[VER]Lüllaby

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
Kikka

Berichten: 4723
Geregistreerd: 18-12-03
Woonplaats: Overijssel

[VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 14-08-05 22:20

Lüllaby.

Het enige wat er nog uit haar kwam. Het woordje lüllaby. Waarom wist ze niet. Ze had niks met slaapliedjes, ze kon zich niet herinneren dat iemand er ooit een voor haar gezongen had.
Niet dat dat gek was, nee. Ze kon zich überhaupt niks herinneren. Ze kon niet praten, niet denken. Helemaal niets meer. Alleen nog schrijven.

Lüllaby, lüllaby, lüllaby.

Ze schreef het nog drie keer op. Snel, in een slordig handschrift. Snel, alsof het elk moment afgelopen kon zijn. Terwijl ze het schreef, kwamen er flarden gedachten naar boven.

Een schommel. Een schommel met een jongen erop. Hij lacht.

Terwijl ze dit, net zo haastig als de vorige drie woorden, opschreef verdwenen de gedachtes weer. Het was weer even stil als het aldoor geweest was. Ze huilde, dus dat kon ze nog wel. Uit haar blauwe ogen kwamen tranen. Tranen die alle stilte probeerden weg te spoelen, tranen die haar gedachtes weer boven lieten borrelen.

De schommel gaat hoger, ik sta ervoor. De jongen blijft naar me lachen. Hij heeft blauwe ogen.

Steeds sneller schreef ze, alsof ze bang was dat als het langzaam ging ze alles kwijtraakte.

Hij zegt iets tegen me, ik kan hem niet verstaan. Hij zet zijn voeten in het zand en komt van de schommel af. Hij loopt langzaam op me af. ‘Meisje.’ Ik voel armen om me heen, automatisch doe ik hetzelfde. We knuffelen.

Dan is het stil. Geen gedachtes meer. Geen tranen. Niets. Alleen de grote witte leegte van het papier, onderbroken door de blauwe balpen. Blauw als de ogen van de jongen. Een echte Parkerpen, met inscriptie. banketstaaf, staat er in sierlijke letters.

Urenlang blijft ze stil zitten, wanhopig proberend zich iets te herinneren. Alles om haar heen lijkt stil te zijn. Alsof het haar probeert te helpen. Het is drukkend warm, alles is stil. Ze beweegt, slaat haar armen om haar knieën. De pen rolt weg, over de houten vlonder die een veranda voorstelt. De veranda aan het grote huis vlakbij het water, helemaal begroeit met blauwe druif. Er staat een stoel, de witte schommelstoel waar zij inzit. Het lijkt op het paradijs, een groot houten huis, begroeit met blauwe druif. Om het huis heen staan grote bomen. Aan de grootste boom is een schommel geknoopt. Ze bukt om de pen te pakken. Ze herinnert zich iets. Langzaam begint ze weer te schrijven.

Al knuffelend vallen we om in het lange gras. Lachend rollen we over elkaar heen, stoeiend. Alles lijkt perfect. Hand in hand rennen we omhoog, de heuvel op, om naar de zonsondergang te kijken. Ik kruip tegen hem aan, hij slaat zijn armen om me heen, het voelt vertrouwt. Samen kijken we naar hoe de lucht rood en oranje kleurt, en alles uiteindelijk in duisternis gehuld is. Ondanks het feit dat de zon er nu niet meer is om ons te verwarmen is het nog steeds zwoel. Ik kijk hem aan. ‘Ik hou van je’

Ze zet zich af met haar voet, zodat de stoel begint te schommelen. Ze probeert zich te bedenken wat er daarna gebeurde. Er bekruipt haar een angstig gevoel, alsof het daarna totaal verkeerd ging.‘Kom terug, kom terug!’ Ze schrikt van haar eigen stem. Zachtjes vervolgt ze, ‘kom alsjeblieft terug.’

Terugkomen. Dat is het. Hij is weg. Hij heeft het me allemaal verteld, nadat hij zei dat hij ook van mij hield. Hij moest weg, weg naar Irak. ‘Morgen al.’ Hij wist het al heel lang maar ‘hij was te schijterig het me te vertellen. Hij durfde niet, bang voor mijn reactie. Mijn reactie als hij me vertelde voor een half jaar uitgezonden te worden. Bang om me pijn te doen.’ Ik heb gehuild, gegild, maar het moest. Hij moest weg. Toen het koud werd buiten tilde hij me op en bracht me naar bed. ‘Ik zal ervoor zorgen dat ik thuiskom. Over 6 maanden sta ik hier weer, zul je op me wachten?’ Ik beloofde het. Ik beloofde op hem te wachten tot hij er weer was.

