[VER] The War

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

[VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-03-14 19:31

Het verhaal is al af, maar ik zal hier zo af en toe hoofdstukjes plaatsen, ik ben bezig met een vervolg hierop :)

Hoe het begon

Ik ben Yce, ik ben een normaal meisje en haal goede cijfers op school. Maar ik droom, dat maakt me bijzonder. Niemand anders in Elonium droomt. Ik ben anders...

Boos gooide ik mijn schooltas aan de kant. "Waarom moeten ze altijd mij hebben?" vroeg ik hardop aan mezelf. Het antwoord wist ik, maar ik wou het niet zien. Ik was de enige in Elonium met een andere kleur ogen. Ik had helblauwe ogen, terwijl iedereen hier een donkere kleur ogen had. Terwijl ik daarover nadacht liep ik naar de koelkast, die middenin de kamer stond, omdat ik en mijn moeder maar in een klein flatje woonden. Ik trok er een pak melk uit en schonk het in een glas. Dat glas nam ik mee naar mijn kamer. Ik zette het op mijn nachtkastje en ging op mijn bed liggen en begon met mijn huiswerk.

Ik rende, rende door het bos. Ik wist niet wat er achter me aan zat, maar ik hoorde zijn gehijg aan alle kanten. Ik zigzagde tussen de bomen door, maar ik zag een boom over het hoofd en knalde ertegenaan. Ik lag op de grond en voelde iets vloeibaars langs mijn voorhoofd lopen. Ik bracht mijn hand ernaartoe en bekeek wat er aan mijn vingers zat.

"Ik ben thuis" riep mijn moeder onderaan de trap. Ik schrok wakker en greep mijn make-up toen ik weer dacht aan de wond op mijn gezicht.. Mijn moeder hoefde niet te zien dat ze me in elkaar geslagen hadden. "Ik overleef het wel" fluisterde ik mezelf bemoedigend toe. Na een tijdje was er niets meer te zien van de wond die ik had overgehouden. Nu was het hopen dat mijn moeder het niet opmerkte. Ik ging weer terug aan mijn huiswerk en hoorde niet veel later mijn moeder roepen dat we gingen eten. Toen ik mijn kamer uitliep zag ik het glas melk nog steeds onaangeroerd op mijn nachtkastje staan. Ik deed een stap terug en probeerde het te pakken van mijn nachtkastje. Maar in plaats van het op te tillen schoof ik het er eerder vanaf, waardoor het glas op de grond terechtkwam en de melk zich verspreidde. "Nee hé, niet ook dat nog" zei ik. Ik greep een shirt van de stoel en gooide het op de melk dat de hele kamer doorliep. Ik depte de vloer droog toen mijn oog viel op een oude koffer, ver onder mijn bed geschoven. Ik trok hem eronder vandaan en opende de koffer. Mijn mond viel open toen ik zag wat erin zat.

Vluchten
"Nee!" hoorde ik achter me, terwijl ik bezig was in een boom te klimmen, weg voor de beesten die me probeerden te pakken. Ik hing aan een dikke tak terwijl ik mijn voeten optrok zodat ze niet in de bekken van de beesten terecht zouden komen.

Op dat moment schrok ik wakker van de pijn in mijn enkel. Het beest in mijn droom had me te pakken, maar waarom voelde ik de pijn dan ook hier? Ik zag de oude koffer op het bureau liggen en dacht terug aan gisteren. Mijn hoofd zat vol met vragen. Waarom had ik nooit van het bestaan van het ding afgeweten? Was het toeval dat ik het vond? Waren ze nodig in de toekomst? Ik stond op en pakte een van de messen uit de koffer. Er zaten allerlei verschillende in. Ik voelde het lemmet in mijn hand en kneep erin. Moest ik met deze messen wraak nemen? Ik wist me er geen raad mee en legde het mes weer terug. Ik sloot de koffer en schoof hem terug onder mijn bed. Ik controleerde mijn enkel nog eens en kleedde me toen aan.

Ik deed de deur achter me dicht, mijn moeder was alweer naar haar werk. Ik legde de sleutel neer achter het potje, waar hij altijd lag. Ik stapte van de laatste trede van het trapje dat voor het flatgebouw lag af toen er een man in pak op me af kwam. Ik keek hem even verbaasd aan toen hij tegen me begon te praten. "We hebben je nodig Yce, pak je spullen" zei hij. De verbazing op mijn gezicht werd nog groter. "Hoe... hoe.. hoe weet u mijn naam?" kon ik er uiteindelijk nog uit krijgen. Hij schudde zijn hoofd en mompelde "Je moeder heeft het je vast niet verteld." Waarschijnlijk was het van mijn gezicht af te lezen dat ik er niets van begreep, aangezien hij de sleutel weer pakte en mij zijn rug een toekeerde. Ik greep mijn kans en begon te rennen. Ik hoorde achter me de man schreeuwen "Hé!" Ik rende het bos in en rende naar de holle boom, die ik vroeger ontdekt had, toen ik eens weg was gelopen van huis. Ik kroop erin en kort daarna hoorde ik al voetstappen op de zachte bodem van het bos. Ik kon hem zien, dankzij een spleet die in de boom zat. Ik probeerde mijn ademhaling onder controle te houden en niet te bewegen.

Ik kwam uit de boom gekropen, ik had nog een tijdje gewacht maar hij was echt weg. Ik kon nu niet meer naar huis, daar zou hij vast op me staan te wachten. Ik ging op een boomwortel zitten terwijl ik bedacht wat ik kon doen. Ik draaide me om en liep dichter het bos in, op weg naar het huisje dat middenin het bos stond, daar kon ik wel een nachtje blijven. Ondertussen stak ik overal blaadjes op bepaalde plekken, zodat ik wist waar ik langs moest wanneer ik weer terug moest. Na een tijdje lopen, kwam ik aan bij het verlaten huisje. Toen ik klein was had ik dit het heksenhuisje genoemd. Daar leek het ook wel op, het was niet erg groot en erg vervallen. Maar het dak was nog heel en ik kon er dus iniedergeval droog slapen. De deur kraakte toen ik naar binnen ging. Ik vond een stoffige deken die ik buiten uitklopte en nestelde me in een hoekje.


