[VER] Underworld (vervolg op The War)

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

[VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 02-04-14 15:37

De week is weer voorbij, dus hier is dan het vervolg :D

Ben meer in de details gaan schrijven, waardoor het allemaal wel wat langzamer zal gaan.

Citaat:
'Yce" galmde het door de gang. Ik draaide me om en zag daar een breed lachende Saïn staan. Zijn bruine ogen gleden over mijn lichaam. Ik rende naar hem toe en greep hem vast. Ik gaf hem een dikke knuffel en vroeg "ben je niet bij je familie gebleven?" Hij schudde zijn hoofd. "Dan kan ik jou niet meer zien." Hij moest lachen en ik deed met hem mee. Hij had leuke lachrimpeltjes bij zijn ogen wanneer hij lachte. "Alsof jij me zoveel gaat missen" zei ik lachend. Hij keek me even heel serieus aan. "Zeg dat niet, je weet dat ik je zou gaan missen als ik was gebleven" zei hij terwijl hij zijn lach in probeerde te houden. Het lukte hem niet en hij proestte het uit. "Loop je mee naar de anderen?" vroeg ik hem. "Anderen?" vroeg hij niet begrijpend. Ik knikte en liep voor hem uit. Ik wenkte hem en hij liep met me mee. Zijn bijna zwarte krulletjes dansten op zijn hoofd. "Ze staan een paar straten verder op op me te wachten, maar ze vinden het vast niet erg dat ik jou meeneem." Zei ik terwijl ik hem een grote glimlach gaf.

We sloegen een paar straten in. Ik zag Saïn af en toe naar de hopen puin op de straten kijken. Het was nog niet erg lang geleden, alle herinneringen waren nog vers. Ik liep verdiept in mijn gedachten door, ik dacht terug aan mijn moeder, en hoe het allemaal was begonnen. Ik dacht terug aan Tim, die zo aardig voor me was geweest en die me alles uitgelegd had. Ik werd opgeschrikt uit mijn gedachten doordat Saïn zijn keel schraapte. Ik was even uit het veld geslagen en keek hem aan. Ik herstelde me snel weer en vroeg "Sorry?" Hij schudde grijnzend zijn hoofd en vroeg "Dacht je terug?" Ik knikte en keek beschaamd naar de grond. Saïn sloeg zijn armen om me heen en zei "Dat doen we allemaal nog steeds, hoe hard we ook proberen om het niet te doen." Ik knikte, we hadden immers allemaal slechte ervaringen met de oorlog. We hadden uiteindelijk gewonnen, al had het veel levens gekost. We hadden allemaal dierbaren verloren. Ik was een oorlogsheld geworden, al wist ik nog steeds niet wat ik precies gedaan had wat zo spectaculair was.

Ik had het nog niemand durven vragen, aangezien hier nog steeds figuren rondliepen die bij de regering aangesloten waren. Zo af en toe kwamen zij uit hun schuilplaats en gingen moorden of ontvoeren. Die groepen zaten in elke grote stad, ze hadden allemaal speciale tekens, welke ze op hun lichaam lieten tattoeëren. Soms waren het tekens die niet opvielen, maar wat ik had gehoord over de bende in deze stad was dat ze een grote adelaar in hun nek hadden. Ik was er nog nooit een tegengekomen, en daar was ik best blij om. Pratend over de bendes liepen Saïn en ik nog een paar straten verder. In de verte hoorde ik gelach en ik keek op. Toen ik zag wie het waren zwaaide ik. Ik versnelde mijn pas en was snel bij hen.

"Hee" zei ik toen ik daar aankwam. Ik draaide me om en wenkte Saïn, die op een afstandje was blijven staan. Toen hij naast me stond stelde ik de mensen die voor me stonden voor aan Saïn, en andersom. Ik wees een man aan, hij had een leren jack aan en zijn haar was al grijs aan het worden. "Dit is Blunt, zoals wij hem noemen." Blunt gaf een knik naar Saïn. Ik deed een stap opzij en wees naar een man die er niet al te oud uit zag, hij had blond haar en droeg sportkleding. "Dit is Elan." Elan stapte naar voren en stak zijn hand uit. Saïn nam hem aan en hij kreeg een schouderklop. Ik wees naar het meisje aan de andere kant van me. Zij had lang bruin haar dat tot haar kont kwam. Ook zij had een leren jasje aan, een donkere spijkerbroek en sneakers. "Dit is Alyna" zei ik. Ik zag dat Saïn haar aandachtig opnam. Een vonk van jaloezie was te zien in mijn ogen, maar deze ebte snel weer weg. Ze zagen er allemaal goed verzorgd uit. Ik had ze ontmoet toen Saïn terug was gegaan naar zijn dorp, of wat er van over was gebleven.

We liepen met zijn allen naar een oude loods. Saïn keek me een beetje twijfelachtig aan, maar ik knikte en probeerde hem een beetje gerust te stellen. We gingen naar binnen en liepen naar de trappen. Ik legde mijn hand op het ijzer, het voelde koud aan. We daalden af, ik hoorde de voetstappen nagalmen in de open ruimtes. Het klonk best rustgevend, niemand zei iets. Na een tijdje afdalen kwamen we in een grote open ruimte. Er stonden een aantal banken en stoelen, maar er stond ook een radio. Er was een grote trainingsruimte aan de andere kant, daar hingen boksballen, messen, zwaarden en stokken. Terwijl de anderen neerploften op de bank liep ik samen met Alyna naar de plek waar we konden trainen. Ik zag Saïn een beetje twijfelachtig staan, maar al gauw werd hij bij Blunt en Elan op de bank getrokken. Ik wendde mijn blik weer naar Alyna en zag dat zij al klaar stond. De laatste tijd waren Alyna en ik veel aan het trainen, ik had geleerd een deel van mijn krachten te beheersen. Ik kon nu ook, zonder dat ik droomde, in de toekomst kijken als ik me erg goed concentreerde.

