Ik had vanmiddag zin om weer eens iets te gaan schrijven

Vroeger op Penny.nl, jaja daar ben ik lid van geweest
, veel verhalen over paardenmishandeling geschreven 
En aangezien ik nu geen account meer heb op penny.nl, zet ik mijn verhaal hier neer!
Ik ben niet de beste in nederlands, dus er zullen best fouten in zetten (grammatica en spelling). Jullie hoeven me niet op elke fout af te kraken
Nou, ik ben benieuwd wat jullie ervan vinden! Dit is deel 1 nog maar
Citaat:Het ongeluk
'Marianne! Ik ga zo het bos in, ga je mee?!' Nienke loopt op de manege te zoeken naar haar vriendin. Ze wil graag op buitenrit met haar nieuwe paard Wietse, maar alleen? De fiets van Marianne staat op de manege, marianne's paardje staat in de wei.. Dus ze moet wel ergens rondhangen. 'Heey Nien! Hier ben ik!' met een plof valt het laatste hooipak van de hooizolder, lachend kijkt Marianne naar Nienke. 'Had ik me toch verstopt hier! Wil je op een buitenritje?'
Na 20 minuutjes staan de paarden opgezadeld klaar. Nienke met haar ruin Wietse, en Marianne met haar merrie Silver Shadow. In de bak stijgen ze op om naar het bos te gaan. Wanneer ze door het bos draven zien ze ineens iets donkers aan de zijkant van de weg zitten! Silver schrikt en gaat er bokkend vandoor, 'Zitten blijven! Achterover zitten!' roept Nienke, haar paardje bleef versteend staan. Na een tijdje komt een bezweette Silver terug, zonder ruiter.. 'Wat? Marianne!' Nienke had voor de zekerheid een slof mee, aangezien deze gewoon aan de singel vastgeklikt zit stijgt ze af. De teugels van beide paarden in haar handen. Snel maakt ze de slof los en maakt het ene uiteinde vast aan Silvers bit, dan stijgt ze weer op, en gaat in een rustig drafje het pad op. Ineens begint Silver te trekken, en Nienke besluit het paard te volgen. Wanneer Silver hinnekt volgt er een gekruin uit de bosjes, 'Silver? Nienke?' 'Ik ben er hoor! Blijf maar liggen!' Snel stijgt Nienke weer af en pakt de teugels van beide paardjes vast, ze loopt naar de bosjes waar ze een betraande Marianne ziet.. 'Sh*t! Gaat het?! Moet ik 112 bellen?' 'Het gaat opzich wel, maar mijn rug doet verschrikkelijk veel pijn!' 'Dan bel ik 112! Als je nou wilt of niet!'
Binnen 10 minuten horen de meiden een sirene, de paarden beginnen wat te dribbelen, maar gelukkig houdt Nienke ze. Wanneer de ambulance in de buurt komt gaat de sirene uit, en stappen er 2 hulpverleners uit die al snel constateren dat Marianne met de brancard mee gaat naar het ziekenhuis.
Nienke blijft achter en belt de manegehouder op om de paardjes op te halen. In shock gaat ze zitten op een boomstronk in de buurt. Na een dik kwartiertje komt de manegehouder aanrijden met een trailer. De paarden worden ingeladen, de halsters worden omgedaan en ze kunnen weer terug naar de manege.
Bij de manege staan 2 manegeruiters klaar om de paarden over te nemen en af te zadelen. Met een zweetdeken worden ze in de stal gezet terwijl Nienke met een glas water in de kantine wacht. Haar mobiel op de tafel, wachtend op dat ene telefoontje van haar vriendin.
Na een halfuurtje komen de manegeruiters bij Nienke zitten, stil zitten ze naar een les te kijken in de binnenbak. De stilte wordt doorbroken door de ringtone van Nienke's mobiel. 'Marian?!!' 'Hai.. slecht nieuws, waarschijnlijk heb ik mijn rug gebroken.. De eerste paar weken lig ik hier nog wel.. Het doet zo veel pijn!' 'Nee! Gaat het nog wel goedkomen? Ik kom vanavond nog wel langs hoor!'