___

Eventuele tips etc zal ik meenemen in het vervolg natuurlijk
Laatst bijgewerkt door Frost op 26-03-14 19:40, in het totaal 1 keer bewerkt

hannah41

Berichten: 3467
Geregistreerd: 08-03-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 26-03-14 19:33

Heel gaaf! Ik volg. Ik zou wel proberen om alles iets uitgebreider te beschrijven, wat meer details. :)

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-03-14 19:34

Haha oke, dat ga ik dan proberen in het vervolg, bedankt voor de tip :)

hannah41

Berichten: 3467
Geregistreerd: 08-03-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 26-03-14 19:35

Ik ben benieuwd! :D
Trouwens, het leest fijner als je de droomstukken schuindrukt, daar word het wat duidelijker van. :)

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-03-14 19:40

Ooh oops, vergeten dat hier te doen, op wattpad staan ze wel schuingedrukt xD

eclair98

Berichten: 11712
Geregistreerd: 24-09-11
Woonplaats: Overijssel en Utrecht

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 26-03-14 19:41

Ik zit er al helemaal in!

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-03-14 20:19

Officieel
Ik werd wakker van harde knallen en gillende mensen. Kon ik ze zo ver in het bos nog horen? Was er iets ergs aan de hand? Ik opende voorzichtig de deur van het huisje en keek om me heen. Ik zag verschillende mensen het bos in rennen en vroeg me af wat er aan de hand was. Ik liep naar buiten en liet het oude huisje achter me. Steeds meer mensen zag ik het bos in rennen. Uiteindelijk liep er iemand tegen me op, een jongen, niet veel ouder dan ik. Ik negeerde de hoofdpijn die ik had gekregen van de kopstoot en vroeg hem "Waarom rent iedereen weg? Waar zijn ze bang voor?" Hij stond me met open mond aan te staren en stamelde "Ze zoeken jou." Ik liet hem ontdaan los en hij rende bang weg. Het interesseerde me niet, het enige wat me interesseerde was mijn moeder. Ik baande me een weg tussen de rennende mensen en rende het laatste stukje naar de flat, die ik thuis noemde. Ik keek rond, er leek niemand te zijn. Ik rende de straat over en verwonderde me over het feit dat de deur open was. Ik nam niet eens meer de moeite om te kijken of er iemand was. Ik rende naar mijn kamer en griste de koffer met messen mee. Dit kon nu misschien wel van pas komen.

Ik ging verder met het zoeken naar mijn moeder, tevergeefs. Ik had geen enkel spoor. Ik ging zitten op een stoel in de kamer en probeerde helder na te denken. Het lukte niet, het enige dat zich steeds weer herhaalde in mijn gedachten was de man die naar me toe kwam lopen. Ik zag dat ik hiermee niet veel verder ging komen en stond op. Ik griste een riem en een rugzak mee die ik over mijn schouder hing. Ik wist niet voor wie ik vluchtte, maar het was me wel duidelijk dat ik als een of ander gevaarlijk wezen werd neergezet, dankzij de reactie van de jongen. Ik liep de stad in en zag een groepje donker geklede mannen staan. Ze stonden om een jong meisje heen, met dezelfde helderblauwe ogen als ik, besefte ik toen ik dichterbij kwam. Misschien wist zij wel meer over dit alles, misschien hadden ze haar ook wel bezocht. Vragen spookten rond in mijn hoofd terwijl ik koortsachtig bedacht hoe ik haar kon helpen.

De kleuren werden helderder, was ik aan het dromen? Nee, dit was echt, de pijn die ik voelde was echt. Het bloed was echt, deed ik dit? Of was dit toch een verschrikkelijke nachtmerrie?

hannah41

Berichten: 3467
Geregistreerd: 08-03-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 26-03-14 20:20

Spannend! In welke tijd speelt het zich ongeveer af? :D

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-03-14 20:24

Haha, de toekomst, heb niet echt een tijd xD
(daarom zeg ik ook niet hoe oud Yce is, maar opzich kan ik dat in het vervolg wel doen :))

hannah41

Berichten: 3467
Geregistreerd: 08-03-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 26-03-14 20:24

Oké! :D

nardxash

Berichten: 4252
Geregistreerd: 11-11-11
Woonplaats: zoetermeer

Link naar dit bericht Geplaatst: 26-03-14 20:25

Spannend ik volg

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 26-03-14 21:11

De Waarheid
Ik zag weer normaal en het meisje dat net vastgehouden was door de mannen in het zwart zat me lachend aan te staren. Van de mannen was geen spoor. "Wat is er gebeurd?" vroeg ik verward aan haar. Ze bleef me maar stralend aankijken, zo lang dat het een beetje eng werd. Ik keek nog een keer in de ogen van het meisje, ze veranderden van kleur. Ik keek haar even geschokt aan en zag haar verder veranderen, haar gelaatstrekken veranderden, ze veranderde in een man van begin twintig met kort haar en hele donkere ogen. Ik herkende hem vrijwel direct, dit was de man die me aangesproken had op de straat. Ik draaide me zo snel als ik kon om en begon te rennen, waarnaartoe wist ik niet. Ik wou gewoon weg van deze plek, weg van die man. Ik rende totdat ik geen voetstappen meer hoorde, alleen nog mijn eigen gehijg. Ik keek om me heen en vroeg me af waar ik nu weer was beland. Alles wat ik zag was een donkere straat met verlaten huizen, welke dichtgetimmerde ramen hadden.

Na een tijdje lopen was de buurt nog niet veranderd, ik verwonderde me steeds weer over hoe lang deze straat kon zijn. Mijn knieën begonnen te branden en ik zakte op de straat. Ik ging zitten en legde mijn hoofd op mijn knieën. Niemand zou me hier komen zoeken, tenminste, dat hoopte ik. Ik weet niet hoelang ik zo had gezeten, maar het begon al donker te worden. Ik stond op en begon weer te lopen. Onder het lopen verzonk ik in gedachten. Wat was ik aan het doen? Waarom rende ik weg als ik niet wist waarvoor? Ik dacht aan mijn moeder, voor ik het wist stroomden de tranen over mijn wangen.