Een zuchtje wind strijkt langs haar gezicht, het is alsof met de wind haar gedachten ook weer terugkomen.

Hij zoende me op mijn mond. Gewoon een zoen, zoals we er al zoveel gegeven hadden. Maar deze kus was speciaal. Hij begon zachtjes te zingen:

‘Close your eyes my pretty child, though the night is dark and the wind is wild.
I will stand beside your bed, tonight there is nothing you need fear or dread.
You can sleep now, go to sleep, the rain falls and the windows weep.
I'm standing by to sing a lüllaby.’


Ze veegt de tranen weg die op het papier vallen.

Dat was 4 maanden geleden. De laatste woorden die ik van hem hoorde. De laatste woorden die ik ooit van hem zal horen. Hij is er niet meer, komt nooit meer terug.


Het is de radio die haar uit haar trance haalt. De radio die waarschijnlijk al die tijd al aangestaan heeft maar niet tot haar doorgedrongen is. Ze sluit haar ogen en luistert.


Close your eyes my pretty child, though the night is dark and the wind is wild.
I will stand beside your bed, tonight there is nothing you need fear or dread.
You can sleep now, go to sleep, the rain falls and the windows weep.
I'm standing by to sing a lüllaby.

Close your eyes my sister fair, though the snow is falling and the trees are bare.
And I will hold you by the hand, tonight there is nothing you need try to understand.
You can sleep now, go to sleep. The daytime's dying and the nighttime's so deep.
I'm standing by to sing a lüllaby.

Close your eyes my mother wise when the waves are angry and the north train cries.
I stopped those ghosts outside your door, Mama, don't worry about those ghosts no more.
You can sleep now, go to sleep, tomorrow comes but it will keep,
I'm standing by to sing a lüllaby, another lüllaby, another lüllaby, another lüllaby.




Crap, boktcensuurLüllaby.

Het enige wat er nog uit haar kwam. Het woordje lüllaby. Waarom wist ze niet. Ze had niks met slaapliedjes, ze kon zich niet herinneren dat iemand er ooit een voor haar gezongen had.
Niet dat dat gek was, nee. Ze kon zich überhaupt niks herinneren. Ze kon niet praten, niet denken. Helemaal niets meer. Alleen nog schrijven.

Lüllaby, lüllaby, lüllaby.

Ze schreef het nog drie keer op. Snel, in een slordig handschrift. Snel, alsof het elk moment afgelopen kon zijn. Terwijl ze het schreef, kwamen er flarden gedachten naar boven.

Een schommel. Een schommel met een jongen erop. Hij lacht.

Terwijl ze dit, net zo haastig als de vorige drie woorden, opschreef verdwenen de gedachtes weer. Het was weer even stil als het aldoor geweest was. Ze huilde, dus dat kon ze nog wel. Uit haar blauwe ogen kwamen tranen. Tranen die alle stilte probeerden weg te spoelen, tranen die haar gedachtes weer boven lieten borrelen.

De schommel gaat hoger, ik sta ervoor. De jongen blijft naar me lachen. Hij heeft blauwe ogen.

Steeds sneller schreef ze, alsof ze bang was dat als het langzaam ging ze alles kwijtraakte.

Hij zegt iets tegen me, ik kan hem niet verstaan. Hij zet zijn voeten in het zand en komt van de schommel af. Hij loopt langzaam op me af. ‘Meisje.’ Ik voel armen om me heen, automatisch doe ik hetzelfde. We knuffelen.

Dan is het stil. Geen gedachtes meer. Geen tranen. Niets. Alleen de grote witte leegte van het papier, onderbroken door de blauwe balpen. Blauw als de ogen van de jongen. Een echte Parkerpen, met inscriptie. banketstaaf, staat er in sierlijke letters.

