Lymfe en dergelijke

Moderators: Essie73, Polly, Muiz, NadjaNadja, Telpeva, ynskek, Ladybird

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
ponyzotje

Berichten: 6364
Geregistreerd: 21-10-01
Woonplaats: Erpe-Mere

Lymfe en dergelijke

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 16-09-07 12:26

Dit is een klein stukje over lymfe, uitbreiding welkom. Alleen zijn er een paar andere dingen ingeslopen waarvan ik niet weet wat ik ermee aanmoet. Zo is de uitwisseling tussen bloed en weefsels uitgelegd, omdat dat noodzakelijk is voor het ontstaan van lymfe, maar strikt gezien gaat dat niet over lymfe…? Kan iemand dit overlezen, aanvullen… zodat ik het dan kan plaatsen?
Qua bronvermelding, het is volledig uit mijn hoofd geschreven, het komt uit verschillende cursussen van mijn opleiding (diergeneeskunde), ik zou dus als bron zetten ‘Verschillende cursussen uit de opleiding diergeneeskunde’, weet niet of dat volstaat. Uiteindelijk heb ik ze niet echt gebruikt maar ik haal het wel daaruit.


LYMFE
Lymfe is de vloeistof die in de lymfevaten van ons lichaam stroomt. De vloeistof ontstaat bij de uitwisseling tussen bloed en weefsels.

Wanneer het hart het bloed door het lichaam stuurt, doet het dit met een bepaalde kracht. Die kracht is nodig opdat het bloed alle weefsels zou bereiken, maar ook omdat het daar voor uitwisseling moet zorgen. Immers, opgenomen voedingsstoffen worden door het bloed vervoerd en moeten afgestaan worden aan weefsels zoals spieren, vetweefsel… Dit gebeurt onder invloed van drukken of krachten.

Ter hoogte van de capillairen of bloedhaarvaten kan deze uitwisseling plaatsvinden omdat de wand daar zeer dun is. Kleine bloeddeeltjes zoals glucose kunnen dan doorheen de wanden naar de weefsels om deze van energie te voorzien.

De eerste druk is de bloeddruk of hydrostatische druk die ervoor zorgt dat kleine delen van het bloed naar de weefsels kunnen. Het is een krachtige druk die bloeddeeltjes doorheen de wand perst. Deze druk daalt naargelang het bloed verderstroomt, omdat het bloed volume kwijtraakt (het staat het immers af aan de weefsels). De hydrostatische druk daalt dus.
De tweede druk is de oncotische druk. Dit betekent de osmotische kracht die door eiwitten wordt uitgeoefend. Eiwitten zijn groot en kunnen niet goed door de vaatwand gaan, daarom blijft deze eiwit-druk in het bloed gelijk (het daalt een klein beetje doordat hele kleine eiwitten wel naar de weefsels kunnen). Deze “druk” is eigenlijk een aanzuigende kracht: de eiwitten in het bloed willen water opzuigen uit de weefsels, dit heet osmose.

Deze twee drukken zijn dus tegengesteld: de hydrostatische druk wil het volume in de weefsels persen, de oncotische druk wil het terug aanzuigen. In het begin is de hydrostatische druk hoger dan de oncotische, maar omdat die eerste daalt (zie hoger), wordt hij kleiner dan de oncotische. Het gevolg is dat in eerste instantie water (met deeltjes) naar de weefsels gaat, en later weer terugstroomt. Hier begint de functie van lymfe: niet alle uitgeperste vloeistof wordt immers terug opgenomen in de bloedbaan, het scheelt zo’n 10%. Dit percentage aan resterende vloeistof wordt opgenomen in de lymfevaten en aangeduid als lymfe. Deze vaten beginnen blind, dat wil zeggen dat zij geen gesloten circulatie vormen: ze beginnen ‘plots’ in een weefsel, en nemen daar overtollige vloeistof op. Dit vervoeren zij naar steeds groter wordende lymfevaten welke dan op hun beurt uitmonden in de bloedbaan. Zo blijft het bloedvolume steeds gelijk.

Mochten deze lymfevaten niet correct werken (dit komt voor bij verschillende ziektes), dan worden de weefsels niet goed gedraineerd. Het overtollige vocht wordt niet afgevoerd en stapelt zich op in de weefsels. Dit leidt tot oedeem, een zwelling op die plaats, die dus in feite een opstapeling van vocht is.


Bovendien ben ik een ramp in figuurtjes maken maar is er een figuurtje dat ik heel graag erbij zou zetten omdat het veel verduidelijkt. Ik zal het trachten te omschrijven, zij die zich geroepen voelen…..?

Ik heb twee assen nodig, een horizontale en een verticale, en heb enkel het rechterbovenkwartier nodig. Op ‘een’ hoogte moet er een rode lijn komen die dalend is van links naar rechts (hydrostatische druk), zo’n 30° graden?, en een blauwe lijn die ongeveer horizontaal loopt (oncotische druk), zeer licht dalend, en die de rode kruist ongeveer in het midden.
De linker driehoek is de uitdrijvende kracht, de rechter driehoek, onder, de resorberende kracht.