vol van kwade woorden
maar stemloos liet je me achter.
Verstard,
overlopend van vechtlust
maar onbeweeglijk liet je me achter.
En
die duizenden
ranke bloemen van woordjes dan?
Die duizenden
overdonderende gevoelens?
Was die veilige wereld
opeens kapot?
Die breekbare wereld
als een boompje dat
voor het eerst z'n blaadjes openvouwt ...
Overlopend
van pijn
van verdriet
alleen en met een druppeltje liefde
stond ik daar.
[Ok, brand maar los. 'k Heb geschreven in 2001, toen ik 12 was. Denk aan het "auteursrecht";)
