Langcara schreef:Jarenlang bezette Doruto de all-time ranking van de dressuurverervers. Geen andere hengst bracht zoveel Grand Prix-paarden.
http://hengsten.kwpn.nl/openbaar/abonne ... 0000005670
Grand prix paarden die kennelijk eind produkt waren of zo? Want in de fokkerij vind je hem inderdaad niet veel meer terug, behalve via moederlijn. Er werden op de impotente Heruto na geen hengsten van hem goedgekeurd.
Maar ligt dat aan Doruto, of aan het kwpn?
Verder heeft er een hele tijd terug in de IDS een interessant artikel gestaan over het exterieur van de merries die op de keuring aangewezen werden als ster of keur volgens de normen van het kwpn, en het exterieur van internationale topsportpaarden. En dat gaf twee totaal verschillende beelden. De keurmeesters van het kwpn zouden hun normen toch beter kunnen afstemmen op de resultaten, want die bewijzen de functionaliteit.
Wat het niet goedkeuren van zijn zonen betreft lag dit aan het KWPN. Hengsten die met het meer klassieke type op Doruto leken werden niet goedgekeurd. In die tijd wilde men Volbloedtypes met afgedraaide kontjes zien.
De laatste zin ben ik helemaal met je eens.
Dit is het betrokken artikel van Doruto
Citaat:Doruto, vader van een ongekend contingent top-dressuurpaarden
Het wereldkampioenschap dressuur in Cedar Valley (Canada) 1986 heeft een ommekeer teweeggebracht in het denken over de fokkerij van dressuurpaarden. Tot dan waren de titels, zowel individueel als in in teamverband, behaald op Duits gefokte paarden. Maar daar zou verandering in komen! In Cedar Valley onderscheidde de Nederlandse fokkerij zich - met drie KWPN-ers onder Duitse ruiters - nadrukkelijk als producent van goede dressuurpaarden.
Bovendien werd het Nederlandse team dat jaar beloond met de bronzen medaille, waardoor het KWPN eenklaps mondiale erkenning verwierf. Nederland deed niet meer onder voor landen als Duitsland en Zweden, die algemeen als dressuurpaarden-producenten werden beschouwd. Nederland is daarbij bovenal enorm veel dank verschuldigd aan de grootste dressuurpaardenleverancier van de wereld: Doruto.
Doruto´s meesterwerk, zijn beste en beroemdste nazaat, maakte deel uit van die gouden Duitse equipe in Cedar Valley. Ideaal en Johan Hinneman veroverden naast het team-goud ook nog het individuele brons. De andere Duitse ruitersuccessen kwamen op naam van Dr. Reiner Klimke met Pascal (v. Stranger xx) en George Theodorescu met Ampère (v. J. Amagun).
Er is in de hele wereld waarschijnlijk geen hengst te vinden, die zoveel Grand Prix-paarden heeft gebracht als Doruto. Zo´n 20 van zijn kinderen hebben op dat hoogste niveau gelopen. Daarnaast zijn er tientallen die in de Prix St. Georges en Intermédiaire hebben deelgenomen.
Uwe Rohwedder
Op 3 maart 1962 werd Doruto geboren bij de Kurhessische Hausstiftung Gutsverwaltung in Schmoel. Bedrijfsleider Uwe Rohwedder had een jaar eerder de hengst Komet uitgezocht als partner voor Blitzlicht II. Omdat niet alleen het papier, maar het veulen zelf ook goed leek, werd het aangehouden voor de Trakehner hengstenkeuring. Tot Rohwedder´s grote teleurstelling zou de jonge hengst niet worden goedgekeurd. Doruto had een beschadiging aan één van zijn ogen, wat voor de commissie aanleiding was om de hengst te laten staan.
Dat ogenschijnlijk kleine oorzaken grote gevolgen kunnen hebben, blijkt uit de geschiedenis van Doruto´s komst naar Nederland. De bekende paardenman/hengstenhouder Piet Meinardi, toen nog wonende in het Groningse Wehe Den Hoorn, ging in 1964 naar de hengstenkeuring van de Trakehners in Neumünster. Hij ontmoette daar een deputatie van de Vereniging "Het Bovenlandse Paard", die ook op zoek was naar een hengst (dat werd later Marco Polo). Meinardi was vooraf al langs enkele fokkers geweest om te kijken of er iets van zijn gading te vinden was en op zijn tocht kwam hij bij de Kurhessische Hausstiftung Gutsverwaltung in Schmoel, waar Doruto op stal stond. Ondanks het feit dat de hengst nog erg jeugdig aandeed, beviel hem de jongeling. De moeder Blitzlicht II, die eens naar de DLG-Schau was afgevaardigd, beviel hem nog beter. De vraagprijs van DM 30.000 beviel hem echter niet en er werd dus geen koop gesloten.
