
Veel plezier!
Met lood in mijn schoenen stapte ik mijn nieuwe klas binnen. Dertig paar ogen namen mij van top tot teen op. De een nieuwsgierig, de ander een tikkeltje arrogant. Mijn nieuwe mentrix kwam naar me toe gelopen. Een warme glimlach verscheen op haar gezicht. ´´ Welkom, Maaike, neem plaats´´ en ze wees naar een lege tafel. Mijn klasgenoten begonnen te lachen. Naast de lege tafel stond nog een tafeltje, waaraan een klein, zielig tonend meisje zat. De bril en de buitenboordbeugel maakten haar ook niet bepaald knapper. Met een rood hoofd liep ik langzaam naar de tafel, terwijl er een brede lach verscheen op het gezicht van het meisje. Een hand kwam mijn richting op. Verlegen pakte ik het slap hangende handje aan, en mompelde mijn naam, die werd beantwoord met een vrolijke ´´Petra´´. Ik haalde mijn nieuwe boeken uit mijn tas, terwijl nog steeds dertig klasgenoten mij aankeken. Ze zorgden er niet bepaald voor dat ik me op mijn gemak voelde. In de hoop dat ze niet meer zouden kijken verstopte ik me achter mijn boeken. En gelukkig, het hielp. Mijn mentrix, ze heette mevrouw Bakker, begon met iets uitleggen over de Franse grammatica. Al snel was ik afgeleid, en begon ik weer met mijn grote passie, namelijk tekenen. Ik vond het geweldig, even alles vergeten, en gewoon tekenen wat er in me opkwam. En het leukste is dat ik kan het ook nog kan.
Toen eindelijk de bel ging na een kwartier, dat voor mijn gevoel uren had geduurd, stormde de klas het lokaal uit. Langzaam sjokte ik achter ze aan. Dit was pas het eerste uur in mijn nieuwe klas, ik moest er nog vijf vandaag! Het tweede uur had ik geschiedenis, een meevallertje, want dat was het enige leuke vak deze dag. Ik wierp een blik op mijn rooster, om te kijken in welk lokaal ik had. Lokaal 1.15, maar waar was dat in hemelsnaam? Op het Oeral-college was alles zo vertrouwd geweest. Een kleine, simpele school, leuke medescholieren, kortom een superschool. Maar nu, hier op mijn nieuwe school, genaamd het Tjets-college, was alles anders. Een kille en vooral grote school, helemaal niet naar mijn smaak. Ook mijn nieuwe klasgenoten kwamen niet erg positief op me over daarnet.
Nog altijd zoekende naar lokaal 1.15, kwam ik een jongen tegen met een bekend gezicht. Dat moest er eentje uit mijn klas zijn, bedacht ik me. ‘’He nieuweling, we zitten daar hoor!’’ galmde de stem door de kille gang, terwijl hij naar een deur wees waar met kleine letters ‘1.15’ op stond. De les was ondertussen al 10 minuten bezig. Langzaam opende ik de deur van het gezellig tonende lokaal. Weer keken al die ogen me aan, zo ook de leraar. Hij had een stevig figuur, een ronde bril en een klein snorretje. ‘’Zo, en waar komen wij dan wel niet vandaan?’’ vroeg een scherpe, strenge stem. ‘’Ik-ik k-k-kon het lok-k-kaal niet vinden’’ stamelde ik. Ik voelde mijn gezicht rood worden, en plotseling begon de leraar die mij zo streng leek te lachen. ‘’Ga zitten, Maaike, mevrouw Bakker had me al over je verteld’’, en weer werd ik gewezen op een tafel die naast Petra stond. Als een aardappelzak plofte ik naast Petra neer, die me weer met zo'n eigenaardige glimlach aankeek. ''Waarom zit je zo te lachen?'' vroeg ik fluisterend aan haar. Met een rood hoofd keek ze snel de andere kant op. ''Euhm, Maaike, ik weet dat je nieuw bent, maar je weet toch wel dat je je boeken hoort te pakken aan het begin van de les?'' zei de bekende stem van de leraar die mij net ook al aansprak. Vluchtig keek ik naar mijn tafel, terwijl ik tot de ontdekking kwam dat ik mijn boeken inderdaad nog niet had gepakt. ''Sorry'' zei ik met een beknepen stemmetje, en ik pakte mijn loodzware geschiedenisboeken.
