

Moderators: Essie73, NadjaNadja, Muiz, Telpeva, ynskek, Ladybird, Polly
Citaat:1. The Furthest Away From Home You Have Ever Been:
Hel
1082 woorden
De hete, rokerige adem van de gitzwarte draak glijdt langs mijn drakenvel, terwijl ik mijn adem inhoudt en het gloeiende zwaard tussen mijn trillende vingers geknepen houdt. Tegen de muur aan gedrukt kijk ik naar hem terwijl hij zich oriënteert over de oppervlakte, in de hoop dat hij me niet ziet. Ik heb geen adem meer over en voel me machteloos met alleen het zwaard in mijn handen, ik maak geen enkele kans tegenover dit monsterlijke wezen. Het kan mij zonder genade in stukken scheuren en zal genieten van mijn taaie vlees, omdat ik als enige strijder met wat er is overgebleven moet vechten voor mijn land. Bijna al mijn vingers zijn verschroeid en degene die nog niet zijn verbrandt hebben het al zwaar gehad in de kerkers op aarde en zijn stuk voor stuk gebroken. De woede borrelt ergens in mijn maag maar de angst voor de draak is veel groter, de angst om te sterven en alles achter te laten versterkt de adrenaline die door mijn lichaam giert.
Het zwaard is voor mijn toegetakelde handen bijna te zwaar om vast te houden, laat staan om de draak mee te doorboren tot het niet meer ademt. Ik voel weer een paniekaanval aankomen en druk mezelf nog steviger tegen de hete muur. Het sterke zwaard ontglipt uit mijn handen en klettert oorverdovend op de grond. De aanraking met de stenen grond laat het ijzer van het zwaard vonken doen opspatten. Snel duw ik mijn handen voor mijn bebloede gezicht voordat ik straks mijn zicht verlies. Een hels kabaal van de draak maakt mij duidelijk dat ik het zwaard zo snel mogelijk weer in mijn macht moet krijgen, anders eindigt het hier voordat ik ook maar iets heb kunnen doen. Ik open mijn ogen en haal mijn handen voor mijn gezicht vandaan, verwijder mijn verschroeide haar voor mijn ogen en zoek de grond af in de hoop het zwaard weer te zien. Een glimmend object ligt zo’n drie meter voor mijn neus en voordat er enige twijfel kan ontstaan duik ik er in volle vaart op af.
Met een harde klap en duidelijk geschaaf over de ruwe grond sluit ik mijn handen om het zwaard. Ik schreeuw het uit van de pijn en pak mijn hand, waar een diepe snee in is gekomen. Alsof het helpt knijp ik mijn pols fijn en bijt ik resoluut en hard op mijn tanden. Mijn zicht flitst over de hevig, bloedende snee in mijn rechter handpalm en mijn ogen worden waterig. Met mijn linkerhand grijp ik nu de juiste kant van het zwaard en terwijl ik opsta voel ik de tranen op mijn wang verdampen in de hitte van de kamer waar ik me in bevind. Een vreselijke brul ontwaakt me uit mijn zelfmedelijden en laat me schichtig door de donkere kamer kijken. Luid hoor ik de draak dichterbij komen en mijn hartslag schiet omhoog. Alsof de draak me bedreigend opzoekt loop ik achteruit tot ik de muur weer voel. Het zwaard trilt nog meer nu de pezen in mijn rechterhand stuk voor stuk zijn doorgesneden. Het bloed sijpelt langs de mouwen van mijn gewaad en verkoelt de hitte op mijn armen. Ik hoor de draak ademen en weet dat hij nu waarschijnlijk nog maar enkele meters van mij vandaan is, ik zie hem niet. Het enige wat ik zie is het glimmende zwaard, het zwaard dat uit zichzelf de weg hoort te wijzen en licht geeft.
Plots zie ik een oog verschijnen, zo’n tien meter van me vandaan. Zonder na te denken ren ik naar voren en doorboor ik de pupil. De kop van de gitzwarte draak schiet razendsnel omhoog en ik voel dat het zwaard uit mijn hand glipt. Met een luid kabaal brult de draak het uit van de pijn. Als een soort overwinning krabbel ik overeind en probeer ik uit alle macht het zwaard uit zijn gesloten oog te trekken. Genadeloos glijd ik onder zijn woest slaande klauwen door en grijp ik het handvat van het zwaard. De pijn die door mijn rechterarm schiet is onbeschrijflijk. De kreet die uit mijn mond ontsnapt verslapt mijn greep en met een doffe knal voel ik de scherpe klauwen van de meedogenloze draak door mijn huid schrapen. Nu is het echt gebeurd, nu valt er niks meer te doen. Nog een klap en ik voel dat ik zeker wel tien meter naar achter schuif. Ik hoor dat het zwaard ook wordt geraakt en de andere kant op schuift, maar verlamd van de pijn blijf ik op de grond liggen.
Alsof de draak extra van mijn pijn aan het genieten is lijkt het minuten te duren voordat ik weer een teken van leven van hem hoor. Door mijn dichte oogleden zie ik het vuur dat hij spuwt. Woedend zal hij wel zijn, wat ik toch probeer te begrijpen terwijl ik sudderend op de bloedhete stenen lig. Mijn handen verkrampen verschroeid samen en ik voel dat ik aan het stuiptrekken ben. Voor een laatste keer probeer ik nog aan het mooie verleden te denken, aan de tijd dat ik vredig op aarde doorbracht. De stem van mijn moeder spookt door mijn hoofd, met steeds de laatste zin die ze me heeft toegefluisterd. De sussende woorden van mijn wijze moeder grijpen zich als een flashback vast aan mijn netvlies: “Beheers je, beheers je alsjeblieft. Het is niet jouw schuld, je vader heeft een domme keuze gemaakte en jij was als enige verstandig genoeg de juiste keuze te maken.” De draak laat zich op de achtergrond niet stil en na enkele minuten ontstaat er een ontzettend harde klap naast me. Ik voel het gestamp van het monsterlijke ding in een cirkel om me heen.
De stuiptrekkingen maken het mezelf moeilijk nog helder na te denken maar na enige inspanningen weet ik het medaillon van mijn nek af te halen. Het lijkt zo erg te gloeien dat ik het door het laatste stukje huid voel branden, ik pak het bij elke steek van pijn steviger vast. Ik hijs mezelf omhoog en zit op mijn knieën terwijl ik de draak door mijn haar voel ademen. Zijn sterke adem is waarschijnlijk op pijn na mijn laatste opgevangen prikkel in mijn leven. Met trillende vingers maar een bewuste gedachte open ik het medaillon en houd ik mijn hand op. Ik open mijn ogen en kijk recht in het rechter oog van de genadeloze draak. Twee seconden hebben we contact, maar wanneer ik mijn ogen sluit voel ik zijn tanden door mijn lichaam boren.
XxLiEsJuHhxX schreef:Hihi ik ben onder de voetbalwedstrijd maar meteen begonnen met dag 2. Denk niet dat ik daar morgen tijd voor ga krijgen. Dus dan nu maar alvast een deel schrijven daarvoor.