Ontzettend boos
Maar, zoals gezegd, Doruto werd niet goedgekeurd. In de Trakehner fokkerij komen wel eens vaker oogproblemen voor en de keuringscommissie wilde kennelijk geen risico lopen. Meinardi ging opnieuw naar de eigenaar. Die was ontzettend boos en zei: "Ik verkoop de hengst nooit meer aan een Duitser". "Welnu", antwoorde Meinardi, "ik ben een Hollander en ik ben geïnteresseerd".
Meinardi mocht de volgende ochtend om 8 uur terugkomen om een bod uit te brengen. "Ik vraag geen geld, U moet bieden", zei Rohwedder. "Vijfentwintig honderd Mark is misschien weinig, maar voor drieduizend neem ik hem mee", antwoordde Meinardi. De eigenaar ontstak opnieuw in toorn, maar hij gaf hem de hengst wel onmiddelijk mee.
Aan de mensen van "Het Bovenlandse Paard" vroeg Meinardi of het "rijpaardruintje" dat hij zojuist had aangekocht, met de nieuwe aanwinst Marco Polo mee kon reizen. Dat mocht en zo kwamen Marco Polo en Doruto in één transport naar Nederland. Beiden zouden van grote betekenis worden voor de Nederlandse fokkerij.
Meinardi bracht Doruto naar de Faculteit voor Diergeneeskunde van de Universiteit van Utrecht. Daar werd vastgesteld dat de eenzijdige blindheid van Doruto niet op erfelijke factoren behoefde te rusten, maar waarschijnlijk was ontstaan door een verwonding. Doruto werd daarop in Utrecht op de hengstenkeuring voorgebracht en goedgekeurd voor het zogeheten sportregister. Deze sectie in het stamboek was ingesteld om de fokkers te laten wennen aan het idee dat er een hoger in het bloed staan rijpaard gefokt moest worden. Hoewel hengstenhouder Van den Bosch uit St.Oedenrode eigenlijk zijn oog had laten vallen op Debutant - met zijn voor die dagen commerciële voskleur - werd Doruto voor F. 9.000,- van Meinardi gekocht: die aanschafprijs viel, in tegenstelling tot die van Debutant, wél binnen de begroting.
Lauwe entree
Mies van den Bosch herinnert zich de lauwe entree van Doruto op de hengstenkeuring: "In Den Bosch draaiden de mensenn zich om toen Doruto in de baan kwam. Maar later kwam het goed. De veulens waren mak, maar kropen niet, zoals veel van die Gelderse veulens, achter hun moeder weg. Het eerste jaar verkocht ik de door ons zelf gefokte Hannebel (m. Carolientje Pref van Tako) voor F. 1.000,- aan Arie van Baalen. Dat was bijna twee keer meer dan het normale geld. Van Baalen kocht nog een tweede veulen uit een moeder van Tabor, ik meen voor F. 1.200,-. Het jaar daarop begon het te lopen, Doruto dekte 130 merries", aldus Van den Bosch. Hij bleef daar tot 1988, toen hij vanwege zijn ouderdom moest worden ingeslapen.
Jaren na zijn dood kwam Doruto in het nieuws toen bij de verplichte controle van de afstamming van een aangewezen hengst bleek dat Doruto niet de vader van de moeder kon zijn. Het KWPN heeft vervolgens alle traceerbare nakomelingen van Doruto uit zijn laatste 8 levensjaren onderzocht op afstamming. Een aantal bleek ten onrechte te boek te staan als nakomeling van Doruto.
Hauptsgestüt Trakehnen
Doruto´s moeder, Blitzlicht II, is afkomstig uit een Trakehner lijn die haar oorsprong vindt op het Hauptgestüt Trakehnen. Stammoeder van de familie (nr. 678) is Blitzrot. Rohwedder beschikt nog over meerdere produkten uit deze moederlijn, die in Duitsland goed staat aangeschreven, dankzij de prima bewegingen en Rittigkeit. Uit deze lijn zijn inmiddels meerdere hengsten goedgekeurd. In combinatie met Gunnar, een zoon van Doruto´s vader Komet, bracht Blitzlicht II de goedgekeurde hengst Bernstein. Blitzrot, de grootmoeder van Doruto, leverde in combinatie met Carajan de hengsten Blitz en Blickfang. Een volle zus van deze hengsten bracht van Donauwind de hengst Blitzwind.