Wanneer Nienke de zweetdeken van Silver haalt komt haar moeder aangelopen. 'Nien? Wat hoor ik nou wat er allemaal gebeurd is?' En de hele lading spanning valt van Nienke's schouders. Huilend verteld ze het hele verhaal. De manegehouder komt aangelopen en zegt voor de paardjes te zorgen, zodat Nienke lekker naar huis kan.
Een paar dagen later, en veel ziekenhuisbezoekjes verder komt Nienke weer op de manege. Ze wil graag op buitenrit maar is nog erg geschrokken van de val van Marianne. Ze besluit Wietse lopend mee te nemen, en pakt haar paardje. Hoofdstel in, longeertouw vast en op naar het bos.
Zou ze naar dezelfde plek gaan? Waar Silver de vorige keer ervandoor ging? Dit deel van het bos wordt niet vaak gebruikt, dus hulp zal er niet zijn mocht het fout gaan. Maar de vorige keer liep Wietse ook verder, weliswaar toen Silver vooropging, maar hij was er niet vandoor gegaan. Wanneer ze in de buurt komt van de 'enge' plek stinkt het een beetje. 'Bah, jij hebt zeker een scheet gelaten Wietse! Haha!' In de bosjes is het vreemde voorwerp nog steeds. Voorzichtig loopt Nienke erheen, tot ze versteend blijft staan..
De schok
Snel loopt ze naar een boomstronk, weg wil ze! Weg! Ze stapt op de boomstronk en springt op haar paardje. 'Snel Wietse! Weg!' In een snelle draf rijdt ze terug naar de manege. Een paar manegeruiters brengen 3 paarden naar de wei. Ze kijken verschrikt Nienke aan. 'Waarom ga je zo snel! Wat is er!'
In de buitenbak aangekomen stapt Nienke trillend van haar paard. De manegehouder komt aangelopen. 'Nienke, wat is er? De meiden zeiden dat je in een volle draf hier kwam! Wat is er gebeurd!' Nienke zegt niets, maar haar gezicht spreekt boekdelen. Snel neemt de manegehouder Wietse over en roept de meiden. 'Stappen jullie nog even met hem rond en zetten jullie hem dan met een zweetdeken in de box? Er liggen nog allemaal gele zweetdekens met een groene rand in het hokje naast de zadelkamer. Pak daar maar eentje van!' Met de manegehouder loopt Nienke naar de kantine, nog steeds zegt ze helemaal niets, waarna de manegehouder Nienke's moeder belt. Er wordt niet opgenomen en na een paar minuten begint Nienke helemaal te trillen. 'Lijk, lijk.. Help..' 'Nienke?' 'Lijk, lijk!' 'Wat bedoel je met een lijk meis?' 'Ik.. gezien... lijk..' 'Wat? Waar heb je het over? Hé!' Plots valt Nienke uit. Rennend gaat ze door de kantine. De bar, terug naar de deur, weer naar de bar toe. 'Nien, doe eens normaal! Rustig maar! Wat is er?' 'LIJK! Ik zag een lijk van iemand!'
De manegehouder belt de politie, liever een keer te vaak dan te weinig bellen denkt hij. Binnen een halfuur staan er twee agentjes in de kantine. Helemaal trillend doet Nienke haar verhaal. 'Een lijk op het pad, waar Silver schrok en wegging. Hij schrok van dat lijk! Hij ligt er al een tijdje! Een lijk! Een lijk! Help dan toch!!' 'Rustig Nienke, rustig.' Een van de agentes schuift haar stoel iets naar achter. Mocht er wat gebeuren kan ze zo opstaan. En ineens valt Nienke weer uit, ze staat op, en gaat weer rondlopen. 'Weg, ik moet weg!' De agentes staan ook op, en proberen de meid rustig te krijgen. Ondertussen sturen ze een paar collega's naar het bos. Waar er een lijk zou moeten liggen weten ze niet. Maar in Nienke's situatie zullen ze er ook niet snel achter komen. En dan pakt Nienke haar glas, gooit het op de grond en rent huilend naar de andere kant van de kantine. Hier slaat ze met haar vuist tegen de muur. Dit is voor de agentes genoeg. Snel wordt ze bij haar armen gepakt zodat ze zichzelf geen pijn meer kan doen, voorzichtig lopen ze weer naar de tafel. Ze overleggen even met de meldkamer en besluiten Nienke mee te nemen naar het bureau als het lijk wordt gevonden binnen dertig minuten, anders zien ze wel verder wat te doen. Binnen twintig minuutjes krijgen ze een melding via hun portofoon, er is een overleden man gevonden..