Ik voelde een lichte tik op mijn schouder. Een oude man keek me aan, hij droeg iets vriendelijks bij zich en vroeg of ik binnen wou komen. Ik knikte, ik had het inmiddels koud gekregen. Hij stelde zich voor als Tim en leidde me naar een huis. Toen pas viel het me op dat ik niet meer in de straat was waar alle huizen dichtgetimmerde ramen hadden. De muren van het huis waren bekleed met een bloemetjesbehang en er stonden oude meubels. Het leek op het huis van mijn opa en oma, toen ze nog leefden. Ik mocht gaan zitten aan een tafel en de man gaf me een deken. "Wil je wat te eten?" vroeg hij me. Ik knikte, ik had honger gekregen. Hij zette me een bord voor en een aantal pannen op tafel. Zelf at hij ook mee. "Weet je waarom ze je zoeken?" vroeg hij me. Ik keek op en schudde mijn hoofd, zonder mijn blik af te wenden van zijn ogen. Hij begon te vertellen. "Je bent anders dan de andere mensen." Ik knikte, dat had ik inmiddels wel gemerkt.

"Dus je bent een gevaar voor de regering." eindigde hij. Ik gaapte hem met open mond aan. "Dus ik zou speciale gaves hebben en die tegen de regering kunnen gebruiken?" vroeg ik hem nog eens na. Hij knikte en keek er droevig bij. "Ik heb meer mensen gekend die dat konden, maar dat hield vaak op met een gave." Hij wachtte even en vervolgde zijn verhaal. "Mijn vrouw bezat zo'n gave, zij is door de regering vermoord." Ik keek even naar beneden. "Sorry" mompelde ik, niet wetende wat ik moest zeggen. Hij tilde zijn hoofd op en keek me recht aan. "Jij zou meerdere gaves hebben, dat maakt jou gevaarlijk voor de regering." Alles begon te duizelen en ik hoorde Tim's stem vervagen.

LoveBodin

Berichten: 4527
Geregistreerd: 18-12-09
Woonplaats: Under The Northern Lights

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 27-03-14 06:38

Ik volg ook!
Onthoud wel dat je updates telkens een minimum aantal woorden moeten hebben (1500), anders word je topic gesloten. En dat willen we niet :P

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 27-03-14 08:08

Gepakt
Ik bleef nog een tijdje bij Tim, maar ik wou hem niet in gevaar brengen. Als de regering echt op zoek naar me was, zouden ze me wel vinden. Ik kreeg een deken en wat te eten mee van Tim. Ik glimlachte toen ik de deur uitstapte. "Bedankt" zei ik tegen hem. "Veel succes, laat ze ervan lusten." zei hij glimlachend tegen me. Hij vertelde me een route waarbij ik uitkwam in een bos. Ik knikte dankbaar. Toen ik begon te lopen zag ik een zwarte auto naderen. Ik bedacht me geen moment en kroop achter de bosjes die het dichtstbij waren. Ik keek hoe de auto stopte voor het huis van Tim. Ik kon niet zien wat er gebeurde dus ik ging achter een dikke boom staan. Vanaf hier kon ik precies zien wat er gebeurde. Ik zag de man aanbellen en Tim de deur opendoen. De man pakte Tim bij zijn kraag en sleurde hem mee naar buiten. Ik slaakte een gilletje en sloeg mijn handen voor mijn mond. Ik zag hoe ze Tim voor een muur zetten en hoorde een knal. Tim's lichaam viel levenloos op de grond en er vormde zich een plas bloed om hem heen.

Ik zakte op de grond. Half huilend en half schreeuwend. Ik de mannen in het zwart omkijken en naar me toe komen. Het kon me niets schelen. Ze hadden me, wegrennen had geen zin meer.
"Je hebt hem vermoord!" schreeuwde ik naar de man die zijn pistool nog onklaar aan het maken was. Hij keek me grijnzend aan en maakte een gebaar naar de twee mannen achter me. Ze duwden me in de auto en maakten mijn handen vast achter mijn rug. De 2 mannen kwamen naast me zitten en de man die Tim vermoord had bestuurde de auto. Ik probeerde me te verzetten, met als resultaat een enorme hoofdpijn van de klap die ik tegen mijn hoofd aan had gekregen. De rest van de rit was hobbelig, wat niet meewerkte aan mijn hoofdpijn.

Ik liet mijn ogen wennen aan het licht en de hoofdpijn kwam heviger terug dan ik me kon herinneren. Ik ging rechtop zitten en zag dat ik in een soort cel zat. Er zat een stalen deur en er zaten tralies voor de ramen. Ik ging weer liggen en hoopte dat de hoofdpijn minderde. De deur ging open en de man die ik inmiddels al twee keer was tegengekomen kwam binnen. Hij had een gemene grijns op zijn gezicht en zei "Zozo, als we daar ons kleine vluchtende meisje niet hebben." Ik had de grijns het liefst van zijn gezicht willen krabben, maar had de kracht er niet voor. Ik bleef maar herhalen "Jullie hebben hem vermoord." Hij kwam naar me toelopen en ik kroop tegen de muur aan.

Verzet
Ik werd aan mijn haren meegesleurd naar een kamertje. Daar werd ik op een stoel gezet en begonnen ze me te ondervragen. "Wat weet je van je gaves?" en "Heb je training gehad" kwamen meerdere keren voor. Ik had geantwoord "Waar heb je het over?" Dat bleek genoeg om me te gaan slaan. Ik voelde de blauwe plekken opkomen op mijn buik en mijn been. Ik werd in mijn buik geslagen, opnieuw en opnieuw. Ik werd losgemaakt en er werd gezegd "Wil je dat het geneest?" Er kwam iemand binnen met een schaaltje water, hij zei "alstublieft meneer Westlox." Nu wist ik dus ook dat de man Westlox heette. De man van het schaaltje zette me het schaaltje water voor toen Westlox weg was gelopen. Hij plaatste mijn hand in het water en op een van de blauwe plekken. "Kijk naar de plek." was het enige dat hij zei. Ik keek hem aan en keek daarna naar de plek, hij was aan het verdwijnen. Ik gaapte de man aan, hij knipoogde naar me. Hij liet me weer opstaan en bracht me naar mijn cel.