Na de zoveelste keer oefenen met de stokken dwaalden mijn gedachten af. Ik deed alles op de automatische piloot. Alyna merkte het en stopte met het aanvallen. Ze schraapte haar keel en zei "Ik denk dat het tijd is om verder te gaan oefenen op je krachten?" Ik knikte en ging op de grond zitten. Ik concentreerde me op een van de boksballen. Alyna gaf me aanwijzingen, zij had al vaker mensen getraind met gaven, maar ik was toch wel de sterkste, had ze me van verzekerd. Ik had al veel van haar geleerd. "Gebruik nu je hand er maar bij" hoorde ik Alyna, die links van me stond, zeggen. Ik deed mijn hand omhoog en zag de boksbal heen en weer gaan. Op een gegeven moment gaf ik hem zoveel klappen dat de kettingen waaraan hij hing begonnen te rammelen. Ik deed mijn hand weer omlaag, maar hield de boksbal in positie met mijn ogen. Ik werd opgeschrokken door een hand op mijn schouder. Ik gooide mezelf op de grond en hield mijn handen voor me terwijl ik de persoon in zijn ogen staarde. Na een paar seconden besefte ik dat ik recht in de ogen van Saïn staarde. Ik verontschuldigde me en ging staan. Saïn keek schuldbewust de andere kant op. Ik legde mijn hand op zijn schouder, toen hij me weer aankeek schudde ik geruststellend mijn hoofd. Ik was even niet in de stemming om iets te zeggen. Ik trok Saïn aan zijn mouw mee naar een hoekje in de loods. Ik drukte hem in een hoekje en ging voor hem staan. "Wil je dat alsjeblieft nooit weer doen, ik schrok behoorlijk." vroeg ik hem, niet al te boos kijkend. Hij knikte en keek me even aan. Ik voelde mezelf rood worden en keek snel naar de grond. Ik voelde zijn hand naar mijn kin gaan en ik liet zijn hand mijn hoofd meenemen. Ik keek recht in zijn ogen, en zag hem dichterbij komen. Hij zette zijn lippen op de mijne. Ik was even overdonderd, maar beantwoordde zijn kus. Toen mijn lucht op was trok ik terug en zei "Nu weet ik waarom je terugkwam" en gaf hem een scheve grijns. Hij sloeg een arm om me heen zodat ik tegen hem aan stond. Hij gaf me nog een kus op mijn voorhoofd en zei "Dat wilde ik al heel lang doen." Ik schonk hem een brede glimlach. Ik legde mijn hoofd op zijn schouder. Nu pas besefte ik hoe erg ik hem had gemist. Ik zette mijn lippen nog eens op zijn wang en draaide me daarna om. Ik pakte Saïn's hand en begon richting te anderen te lopen, Saïn met me mee trekkend. Alyna was inmiddels ook alweer bij de anderen gaan zitten. Ik ging op de bank zitten die tegenover hen stond. Saïn kwam naast me zitten en ik kroop tegen hem aan. Toen ik opkeek keek ik recht in de sprankelende ogen van Saïn. Ik gaf hem een grote glimlach, ik voelde me nu vast net als een verliefd schoolmeisje. Toen ik mijn blik weer afwendde van zijn ogen zag ik Blunt naar de radio lopen. Even later vulde het geluid van vrolijke muziek de ruimte. Ik haalde het klokje dat ik aan een ketting droeg onder mijn shirt vandaan. Het klokje was van zilver, de wijzerplaat was sierlijk versierd.

Ik schrok toen ik zag hoelaat het was. Dit was meestal de tijd waarop de rebellen, die aan de kant van de regering stonden, weer naar buiten kwamen. "Schakel eens over naar kanaal een" commandeerde ik Blunt. Hij begon aan een aantal knoppen te draaien. Kort daarna vertelde de stem van een presentator ons dat de rebellen weer aan aanslag hadden gepleegd, en nu op weg waren naar een ander doelwit. Ik bedacht me geen moment en zei "Ik denk dat het tijd is om te gaan." De anderen knikten instemmend. Ik stond op en rende samen met Alyna naar de hoek waar we trainden. Ik greep een aantal messen mee, twee daarvan gaf ik aan Saïn. Zelf stak ik er ook twee achter mijn riem. Elan begon de trappen op te rennen. Ik volgde hem en versnelde nog iets toen we bijna bovenaan waren. Saïn zat me op de hielen, met daarachter Alyna en Blunt. Ik liet Blunt en Elan voor toen we bij de deur stonden. Ik volgde met mijn ogen hoe ze naar buiten renden en zich achter rijen auto's langs verplaatsten. Ik draaide me om en begon te praten. "We mogen niet gezien worden, wanneer ze je wel zien is er geen mogelijkheid meer om te vluchten." zei ik terwijl ik Saïn indringend aankeek. Zijn ogen stonden bang voor een moment, maar die blik veranderde in een vastberaden blik. Hij knikte kort, toen ik naar zijn handen keek zag ik zijn handen wit worden omdat hij zo hard in het lemmet van de messen kneep. Ik keek even naar Alyna, ook zij gaf een korte knik. Alyna zou het eerste stuk met ons meegaan. De wapens die Alyna in haar hand had had ze zelf ontworpen. Ze waren mooi gegraveerd. Het lemmet was gemaakt van zwart leer. Ook zij kneep wat in haar wapens. Ik wachtte even tot ik Blunt en Elan niet meer zag. Ik trok de deur open en begon te rennen. Ik verschool me achter een auto die midden op de straat achtergelaten was. Vanaf daar rende ik door naar een zwarte auto die netjes in een parkeervak stond. Ik bleef even zitten en zag Saïn komen. Vlak daarna kwam Alyna. Er ging even een steek van jaloezie door me heen, maar dat schudde ik snel weer van me af. Ze kwamen weer bij mij en ik rende naar de volgende rij auto's. Voordat ik het door had lag ik languit op de grond. Alles werd wazig, ik kon nog vage kleuren onderscheiden.

gerlienke
Berichten: 1591
Geregistreerd: 17-12-04
Woonplaats: Eibergen

Re: [VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst: 02-04-14 17:41

ik volg weer :D jou vorige verhaal heb ik ook gevolgd. Dat je wat gedetailleerder schrijft kun je merken en leest wel fijn weg. Je weet wat meer over de mensen en de omgeving door de details. Ben benieuwd naar het volgende stuk. :)

prugelpiet

Berichten: 13167
Geregistreerd: 20-01-12

Re: [VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst: 02-04-14 20:46

Ik lees ook weer mee, wel weer onder mijn steen, maar wat schrijf jij onwijs gaaf!

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 03-04-14 09:30

Leuk dat jullie weer volgen, bedankt :D

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 04-04-14 14:58

En een nieuw stuk :)

Citaat:
Ik kwam terug in de realiteit door een harde klap in mijn gezicht. De piep in mijn oren werd minder, en ik begon weer vage geluiden te horen. De momenten hiervoor had ik ervaren in een zwart gat, waar af en toe wat kleuren doorheen kwamen. Ik kreunde en deed mijn ogen nog eens dicht. Toen ik ze weer open deed zag ik Saïn bezorgd over ne heen gebogen staan. Alyna stond een eindje verderop over een auto heen te kijken. Pas toen drong het tot me door. Er werd geschoten. Snel krabbelde ik overeind en gaf Saïn een knuffel om te laten zien dat het wel ging. Ik maakte aanstalten om naar Alyna toe te lopen toen ik in mijn schouder geraakt werd. Het enige dat ik nog voelde was pijn. Mijn hoofd had de grond geraakt toen ik viel. Ik probeerde mijn hoofd bij te draaien, maar het lukte niet. Ik zag dat ik opgetild werd doordat de grond begon te bewegen. Naast me zag ik ook Saïn op de grond vallen. Hij bleef hulpeloos liggen, niet bewegend. Ik probeerde me uit alle macht te bewegen, maar niets leek te werken. Ik keek naar Saïn, een traan liep over mijn wangen. Ik keek toe, hoe hij kapot spatte op de stoep. Proberend mijn schuldgevoel te onderdrukken. Ik zag kleuren van bloemetjes aan de kant van de weg voorbij flitsen. Degene die mij droeg was nu zo ver dat ik Saïn al niet meer kon zien. Van Alyna had ik helemaal niets meer gezien sinds ik geraakt was. Ik probeerde wanhopig mijn hoofd te bewegen, maar het lukte niet. Ik kon niets, behalve rondkijken. Ik voelde me machteloos.