Urenlang blijft ze stil zitten, wanhopig proberend zich iets te herinneren. Alles om haar heen lijkt stil te zijn. Alsof het haar probeert te helpen. Het is drukkend warm, alles is stil. Ze beweegt, slaat haar armen om haar knieën. De pen rolt weg, over de houten vlonder die een veranda voorstelt. De veranda aan het grote huis vlakbij het water, helemaal begroeit met blauwe druif. Er staat een stoel, de witte schommelstoel waar zij inzit. Het lijkt op het paradijs, een groot houten huis, begroeit met blauwe druif. Om het huis heen staan grote bomen. Aan de grootste boom is een schommel geknoopt. Ze bukt om de pen te pakken. Ze herinnert zich iets. Langzaam begint ze weer te schrijven.

Al knuffelend vallen we om in het lange gras. Lachend rollen we over elkaar heen, stoeiend. Alles lijkt perfect. Hand in hand rennen we omhoog, de heuvel op, om naar de zonsondergang te kijken. Ik kruip tegen hem aan, hij slaat zijn armen om me heen, het voelt vertrouwt. Samen kijken we naar hoe de lucht rood en oranje kleurt, en alles uiteindelijk in duisternis gehuld is. Ondanks het feit dat de zon er nu niet meer is om ons te verwarmen is het nog steeds zwoel. Ik kijk hem aan. ‘Ik hou van je’

Ze zet zich af met haar voet, zodat de stoel begint te schommelen. Ze probeert zich te bedenken wat er daarna gebeurde. Er bekruipt haar een angstig gevoel, alsof het daarna totaal verkeerd ging.‘Kom terug, kom terug!’ Ze schrikt van haar eigen stem. Zachtjes vervolgt ze, ‘kom alsjeblieft terug.’

Terugkomen. Dat is het. Hij is weg. Hij heeft het me allemaal verteld, nadat hij zei dat hij ook van mij hield. Hij moest weg, weg naar Irak. ‘Morgen al.’ Hij wist het al heel lang maar ‘hij was te schijterig het me te vertellen. Hij durfde niet, bang voor mijn reactie. Mijn reactie als hij me vertelde voor een half jaar uitgezonden te worden. Bang om me pijn te doen.’ Ik heb gehuild, gegild, maar het moest. Hij moest weg. Toen het koud werd buiten tilde hij me op en bracht me naar bed. ‘Ik zal ervoor zorgen dat ik thuiskom. Over 6 maanden sta ik hier weer, zul je op me wachten?’ Ik beloofde het. Ik beloofde op hem te wachten tot hij er weer was.

Een zuchtje wind strijkt langs haar gezicht, het is alsof met de wind haar gedachten ook weer terugkomen.

Hij zoende me op mijn mond. Gewoon een zoen, zoals we er al zoveel gegeven hadden. Maar deze kus was speciaal. Hij begon zachtjes te zingen:

‘Close your eyes my pretty child, though the night is dark and the wind is wild.
I will stand beside your bed, tonight there is nothing you need fear or dread.
You can sleep now, go to sleep, the rain falls and the windows weep.
I'm standing by to sing a lüllaby.’


Ze veegt de tranen weg die op het papier vallen.

Dat was 4 maanden geleden. De laatste woorden die ik van hem hoorde. De laatste woorden die ik ooit van hem zal horen. Hij is er niet meer, komt nooit meer terug.


Het is de radio die haar uit haar trance haalt. De radio die waarschijnlijk al die tijd al aangestaan heeft maar niet tot haar doorgedrongen is. Ze sluit haar ogen en luistert.


Close your eyes my pretty child, though the night is dark and the wind is wild.
I will stand beside your bed, tonight there is nothing you need fear or dread.
You can sleep now, go to sleep, the rain falls and the windows weep.
I'm standing by to sing a lüllaby.

Close your eyes my sister fair, though the snow is falling and the trees are bare.
And I will hold you by the hand, tonight there is nothing you need try to understand.
You can sleep now, go to sleep. The daytime's dying and the nighttime's so deep.
I'm standing by to sing a lüllaby.

Close your eyes my mother wise when the waves are angry and the north train cries.
I stopped those ghosts outside your door, Mama, don't worry about those ghosts no more.
You can sleep now, go to sleep, tomorrow comes but it will keep,
I'm standing by to sing a lüllaby, another lüllaby, another lüllaby, another lüllaby.




Crap, boktcensuurLüllaby.

Het enige wat er nog uit haar kwam. Het woordje lüllaby. Waarom wist ze niet. Ze had niks met slaapliedjes, ze kon zich niet herinneren dat iemand er ooit een voor haar gezongen had.
Niet dat dat gek was, nee. Ze kon zich überhaupt niks herinneren. Ze kon niet praten, niet denken. Helemaal niets meer. Alleen nog schrijven.

