
Twee weken geleden kwam Wilfried als een dronkeman uit het weiland lopen en viel bijna boven op me. Ik dacht direct aan Ataxie. Veearts erbij, onmiddellijke verwijzing naar Emmeloord, omdat men daar beter op de hoogte is van neurologische aandoeningen. Daar aangekomen kreeg hij meerdere bloedtests en neurologische onderzoeken. De uitslagen van de bloedtests waren normaal, niets aan te zien. Op prikkels in de achterhand reageerde hij niet meer. Zware ataxie was de uitkomst

Besloten werd om Wilfried daar voorlopig te laten, zodat ze meerdere onderzoeken konden doen, maar ik zag toen al dat het er niet goed uitzag.
Elke dag gebeld hoe het met hem ging, zodra hij op stal stond ging het wel, zodra hij in de paddock kwam, viel hij bijna om. Niet goed.
Gisteren voor het laatst met de specialist gesproken, het komt er op neer, dat Wilfried alleen nog maar op stal kon staan, 24 uur per dag, 365 dagen per jaar. Niet meer in de paddock, niet meer in het weiland. De kans op terugval zou namelijk te groot zijn. Hij maakt in de paddock in Emmeloord een bokkesprong (hij is altijd zo blij als hij buiten is) , kwam ten val en kwam bijna niet meer overeind. Een rit met de trailer zou zo stressvol zijn voor hem (kan zich nauwelijks staande houden), dat hij liggend uit te trailer gehaald zou moeten worden. Dit wilden wij hem niet aandoen, dit zou zeer paardonwaardig zijn.
In goed overleg met de specialist zou hij vandaag een spuitje krijgen, Martijn & ik zijn vanochtend naar Emmeloord gereden en wat ik daar in de paddock zag staan, brak mijn hart. Wilfried, 14 jaar oud, leek wel 34 jaar oud. Zeer mager, allemaal ribbetjes, heel zielig in een hoekje van de paddock met hangend hoofd. Hij herkende mij nauwelijks, ik heb hem nog een appeltje gegeven, die hij nog wel wegkauwde. Martijn en ik hebben lopen brullen, dit hadden we niet verwacht, dat hij er zo erg aan toe zou zijn. De beslissing was juist. Ik heb hem voor de laatste keer zijn halster afgedaan, nog een aai over het magere bolletje en toen zijn we weggegaan. Trailer weer aangekoppeld (die stond daar nog) en we zijn jankend weggereden. Martijn, mijn altijd stoere vent, was ineens heel erg klein geworden zoals hij daar zat te brullen, wat erg allemaal. De hele kliniek stroomde toe en iedereen probeerde ons een beetje op te beuren.
Toch hebben we er goed aangedaan om hem een spuitje te laten geven, maar dat maakt het leed er niet minder om.
Wilfried, Generaal, het ga je goed. Deze veldslag kon je dit keer helaas niet winnen.
Yetse