Terwijl de persoon me verder droeg keek ik naar de kleuren die voorbij flitsten. Ik werd er duizelig van. Op een gegeven moment werd ik op de grond gelegd. Ik keek naar de lucht. Het was al aan het schemeren. Langzaam kwam het gevoel in mijn lichaam weer terug. Ik voelde iemands vingers over mijn buik gaan en draaide langzaam mijn hoofd bij, hopend dat het niet op zou vallen. Ik voelde de handen omhoog gaan en ze verdwenen onder mijn shirt. Dat was voor mij het moment om in actie te komen. Ik haalde uit met mijn knie en hoorde een kreun. Ik rolde op mjn zij en keek naar degene die kermend van de pijn op de grond was gaan liggen. Ik kende hem niet, maar wat ik wel wist is dat ik hier zo snel mogelijk weg wou. Ik stond op en begon steunend tegen een laag tuinmuurtje te lopen. In mijn benen had ik weinig gevoel. Ik zette een aantal stappen en zakte toen weer op de grond. Ik keek naar achter en zag degene die mij gedragen had opstaan en naar me toe lopen. Hij had een gemene grijns op zijn gezicht die me niet aanstond. "Zo, dus hier hebben we een pittig dametje." Er viel een stilte maar hij vervolgde zijn zin met "Jou kunnen we nog wel gebruiken." Hij greep me weer vast en tilde me op. Ik bonkte met mijn vuisten op zijn rug, maar hij leek het niet te voelen.

Na een tijdje gaf ik het tegenstribbelen op. Ik voelde hoe ik op en neer bonkte op de schouder van de man terwijl hij rende. Ik begon kotsneigingen te krijgen. Ik probeerde ze te onderdrukken, maar dit werkte niet. De man smeet me van zich af en ik kwam met een harde klap op de stenen terecht. De lucht werd uit mijn longen geslagen en ik moest moeite doen om weer te kunnen ademen. Ik lag een tijdje hoestend op de grond en keek toe hoe de man druk bezig was met het uittrekken van zijn vest. Ik voelde me nog steeds erg duizelig maar probeerde toch op te staan. Dat resulteerde in een val waarbij ik op mijn kont in een hoop puin viel. Ik moest een grijns onderdrukken en probeerde het nog eens. Nu ging het beter, mijn benen waren niet meer gevoelloos. Ik begon te rennen, niet wetend waarheen. Ik wilde weg van de man die me had weggetrokken bij Saïn. Ik sloeg een zijstraatje in en keek om me heen. Ik kende dit deel van de stad niet. Hier lagen nog meer hopen puin dan in de straten waar ik altijd liep. ik hoorde voetstappen die hol klonken in de stille straten. Ik begon harder te lopen, bang voor wat er komen ging. Ik liep een smal steegje in. Ik voelde aan de deuren, ze zaten allemaal op slot. Ik liep verder het doodlopende steegje in, ik had het te laat opgemerkt. De voetstappen achter me werden luider, ik keek gehaast achterom. Ik probeerde de laatste deur in het steegje, en tot mijn verbazing zat deze niet op slot. Ik glipte naar binnen en kwam in een donkere ruimte terecht. Vrijwel meteen werd ik omver getrokken aan mijn arm. Ik rolde op mijn zij en kwam ongelukkig op mijn arm terecht.

Ik staarde in het donker en voelde hoe mijn polsen werden vastgehouden. Achter me hoorde ik een stem iets mompelen in een vreemde taal. Het klonk niet erg vriendelijk. Ik werd ruw omhoog getrokken en tegen de muur gedrukt. Als ik niet al zo veel hoofdpijn had gehad, had ik het wel gekregen van de klap die mijn hoofd tegen de muur maakte. Mijn hoofd begon te kloppen en ik kon mezelf niet meer overeind houden. Ik zakte ineen, terwijl ik mensen achter me iets hoorde roepen. Het geluid verstomde. Ik zag witte vlekken voor mijn zicht drijven. De vlekken werden groter en ik viel weg in een lege zwarte duisternis. Het was fijn om even helemaal nergens te zijn met mijn gedachten. Ik gaf toe aan de duisternis en alles viel weg.

Wat ik me van daarna herinnerde was dat ik wakker werd in een groot hemelbed. Ik ging rechtop zitten en keek rond. De kamer was niet erg groot. Het behang en de grond zaten onder de vlekken. Het bed waar ik in lag viel nog net niet uit elkaar. Ik zwaaide mijn voeten over de rand van het bed en zette ze op de grond. Ik stond op met wat steun van het bed en strompelde naar de deur. Ik trok hem open en keek naar het groepje mannen dat om de tafel zat. Ik keek rond in de ruimte, veel licht was er niet. De enige lichtbron was een lamp die boven de tafel hing. Hij verspreidde gelig licht door de ruimte. Ik zette aarzelend een aantal stappen naar de mannen aan de tafel toe. Ze zaten me nog altijd in dezelfde houding aan te staren. "Hallo?" probeerde ik voorzichtig terwijl ik naar de mannen zwaaide. Mijn angst had ik verloren. Ik deed resoluut nog een aantal stappen naar voren, toen kwamen de mannen wel in beweging. Binnen een mum van tijd stond er een groep om me heen met messen en andere wapens op me gericht. Ik keek verbaasd rond en probeerde te achterhalen waar ze die wapens zo snel vandaan hadden gehaald. Veel leverde het niet op. Achter me begon iemand te praten en ik draaide me om. Hij keek me aan en begon weer in die vreemde taal te praten. Ik keek rond en zag de mensen om me heen geboeid luisteren. Ik zal wel de enige zijn die het niet verstaat, dacht ik bij mezelf.