Huilend zit Nienke bij Marianne's bed. 'Er lag gewoon een dode man, daarom schrokken de paarden.. Het was zo eng!' 'Snap ik, maar gelukkig is hij nu gevonden en zien we hem niet meer! Trouwens, ik mag waarschijnlijk over twee maanden weer rechtopzitten! En dan gaan we als ik weer mag rijden als eerste naar het strand toe en met de paarden een fotoshoot houden! Wat vind jij ervan?' 'haha, jij kijkt echt te ver vooruit, je moet eerst maar goed herstellen Marian! Trouwens, is de politie nog bij jou geweest voor een verhoor?' 'Die is al geweest ja, en buiten het verhaal dat Silver schrok en ik ineens in de bosjes lag had ik er niet veel over te vertellen!' 'Ik natuurlijk wel, ik ging er vandaag dus weer heen met Wietse aan de hand.. Doodeng!' Ineens gaat Nienke's telefoon weer over.
'Met Nienke..'
'Hallo, je spreekt met Nico Delestaat van Recherche afdeling Friesland'
'Oke, de politie dus?'
'Klopt, ik coördineer het onderzoek naar de overleden man, zou ik jou kunnen spreken op het bureau?'
'Wanneer?'
'Zo snel mogelijk als het kan, wanneer heeft u tijd?'
'Ik ben morgen de hele dag vrij, dus ik zou opzich best willen komen.. Maar ik heb echt geen zin om het hele verhaal weer te vertellen en alles opnieuw te beleven!'
'Snap ik, morgen op het politiebureau elf uur in de ochtend?'
'Uhm, nah, is goed!'
'Morgen dus weer naar het bureau toe Marianne.. Ik wordt er zo ziek van om altijd alles maar weer te vertellen, dan zie ik zijn gezicht weer voor me! Het zag er zo eng uit! Je zag gewoon zijn hele gezicht.. Ik hoop zo dat ze snel weten wie het is.. Ik heb er gewoon slapeloze nachten van! Maar jij hebt het ook niet al te makkelijk.. Sorry dat ik dit ook allemaal tegen jou zeg, jij hebt je eigen probleem wel met je rug..' 'Ach meis, mijn rug komt vast wel weer goed! Succes morgen!'
De volgende ochtend zit Nienke op het politiebureau. Er lopen steeds mensen langs, agenten, maar ook mensen in gewone kleren. Het gaat de hele tijd maar door, de wereld staat niet stil. Maar voor Nienke zelf wel. Waarom moest juist zij het lijk vinden? Dat is toch doodeng? Waarom niet een oude man die vroeger bij de marine had gewerkt en er nog redelijk tegen kon. Tot zover je normaal een lijk kunt vinden zonder dat het iets met je doet.. Huh, wie komt daar aanlopen? Dat lijkt wel iemand van de politie, maar toch niet.. O, toezicht en handhaving.. Die mensen zijn er natuurlijk ook! Maar het is al elf uur geweest.. 11:04 zegt de klok.. Nu moet die ene Nico wel komen.. 'Nienke?' Nienke kijkt op en ziet een grote man staan. Hij heeft gemilimeterd haar en loopt in zijn politieuniform. Achter hem staat een wat smallere vrouw, met lang bruin haar. Gaan hun vragen stellen? Ze loopt achter de twee rechercheurs aan naar de verhoorkamer. Ze ziet hoe even verderop een jongen in boeien wordt weggebracht, een schoppend kind, die voor de agenten geen partij is.
'Hallo, mijn naam is Nico. Gister heb je me al aan de telefoon gesproken. Dit is mijn collega Elina van Netten. Wij zitten in het onderzoek naar de overleden man die u gevonden heeft. Heeft u enig idee wie het kan zijn?'
'Uhm nee, anders had ik het toch al lang geweten?'
Ineens ziet ze dat Elina foto's pakt. 'Vind je het erg als ik deze foto's laat zien?'
'Zijn die van het lijk?' Geschrokken schuift Nienke haar stoel iets naar achter.