Het bakje water kreeg ik mee van hem. Toen ik me weer op het krakkemikkige bed gestationeerd had deed hij de deur dicht. Ik keek nog eens naar mijn been, waar de blauwe plek had gezeten. Ik pakte het schaaltje op en probeerde hetzelfde als daarnet, het lukte me niet. Ik wist niet waardoor het kwam. Ik ging liggen en viel ondanks de pijn in slaap.

Ik hoorde voorzichtig een deur opengaan toen ik wakker werd. Ik zag de jongen die me het schaaltje met water had gebracht. Hij had mijn rugzak en riem met messen bij zich. Ik keek hem verward aan en vroeg "waarom dat?" terwijl ik mijn spullen aanpakte. Hij zei "Ik ga je helpen hieruit te komen." en liep vooruit. Ik bleef even staan bij de deur en keek hem na terwijl hij doorliep. Hij draaide zich om en fluisterde "kom je nog, of blijf je hier liever?" Ik wist niet of ik hem kon vertrouwen, maar alles was beter dan hier. Ik liep achter hem aan, op mijn tenen. "Hoe heet je eigenlijk?" fluisterde ik naar hem. "Josh" antwoordde hij. We gingen een hoek om en voor ons was een deur. Josh ging eerst door de deur en gebaarde dat ik ook kon komen. Ik stapte de frisse buitenlucht in en voelde me gelijk weer wat beter. Er lagen bewakers op de grond en een aantal lieten ons gewoon gaan.

Josh en ik begonnen te rennen. Hij hielp me onder een hek door en we renden verder. Het bos in dat naast de plek lag waar ik vast was gehouden. De blauwe plekken begonnen steeds meer pijn te doen, maar ik negeerde ze en probeerde door te rennen. Ik rende totdat ik niet meer kon lopen van de pijn. Josh keek me even aan en tilde me daarna over zijn schouder. Het verbaasde me hoe sterk hij was. Ik zag een heleboel bladeren en takjes voorbij schieten en wist niet hoelang Josh al liep met mij op zijn rug. Ik was mijn tijdsbesef volledig kwijt. Uiteindelijk kwamen we uit bij een klein huisje, wat leek op het heksenhuisje waarin ik een nacht had doorgebracht. Josh zette mij weer neer en klopte aan. We werden binnengelaten en er zat een groep mannen om een tafel. Ze keken Josh verrast aan, sloegen hem op zijn schouders en riepen "Het is gelukt, je hebt het gedaan!"

De mannen vertelden me alles wat ze wisten. Onder andere alles over de dreigende oorlog, een burgeroorlog welke op het punt stond om te starten. Ik zou het gezicht van het verzet zijn. Ze hadden al allerlei plannen met me, terwijl ik nog niet eens vijf minuten in het huisje was. Het stond me niet aan, en dat liet ik ze merken ook. Toen ze me vroegen wat ik allemaal kon antwoordde ik "Niets dat belangrijk of van invloed zal zijn." Alle mannen rond de tafel zaten me aan te gapen en ik staarde met een harde blik terug. Het was dat een van de mannen zag dat het niet ging werken en me naar een kamer bracht waar ik kon slapen, anders had ik daar nu nog gezeten. Ik plofte neer op de matras, die zacht aanvoelde en trok de deken over me heen. Ik sliep vrijwel direct.

In de dagen die volgden overlegde ik veel met het verzet. Ik zou aanvallen gaan plegen op treinen en openbare plekken. Ik zou in de bossen rond gaan trekken, samen met Josh. Ik ging akkoord en we maakten ons klaar voor ons vertrek.

Zet je schrap
Toen we alles wat nodig was ingepakt hadden konden we vertrekken. Ons werd nog een keer op het hart gedrukt dat we ons nergens moesten laten zien. Dat maakte me alleen maar onrustiger, als we niet normaal over straat konden, hoe zouden we dan op de plek moeten komen wanneer deze in openbaar gebied lag?

Ik zette het idee van me af en pakte mijn eigen spullen in. Veel was het niet. Ik had extra zwarte kleding gekregen en had deze nu aan. Toen we weg wouden lopen kregen we beiden nog een bivakmuts in onze handen gedrukt. Ik kreeg een schouderklopje en iemand fluisterde "sterkte" in mijn oor. Toen we wegliepen keek ik nog een keer achterom en zag een aantal mannen hun hoofd schudden. Ik draaide mijn hoofd bij en begon te denken. Waarom deed ik dit? Was mijn leven nu echt niets meer waard? Terwijl ik een reden bedacht passeerden we allerlei bange mensen, ze hadden zich allemaal verstopt. Af en toe bleven we een tijdje praten met iemand en liepen we verder.

Josh had al een hele tijd niet meer gepraat. Het leek alsof hij zenuwachtiger werd naarmate we dichterbij kwamen. Ik dacht aan hoe hij had geweten van mijn genezende gave. Ik besloot het hem gewoon te vragen. "Josh?" zei ik zachtjes. Josh keek om en zei "Ja?" Ik keek even naar de grond. "Hoe wist jij van mijn genezende gave?" Nu was het Josh's beurt om naar de grond te kijken. Hij mompelde iets dat ik niet verstond en begon weer verder te lopen. "Sorry?" riep ik bijna schreeuwend. Tranen sprongen in mijn ogen. "Ik heb genoeg van al die geheimen, vertel het me gewoon!" kwam er uit mijn mond voor ik het wist. Ik zakte neer op een omgevallen boom, tranen liepen over mijn wangen. Ik voelde dat Josh een arm om me heen sloeg. Hij begon te vertellen, over hoe hij bij het verzet was gekomen en hoe hij mij had weten te redden. Aan het eind van zijn verhaal had hij tranen in zijn ogen. "Ik weet niet wat je kan, ik weet ook niet of ik je zal kunnen helpen." Ik keek hem aan en zei "We gaan het proberen." Ik veegde de tranen van mijn gezicht en stond op. Ik trok Josh omhoog en gaf hem zijn spullen, die hij had neergelegd naast me.