"Ja dat ben je zeker." klonk vanuit de achterkant van de groep. Een kleine man, die wel iets weghad van een dwerg, stapte tussen de mensen door zodat hij mij kon zien. Ik keek op hem neer en schatte zijn leeftijd. Zijn haar was donker en zijn ogen leken te gloeien. "Blijf je daar vanalles over me staan denken of loop je mee?" vroeg hij me geïrriteerd. Ik keek hem even raar aan, maar volgde hem daarna toch. We liepen een klein kamertje in en hij deed de deur achter me dicht. Ik kreeg een houten stoel met een groen zitvlak naar me toe geschoven. Ik ging zitten en keek hem aan. Proberend mijn gedachten zo ver mogelijk weg te stoppen. De man staarde me aan, hij deed zijn mond open en weer dicht. "Ja?" mompelde ik, meer tegen mezelf dan tegen een ander. Hij begon met praten. "Ze hebben je vriend meegenomen." Ik klampte mezelf vast aan de stoel waarop ik zat. Mijn gezicht trok wit weg en ik moest moeite doen om niet over te gaan geven. Gedachten vlogen rond in mijn hoofd.

Toen ik weer helder kon denken keek ik de man, die nog steeds voor me zat aan. "Hoe wist u dat het mijn vriend was?" vroeg ik achterdochtig. Een glimlach verscheen op zijn gezicht. "Ik hoopte al dat je dat zou vragen." hoorde ik. Maar zijn mond bewoog niet. Ik keek hem aan, maar het was net alsof hij het niet opmerkte. Ik hield mijn hoofd schuin en zei "Jij bezit ook gaves?" Hij knikte, mijn mond viel open. Ik had al die tijd gedacht dat ik de enige was. Ik keek even naar mijn voeten en bestudeerde de vloer. Het viel me op dat er een streep over de vloer liep, welke niet meeliep in de richting van de planken. Ik probeerde een logische reden te bedenken en zo de vragen te beantwoorden die in mijn hoofd rondspookten. Het werkte niet en ik werd alleen maar nieuwsgieriger. Ik werd uit mijn gedachten gehaald doordat de man begon te praten. "Wij willen je graag helpen je vriend terug te halen, maar dan moet je gaan trainen." Ik knikte en antwoordde "Wanneer begin ik?" De man begon te lachen. "Nu meteen." was zijn antwoord. Ik stond op en volgde hem. We liepen naar de andere mannen, die nu weer om de tafel zaten. Hij sprak weer in die rare taal tegen ze. Hij zei blijkbaar iets goeds over me aangezien ik schouderklopjes kreeg van al de mannen die om de tafel zaten. Ze brachten me naar de trainingsruimte, welke in een aparte kamer lag. Ik keek mijn ogen uit, er stond vanalles uitgestald. We liepen naar de boksring, waar een van de mannen al in was geklommen. Iemand sprak me aan, hij stelde zich voor als Matthew. "Ze willen kijken wat je kan." Ik knikte en klom met wat hulp van Matthew de boksring in. Ik ging tegenover de man staan die me zou testen. Hij was erg gespierd en had veel tattoo's op zijn armen. Hij zou erg angstaanjagend kunnen zijn wanneer je hem s'avonds op straat tegenkwam. De bel klonk en ik zette me schrap. Ik kon de eerste slag ontwijken, maar de tweede raakte mijn schouder. Ik viel in de touwen en gaf hem een trap in zijn maag. Niemand had gezegd dat het eerlijk moest. Deze keer was het zijn beurt om achterover te vallen. Toen ik net weer stond maaide hij mijn benen onder me vandaan. Ik viel op de grond en probeerde kreunend weer overeind te komen. Het werkte niet en ik kreeg een trap in mijn ribben. Voordat ik het wist lag ik op mijn rug en had een hand omhoog. Ik veegde hem de boksring uit en liet hem vallen boven een stoel. Ik keek om toen ik gejuich hoorde en zag Matthew naar me knikken.

"Goed gedaan, uhm" zei Matthew toen hij me de boksring weer uit hielp. Ik moest lachen. "Noem me maar gewoon Yce hoor." Hij knikte en gaf me een brede glimlach. We liepen samen naar de anderen toe, die de man die ik de boksring uit had gewerkt aan het helpen waren. Hij kreunde toen hij overeind moest komen. Ik stak een hand uit en verwachtte dat hij hem zou pakken zodat ik hem omhoog kon helpen. Niets was minder waar. Hij keek me aan met een vernietigende blik, stond op en kwam dreigend op me af.

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 10-04-14 20:05

En een upje :)

Citaat:
"Je hebt nu blijkbaar al vrienden gemaakt." mompelde Matthew dicht bij mijn oor toen de reus weg liep. Ik had hem die bijnaam maar even gegeven omdat ik zijn naam niet wist. Voor ik het wist werd ik door Matthew meegetrokken een andere richting in. Ik knalde tegen hem aan omdat hij zo opeens stopte. We stonden in een andere kamer. "Ik wil je iets laten zien" zei hij me terwijl hij me serieus aankeek. Hij trok nog een deur open, hij zat bijna verstopt in de muur, je zag alleen de deurklink wanneer je niet wist dat de deur er was. Ik volgde hem de ruimte in die er achter lag. Ik keek vol afgrijzen de ruimte in. Het was een betonnen ruimte, alles was grijs en straalde vooral geen warmte uit. Achter de tralies die in de muren verwerkt waren zaten magere mensen, die zich bang in een hoekje drukten wanneer je naar ze keek. Ik werd aan mijn arm meegetrokken naar het midden van de ruimte. Alle ogen waren vanuit de cellen op ons gericht. Wanneer je iets tegen ze zei krompen ze ineen. Ik was verdoofd door de beelden die ik zag, zo erg dat ik niet hoorde dat Matthew me iets vroeg. Ik zag zijn lippen bewegen maar hoorde het geluid dat erbij hoorde niet. Ik schudde mijn hoofd en het geluid kwam langzaam weer terug. "Sorry?" vroeg ik Matthew. "Kies er twee" commandeerde hij me. Ik keek hem aan. "Waarvoor?" antwoordde ik wantrouwend. "Om op te trainen, en eentje zal je hulpje worden" antwoordde hij alsof het het normaalste antwoord was dat er kon zijn. Ik schudde mijn hoofd. "Ik ga niemand kiezen om op te trainen" zei ik. De blik in Matthew's ogen verhardde.