'Het zijn foto's van de man, toen hij nog leefde..' 'Is goed, uhm, denk ik..' 'zeker weten?' Wanneer ze de foto's omdraaid ziet Nienke een man met 2 kinderen. Ze schrikt zo dat ze opstaat en bijna tegen de muur op rent. 'Rustig maar Nienke!' De agente staat ook op en loopt voorzichtig richting de deur, zodat Nienke niet zomaar weg zou kunnen. Huilend zakt Nienke in een hoek inelkaar. Een man met een gezin, waarom moest hij nou dood zijn? Dat was verdorie een jongen die op dezelfde school zat als haar broertje. Ze kende hem alleen maar van gezicht, maar die foto deed het hem. Hoe kon het dat ze niet wist dat er in de buurt een man vermist was? Wat sneu voor die kinderen!
'Gaat het?' Op een afstandje staat Nico 'Ken je hem?' 'Ik ken zijn zoon van gezicht..'
Even later zit ze huilend weer op een stoel. Trillend houdt ze een glas water vast en denkt na over hoe het thuis is. Wat als haar pa ineens dood was? Dat kan toch gewoon niet?! Het is gewoon zo erg voor iedereen! En waarom is hij dood?
'Waarom is hij dood?..' 'Weten we niet, maar hij heeft geen zelfmoord gepleegd denken wij.' 'Is hij vermoord?!' Bijna valt Nienke flauw, is er iemand in haar omgeving vermoord? Wie zou dat dan hebben gedaan? En waarom? 'Tis zo genoeg meis, moeten we je naar huis brengen?' 'Ik kan.. wel.. fietsen..' 'Dat gaat mooi niet door! Ik breng je wel thuis of we bellen iemand?' 'Ik.. Ik fiets wel hoor.. ' De agente loopt naar de deur, 'Nico, we nemen haar mee, fietsen gaat niet nu hoor! Regel jij even een busje? Kan de fiets direct mee.' 'Is goed, ik ga wel even, red jij het zo?' 'Het lukt wel!'
Even later zit Nienke in een politiebusje, de fiets achterin, en zij zit voorin. Naast Elina. Wat zullen ze wel niet denken als ze thuiskomt in een politiebusje? Zou haar zoon ook uit school komen nu? Zal hij het zien?
Meer problemen
Nadat Nienke een paar dagen bijgekomen is, en ze het nummer wat de agente gaf gebeld heeft voor psychische hulp wil ze weer naar de manege toe. Ze moet er even uit! Even naar haar paardje. Even niet erover nadenken.. Nog steeds wat geschrokken stapt ze op haar fiets. Is die man nou echt vermoord? Dan moet ze oppassen! Wie weet wil diegene haar ook wel vermoorden? Ze fiets over de weg en achter haar komt een zwarte auto. Een VW dezelfde als haar zus heeft, maar dan een andere kleur. Ze kijkt achterom en ineens lijkt het of de lichten van de auto aangingen en weer uit. Wordt ze nu gek? Ze gaat sneller fietsen, het is 20 minuten fietsen naar de manege, als ze sneller fiets misschien 10 minuten, maar dan moet ze wel heel snel! De auto achter haar slaat af. De straat in waar de supermarkt zit. Misschien was het gewoon iemand die boodschappen wil halen. Ze kijkt nog even achterom, de auto stopt bij de supermarkt, ze probeert te kijken wie er uit stapt. En dan word alles zwart.
Nienke wordt wakker in een witte kamer, ze probeert te gaan zitten maar voelt dan een steek in haar rug. 'Blijf maar liggen hoor!' Ze valt weer terug in het bed en probeert zich te herinneren wat er is gebeurd. 'De zwarte auto' 'Wat is er met een zwarte auto?' Een vrouw met een lange witte jas aan kijkt naar haar. Dat is vast iemand die in het ziekenhuis werkt. 'Nee, niks..'
'Je hebt een ongeluk gehad, volgens de bestuurder van de auto lette je niet op en stak zo het kruispunt over. Je hebt je been gebroken. Voor de rest kneuzingen.'
Nienke begint te huilen. Waarom overkomt dit haar nu weer?
Deel 2 is in de maak
Laten jullie een berichtje achter? Tips zijn altijd welkom!
xx
heb het veranderd! Bedankt voor de tip!