Lüllaby, lüllaby, lüllaby.

Ze schreef het nog drie keer op. Snel, in een slordig handschrift. Snel, alsof het elk moment afgelopen kon zijn. Terwijl ze het schreef, kwamen er flarden gedachten naar boven.

Een schommel. Een schommel met een jongen erop. Hij lacht.

Terwijl ze dit, net zo haastig als de vorige drie woorden, opschreef verdwenen de gedachtes weer. Het was weer even stil als het aldoor geweest was. Ze huilde, dus dat kon ze nog wel. Uit haar blauwe ogen kwamen tranen. Tranen die alle stilte probeerden weg te spoelen, tranen die haar gedachtes weer boven lieten borrelen.

De schommel gaat hoger, ik sta ervoor. De jongen blijft naar me lachen. Hij heeft blauwe ogen.

Steeds sneller schreef ze, alsof ze bang was dat als het langzaam ging ze alles kwijtraakte.

Hij zegt iets tegen me, ik kan hem niet verstaan. Hij zet zijn voeten in het zand en komt van de schommel af. Hij loopt langzaam op me af. ‘Meisje.’ Ik voel armen om me heen, automatisch doe ik hetzelfde. We knuffelen.

Dan is het stil. Geen gedachtes meer. Geen tranen. Niets. Alleen de grote witte leegte van het papier, onderbroken door de blauwe balpen. Blauw als de ogen van de jongen. Een echte Parkerpen, met inscriptie. banketstaaf, staat er in sierlijke letters.

Urenlang blijft ze stil zitten, wanhopig proberend zich iets te herinneren. Alles om haar heen lijkt stil te zijn. Alsof het haar probeert te helpen. Het is drukkend warm, alles is stil. Ze beweegt, slaat haar armen om haar knieën. De pen rolt weg, over de houten vlonder die een veranda voorstelt. De veranda aan het grote huis vlakbij het water, helemaal begroeit met blauwe druif. Er staat een stoel, de witte schommelstoel waar zij inzit. Het lijkt op het paradijs, een groot houten huis, begroeit met blauwe druif. Om het huis heen staan grote bomen. Aan de grootste boom is een schommel geknoopt. Ze bukt om de pen te pakken. Ze herinnert zich iets. Langzaam begint ze weer te schrijven.

Al knuffelend vallen we om in het lange gras. Lachend rollen we over elkaar heen, stoeiend. Alles lijkt perfect. Hand in hand rennen we omhoog, de heuvel op, om naar de zonsondergang te kijken. Ik kruip tegen hem aan, hij slaat zijn armen om me heen, het voelt vertrouwt. Samen kijken we naar hoe de lucht rood en oranje kleurt, en alles uiteindelijk in duisternis gehuld is. Ondanks het feit dat de zon er nu niet meer is om ons te verwarmen is het nog steeds zwoel. Ik kijk hem aan. ‘Ik hou van je’

Ze zet zich af met haar voet, zodat de stoel begint te schommelen. Ze probeert zich te bedenken wat er daarna gebeurde. Er bekruipt haar een angstig gevoel, alsof het daarna totaal verkeerd ging.‘Kom terug, kom terug!’ Ze schrikt van haar eigen stem. Zachtjes vervolgt ze, ‘kom alsjeblieft terug.’

Terugkomen. Dat is het. Hij is weg. Hij heeft het me allemaal verteld, nadat hij zei dat hij ook van mij hield. Hij moest weg, weg naar Irak. ‘Morgen al.’ Hij wist het al heel lang maar ‘hij was te schijterig het me te vertellen. Hij durfde niet, bang voor mijn reactie. Mijn reactie als hij me vertelde voor een half jaar uitgezonden te worden. Bang om me pijn te doen.’ Ik heb gehuild, gegild, maar het moest. Hij moest weg. Toen het koud werd buiten tilde hij me op en bracht me naar bed. ‘Ik zal ervoor zorgen dat ik thuiskom. Over 6 maanden sta ik hier weer, zul je op me wachten?’ Ik beloofde het. Ik beloofde op hem te wachten tot hij er weer was.

Een zuchtje wind strijkt langs haar gezicht, het is alsof met de wind haar gedachten ook weer terugkomen.