Matthew greep mijn handen vast en drukte me hardhandig tegen de muur. Ik bedacht me dat ik mezelf toch eens beter zou moeten voorbereiden op dit soort dingen, dat zette ik snel weer uit mijn hoofd toen er in me opkwam dat ik niet wist wanneer deze momenten kwamen. Ik probeerde me los te trekken, maar dit had alleen tot gevolg dat Matthew mijn polsen bijna fijn kneep. Met een klein stemmetje piepte ik "Oke, oke, ik kies wel." Toen hij me losliet zag ik hem knikken. Met tegenzin liep ik langs de rijen cellen. Matthew achtervolgde me, alsof ik ieder moment weg kon rennen. Ik keek naar binnen bij de derde cel. Mijn blik viel op een meisje met lang zwart haar, ze zat ineengedoken in een hoekje naar ons te kijken. Ze had felgroene ogen die ons bang opnamen. Ik zei "zij mag me helpen." Matthew knikte en liep richting het haakje waar de sleutels hingen. Terwijl hij terugliep liep ik verder naar de volgende cel. Hierin zaten twee jonge jongens tegen elkaar aan. Ze waren smal gebouwd en zagen er niet erg gezond uit. Ik keek ze medelijdend aan maar liep verder, ik ging niet op kleine jongetjes trainen. Ik liep naar de volgende cel en zag daar een jongen van mijn leeftijd, hij had een strijdlustige blik in zijn ogen en leek me heel geschikt om op te oefenen, als het dan toch moest. Ik besloot hem te kiezen om op te trainen. Ik riep Matthew, die net bezig was het meisje met de zwarte haren uit haar cel te halen. Toen hij me hoorde duwde hij het meisje met het zwarte haar van zich af, Ze viel op de grond en barstte bijna in huilen uit. Ik snelde naar haar toe en hielp haar overeind. Ondertussen fluisterde ik "Ik doe je niets, je hoeft niet bang te zijn." Saïn leek het niet te horen, hij was te druk met de jongen.

"Ik ga vast naar boven" riep ik naar Saïn. Ik wist niet of hij me hoorde maar begon toch te lopen. Het meisje strompelde achter me aan en viel een paar keer. Na een tijdje kon ik het niet meer aanzien en tilde haar op. Ik voelde haar handen om mijn armen. Ik negeerde de pijn van het knijpen en liep door. Ik hoorde gestommel achter me en zag Saïn ook de trap op lopen. Hij sleepte de jongen achter zich aan. Er liep een straaltje bloed langs Matthews gezicht. Toen ik de blik in zijn ogen zag draaide ik me weer bij om verder te lopen. Ik drukte de deur waardoor we waren gekomen open en deed de deur achter Saïn weer dicht. "Breng haar maar vast weg." zei hij tegen mij. Ik knikte en deed de deur naar de trainingsruimte weer open. Ik begon te lopen, richting de kamer waar ik wakker was geworden. Ik opende de deur en zette het meisje op de grond. Ik hielp haar met het lopen naar mijn bed. Nu pas viel me op hoe mager ze was. "Kreeg je daar wel te eten?" vroeg ik geschokt. Ze knikte "maar niet veel" vervolgde ze. Ik knikte en trok een aantal deuren in de kamer open. Nu pas vielen ze me op, ze waren in dezelfde kleuren geschilderd als de muur. Achter een van de deuren zat een badkamer. Achter de andere deur zat een kledingkast, er hingen allerlei jurkjes, broeken en shirts in. De schoenen stonden netjes op een rij onder het rek dat er stond. Ik trok er een groot shirt uit dat ze wel als pyama kon gebruiken.. Ik legde in de badkamer en trok een handdoek van de plank, het bad zette ik ook vast aan.

Daarna liep ik terug naar het meisje dat op het bed zat. Ik ging op mijn hurken voor haar zitten. "Hoe heet je eigenlijk?" Ze keek naar haar voeten en fluisterde "Ik heet Daylida" Ik knikte als bevestiging. "Als jij je even gaat douchen zal ik wat te eten voor je maken" zei ik glimlachend. Nu was zij het die verbaasd opkeek. "Of moet ik je helpen?" vroeg ik haar terwijl ik haar aankeek. Ze knikte verlegen en zei "Ik denk niet dat ik er de kracht voor heb." Ik hielp haar omhoog en sloeg haar arm om me heen. Zo ondersteunde ik haar terwijl we naar de badkamer liepen. Ik zette haar op de badrand en deed haar schoenen uit. Ik draaide de kraan van het bad uit en liep weg met haar schoenen. Deze zette ik in een hoekje. Nadat ze zich uitgekleed had hielp ik haar in het bad. Ze keek me dankbaar aan. Ik gaf haar de zeep die in de kast stond en liep naar de keuken, die zich achter een andere deur bevond. Daar zette ik een pan op het gasoventje dat er nog stond. Het ding was gammel maar het werkte. Ik vond een paar aardappels in de kast, wat bijzonder was. Veel normale dingen waren al bijna niet meer te krijgen, ook niet nu de oorlog voorbij was. Aardappels waren onderdeel van die groep. Nadat ik de aardappels had klaargemaakt pakte ik twee borden en verdeelde de aardappels over de borden. Ik kon geen bestek vinden en besloot dat we maar met onze handen moesten eten. Ik nam de borden mee en zette ze op het kastje. Ik klopte op de badkamerdeur en vroeg "Ben je al klaar?" Ik hoorde aan de andere kant van de deur een zachte "Ja, kan je me weer even helpen?" Ik liep voorzichtig naar binnen en hielp Daylida weer uit het bad en met aankleden. Daarna loodste ik haar naar het bed en gaf haar het bord. Ik ging naast haar zitten, zwijgend aten we onze borden leeg.

"Waar moet ik eigenlijk slapen?" vroeg Daylida me uit het niets. Ik keek even rond en zag niets waar ze op zou kunnen slapen. "Dat ga ik even vragen" zei ik tegen Daylida, ik gaf haar een geruststellende glimlach. Ik stond op en trok de deur richting de trainingsruimte weer open. Ik zocht Matthew en vond hem bij de andere mannen aan tafel. Ook de reus zat er en hij leek niet erg blij om me te zien. "Waar moet ze slapen?" fluisterde ik in Matthews oor. Hij stond op en ik volgde hem zwijgend. Hij trok een deur open. Ik stapte achter hem aan naar binnen en zag een hoop matrassen staan. "Je red je wel hoop ik." zei Matthew terwijl hij me bijna aan de kant beukte toen hij weer terugliep naar de tafel. Ik keek hem na terwijl hij wegliep en richtte me toen weer op de matrassen. Ik zocht een goed matras uit en zag een kussen en een deken. Ik bedacht me dat ik dit niet in mijn eentje mee zou kunnen nemen. Totdat ik op een idee kwam, als ik vechten kon met mijn krachten, dan kon ik ze hier ook wel voor gebruiken. Ik concentreerde me en richtte mijn aandacht op de matras. Na een tijdje zwoof de matras een eindje in de lucht. Het kussen en de deken pakte ik blindelings terwijl ik mijn blik op de matras gericht hield. Ik loodsde de matras uit de ruimte zonder iets te raken en deed de deur achter me dicht. Ik liep langzaam richting mijn kamer. Ook hiervan trok ik de deur open, nagekeken door de mensen die aan de tafel zaten. Ik liet de matras de kamer binnengaan en stapte zelf ook naar binnen, de deur sloot ik achter me. Ik zag Daylida bewonderend naar me kijken. Ik gooide de matras midden in de kamer neer en vroeg Daylida "Waar wil je slapen?" terwijl ik een glimlach op mijn gezicht forceerde. Ze wees de hoek aan naast mijn bed. "Mag ik daar slapen?" vroeg ze twijfelend. Ik knikte en schoof de matras naar de hoek. De deken en het kussen gooide ik erop. Ik bracht de borden weer naar de keuken.