Blitzlicht II bracht met de AngloArabier Burnus de elite-merrie Blinklicht, die op haar beurt de goedgekeurde hengst Benz (v. Rockefeller) leverde. Benz scoorde in 1991 in Adelheidsdorf niet minder dan 145.08 voor de dressuuronderdelen. Blinklicht is tevens de overgrootmoeder van de Trakehner dekhengst Bellheim (Saint Cloud x Donauwind) en grootmoeder van de gekeurde hengst Bruddenbrock (Sixtus x Diamant).
Komet
Doruto´s vader, de in 1952 geboren 1.60 m grote zwarte hengst Komet, wordt alom erkend als vererver. Hij werd in 1955 tijdens een DLG-tentoonstelling kampioen. Eerder werd hij bij goedkeuring ingedeeld in fokklasse I. Komet´s moeder Kokette is eveneens afkomstig van Hauptgestüt Trakehnen. Zij behoorde tot de betere merries, die de barre tocht uit het Oosten hebben overleefd.
Kokette is een dochter van de uitstekende vererver Cancara. De vader van deze schimmelhengst is de Ierse volbloed Master Magpie xx, die bekend stond om zijn niet al te gemakkelijke, maar prima springende produkten. Langs moederskant voert Cancara bloed van de AngloArabier Nana Sahib x. Nana Sahib x bracht in zijn tijd succesvolle military- en springpaarden.
Komet werd geroemd om zijn charme, zijn harmonie en zijn evenwichtige uitstraling. Bovendien kon de hengst met veel Schwung bewegen. Naast talrijke merries liet hij invloedrijke hengsten na als Gunnar (vader van de dressuurhengsten J. Amagun en O. Mozart), Herzbube (vader van Heuriger van Ellen Bontje), Hessenstein en Herbststurm. De nafok van Komet staat bekend om de werklustige karakters en de aanleg voor de sport.
Pindar xx
Niet minder vooraanstaand is Doruto´s grootvader aan moederszijde Pindar xx. Een beenbreuk maakte een voortijdig einde aan de rencarrière van deze volbloed en het Trakehner Verband schafte de hengst aan. Pindar xx is van voorname familie. Zijn vader Abendfrieden xx, een volbloed die springkwaliteiten doorgaf, bracht in Nederland Erdball xx (goedgekeurde zonen: Pentagon, Tolbert en Triton). Abendfrieden xx (Ferro xx x Herold xx x Dark Ronald xx) staat ondermeer te vader van Pik As xx, Manometer xx en Perser xx te boek. Al deze volbloedhengsten zijn uitermate succesvol in de rijpaardfokkerij gebleken, wat beslist als heel bijzonder betiteld mag worden. Zo bracht Pik As xx ondermeer de bewegingsvererver Pik König, Pikör en Pik Junge. Perser xx leverde zonen als Perfert I en II, Parsival en Perserkönig.
Ook de nafok van Abendfrienden´s zoon Manometer xx mag er zijn. In Holstein bracht hij Maximus en Marinus. Langs moederskant verschijnt hij in talloze hengsten, ondermeer bij Lavall, Leuthen I en II en Rossini.
Een volle broer van Abendfrieden xx is de eveneens in Holstein invloedrijke Anblick xx. Zijn produkten kenmerken zich door hun sterke manier van optreden. De Holsteiner hengsten Aldato en de bij "onze" Antonio, een zeer gewaardeerd vererver bij het NWP, getuigen hiervan.
Witte hekjes
Terug naar Nederland, waar Doruto op grond van zijn nafok in 1972 keur werd verklaard. Twee jaar later was hij preferent. In totaal staan 1610 produkten bij het KWPN geregistreerd, die gemiddeld genomen op keuringen ruim voldoende presteerden. Maar wereldfaam vergaarde Doruto met zijn kinderen tussen de witte hekjes.
In de beginjaren was het vooral Jungle Doruto (mv Wodan) van John Swaab die sterk de aandacht trok. Maar er volgden als gauw veel meer opvallende Grand Prix-dressuurpaarden van Doruto. In combinatie met Eufraat-dochters bracht hij Balalaika (Jo Rutten), Robby (Bert Rutten), Urion (Hans Bernoski/Nadine Capellmann) en Ideaal (oa Johan Hinnemann). We vervolgen de rij met Grand Prix paarden als Banjo (mv Sirius), Chevalier (mv Debutant), Philip C (mv Amor) en Rostana (mv Wieland) (van Patricia Callaghan) en Rostana´s broer Mambo (Jo Rutten). Carrambe (mv Ulex) liep Grand Prix onder de Belgische amazone Claudia Bauwens, Ivar (mv Nicolas xx) kwam op de Olympische Spelen uit onder Francis Verbeek en natuurlijk kennen we allemaal Olympic Barbria (mv Amor). Het is opvallend dat het merendeel van deze produkten uit laag in het bloed staande merries komt. Natuurlijk, Doruto dekte op een plaats en in een tijd dat hem veel klassieke Gelderse merries werden aangeboden, het was de tijd van de omvorming naar het rijpaard. Maar met de forse, sterke merries van zijn tijd heeft Doruto met zijn atletisch vermogen dan ook formidabel werk gedaan.
