Hier mijn verhaaltje, Ik hoop dat jullie het lek vinden en positief commentaar geven. Negatief commentaar vind ik ook niet erg maar ga me nou niet zitten afkraken en heel je bercihtje vol met gezeik zetten.
“Ik ga hier weg”. “Nou je doet maar, ik wil je hier nooit meer zien”. Eliza stampt boos naar haar kamer. Boven laat ze zich op het bed vallen, nadenkend draait ze op haar rug. Dit is nu al het 4e gezin, nadat haar ouders door een verkeersongeluk om het leven kwamen. Zij was die avond alleen thuis. Ze herinnerd zich het nog goed. Ze zat lekker met een schaal chips op haar schoot in de grote stoel een boek te lezen. Haar ouders waren naar haar rapportgesprekken. Ze schrok op toen de bel ging. Ze liep voorzichtig naar de deur en deed deze op een kier open. Toen ze de politie zag deed ze de deur snel open. Er stonden 2 agenten. De ene die het oudst leek, vroeg of ze binnen mochten komen. Eliza had snel de deur uitnodigend opengedaan en was de mannen voor gegaan naar de huiskamer. Daar hoorde ze dat haar ouders dood waren. De agent sprak zo rustig, hoe kon hij! Haar ouders waren dood! De agent zij dat ze waren aangereden door een dronken vrachtwagenchauffeur. Ze weet van dat moment niet zo goed meer wat er gebeurde. Wel dat ze de hele avond heeft gehuild en dat de buurvrouw is gekomen. De volgende dag kwamen allemaal mensen op bezoek en er werd van alles geregeld voor de begrafenis. Haar buurvrouw zorgde nu voor haar en Eliza moest bij haar slapen. De dagen die volgde waren erg saai en verdrietig. Iedereen kwam langs en Eliza moest naar een bloemist om een krans uit te zoeken en naar de kistenmaker voor kisten. Ze vond het afschuwelijk maar het moest. Toen de begrafenis voorbij was mocht ze nog 1 dag bij haar buurvrouw blijven, daarna zou ze naar een weeshuis gaan. Ze wou niet bij haar buurvrouw wonen, niet meer in die buurt, niet meer bij dat huis. En ze had maar 1 tante en die was oud en knorrig, daar wou ze niet heen! Ze ging dus naar een tehuis , Alles was daar saai, de muren waren grijs en het eten smaakte naar rubber. Na een poos kwamen er mensen kijken voor haar, ze voelde zich als een klok op een veiling. De mensen wouden haar. Toen ze bij het gezin thuis was zag ze haar kamer. Hij was helemaal roze met allemaal meidenspulletjes. Ze haten dat. Ze was een wild meisje dat van jongens dingen hield en paardreed. Ze zij tegen haar “ouders”dat ze de kamer een beetje meisjesachtig vond en hun antwoord was “maar kind, je bent een meisje, geniet toch”. Ze kreeg toen elke dag wel iets van roze of kleding. Ze mocht niet op paardrijden en moest vaak vriendinnetjes meenemen, die vriendinnetjes waren alleen geïnteresseerd in haar spulletjes. Ze was daar echt ziek van geworden. Zo had ze ruzie gekregen totdat ze terug moest naar het weeshuis. Daar had ze een poosje gezeten toen er een nieuw gezin kwam. Daar was het precies hetzelfde. Ze werd weer teruggebracht en het 3e was ook mis. Toen had ze verschillende dreigingen gehoord van de directeur. Niemand snapte ook eens hoe zij zich voelde. Nou was ze dus bij het 4e gezin en had het ook weer verpest. Als er nu naar de directeur van het weeshuis werd gebeld moest ze naar een inrichting. Dat was al gezegd door de directeur”Als je het hier verpest kom je in een doodsaaie inrichting voor onbehandelbare kinderen”. Elzia was hiervan geschrokken en besloot extra goed haar best te doen. Maar ja zo gemakkelijk ging dat niet, toen ze dat pakketje zag barste ze gewoon los. Ze had Sylvia( haar pleegmoeder) uitgescholden en was naar haar kamer gestampt. Nu kwam ze er achter dat ze een grote fout had gemaakt. Ze besloot naar beneden te gaan en haar excuus aan te bieden. Ze liet zich van het bed afrollen en liep zachtjes naar de deur. Toen ze net haar hand op de klink had hoorde ze haar peetvader Rosper thuiskomen. Ze besloot om toch maar even boven te blijven. Voor mannen was