'n lijf. En 'blauw' zoals bij de koeien mag hij dat niet noemen, herinnert hij zich uit zijn studietijd.
Maar grijs duidt op schimmel, weet hij ook nog. Dus: het veulen heeft een schimmelfactor.

En aangezien die DA een goede student was, herinnert hij zich ook nog dat er verschillende genen waren. En dan pas, in laatste instantie!, gaat hij zich afvragen wat voor schimmelkleur dit dan wel mag wezen. En dat kan hij dan zien aan de manier waarop het grijs verspreid is. En komt hij uit bij een zwarte roan.
Zie het als een soort van beslissingsboom met verschillende mogelijkheden.
Zo'n DA student heeft er namelijk helemaal niets aan om alles tot in de puntjes apart uit z'n hoofd te gaan leren. Dat onthoudt hij toch niet. Grijs --> schimmel en dan pas de onderverdeling in veranderlijk/onveranderlijk is veel makkelijker te onthouden en te gebruiken.