als jullie het eerste stukje goed vinden om er mee door te gaan, moeten jullie het maar zeggen, dan schrijf ik verder!
hier komt het:
Het was een eenzame dag zoals het de laatste 5 weken altijd was. Ik graasde op het laatste sprietje gras dat in een vrijwel grote wei stond, midden in het bos. Voor deze 5 eenzame weken, kwam er altijd een lief meisje naar me toe, ze heette yalta. Maar na een ernstig ongeluk, ik heb gehoord met een grote ijzere vogel, wat de mensen toen om me heen een vliegtuig noenmde. Het grote ding zou opeens niet meer goed kunnen vliegen en was toen naar onder gevallen. En alle mensen wat toen allemaal opgesloten zaten in de ijzere vogel, hebben het allemaall niet overleefd.Mijn lieve yalta ook niet. 2 grote mannen hebben mij toen uit mijn groene weide gehaald, en mij in deze weide gestopt. Ik weet niet hoelang het zal duren, maar in die 5 weken heb ik alleen een paar konijntjes en een eekhoorntje gezien, voor de rest komt hier niemand.
Ik was net gaan kijken of er misschien toch nog een druppetje water in mijn lege ton zou zitten toen ik opeens iets hoorde, het klonk als iets wat op een takje stapte, maar niet iets groots, het moest wel een klein diertje zijn. Normaal zou ik als ik iets hoorde zoals in de eerste weken, hinniken voor alle aandacht wat ik maar kon krijgen, maar nu had ik er geen zin meer in, ik wist toch dat het niet zou helpen, niemand vond me hier toch. Maar even later zag ik toch een klein wezentje voor me verschijnen. Ik wist dat het een hondje was, want yanta had er ook een.
‘waar kom jij vandaag?’ vroeg ik. ‘Ik ben mijn baasje kwijdgeraakt in het bos’ antwoorde het hondje. ‘en jij?’ ‘ik weet niet wat ik hier doe.’ ‘Ze hebben me hier in deze wei gestopt, en ik weet niet wanneer ik er weer uit mag.’ ‘Cuunnaaaaa!’ hoorde ik opeens roepen. ‘Cuna waar ben je?!’ ‘Dat is mijn baasje.’ Zei het hondje ‘Waf waf waf’ zei hij er achter aan. Zijn baasje had zijn geblaf gehoord en binnen 2 minuten stond er een kleine vrouw voor mijn wei.
u zegt het maar