Zo liepen we weer een tijdje, totdat we bij een rand van het bos kwamen. We zagen het station liggen vanuit hier en Josh haalde zijn rugzak van zijn rug. Hij begon allerlei draadjes uit te zoeken en aan elkaar te maken. Ik keek bewonderend toe, wie weet kon ik er wat van leren. Daarna haalde hij een staaf dynamiet uit de tas en vroeg mij "Kan jij deze even vastmaken? Jij hebt dunnere vingers." Ik knikte, liet mijn tas vallen en bukte me om het draadje vast te maken. Daarna greep ik mijn tas en hees hem weer op mijn rug. Mijn bivakmuts stopte ik achter mijn broekriem. We moesten immers nog door de bewaking komen. Ik knikte naar Josh en we begonnen richting het station te lopen. De poortjes waren niet moeilijk om doorheen te komen en we stonden snel op het station. "De andere worden makkelijker, maar de bewaking voortaan wel strenger." mompelde Josh tegen me. We gingen op een bankje zitten en wachtten op de trein die het eerst zou komen. De trein naar de hoofdstad van Elonium, Deran. Deran was de rijkste stad, en veruit de best beveiligde stad. Ik was er vroeger een keer geweest, met mijn moeder. We hadden het die dagen erg leuk gehad. Mijn gedachten werden onderbroken door de trein die voor ons stopte. Ik knikte naar Josh en nam mijn positie in, ik moest straks op tijd kunnen springen. Ik deed net alsof ik de aankomst- en vertrektijden bestudeerde. Toen de trein de deuren weer sloot trok ik mijn bivakmuts over mijn hoofd en begon te rennen. In mijn ooghoek zag ik Josh hetzelfde doen. Ik sprong van het perron en kwam terecht op een van de opstapjes die aan de trein zaten. Josh landde een opstapje verder. Ik verbaasde mezelf ermee, ik was zonder problemen geland. Ik liet een draadje vieren, door de wind kwam deze bij Josh terecht. De trein was inmiddels op snelheid en we moesten opschieten. Ik zag Josh iets doen met de bom die we hadden gemaakt. Hij plakte hem aan de trein en en riep "Zet je schrap!" naar me. Hij telde af op zijn vingers. Bij drie sprong ik van de trein af en landde in de zachte berm. Ik kromp ineen en bedekte mijn oren.



3 hoofdstukken geplaatst, omdat ik anders niet aan de 1500 woorden zat :')

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 28-03-14 20:31

Waarom?

Ik hoorde een knal en had daarna een harde piep in mijn oren. Ik stond op en zag allerlei stukken van de trein die in aparte stukken op de rails lagen. Ik draaide me om naar Josh en zag hem onder een van de brokstukken liggen. Hij kreunde toen ik het brokstuk omhoog tilde. Gelukkig was het geen zwaar stuk. "Ik kan niet lopen op die voet" zei hij kreunend. Ik antwoordde "dan leun je maar op mij, we moeten hier weg." Ik trok hem omhoog en zorgde dat hij een arm om me heen kon slaan. "Waar gaan we heen?" vroeg ik Josh. "Het bos" antwoorde hij vrijwel direct. Ik begon te lopen en Josh hinkte naast me mee. Ik keek af en toe zenuwachtig achterom totdat we de bosrand weer bereikten. We trokken beide onze bivakmuts weer af en gaven elkaar een high-five. We liepen zo nog een tijdje verder, maar toen ik een rood hoofd had van het lopen zette ik Josh neer tegen een boom en viel bijna om. Ik zakte tegen een boom en had zere schouders van het ondersteunen van Josh, al had het ondersteunen meer dragen geleken. Josh en ik spraken af dat hij de eerste wacht zou houden, ik hoorde zijn laatste zin al niet meer. Ik viel in slaap.

"Rennen!" hoorde ik achter me. Ik keek achterom en zag Josh. Wat ik zag verontrustte me. Er stonden allerlei mensen om Josh heen, en er renden er een aantal achter mij aan. Zou dit uitkomen?

Ik werd wakker van Josh die geluid maakte. Hij staarde naar me en de angst was in zijn ogen af te lezen. Ik keek om me heen en fluisterde "Wat?" Ik greep naar een van de messen in mijn broekriem. Hij schudde zijn hoofd en gebaarde dat ik mijn mes wel weer terug kon stoppen. Ik keek nog eens rond, maar zag zelf ook niets. Ik stopte mijn mes weer in mijn broekriem en zei "Ik neem nu de wacht wel, ga maar slapen." Josh knikte dankbaar en deed direct zijn ogen dicht. Ik bleef nog een tijdje op mijn hoede maar merkte niets. Ik dommelde zelf ook snel weg, toch probeerde ik mezelf wakker te houden door kleine rondjes te gaan lopen.

Al snel werd het licht en ik maakte Josh weer wakker. "We moeten weer verder" meldde ik hem. Ik haalde mijn flesje met water uit mijn rugzak en dronk wat. Dat bracht me op een idee. "Josh?" Hij keek me aan en ik wierp een blik op mijn water. Ik vroeg hem "zou dit werken voor je enkel?" Josh haalde zijn schouders op, alsof het hem niet deerde. Ik wou het toch proberen, dus ik maakte mijn hand nat en stopte mijn flesje terug in mijn tas. Ik legde mijn hand op Josh's enkel. Op dat moment hoorde ik een tak breken en ik keek op. Josh zat me aan te staren met een blik in zijn ogen die ik niet kende. Er stond zo veel haat in zijn ogen. Ik deinsde achteruit en keek naar de mannen die steeds dichterbij kwamen. Ik keek nog eens naar Josh, zijn ogen stonden nog steeds vol haat en hij had een gemene grijns op zijn gezicht. Hij is een verrader, schoot er door me heen. Ik draaide me om en begon te rennen. Ik keek nog eens achterom en zag een groep mannen om Josh heen staan en een aantal achter mij aanrennen. Was die droom een waarschuwing?