Hij zoende me op mijn mond. Gewoon een zoen, zoals we er al zoveel gegeven hadden. Maar deze kus was speciaal. Hij begon zachtjes te zingen:

‘Close your eyes my pretty child, though the night is dark and the wind is wild.
I will stand beside your bed, tonight there is nothing you need fear or dread.
You can sleep now, go to sleep, the rain falls and the windows weep.
I'm standing by to sing a lüllaby.’


Ze veegt de tranen weg die op het papier vallen.

Dat was 4 maanden geleden. De laatste woorden die ik van hem hoorde. De laatste woorden die ik ooit van hem zal horen. Hij is er niet meer, komt nooit meer terug.


Het is de radio die haar uit haar trance haalt. De radio die waarschijnlijk al die tijd al aangestaan heeft maar niet tot haar doorgedrongen is. Ze sluit haar ogen en luistert.


Close your eyes my pretty child, though the night is dark and the wind is wild.
I will stand beside your bed, tonight there is nothing you need fear or dread.
You can sleep now, go to sleep, the rain falls and the windows weep.
I'm standing by to sing a lüllaby.

Close your eyes my sister fair, though the snow is falling and the trees are bare.
And I will hold you by the hand, tonight there is nothing you need try to understand.
You can sleep now, go to sleep. The daytime's dying and the nighttime's so deep.
I'm standing by to sing a lüllaby.

Close your eyes my mother wise when the waves are angry and the north train cries.
I stopped those ghosts outside your door, Mama, don't worry about those ghosts no more.
You can sleep now, go to sleep, tomorrow comes but it will keep,
I'm standing by to sing a lüllaby, another lüllaby, another lüllaby, another lüllaby.




Crap, boktcensuur
Laatst bijgewerkt door Kikka op 14-08-05 23:27, in het totaal 2 keer bewerkt

Kana

Berichten: 9151
Geregistreerd: 04-01-04
Woonplaats: Enschede

Re: [VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst: 14-08-05 22:40

waarom zulke kleine letters?

Manon_S

Berichten: 4674
Geregistreerd: 13-04-05
Woonplaats: Zwolle

Re: [VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst: 14-08-05 22:41

Ja waarom kleine letters?
Het is nogal vervelend om het zo te lezen..

Eve_lien

Berichten: 12252
Geregistreerd: 04-05-04
Woonplaats: Utrecht

Re: [VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst: 14-08-05 22:46

Citaat:
Alles om haar heen lijkt stil te zijn. Alsof het haar probeert te helpen. Het is drukkend warm, alles is stil.


Iets te vaak stil...

Verder is in het begin het heden ( dus het niet schuin gedrukte ), in de verleden tijd. En later in de tegenwoordige tijd.

Edit; blond blond blond.

Verder gebruik je de ene keer gedachten en de andere keer gedachtes.

In ieder geval: wel een mooi verhaal .
Je hebt het mooi neergezet..
Laatst bijgewerkt door Eve_lien op 14-08-05 23:31, in het totaal 1 keer bewerkt

Roosch

Berichten: 38360
Geregistreerd: 04-07-03
Woonplaats: Anywhere

Re: [VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst: 14-08-05 22:54

Uh niet met een t.
Heeft verteld lieve Eve_lien!
Ik vind hem wel mooi!

Kikka

Berichten: 4723
Geregistreerd: 18-12-03
Woonplaats: Overijssel

Re: [VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 14-08-05 23:28

Ik had het in kleine letters omdat ik dat mooier vond, maar nu zijn ze groot

Tijden haal ik altijd ontzettend door elkaar, ik ga er morgen wel weer een keer naar kijken. Ben nu moe.

Bedankt !

Eve_lien; leuke ava !

Eve_lien

Berichten: 12252
Geregistreerd: 04-05-04
Woonplaats: Utrecht

Re: [VER]Lüllaby

Link naar dit bericht Geplaatst: 14-08-05 23:32

Quote schreef:
Uh niet met een t.
Heeft verteld lieve Eve_lien!
Ik vind hem wel mooi!



Hahahaha.
Ik moet even lachen om mezelf.
Ik ben echt dom..
Komt door de vakantie ..
Echt niet goed voor een mens.
Heeft verteld met een t ? Eeh.
Waar zitten mijn hersens. ?

En _Nikki_ : Dankje