Ik liep weer terug naar mijn kamer en kleedde me om, ook voor mezelf trok ik een groot shirt uit de kast. Ik zocht er een legging bij en trok ze aan. Douchen zou ik morgen wel weer doen. Ik hielp Daylida in bed en legde de deken over haar heen. Zelf deed ik het licht uit en stapte ik ook in bed. Een aangename warmte kwam me tegemoet. Ik viel weg in een diepe slaap. Een droom kwam omhoog. Ik zag Saïn en hij keek me kwaad aan. Hij stond voor een oude schuur, daarnaast lag een bos. Hij zag er gehavend uit en zat onder de littekens. Zijn kleren waren gescheurd en hij had nog verse wonden. Waarschijnlijk van een gevecht dat hij net had gehad. Ik probeerde om me heen te kijken, maar kon mijn blik niet afwenden van Saïn. Het was een stilstaand beeld, er bewoog niets. Niemand zei iets en ik kon alleen maar kijken en wachten tot deze droom voorbij was. Net toen ik wakker probeerde te worden begonnen de beelden te bewegen. Saïn schreeuwde iets naar me, de tranen stonden in zijn ogen en ik voelde dat ik achteruit liep. Ik had geen controle over wat ik deed en bleef maar achteruit stappen, Saïn liep naar me toe, hij begon te rennen, maar ik werd steeds sneller achteruit getrokken. Ik viel weg in een diepe zwarte leegte.

gerlienke
Berichten: 1591
Geregistreerd: 17-12-04
Woonplaats: Eibergen

Re: [VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst: 10-04-14 22:18

Leuke hoofstukken weer.:-)leuk om te lezen dat ze haar gaven traint en gebruikt. En ook dat er nieuwe personages bijkomen. Ben benieuwd naar het volgende stuk

KittyDylan

Berichten: 9102
Geregistreerd: 08-09-13
Woonplaats: Kessel (LB)

Re: [VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst: 11-04-14 11:11

Leuk verhaal.

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] Underworld (vervolg op The War)

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 12-04-14 06:54

Dat is fijn om te horen :o

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 18-04-14 20:34

En een update, ik ben heel erg out of inspiration...

Dus heeft iemand hier nog ideeën, dingen die ik echt móét verwerken in het verhaal?
Roep maar, misschien heb ik er wel iets aan :D

Citaat:
De Eerste Opdracht
Ik werd wakker en ging overeind zitten. Het zweet parelde op mijn voorhoofd. Ik zag Daylida met grote ogen naar me kijken. "Gaat het een beetje?" vroeg ze voorzichtig. Ik knikte en tilde mijn hand op om een paar haartjes van mijn plakkende voorhoofd af te vegen. De hand bleef hangen voor mijn ogen. Hij zat onder de wondjes. Dat herinnerde me aan de droom waarin een of ander beest me achterna had gezeten en in mjn enkel had gegrepen. Ik schudde mijn hoofd en stond op. Ik stapte over Daylida heen zonder een woord te zeggen en trok een broek en shirt uit de kast. Ik liep richting de badkamer en draaide de deur op slot. Ik zette de douche aan en gooide mijn pyama in een hoek. Ik stapte onder de warme stralen en liet ze over mijn gezicht lopen. Mijn gedachten gingen terug, terug naar Saïn, en alles wat er was gebeurd nadat ik hier was beland. Alles begon te draaien en ik ging zitten. Ik drukte mezelf in een hoekje van de douche en liet de tranen komen.

Ik dacht helemaal nergens meer aan, mijn hoofd was leeg. Ik werd weer rustig van het regelmatige getik van het water op de grond. Mijn hoofd liet ik op mijn knieën zakken. Zo bleef ik daar nog een tijdje zitten. Ik voelde me leeg, het was alsof ik iets miste. Ik praatte mezelf moed in, maar alles viel weer uit elkaar wanneer ik de knop weer omdraaide en helder ging denken. Ik schrok op door geklop op de deur en hoorde de stem van Matthew door de deur. "Yce? Gaat het wel daar?" hoorde ik hem bezorgd zeggen. Met moeite stond ik weer op en draaide de douche uit. Ik haalde de handdoek van de rand van het muurtje dat er was neergezet. "Ja hoor, ik kom eraan" riep ik naar Matthew. Ik zag Matthew in mijn gedachten knikken. Mijn gedachten waren veel meer aan het dwalen geweest de laatste tijd. Veel had het niet uitgehaald. Ik zat nu alleen maar met meer vragen opgescheept. Achter een daarvan zou ik heel snel achter komen, tenminste, dat hoopte ik.

Ik kleedde me in recordtempo aan en rukte de deur open. Ik stapte mijn kamer in en zag Matthew op mijn bed zitten. Hij keek me aan en trok zijn wenkbrauwen op. Ik wendde mijn blik af en negeerde Daylida die me iets vroeg. Ik liep naar de deur en hoorde iemand opstaan. Ik voelde twee sterke handen die me naar de vloer drukten en daar hielden. Ik was te geschrokken om tegen te stribbelen. Ik hoorde Matthew iets roepen naar Daylida. Even later hoorde ik een deur open gaan en weer dicht slaan. Toen bleef het stil. Ik zag Matthews gezicht boven dat van mij, en voor ik het wist plantte hij zijn lippen op de mijne. Hij ging bovenop me zitten en begon aan mijn shirt te plukken. Als versteend lag ik onder hem. Totdat ik besefte wat hij probeerde. Ik spande mijn spieren aan en probeerde me onder hem weg te draaien, zodat ik weg kon kruipen. Dat lukte niet, hij was erg sterk. Ik zag een kans om mijn arm onder hem weg te wurmen toen hij ging verzitten. Ik hief mijn hand op en haalde uit. Ik hoorde een harde kreun en mijn hand zat onder het bloed. Toen pas keek ik waar ik hem geraakt had. Het bloed kwam uit zijn neus, zijn neus was nu al erg dik. Toen ik me bedacht dat hij niet meer bovenop me zat stond ik op en rende naar de deur. Ik trok hem open en viel bijna over mijn eigen voeten toen ik begon te rennen. Ik wist niet waar naartoe, maar wist wel zeker dat ik niet in Matthew's buurt wilde zijn.