De uren die daarop volgde waren niet bepaald een succes. Het laatste uur was toch wel het ergste. We hadden gym, iets waar ik nou niet echt, of beter gezegd, helemaal niet goed in ben. En ja hoor, de eerste blunder beging ik al in het eerste kwartier. De leraar had een parcours gebouwd. Voetballen, bokspringen en basketballen. Erg leuk allemaal, maar dan moet je het wel goed kunnen, en dat ontbreekt een beetje bij mij. Al goed, ik begon samen met een paar jongens en Petra bij het bokspringen. Terwijl de rij voor me steeds korter werd, kreeg ik het toch wel een beetje benauwd. Wat waren ze allemaal lenig (afgezien van die jongen met die puisten, die pardoes tegen de bok op knalde)! Eigenlijk stond die bok ook wel erg hoog! Achter de bok waren ze aan het basketballen, de bal was al verschillende keren onze kant op gestuiterd. En ja raad het al, op het moment dat ik wilde springen kwam er een bal met volle vaart op me af. Ik knalde met een rotgang tegen de bok, en de hele klas begon te lachen. Petra en mijn gymleraar kwamen snel naar me toe om te vragen of alles goed was. Ach, behalve dat ik compleet voor joker stond voor de hele klas, en de grond onder het bloed zat van mijn neus ging alles goed. Petra nam me mee naar de kleedkamers om wat te drinken, terwijl ik nog altijd vierkant werd uitgelachen. In mijn haast struikelde ik ook nog eens bijna over een verdwaalde pion, maar gelukkig kon Petra me nog opvangen. Toen we eenmaal in de kleedkamer waren en ik wat water had gedronken, begon Petra uit zichzelf wat te vertellen over haar leventje. Zo kreeg ik te horen dat ze van honden hield, dat haar ouders gescheiden waren en dat ze blij was dat ik met haar omging (blijkbaar is ze helderziend, het was pas de eerste dag, waarbij ik alleen maar twee keer naast haar had gezeten). Ook vertelde ze me dat ze vroeger erg werd gepest om haar uiterlijk (wat ik zelf niet zo verwonderlijk vond).
Terwijl ik me omkleedde om naar bed te gaan, liep ik de hele dag nog eens na. Het was me opgevallen dat ik de dikste was van de klas. Er zaten natuurlijk wel een paar kinderen bij die wat steviger waren, maar vergeleken bij de rest voelde ik me net een kleine olifant. Op het Oeral-college, mijn vorige school, was dat wel anders geweest. Daar waren de meeste kinderen juist dikker dan mij, maar dat was niet zo raar. Ten eerste werden daar geen gymlessen gegeven in verband met docententekort en ten tweede stond daar elke dag een soort snoepkraam, die je ook vaak op kermissen tegenkomt. Bijna de hele school stond daar in de pauze te dringen om maar voordat de pauze was afgelopen een kilo snoep te kopen. Er stond ook altijd een fruitkraam, maar zonder succes. Verschillende keren had ik fruit bij hem gekocht, omdat ik het zo zielig voor hem vond, hij had immers geen enkele klant. Zijn gezicht klaarde dan altijd helemaal op.
Ook was mij opgevallen dat ik alles wist bij een proefrepetitie van Wiskunde (ook wel bekend als ‘’Wisknudde’’). We hadden een soort oefentoets gekregen ter voorbereiding op de repetitie, die de volgende week zou zijn. Ze waren net klaar met dat hoofdstuk, terwijl ik het nog nooit had gehad! Maar ondanks dat had ik wel de hoogste score van de klas. Uiteraard ben je dan de nerd, leerpik of leerbeer van de klas, en al helemaal als je docent vraagt of je dat hoofdstuk toevallig al hebt behandelt op je oude school. Nee dus.
Snel dook ik mijn bed in, ik had het vreselijk koud. Terwijl ik lag te rillen onder de deken probeerde ik in slaap te komen. Het lukte niet, de vervelende opmerkingen bleven door mijn hoofd spoken. Na 4 uur viel ik eindelijk in een onrustige slaap.