ze altijd al banger geweest. Ze deed de deur op een kier en ging met haar rug tegen de muur naast de deur aan zitten. Zo zou ze alles goed kunnen horen. Al snel hoorde ze Sylvia “Oh Rosper, dat kind heeft me uitgescholden”. “Wat hoe durft ze” brulde Rosper. Ïk wou haar alleen deze balletschoentjes geven als teken dat wij haar op ballet hadden gedaan” dat was het piepstemmetjes van Sylvia. Eliza dacht bij zich zelf dat ze nooit op ballet zou gaan, een beetje me tenen kapot staan maken zeker, ammehoela! Ze schrok weer op uit haar gedachten toen ze Rosper hoorde brullen “waar is dat mormel, waar heeft ze zich verstopt”! Elzia schrok nu verschrikkelijk, wat zou hij haar doen? Sylvia`s piepstemmetje kwam weer ”ze is naar boven naar haar kamer”. “Daar zal ze wel een poos blijven, eerst wil ik koffie om tot rust te komen dan geef ik haar straf, en goed, ze word veels te zacht behandeld”. Eliza stond zachtjes op en deed de deur dicht. Ze ging op haar bed liggen en bedacht wat ze kon doen. Het enigste wat ze kon bedenken was weglopen, dan hoefde ze niet naar een inrichting en liep ze Ropser mis. Ze kon makkelijk uit haar kamerraam op het platte dak springen en vandaar kon ze op de container naast de achterdeur stappen en door het hek achter in de tuin weg gaan. Eliza besloot het maar te wagen. Ze begon kleren bij elkaar te rapen en stopte ook nog een foto van haar ouders in haar tas samen met een dikke deken, touw en een zaklamp. Ze rende ook even naar haar toilettafel en pakte haar borstel en wat elastieken. Tenslotte sloop ze naar de studeerkamer en jatte een aantal landkaarten. Toen ze terug was controleerde ze haar inhoud en constateerde dat dit alles was wat ze nodig had. Ze deed haar raam open en kwam erachter dat ze haar jas niet aan had. Deze had ze boven op de overloop gegooid toen ze naar boven was gestampt. Ze besloot om het nog maar een keertje te wagen en haalde haar jas. Net toen ze haar deur weer sloot hoorde ze Rosper naar boven komen. Eliza deed snel het raam open en gooide haar tas naar buiten. Zelf sprong ze erachteraan terwijl ze haar jas aantrok. Ze had net haar jas aan toen ze bij de rand van het dak kwam. Ze deed de tas op haar rug en ging aan haar handen aan de rand hangen en liet zich op de container vallen. Boven hoorde ze Rosper en Sylvia in haar kamer. Ze wist dat ze eerst de bovenverdieping af gingen zoeken. Eliza besloot dus om nog wat eten en geld mee te nemen. Ze ging de keuken in en deed een flesje water en wat koeken in haar tas. Daarna pakte ze het potje op de kast en haalde er 2 briefjes van 100 uit. Toen zag ze dat Sylvia sandwiches had gekocht en stopte er snel 4 in haar tas. Ze schoot snel weer naar buiten en rende de tuin door. Achter bij het hek bleef ze staan en kwam er achter dat het ding op slot was. Ze gooide haar tas over de schutting en klom er zelf snel over door middel van de klimop die er hing. Toen ze aan de andere de kant was rende ze weg richting de polder. Toen ze vond dat ze ver genoeg weg was stopte ze met rennen en ging in de berm zitten. Ze vroeg zich af waar ze naar toe kon gaan. Ze besloot om eerst maar eens een plek om te overnachten te vinden. Ze liep rustig door het weggetje heen toen ze bij een wei aankwam waar een schuilstal opstond. Ze besloot in de schuilstal te gaan slapen en de deken te gebruiken om zich warm te houden. In het schuilstalletje lag nog wat hooi dat lekker comfortabel lag. Ze ging zitten en at een koek op en dronk wat water. Vervolgens ging ze liggen en viel snel in slaap. Ze lag net lekker te slapen toen er wat in haar gezicht duwde. Eliza schrok wakker en greep naar de zaklamp naast haar. Toen ze die had gevonden knipte ze hem snel aan.
Ik weet dat mijn spelling niet altijd even goed is dus commentaar is welkom. Ik weet ook dat er rare dingen in voorkomen, maar dit verhaal is de 1e die ik schrijf * de 1e die een beetje normaal is*