Verraden
Ik bleef nog een tijd rennen, net zolang totdat mijn knieën begonnen te branden. Ik zakte op de grond neer en klampte me vast aan een boom. Ik hoorde nog steeds voetstappen en gehijg achter me. Ik zag een boom met laaghangende takken, waar ik bij kon. Ik strompelde ernaartoe en hees mezelf op aan een tak. Mijn armen protesteerden hevig en ik verloor de grip op de tak. Ik verplichtte mezelf om het nog eens te proberen. Deze keer lukte het me om me op te trekken. Ik zette mijn voet op de tak en klom verder omhoog. Alles in mijn lichaam protesteerde dit keer, maar ik klom verder. Ik wou buiten bereik zijn van de mensen die me achtervolgden. Ik hoorde de voetstappen dichterbij komen, takjes kraakten onder de voeten van de mensen die me achtervolgden. Ik bleef zo stil mogelijk in de boom zitten en zag een aantal van de mannen in de bosjes kijken. Ik keek tussen de bladeren door en hoorde de mannen met elkaar praten. "Waar is ze heen gegaan?" en "We zoeken nog wel even" ving ik duidelijk op van het gesprek.

Na een lange tijd in de boom gezeten te hebben hoorde ik de mannen weg gaan. Opgelucht haalde ik weer normaal adem. Ik wou in de boom gaan slapen maar mijn gedachten dwaalden weer af, naar Josh en het verzet. Hadden de mensen uit het verzet geweten dat Josh een verrader was? Waarom had Josh zo bang gekeken toen ik wakker werd? Had hij de mannen toen al gezien?
Mijn vragen werden beantwoord met nog meer vragen. Na een tijdje probeerde ik mijn hoofd weer leeg te maken en te slapen. Het lukte niet en ik kreeg honger en at de laatste dingen die ik van Tim had gekregen. Voortaan zou ik het moeten doen met stropen en jagen.

Dezelfde dag maakte ik een aantal vallen van de spullen en draden die ik nog had. Ik was niet van plan om de aanslagen nog te gaan plegen in mijn eentje, dus die spullen kon ik gebruiken. Het duurde even voordat ik doorhad hoe het makkelijk ging. Maar uiteindelijk kon ik mijn val gaan zetten. Ik besloot om het gebied te gaan verkennen. Er lag een klein meertje waar ik mijn flesje weer bijvulde. Ik vond ook een struik met besjes, al wist ik niet zeker of deze giftig waren.

Zo trok ik nog een hele tijd verder, trekkend van plek naar plek. Vaak had ik een kampvuur om de vangst van die dag op te braden en om mezelf warm te houden. De oorlog duurde voort en de mensen werden steeds armer. Zo af en toe kwam ik een kamp soldaten tegen en stal dan wat. Wanneer ze me betrapten ging ik het gevecht aan. Zo had ik een zaklamp, vuurstenen, een deken en een nieuw shirt kunnen bemachtigen. Ik merkte wel dat de regering het nog niet opgegeven had, overal hingen gezocht posters van mij. Uiteindelijk was het zo ver dat er alleen nog leven was op bepaalde plekken van het land, andere delen waren onbewoond. De regering had veel ingezet op technologie en de grote steden waren overbevolkt. In de vier jaar waarin ik in het bos had geleefd had ik me prima gered, al was het soms wel een beetje eenzaam.

Ik liep verder door het bos, richting een klein dorpje. Ik trok mijn kap over mijn hoofd en liep richting de markt. Ik hoorde het al van ver. Ik liep langs de kraampjes en zocht met mijn ogen een weg waarlangs ik kon vluchten. Ik zag een smal steegje dat uitkwam in het bos. Ik keek naar een brood dat er wel erg lekker uit zag. Ik liep nog even verder over de markt maar kwam toch uit bij het brood. Ik pakte het beet en stopte het onder mijn jas zodat niemand het zag. Ik liep richting het steegje, maar blijkbaar had iemand me opgemerkt. Ik hoorde geschreeuw achter me en keek om. Ik zag een jongen, niet veel ouder dan ik in de problemen, de soldaten hadden hem wel opgemerkt zo te horen. Ik draaide me om en rende op de soldaat die hem vast had af. Ik trok mijn mes en legde het op zijn keel. "Laat hem los" zei ik dreigend. De soldaat deed wat hem opgedragen werd, de jongen stond verbijsterd te kijken. Toen ik de soldaat los liet werd mijn kap af getrokken en werd ik bij mijn haar gegrepen. "Zij is het" hoorde ik van achteren. Ik haalde uit met mijn mes en raakte degene die achter mij stond. Ik begon te rennen, door het steegje richting het bos.

Ontmoeting
Hijgend leunde ik tegen een boom aan. Een tak had me flink in mijn buik geraakt en de lucht uit mijn longen geslagen. Ik moest moeite doen om mijn ontbijt erin te houden. Ik keek naar de jongen die naast me zat, ook hij zat hijgend op de grond. Hij was met me mee gerend toen ik die soldaat stak. Hij was best knap, met zijn donkerbruine haar en groene ogen. Ik draaide mijn hoofd weer weg en liep een eindje verder. Daar zakte ik tegen een boom aan. Ik trok mijn knieën op en legde mjn hoofd erop. De laatste paar nachten had ik weinig geslapen om te kunnen jagen zonder dat het opviel. Al snel viel ik in slaap.

Toen ik weer wakker werd zag ik de jongen naar me kijken. Hij zat nog steeds op dezelfde plek. "Heb ik wat van je aan?" mompelde ik chagerijnig naar hem. Hij draaide zijn hoofd snel weg en stond op. Hij begon met "Bedankt dat je..." verder kwam hij niet, ik onderbrak hem al voor hij zijn zin af kon maken. "Ik reis alleen verder, je zoekt het maar uit" mompelde ik terwijl ik opstond en begon te lopen. Ik keek nog eens achterom en zag dat de jongen me volgde. Ik stapte wat harder door maar zag in at het geen nut had. Ik zuchtte eens diep en draaide me om. Ik kon misschien wel wat gezelschap gebruiken. De jongen bleef op een afstandje van me staan. Hij stak zijn hand uit als begroeting. Ik staarde er een tijdje na en pakte zijn hand aan. "Ik ben Yce" zei ik. De jongen stelde zich voor als Saïn. Een tijdje liepen we verder, zonder iets te zeggen. Het was warm en het zweet parelde op zijn voorhoofd.