Moederszijde
Ook via moederszijde heeft Doruto zijn steentje bijgedragen. Zoals bij de dressuurpaarden HOB Zaloete, Zindar, Barichta, Chapelle en HOB Discovery, de springpaarden Zamira ZB, Bedjaz, Canadian Colours, Pan-Am en Loro Piana Ramira en via de dekhengsten Farrington, El Corona (tweede generatie), Hierarch, Bonheur, Solied, Widor (derde generatie) en Juventus (vierde generatie).
De Doruto-kinderen waren voorbestemd voor de dressuursport. Zeker toen duidelijk werd dat de jonge Doruto´s getalenteerde dressuurpaarden waren, stond de bestemming van een jonge Doruto al bij voorbaat vast. Toch zijn er ook Doruto´s geweest die behoorlijk konden springen. De bekendste daarvan is Idle Dice die in 1986 met Gerrit Veeneman kampioen van de vijfjarigen werd en die later door de Zwitser Philippe Guerdat internationaal werd uitgebracht. Idle Dice komt overigens uit de Balia-stam. Paarden als Princesse en Iana zijn in internationale wedstrijden op 1.40-1.50 m.-niveau uitgekomen. In 1983 liepen elf Doruto´s in de Z-klasse bij de basissportorganisaties. Nadien nam het aantal Z-kinderen in het springen aanzienlijk af. De dressuur-voorbestemming zal hiervan de oorzaak zijn.
Zonder zonen
Het is opvallend -en eigenlijk heel erg frustrerend- dat de fokkerij van Doruto tot nu toe geen zoon heeft overgehouden. Een wereldberoemde koning is gestorven zonder troonsopvolger. De op de hengstenkeuringen gepresenteerde zonen van Doruto misten net als de vader hengstuitdrukking. Doruto zelf deed nogal vrouwelijk aan en wellicht is dat één van de redenen waarom Doruto niet in staat bleek om op de keuring goede en aansprekende zonen te leveren.
Uit meerder fokkerijen zijn voorbeelden bekend van een overigens goed fokkend vaderdier, dat niet in staat bleek voor goede mannelijke nafok te zorgen, waarmee de fokkerij verder uitgebouwd kon worden. In de paardenfokkerij, waar in de eerste selectie het exterieur een belangrijke rol speelt, komt dit verschijnsel dikwijls voor. Ook van jonge hengsten wordt mannelijke expressie verwacht en wanneer dit ontbreekt is de kans gering dat ze worden geselecteerd om de fokkerij te dienen.
Op jonge leeftijd vielen de producten van Doruto doorgaans niet echt op en hun talenten werden dus niet altijd naar waarde geschat. Dat overkwam in 1992 Heruto (Doruto x Enfant de Normandie x Amor). Hij werd aangewezen voor het verrichtingsonderzoek, maar haalde de stamboekinschrijving niet. Eerder vielen Monitor (mv Odin van Wittenstein), Eruto (mv Heidelberg) en Gershwin (mv Amor) af. Inmiddels is Heruto bij Coby van Baalen in opleiding voor de Grand Prix dressuur. Dat weinig opvallende van de Doruto-nakomelingen op jonge leeftijd had natuurlijk ook met het exterieur te maken. Daar kwam men doorgaans niet snel van in bekoring. Het middenstuk was vaak wat lang en de hals kwam nogal eens diep uit de borst. Het beenwerk was vaak wat fijn met kleine, smalle voeten en wat weinig gehoekt in het achterbeen. De hals was doorgaans wel goed van lengte en werd ook goed gedragen. Ook de hoofd-halsverbinding was goed te noemen. De schouder was meestal wel goed van ligging en bijna altijd goed van lengte.
