Angelita schreef:Verder bedankt voor je antwoord BlueEyes. Ik mis wel een beetje de duidelijke argumenten (mocht je die nog willen toevoegen: graag argumenten die een niet-christen ook begrijpt, want daar zit nogal verschil in zeg maar).
Ik kan het niet heel duidelijk uitleggen in argumenten, maar ik zal je een voorbeeld geven.
Een jaar of wat geleden werd een vriend van me heel erg ziek, darmkanker en de operatie ging helemaal mis, hij kreeg perforaties, buikvliesontsteking, longontsteking en uiteindelijk zelfs bloedvergiftiging. Hij was opgegeven, werd in slaap gehouden, dat ging echt niet goed. Van het ene op het andere moment begon hij op te knappen, de doktoren geloofden hun ogen niet, dit kon niet. Uitzaaiingen verdwenen. En nu? Nu is hij 35 jaar, sinds een paar jaar getrouwd en heeft hij 2 kinderen.
Ik zie God daar als degeen die hem gered heeft, want de artsen deden er niets meer aan. Hij was in een kunstmatige coma, dus kon ook niet zelf bedenken om echt zijn best te gaan doen om beter te worden. En toen ineens die omslag - van nagenoeg dood naar twee dagen later weer rechtop in je bed zitten en gaan lopen en eten.
Een ander dingetje wat ik meemaakte is 'kleiner'; een andere (oudere) vriend van me lag op sterven, toevallig ook darmkanker, maar hij was al halverwege de zestig. Ik had hem een bloemetje gebracht en hij had gezegd dat ik echt nog langs moest komen om afscheid te nemen. Maar ik zat met een peuter en ik durfde niet zo goed, was bang dat ik hem teveel zou zijn. Op een middag ging ik mijn dochter naar de speelzaal brengen en ik twijfelde: pak ik de auto, dan kan ik daarna nog even naar Wil toe. Maar ik besloot toch maar van niet en toen ik al naar mijn fiets liep, ging de telefoon. Wil. "Ik moest aan je denken. Kom je? Nu zou een goed moment zijn." En ik zei alleen maar: "Wil, God bestaat." Wil heel droog: "Dat weet ik." Het was een mooi afscheid en ik was kapot toen hij er niet meer was, maar hij was zo ongans sterk. "Tot ooit," zei hij toen ik wegging.
Dat zijn van die knipoogjes die je soms meemaakt, waardoor ik voor mezelf zeker weet dat God er is. Ik kan er nog wel meer geven, maar dan wordt het zo'n boekwerk. Ik denk dat je hiermee de essentie wel hebt.