Na een tijdje lopen kwamen we een klein meertje tegen. Ik mompelde iets in de trant van "hier kunnen we wel overnachten" en begon met een aantal takken te trekken om een vuur te kunnen maken. Ik liet mijn tas, die inmiddels al vol zat met vuil, op de grond vallen en haalde er de vuurstenen uit. Na een tijdje proberen lukte het me om het vuur aan te krijgen. ik plofte op de grond neer en schoof naar de dichtstbijzijnde boom. Daar ging ik tegenaan zitten. De winter zat er weer aan te komen, het was nog maar middag maar nu al erg koud. Ik bestudeerde Saïn een tijdje, totdat hij zag dat ik naar hem keek. Toen draaide ik mijn hoofd snel weg en voelde ik mezelf rood worden. Nee, niet nu, dacht ik bij mezelf.

Het was inmiddels al donker geworden. Ik was blijkbaar in slaap gevallen. Ik keek naar het vuur en besefte dat het al bijna uit was. Ik zocht Saïn met mijn ogen en zag hem op de grond liggen. Ik kon nog meer vage schimmen onderscheiden om hem heen. Geen van allen bewoog. Toen pas besefte ik dat we wel eens aangevallen konden zijn. Ik keek behoedzaam om me heen en bukte me om een aantal takjes van de grond te kunnen pakken. Ik wierp ze met een boog op het vuur en liep voorzichtig naar Saïn toe. Door het licht dat het vuur nu gaf kon ik zien dat Saïn onder het bloed zat. Ik trok mijn mes en controleerde of de beesten dood waren. Toen ik dat zeker wist liep ik terug naar Saïn en draaide hem op zijn rug. Ik hield mijn hand voor zijn mond en neus. Ik voelde een lichte stroom lucht. Ik slaakte een zucht van verlichting, hij leefde nog. De rest van de nacht bleef ik bij hem zitten.

Saïn was een aantal keer wakker geworden over een paar dagen verspreid. Hij had erg glazig uit zijn ogen gekeken. Toen het licht was geworden had ik water gehaald uit het meertje en daarmee Saïn's wonden gespoeld. Ik had in die dagen ook de beesten die hem waarschijnlijk hadden aangevallen bestudeert. De beesten waren een mengelmoes van een panter en een wolf. Saïn had ze goed geraakt met een van mijn messen. Ik had na de zoveelste keer bestuderen ondekt dat er een soort gif op de tanden van de beesten zat. Na nog een aantal dagen daar overnacht te hebben kwam Saïn langzaam weer bij.

hannah41

Berichten: 3467
Geregistreerd: 08-03-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 29-03-14 12:55

Gaaf! Jij gaat snel zeg! :D

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 29-03-14 14:24

Haha, het verhaal is al af ^^
Ik plaats hier gewoon de stukjes, ben nu al met het vervolg van dit verhaal bezig :)

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 30-03-14 13:20

En dan de laatste paar hoofdstukken :)

Terug
Saïn was weer aan de beterende hand. Hij was weer wakker en kon zelf weer kleine dingen doen. Ik moest hem wel helpen met veel dingen. Toen ik hem hielp met het wassen in het meertje begon hij te vertellen.

"Toen ik klein was ben ik opgegroeid bij mijn vader. Hij was vaak dronken en deed me pijn." Een traan liep over zijn wang toen hij begon te vertellen over zijn moeder. "Mijn moeder zag ik nooit. Mijn vader heeft me ook nooit over haar verteld. Totdat..." De tranen stroomden nu over zijn wangen. Ik legde ongemakkelijk mijn hand op zijn schouder. Hij glimlachte naar me tussen zijn tranen door. Ik ging verder met het wassen van Saïn en hielp hem daarna weer terug naar het kampvuur. Ik liep terug naar het meertje en begon mijn kleren te wassen. Ik was bezig met het wassen van mijn haar toen ik iets in mijn nek voelde. Toen ik het aanraakte ging er een steek van pijn door mijn lichaam. Ik durfde niet meer bij mijn nek te komen met mijn hand. Het duurde een tijdje voordat mijn kleren weer droog waren. Inmiddels had ik het koud gekregen. Ik deed mijn kleren weer aan en liep naar Saïn, die bezig was met het kampvuur.

"Zou je even naar mijn nek kunnen kijken?" vroeg ik Saïn. Hij knikte en gebaarde dat ik voor hem kon gaan zitten. Ik voelde zijn handen voorzichtig mijn nek af gaan en stoppen op een bepaald punt. Ik hoorde hem iets zeggen, maar het drong niet tot me door wat hij zei. Het voorwerp in mijn nek bewoog weer, en opnieuw ging er een pijnscheut door me heen. Ik kromp ineen. Het lukte me maar net om mijn tranen binnen te houden. "Kan je me even omhoog helpen?" hoorde ik achter me. Ik stond op en trok Saïn overeind. Saïn deed mijn tas op zijn rug en begon vooruit te strompelen. Ik schoot naar hem toe en ondersteunde hem. "Waarom wil je opeens weg?" vroeg ik hem. Hij beantwoordde mijn vraag met een verbitterd gezicht. "Je hebt een soort pijltje met gif in je nek zitten." Ik keek hem niet begrijpend aan. "Mijn moeder is eraan overleden, dankzij mijn vader." Mijn mond viel open, en mijn hoofd was een grote bende van gedachten en vragen.

We liepen nog een aantal dagen, totdat we in de buurt kwamen van een grote stad. Saïn zei dat hij connecties had in de stad die me konden helpen. We hadden afgesproken dat ik zou wachten in het bos en dat Saïn op zoek zou gaan. Ik ging tegen een boom aan zitten. Ik hoefde gelukkig niet heel erg op mijn hoede te zijn aangezien ik niet aan de rand van het bos zat. Ik voelde het gevoel in mijn linkerarm langzaam wegtrekken. Ik schrok ervan, het gif begon al te werken. Ik draaide me bij en keek in de richting waarin Saïn was verdwenen. Ik legde mijn hoofd tegen de boom aan, alles in mijn lichaam begon pijn te doen.

