Ik reed snel naar binnen en zette mijn fiets in de fietsenstalling naast een donkerblauwe mountainbike en doe mijn fiets op slot. Niet dat ze hem zouden stelen hoor, het was gewoon uit routine.
Natuurlijk kwam zoals gewoonlijk Saartje naar me toe gelopen. Zij was een van mijn beste vriendinnen. “ Jana, er is iets super-ergs gebeurd!: Fluisterde ze “ “Nou, vertel!” : riep ik
“ Nou, je weet wel, Sonja komt met Martine naar school hé, ik weet niet precies wat er gebeurd is hoor, maar Martine heeft een ongeluk gehad…
“Wat?!” Schreeuw ik luid en een paar vijfdejaars kijken me aan..
“Hoe is dat nou kunnen gebeuren?”
Saartje haalde haar schouders op, “Ik weet niet, ze letten altijd goed op enzo ik snap het ook niet!”
<<Driiiiing, de bel ging.>> Met tegenzin sjokte ik naar het examenlokaal, ik wist dat ik geen kans maakte om te slagen, ik had wel geleerd, maar door het ongeluk…
Meneer de Graaf deelde rond, sh*t, geen leraar Frans! Ik kon dus niet veel vragen stellen, meneer de Graaf gaf Technologie, en was nou niet bepaald een genie in talen.
“Stilte!” : zei hij op dreigende toon “Van iedereen die ik ook maar 1 woord hoor…!”
Ik keek op mijn examenpapier; woorden vertalen, hier was ik al niet goed in!
Het woord ‘bycyclette’ was fiets, en toen ik dacht aan een fiets, dacht ik aan Martine… Mijn ogen begonnen te prikken, zou ze in levensgevaar zijn?
Na twee uur gaf ik met tegenzin mij examen af, de helft was niet ingevuld en de andere helft waarschijnlijk fout…
Hou er rekening mee dat ik 13 ben, dit het eerste is wat ik ooit heb geschreven, enneh, ik niet bepaald goed ben (lees: slecht)
Dus please, breek me niet af