Bucephalus schreef:Sinds eeuwen voeden we foutenkijkers op, terwijl het er vandaag nog veel meer dan vroeger op aankomt, mannen op te leiden die in staat zijn de te verwachten prestatievaardigheid te beoordelen, want alleen dit bepaalt de waarde van een paard. Men moet in staat zijn de algemene kwaliteit van een paard te herkennen, kleine en zelfs grote fouten beïnvloeden in veel gevallen de prestatie niet in het geringste. Het belangrijkste in de hele paardenkunde bestaat daarin, te kunnen beoordelen in hoeverre de totaalkwaliteit van het paard en aparte bijzonder goede lichaamsdelen klaarblijkelijk grotere of kleinere fouten in de bouw van het paard kunnen opheffen.
De vroegere Pruisische Oberlandstallmeister Georg Lehndorff zei al in de eerste druk van zijn, een halve eeuw geleden verschenen "handboek voor paardenfokkers", dat er onder 1000 foutenkijkers nauwelijks een paardenkenner is.
Een hele periode werden in hippologische literatuur afbeeldingen van zogenaamde "correcte" paarden weergegeven. Die correcte vorm werd geprezen als zijnde het ideaal. Daarop zochten de gebruikers naar deze correcte paarden. Het zouden de saaiste dieren van de wereld geweest zijn, zonder spirit, zonder moed, zonder bewegingen als ze alleen maar vrij van fouten zouden zijn.
Het is typisch, dat bij honderden naslagwerken m.b.t. beoordeling vroeger en nu slechts aparte lichaamsdelen werden weergegeven. We vinden talloze afbeeldingen en foto’s van deze afzonderlijke lichaamsdelen die als zodanig het ideaal weergeven en ook zoals het niet moet.
In het bijzonder geliefd zijn de schematische weergaven van de foutieve beenstanden. Met een dergelijke behandeling van de materie kweek je echter slechts „foutenkijkers“.
De toekomstige paardenkenner moet leren het paard in zijn geheel te beoordelen. Men moet er definitief van afgaan te leren hoe de afzonderlijke delen eruit moeten zien, maar men moet de leerling duidelijk maken, hoe hij de gegeven delen tegen het licht van duurzaamheid, prestatie en gebruik moet houden.
Dit is het werk van de fokker om het grootramige "evenwichtspaard" te produceren, dat paard, wat in zijn totaalbeeld harmonie is en uitgebalanceerdheid van alle vormen bezit. In hem zien we een ideaal, waarin we het ultieme streven van fokkersinspanningen belichaamd zien. Deze indruk moet door de bewegingen van het paard worden versterkt. Het gaat in alle gangen lichtvoetig, vrij en aangenaam over de bodem waarbij het zichzelf draagt.
Dit stukje van Buc wordt blijkbaar over het hoofd gezien. Volledig waar dat men zich blind staart op 1 been van een paard, of 1 hals of 1 beweging, terwijl dat paard z'n kwaliteit toch bewijst. Net zoals Hohenstein een zeer hoge nakomelingenindex heeft trouwens. Je moet het hele prentje zien, de hele beweging.
Ik ben proberen mee te gaan in die paslengte, steunpunten, etc... uitleg maar dan merk je dat het op niks meer slaat, dat alle paarden evenveel afstand overbruggen tussen voor en achter, dat ze anders op hun gezicht zouden gaan. Jammer dat je van die hengstenfilmpjes op Horse-gate geen beeldjes kan nemen, dan zie je dat ook echte stempelhengsten zo lopen.
Een paard in een versnelde beweging loopt anders, een paard aan het begin van z'n carriere loopt anders, ...
Met hoe het wél moet zou ik ook graag wat meer voorbeelden van hengsten zien staan wiens nakomelingen het wel bewezen hebben in de sport.
Mooi van Missouri trouwens dat ze het zo probeert in de bak