Ik werd tegengehouden door de man van het kantoortje. Hij zal vast de baas zijn hier, dacht ik bij mezelf. Ik moest meelopen naar het kantoortje. Daar ging ik zitten op de stoel waar ik de vorige keer ook in had gezeten. De man begon te praten. Mijn gedachte dwaalden weer af en waarschijnlijk zag hij dat. Hij keek me in mijn ogen en tikte me op mijn schouder. "Gaat het wel?" Ik knikte, maar zonder overtuiging. De blik in zijn ogen veranderde van zakelijk naar bezorgd. Hij trok zijn stoel naast me en probeerde me aan te kijken, maar ik ontweek zijn blik. Hij pakte mijn kin vast zodat ik hem wel aan moest kijken. "Jij gaat vanaf vandaag op missie, dan heb je iets anders om aan te denken." zei hij glimlachend. Zijn lach was aanstekelijk, een glimlach verscheen ook op mijn gezicht. Ik besloot hem niet te vertellen over het voorval met Matthew en dat eerst met Matthew zelf te bespreken. Terwijl ik aan mijn arm meegetrokken werd door "de baas" zag ik Matthew lopen. Hij keek me na terwijl ik meegetrokken werd. Hij had een icepack op zijn neus gedrukt en ik schoot in de lach. Dat werd niet gewaardeerd en hij keek me met een vernietigende blik na. Het kon me niet schelen, ik had nu iets anders om mijn gedachten naartoe te laten zweven.

We gingen een kleine ruimte in die ik niet kende. Er lagen allerlei verschillende kledingstukken en zware wapens. Ik kreeg een strak zwart pak in mijn hand gedrukt en kreeg de opdracht om me in een kamertje dat ernaast lag om te kleden. Het zwarte pak paste precies. Ik stapte de ruimte weer binnen en zag een aantal zware wapens klaar staan om gebruikt te worden. Een aantal van de wapens kende ik, daar had ik mensen in de oorlog mee zien vechten. Het grootste deel van de wapens kende ik niet, maar ze leken niet moeilijk in gebruik. Ik bond mijn haren achterop mijn hoofd in een staart en kreeg een wapen aangereikt. Ik hield hem vast en kreeg hulp bij het vastgespen van het wapen rond mijn middel. Een ander wapen moest ik in mijn hand meedragen. Het laatste wapen had iets weg van een bommenwerper, maar dan op klein formaat. Ook kreeg ik een papier in mijn handen gedrukt. Ik ging op een tafel zitten en bestudeerde het papier aandachtig terwijl ik uitleg kreeg over wat ik moest doen.

"Dit is Josh Smith, hij is hoofd van het regeringsleger" begon "de baas". Mijn gezicht betrok, it zou best de Josh kunnen zijn die me had verraden. Hij vervolgde zijn zin met "Jij kan en zal hem uitschakelen, koste wat het kost." Ik knikte kort als teken dat ik het begrepen had. Ik stapte naar buiten en kreeg daar mijn laatste informatie. "Hij is niet moeilijk te vinden" begon 'de baas'. Hij vervolgde zijn verhaal met "Ga richting het centrum, daar zal iemand je een briefje toespelen waarop tijden staan. Rond deze tijden is hij in zijn kantoor." Ik knikte weer en begon te lopen toen ik eenmaal buiten stond. 'De baas' keek me na. Ik volgde de gammele bordjes richting het centrum. Ik zag nu een groot deel van de stad dat ik niet kende. Ik verwonderde me nog steeds over de grote hopen puin die nog op de straten lagen. Het herinnerde me iedere keer weer aan de oorlog. De oorlog die ik zo diep mogelijk weg had gestopt.

Ik betrapte mezelf weer op het te veel denken en draaide de knop weer om. Ik dacht nu alleen nog maar aan wat ik moest doen, en vooral aan hoe ik het ging doen. Voor ik het wist was ik in het centrum. Ik liep richting het station in de hoop dat ik daar de man die het briefje had tegen zou komen. Ik deed net alsof ik heel druk aan het zoeken was naar welk perron ik zou moeten. In werkelijkheid keek ik rond, zoekend naar iemand die eruitzag alsof hij het briefje kon hebben. Mijn poging iemand te vinden slaagde niet. Ik bleef nog even staan, het begon al te schemeren. Ik keek op naar de vleermuizen die voorbij vlogen. Ze waren niet erg groot. Gefascineerd staarde ik naar boven. Toen ik weg wou lopen kreeg ik een stoot tegen mijn schouder. Ik struikelde bijna voorover maar herstelde me net op tijd. Toen ik weer opkeek lag er een briefje op de grond, Ik pakte het op en keek verbaasd rond. Niemand, ik was alleen op het perron.

Ik bestudeerde het briefje even, maar werd er niets wijzer van. Ik besloot om te overnachten in de stad. Ik draaide me om en begon te lopen. Ik zou nu eigenlijk moeten oppassen voor de regeringstroepen. Maar ik had mijn gevoel, en dus ook mijn angsten uitgeschakeld. Hoe verder ik het centrum in liep, hoe meer half ingezakte huizen ik zag. Ook zag ik veel geplunderde winkels. Etenswaren, potten en pannen, alles lag gewoon op straat. Ik griste een blik met doperwten mee, zodat ik vannacht iniedergeval iets te eten zou hebben. Ik keek naar de huizen. Ik zag er een paar die wel stevig genoeg leken om in te slapen. Deze werden vast vaker gebruikt, ook door anderen. Ik koos voor een minder stevig huis. De verf op het hout en de deuren was afgebladderd. Ik probeerde de deur open te doen, zonder succes. Hij zat muurvast. Ik liep naar de achterkant van het huis en zag dat er een gat geslagen was in het huis. Het gat was zo groot dat ik er liggend net doorheen paste. Ik gooide mijn wapens eerst het huis binnen, en ging daarna zelf door het gat. Toen ik eenmaal binnen stond zag ik hoe slecht dit huis eraantoe was. Het plafond was half naar beneden gekomen, tafels en stoelen lagen om. Het behang zag onder de vlekken. Ik hing mijn wapens weer om me heen en kroop over alle stukken puin, stoelen en tafels heen, op zoek naar een plek waar ik zou kunnen slapen. Ik vond een klein hoekje in het huis waar nog een lamp overeind stond. Ik nestelde me in het hoekje en probeerde het papiertje nog eens te bekijken. Er kwam niet genoeg licht door het raam, dat onder het stof zat. Ik schudde mijn hoofd. Er was geen stroom meer in de stad, tenzij je het illegaal verkreeg door het af te tappen. Dus dit huis zou daardoor ook geen stroom hebben. Ik legde mijn hoofd tegen de muur aan en bekeek het huis nog eens goed. Allerlei draden hingen omlaag, ijzeren pinnen staken uit het omlaag gekomen plafond en brokken puin lagen door het hele huis. Ik genoot van de stilte in het huis. Dit was weer eens iets anders, even alleen zijn. Ik sloot mijn ogen en focusde me op de geluiden. Ik speurde de grond af door goed te luisteren en mijn gaves te gebruiken. Ik hoorde voetstappen en zag iemand met een paar gympen in de richting van het raam komen. Ik bleef doodstil zitten en keek omhoog. Ik zag een schaduw, de schaduw had een kap op en bleef zo staan.