De volgende ochtend was ik gelukkig wel op tijd opgestaan en ik was meteen onder de douche gaan staan. Ik liet het warme water in mijn gezicht kletteren. Niets was lekkerder dan een heerlijke warme douche ’s ochtend vroeg. En dan bedoel ik ook vroeg, tenzij je zes uur opstaan niet vroeg vind…
Laat ik nou net in een koud kikkerlandje wonen, waardoor ik maar al te vaak in de regen moet fietsen. Zonder regenpak, want daar durf ik me niet in te vertonen en zeker niet op mijn nieuwe school. Met tegenzin draaide ik de doucheknop dicht en een koude windvlaag volgde. Snel deed ik het badkamerraampje dicht. Langzaam begon ik me af te drogen. Ik zag er tegenop om weer naar school te gaan, na die blunders van gisteren.
Na mijn uitgebreide ontbijt, dat bestond uit een glas water, pakte ik mijn fiets, om tot de ontdekking te komen dat mijn fietssleutel er niet in zat. Snel voelde ik in mijn zakken, maar ook daar was geen fietssleutel te bekennen. Met haastige stappen liep ik naar binnen. Op de tafel? Op mijn kamer? In de keuken? Nogmaals voelde ik zenuwachtig voelde mijn jaszakken. Ik voelde iets, het was een gat! Ik wrong mijn hand door het gat, en ja hoor, daar was mijn fietssleutel. Snel rende ik weer terug naar mijn fiets. Ondertussen was het al half 8, terwijl 8 uur de les begon! Haastig begon ik te fietsen, harder, nog harder, gelukkig had ik wind mee. Om 1 voor 8 arriveerde ik op school, en snel pakte ik mijn spullen. Half rennend, half struikelend haastte ik me naar de school. Met het geluid van een opstijgend vliegtuig (oké, dat was overdreven, maar ik stond een meter van de luidspreker verwijderd) ging de schoolbel. Ja hoor, daar had je het al, te laat. Langzaam vertraagde ik mijn passen, dit werd nablijven…
Daar zat ik dan, in het kantoor van het schoolhoofd. Hij vroeg zich af hoe het kwam dat ik te laat was, terwijl het pas mijn tweede dag was? Ik probeerde hem uit te leggen wat er was gebeurd, maar met een trieste blik schudde hij zijn hoofd. ‘’Maaike, ik wil je één ding duidelijk maken, leugens worden hier niet geaccepteerd’’. ‘’Maar het is waar!’’ schreeuwde ik verontwaardigd. ‘’Tja, in dat geval’’ begon het schoolhoofd ‘’In dat geval mag je vandaag tot 5 uur bij mij komen, ik heb nog wel wat klusjes voor je, en dan kun je nu gaan.’’ Kwaad liep ik weg. Wat een stomme school zeg, hij geloofde me niet eens! Ik had dan wel een beetje (heel erg) overdreven, maar er zat een kern van waarheid in (als je heel goed je best doet kon je die vinden).
Terwijl ik met slome passen de gang opstapte keek ik naar de klok. De biologieles was al bijna afgelopen, dus daar ging ik niet meer heen. Nadat de bel was gegaan stroomde de klaslokalen leeg. Ik zag een paar bekende gezichten waar ik achter aan liep, in de veronderstelling dat het mijn klas zou moeten zijn. Terwijl ik het Duitse lokaal (althans, als er een kaart van Duitsland hangt, mag je er vanuit gaan dat het een Duits lokaal is) inliep, keek ik op mijn rooster. Daar stond bij het tweede uur Nederlands, maar geen Duits! Ik haalde mijn schouders op, vast een roosterwijziging. Ik ging alleen aan een tafel zitten, want Petra zag ik nergens. Toen ik net mijn boeken wilde pakken, kwam de leraar naar mij toe. Hij wilde vast kennismaken, bedacht ik me. ‘’En wie ben jij dan wel niet?’’ vroeg een aardige vrouwenstem. Het werd doodstil in de daarnet nog rumoerige klas. ‘’Ik ben Maaike, ik ben nieuw in deze klas’’ en ik stak mijn hand uit. ‘’Ik ben mevrouw Hesil’’ en ze nam mijn hand aan. ‘’Maar ik denk dat je in de verkeerde klas zit, is het niet? Dit is namelijk C2a, en ik heb niets gehoord over een nieuwe leerling’’. Nee hè, dacht ik, ik zit toch niet in de verkeerde klas! Mevrouw Hesil zag mijn zenuwachtige hoofd, en vroeg om mijn rooster. Met trillende handen gaf ik het aan haar. ‘’Ga je mee, dan breng ik je even naar je lokaal’’ zei dezelfde vriendelijke stem. Snel pakte ik mijn spullen en vertrok onder het vele gelach naar het goede lokaal.