Niet gevierd
Door deze uitwendige factoren werden de Doruto-kinderen op driejarige of jongere leeftijd niet dikwijls voor hoge prijzen verkocht. De kwaliteiten zijn dan nog moeilijk te onderkennen. De meeste fokkers moeten hun produkten op jonge leeftijd verkopen en als dan de kopers niet bepaald van enthousiasme staan te trappelen en niet diep in de beurs willen tasten, verdwijnt de animo bij de fokkers om nogmaals bij de vader van het produkt te gaan dekken. Een goede verklaring waarom de wereldberoemde Doruto onder fokkers nooit veelgevraagd en echt gevierd was. En het is tevens een verklaring waarom bijna nooit fokkers de goede prijzen voor de Doruto´s maakten, maar wel de handelaren en de trainers.
De dochters van Doruto, hoewel ze over het algemeen ook niet uitblonken als showpaarden aan de hand, deden op keuringen meer van zich spreken dan de zonen. Voor de nationale merriekeuring bijvoorbeeld is wel een behoorlijk aantal dochters aangewezen. Hannebel werd in 1969 tweede, de merrie die met Jacques de Wit in de dressuurring tot goede prestaties kwam (oa derde bij de NKB-kampioenschappen), Koh-I-Noor van mevrouw Stassen uit Venlo werd in 1972 kampioene bij de driejarigen. Colibria (mv Amor), thans eigendom van Debbie Springborn uit de USA, werd in 1987 zevende. In 1989 behaalde Ezabria van Van Helvoirt uit Rosmalen, een volle zus van Colibria, het nationale kampioenschap. Toch waren ook deze topmerries nogal verschillend van exterieur. In beweging waren er wel overeenkomsten: tact, cadans en lichtvoetigheid hadden ze alle drie. Maar opvallend veel ruimte hadden ze niet en bijzonder krachtig vanuit de achterhand waren ze ook niet allemaal.
Geschikt
Wat maakt de Doruto-kinderen dan zo geschikt voor de dressuursport, hoewel het ogenschijnlijk geen spectaculaire movers waren? Terzijde zij opgemerkt dat weinig spectaculaire dravers later tot grote prestaties in de dressuursport zijn gekomen. De winnaars van zadelrubrieken zijn slechts zelden uitgegroeid tot goede dressuurpaarden. Om een goed dressuurpaard te kunnen hebben, moet een paard meer in huis hebben dan drie goede basisgangen. Bovendien is een spectaculaire, ruime draf vaker een nadeel dan een voordeel, omdat paarden die over zo´n beweging beschikken later moeilijk te verzamelen zijn. Tact, balans, houding en het vermogen om zich te dragen in de beweging zijn veel essentiëler. En minstens zo belangrijk is het karakter. Een dresssuurpaard moet beschikken over een handelbaar karakter, moet zich willen laten bewerken en mag daarom niet te kwalijknemend zijn.
De Doruto-nakomelingen hadden en hebben zo´n karakter. Hoewel het dikwijls geen doetjes zijn, laten ze zich uitstekend bewerken. Een niet te onderschatten eigenschap is voorts dat een dressuurpaard de fysieke inspanning die de dressuuur vergt, gemakkelijk aan moet kunnen. Paarden, die moeite hebben de gevraagde fysieke inspanning te leveren, worden op den duur zuur en moeilijk.
Te dikwijls wordt gedacht dat psychologische eigenschappen in overgrote mate bepalend zijn voor de fysieke prestatie. Een paard dat de gevraagde inspanning gemakkelijk kan volbrengen, wordt niet lastig en moeilijk in de training en africhting. Voor zo´n paard is de arbeid geen kwelling waaraan hij zich wil onttrekken en waardoor hij, als dat niet lukt, in verzet komt. Het ervaren van welzijn beleeft het paard vanuit het fysieke, terwijl de mens dit vooral beleeft vanuit het psychische.
Showallure
De Doruto-nakomelingen laten zich, de één iets eerder en gemakkelijker dan de andere, gymnastiseren. Door deze eigenschap kan ook het dikwijls iets rechte achterbeen na enige training goed onder de massa gereden worden. Ze raken geestelijk niet afgestompt, ze blijven blij en daardoor gaan ze, hoewel ze van nature geen showers zijn, toch een bepaalde showallure aannemen in de dressuurpiste.
Op 20 oktober 1988 blies Doruto zijn laatste adem uit. Een groot dressuurvererver in een tijd waarin niet eens gericht voor de dressuursport werd gefokt. Een unieke hengst was dood. De vader van een ongekend contingent top-dressuurpaarden. Aan Doruto is de Nederlandse fokkerij heel veel dank verschuldigd.
Door: Rob van Overbeek & Gert van der Veen
Uit: In de Strengen nr 5 uit 1998, serie Stempelhengsten