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 31-05-14 18:18

Tsja, een hele tijd niets meer gedaan, had niets meer aan inspiratie.
Vandaar ook dit kleine "hoofdstuk"

Citaat:
What happened before

Ik bestudeerde het briefje even, maar werd er niets wijzer van. Ik besloot om te overnachten in de stad. Ik draaide me om en begon te lopen. Ik zou nu eigenlijk moeten oppassen voor de regeringstroepen. Maar ik had mijn gevoel, en dus ook mijn angsten uitgeschakeld. Hoe verder ik het centrum in liep, hoe meer half ingezakte huizen ik zag. Ook zag ik veel geplunderde winkels. Etenswaren, potten en pannen, alles lag gewoon op straat. Ik griste een blik met doperwten mee, zodat ik vannacht iniedergeval iets te eten zou hebben. Ik keek naar de huizen. Ik zag er een paar die wel stevig genoeg leken om in te slapen. Deze werden vast vaker gebruikt, ook door anderen. Ik koos voor een minder stevig huis. De verf op het hout en de deuren was afgebladderd. Ik probeerde de deur open te doen, zonder succes. Hij zat muurvast. Ik liep naar de achterkant van het huis en zag dat er een gat geslagen was in het huis. Het gat was zo groot dat ik er liggend net doorheen paste. Ik gooide mijn wapens eerst het huis binnen, en ging daarna zelf door het gat. Toen ik eenmaal binnen stond zag ik hoe slecht dit huis eraantoe was. Het plafond was half naar beneden gekomen, tafels en stoelen lagen om. Het behang zag onder de vlekken. Ik hing mijn wapens weer om me heen en kroop over alle stukken puin, stoelen en tafels heen, op zoek naar een plek waar ik zou kunnen slapen. Ik vond een klein hoekje in het huis waar nog een lamp overeind stond. Ik nestelde me in het hoekje en probeerde het papiertje nog eens te bekijken. Er kwam niet genoeg licht door het raam, dat onder het stof zat. Ik schudde mijn hoofd. Er was geen stroom meer in de stad, tenzij je het illegaal verkreeg door het af te tappen. Dus dit huis zou daardoor ook geen stroom hebben. Ik legde mijn hoofd tegen de muur aan en bekeek het huis nog eens goed. Allerlei draden hingen omlaag, ijzeren pinnen staken uit het omlaag gekomen plafond en brokken puin lagen door het hele huis. Ik genoot van de stilte in het huis. Dit was weer eens iets anders, even alleen zijn. Ik sloot mijn ogen en focusde me op de geluiden. Ik speurde de grond af door goed te luisteren en mijn gaves te gebruiken. Ik hoorde voetstappen en zag iemand met een paar gympen in de richting van het raam komen. Ik bleef doodstil zitten en keek omhoog. Ik zag een schaduw, de schaduw had een kap op en bleef zo staan.

________________________________________

Recent

Ik staarde naar de schaduw, die zich nog steeds niet bewogen had. Ook ik had me nog niet bewogen. Op de plek waar de ogen van de schim moesten zitten, lichtten twee heldergroene ogen op. Ik kon ze duidelijk zien door het stoffige raam. Ik kon de blik van de schaduw door de ruimte zien gaan. Hij bleef op mij hangen. Ik hield mijn adem in en durfde me niet te bewegen. Ik kneep mijn ogen dicht, en luisterde naar wat er gebeurde. De voetstappen verwijderden zich van mij. Ik slaakte een zucht van verlichting.

Ik probeerde op te staan, omdat ik niet zeker wist of de schim nog terug zou komen. Ik pakte mijn spullen bij elkaar en klom terug over het puin. Naar het gat in de muur waardoor ik binnen was gekomen. Toen ik over de laatste hoop stenen heen stapte voelde ik een stekende pijn in mijn voet. Ik was mijn evenwicht daardoor kwijt en viel naar benedn, een paar grote brokken puin meenemend in mijn val. Ik landde met mijn rug op de grond, waardoor ik in een klap geen lucht meer kreeg. Ik hoorde mijn wapens op de grond kletteren en voelde de brokstukken landen op mijn benen dankzij de pijnscheuten die er doorheen gingen. Ik probeerde de pijn te onderdrukken, maar het lukte niet. Alles werd zwart.

Ik werd opgetild en opende mijn ogen. Ik keek recht in de ogen van een jongen, tranen liepen over zijn wangen terwijl hij naar me keek. Hij leek niet te merken dat ik mijn ogen hand geopend. Ik deed een poging om geluid uit mijn keel te krijgen, maar het bleef stil. Ik bewoog, rolde uit de armen van de jongen en kwam met een doffe plof op de grond terecht. Ik voelde niets. Ik stond langzaam op en keek om me heen. De jongen zat nog steeds in dezelfde houding. Ik liep achteruit en zag alles langzaam vervagen.

Het licht kwam langzaam tussen mijn oogleden door. Een kreun verliet mijn mond. Ik drukte mezelf omhoog met mijn armen en keek verdwaasd om me heen. Ik was omringd door grijze muren waar tralies in zaten, in plaats van ramen. Mijn beeld van de ruimte verscherpte langzaam. Maar de muren bleven grijs en vlak. Ik knipperde nog een aantal keren met mijn ogen. Net toen mijn ogen een beetje gewend waren aan het weinige licht kwam er een fel wit licht voor in de plaats. Ik kneep mijn ogen tot spleetjes. Niet veel later stond er een jongen met heldergroene ogen voor me. Ik krabbelde overeind en drukte mezelf tegen de muur. Zweetdruppeltjes parelden op mijn voorhoofd. De jongen pakte me ruw bij mijn bovenarm en trok me mee. De saaie grijze muren maakten plaats voor een ruimte waarin allerlei mensen aan kettingen hingen. Mijn ogen bleven hangen op een persoon die onder het bloed zat. Ik zette er een stap naartoe, maar werd ruw weggetrokken. Ik worstelde me uit de greep van de jongen en begon te rennen. Door een harde klap kwam ik op de grond terecht....