Na een tijdje was ik het wachten zat. Ik stond op, steun zoekend aan een paar bomen. Ik strompelde vooruit en liet me na een tijdje weer vallen. De pijn werd heviger en ik probeerde niet toe te geven aan de pijn. De bomen die verder van me af waren vervaagden. Ik stond weer op, me vastgrijpend aan een tak. Ik stootte mijn hoofd ergens tegenaan en voelde iets vochtigs langs mijn hoofd lopen. Ik hoorde nog een aantal takjes kraken voordat alles om me heen vervaagde. Het enige dat ik nog hoorde was een hoge piep.

Dat wat ik me herinnerde was dat ik wakker werd op een berg stro. Toen ik wakker werd sloeg ik dubbel van het hoesten dat ik deed. Ik deed mijn ogen weer dicht. De pijn was minder erg dan ik me herinnerde, maar nog steeds niet weg. Ik hoorde gekraak en er viel een straaltje licht op mijn gezicht. Een schaduw nam dat licht weg.

Bijna Over
Ik was inmiddels al weer een tijdje wakker en moest behoorlijk hard werken. Ik zat onder de sneetjes van de takken die ik moest slepen. Net toen wij in het huisje hadden gezeten waar ze me konden helpen hadden ze een huiszoeking gedaan in die straat. Het was Saïn niet gelukt om ons te verstoppen, dus nu zaten we hier. In een of ander kamp, met nog een klein aantal mensen meer. De bewakers spraken een vreemde taal waar ik niets van kon verstaan. Ik had het de anderen gevraagd, maar ook zij konden het niet verstaan.

Ik was dun genoeg om tussen een spleet door te kunnen, welke in de schuur zat waar wij in sliepen. Dit deed ik dan ook regelmatig. Ik sloop dan richting het terrein waar de bewakers altijd liepen. Daar had ik meerdere brieven mee kunnen lezen en een aantal kaarten kunnen bemachtigen. Daardoor wisten we precies waar de hekken stonden, en wisten we dus ook dat er geen mogelijkheid tot ontsnappen was. Zo ging het dag in dag uit verder. Ik had ook een aantal gesprekken opgevangen, die vonden tussen de bewakers plaats. Wanneer ze niet wisten dat wij erbij waren spraken ze wel in de taal die ik ook verstaan kon. Zo was ik erachter gekomen dat de oorlog op zijn eind liep.

Een aantal dagen later was ik even alleen met Saïn. We waren het hout aan het opstapelen. "Sorry dat ik je hier in meegenomen heb" zei hij verontschuldigend. Ik schudde mijn hoofd terwijl ik zei "Jij kan er ook niets aan doen." Ik tilde een aantal takken op en gooide ze op de hoop die Saïn en ik inmiddels gemaakt hadden. In mijn ooghoek zag ik iemand met een blauw uniform aan komen lopen. Ik wierp een blik op Saïn, maar die stond naar de grond te staren. "Psst..." siste ik naar Saïn. Ik zag hem opkijken en snel teruglopen naar de takken waar hij mee bezig moest. De bewaker bleef een tijdje bij ons staan, terwijl hij toekeek hoe ik met de takken sleepte wenkte hij Saïn. Ook ik moest later bij hem komen. Er werden touwen rond onze polsen geknoopt en we werden meegenomen. Ik keek Saïn vragend aan, maar hij haalde zijn schouders op. We werden naar de anderen gebracht. Ook zij hadden touwen rond hun polsen. Er stond een bewaker per tweetal. Toen we bij de groep aankwamen begonnen alle bewakers te lopen, ons met zich mee trekkend. Zo liepen we een hele tijd. Ik probeerde de weg in mijn geheugen op te slaan, maar was bang dat ik het toch niet zou onthouden. Uiteindelijk kwamen we aan op een kleine open plek in het bos. Het uiteinde van de touwen waaraan onze polsen zaten werden vastgebonden aan verschillende bomen op de open plek en de bewakers liepen weer weg.

"Laten ze ons nu zomaar achter?" hoorde ik verontwaardigd uit een hoek komen. Er werd vanalles naar de bewakers geschreeuwd, maar ze reageerden niet. Ik ging tegen de boom aan zitten. Was dit nu het eind? Ik deed mijn ogen dicht en dacht na.

Ik werd wakker van geritsel en zag dat een van de anderen overeind stond. "Wat doe je?" probeerde ik fluisterend te roepen. De jongen draaide zich even om en zei "Je denkt toch niet dat ze ons nog weer komen bevrijden, of wel?" Ik schudde mijn hoofd. Ik stond ook op en probeerde te zien waar het touw eindigde. Het was moeilijk te zien in het donker. Ik tastte met mijn handen de boom af maar voelde niet alles aangezien mijn handen ijskoud waren. Ik besefte nu pas dat ik stond te rillen. Ik vond het uiteinde na een tijdje voelen en begon te frunniken aan de knoop die erin zat. Er kwam geen beweging in. Moedeloos zakte ik weer tegen de boom aan. Ik voelde iets in mijn hand prikken en zag een klein glimmend voorwerp. Ik pakte het voorzichtig op. Het voelde scherp. Ik bedacht me geen moment en begon ermee te snijden. Ondertussen hoorde ik de andere jongens met elkaar praten. Ik verstond maar een paar woorden, waar ook mijn naam tussen zat. Ik vond het ontsnappen even belangrijker en richtte mijn aandacht weer op het touw dat ik aan het doorsnijden was. Het duurde even voordat het doormidden was, maar na een tijdje was ik los. Ik liep naar het touw van Saïn en sneed die ook door. Ik was me ondertussen gaan afvragen of de bewaker het ding had laten vallen, aangezien het er nog zo schoon uit zag. Maar ik kon me er niet druk over maken. Toen het licht was had ik iederen los gekregen en waren we weer begonnen met lopen.

Er kwamen allemaal hard toeterende wagens voorbij en ergens in de verte klonk vuurwerk. We waren vrij, de oorlog was over.



_________________

Wat zouden jullie nog graag zien in het vervolg? Of hebben jullie nog tips? Suggesties?

prugelpiet

Berichten: 13170
Geregistreerd: 20-01-12

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst: 12-04-14 00:44

Ga je nog verder? :))

Frost

Berichten: 818
Geregistreerd: 09-01-10

Re: [VER] The War

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 12-04-14 06:53