De sloffen doen het nog perfect
Oren op steeltjes

Het schijnsel van het eenzame lichtje schijnt zwak door het hobbelige glas van de oude stalraampjes. Sander verdwijnt de laatste dagen iedere keer na het avondeten en blijft tijden in de schuur voordat hij weer half verkleumd naar binnen komt. Ik had wel willen vragen wat hij gaat doen, maar ik weet wel beter; In deze tijd van het jaar stel je geen vragen….
Eigenlijk komt het mij ook wel uit dat hij 's avonds een tijdje uit huis is. Nadat ik snel de afwas heb gedaan, haal ik uit de kist het project waar ik mee bezig ben.

Eerst had ik gedacht om een mooie warme wollen sjaal te weven. Er lag genoeg gesponnen wol klaar en het zou precies een klein genoeg project zijn. Maar helaas, nadat de matten van het weefgetouw waren gekomen, bleek er nog wel wat reparatiewerk aan de weefstoel te zitten. De poten zitten los en kunnen wel wat lijm gebruiken, een scharnier was bijna doorgebroken, kortom dit gaat tijd kosten en ondertussen kan ik niet weven.
Een nieuw Manchester jasje zou goed van pas komen. Die van 8 jaar geleden is wel aan vervanging toe, de voering heb ik nu al meerdere keren opgelapt en van de week zag ik een grote scheur in de voorkant. Hier heb ik nog genoeg stof voor liggen. Als ik de stoffen één voor één uit de kist haal, valt mijn oog op een klein lapje blauw-zwart geruite stof. Ik houd hem uitgestrekt voor me, nauwelijks een halve meter en net een meter lang. Zou dat genoeg zijn voor een vest? Ik puzzel met de patroondelen en ja! Het past, maar dan ook precies. Een jas en een vest gaat het worden dit jaar.

Na het uittekenen van de patroondelen zet ik de schaar in de stof. Langzaam stapelen de delen zich op. Alle delen moeten meerdere keren geknipt worden, één keer in de buitenlaag, één keer in de tussenvoering en één keer in de voering. Zo verstrijken de avonduren. De ene avond om te knippen, de volgende om alles aan elkaar te rijgen.

Langzaam begint het jasje vorm aan te nemen. Behoedzaam steek ik de naald door de meerdere lagen stof. Exact op het lijntje anders wordt het knoopsgat scheef. Gebonden knoopsgaten zijn iets meer werk, maar het ziet er altijd zo netjes uit en ze slijten ook niet zo snel. Terwijl ik geconcentreerd aan het werk ben, heb ik mijn oren op steeltjes en kijk ik telkens even door het raam of Sander nog in de schuur is. Als ik aan het laatste knoopsgat begin trekt een bewegend licht mijn aandacht. Snel graai ik de spullen bij elkaar en leg ze in de kist. Gelukkig hebben we nog een aantal dagen tot de kerst ….