Hoe kan ik ooit ‘vaarwel lieve schat’ zeggen tegen je? Hoe kan ik ooit accepteren dat jij nooit meer in je stal op me zal wachten?
Hoe kan ik accepteren, dat je neus nooit meer op mijn schouder zal rusten, of me zal plagen om me op te vrolijken?
Al die momenten dat ik boos op je was of gelukkig was dat ik je had, dat ik me bedacht wat voor een top-pony je toch eigenlijk bent, om 5 minuten later tijdens het rijden je weer te vervloeken, kan ik die gewoon ‘vergeten’?
Mag ik me, zachtjes huilend, inbeelden hoe het zou zijn als jij er niet meer was? En zo niet, waarom mag ik dat niet?
Mag ik huilen om ons afscheid of bang zijn voor dingen die nog moeten komen?
Als je, zoals toen die ene keer mijn pet af neemt en er mee gaat spelen, waardoor ik door mijn tranen en rotgevoel heen een glimlach op mijn gezicht kan tonen, mij opvrolijkt. Mag ik je dan dankbaar zijn, maar aan de andere kant boos zijn omdat je dat ooit niet meer zal doen? Ook al is dat helemaal niet jou schuld?
Hoeveel mensen denken er aan bij het begin, dat dit verhaaltje ook een einde heeft?
Wanneer je leest dat iemand zijn maatje verloren heeft en meteen er na dat iemand anders er eentje gekregen heeft. Vraag jij je dan niet af hoe dit kan?
Wie beslist er over wie mag lachen en wie mag huilen?
Wie bepaalt wie moet loslaten en wie zich mag hechten?
Wanneer je maatje op je schoot ligt, zijn ogen sluit en vredig zijn laatste adem uit blaast. Wanneer jij hem nog net voor hij je verlaat zegt dat je van hem houd, dat je hem nooit zal vergeten. Vraag jij je dan niet af, waarom je hem moest laten gaan?
Zou je niet woedend worden als niemand je die vraag beantwoord? Dat je er gewoon mee moet leren leven?
Beeld het jezelf een keer in. Je beste maatje heeft je zojuist verlaten, degene die je altijd opvrolijkte, waar je heen ging om te praten, degene waar je zo’n band mee had, de enige die jij voor 200% vertrouwde en waarbij het geheel wederzijds was. Tranen in je ogen maar je mag niet huilen. Want hij is uit zijn ‘leiden’ verlost en mag elders een fijn leven gaan leiden.
Wat zou jij willen dat ze tegen je zeggen?
‘hij heeft het goed waar hij nu is’? of ‘na tranen van verdriet komt een glimlach van herinneringen’?
Als er geen tranen zijn, hoe kan die glimlach dan komen? En als ze er wel zijn, lijken ze dan niet eindeloos?
Hoe kunnen mensen afscheid van een dier als iets ‘gewoon’ zien. En het vreemd vinden als je er om huilt?
En als je dit gelezen hebt...Heb je dan geen zin om naar je lieve maatje op vier benen te gaan, je armen om hem heen te slaan en zo voor eeuwig bij hem blijven staan?
Hopend dat hij, jou nooit zal verlaten?
overigens vind ik dat de regel van 1500 woorden voor kortverhalen niet mag tellen. Dat het aantal woorden bv lager ligt


