Janneke2 schreef:Mars schreef:Maar dat is ook met uitleg van oa de bijbel. Lees ik daarin een vreemde tekst waar ik een vraag over stel is het ‘ja maar dat is symbolisch en moet je niet letterlijk nemen.’ En op een ander punt wordt weer geroepen ‘ja maar in de bijbel staat...’
Met andere woorden: komt op mij over als het interpreteren van tekst op een manier die op dat moment voor jou past. En dat maakt het hele boek imo ongeloofwaardig. Het is niet consequent.
Idd, wat Verootjoo ook zegt: de bijbel is niet zozeer '1 boek' - afhankelijk van welke stroming je aaanhangt zit je zo op 65 of nog weer meer. (Met van die vreselijke termen als 'deuterocanoniek' en 'apocrief', wat allebei zoiets betekent als dat het boek volgens de spreker tweederangs is....)
Met allerlei verschillende auteurs, uit verschillende tijden en die aan telkens wisselende groepen mensen iets anders wensen mee te delen.
Dus 'dat het niet consequent is', dat kun je zo hebben .
En wat mij betreft heeft deze vorm van inconsistentie niets te maken met ongeloofwaardigheid.
In tegendeel, wat mij betreft. Een profeet of een dichter of een geschied-duider of een verhalenverteller: natuurlijk schrijven die mensen anders. En het oer-symbolische boek 'apokalyps' is geschreven aan mensen die vervolgd werden dus dat moest in geheimtaal. (Niemand die echt precies alle ins en outs van die geheimtaal kent... Maar er staan mooie en gruwelijke beelden in, waar schilders uitgebreid uit geput hebben. En niet alleen Jeroen Bosch.)
Daarna de kwestie van interpretatie...
Veel christenen gaan om met geld alsof er 'God noch gebod' zou zijn. Zogezegd de krenten uit de pap halen en wat jou niet past negeer je of ontken je. ('Menselijk, al te menselijk'.)
De Bijbel is in de loop van 1600 jaar door zo’n 40 mannen geschreven. Sommige mannen schreven meerdere Bijbelboeken. De Bijbel is eigenlijk een minibibliotheek van 66 boeken: 39 van de Hebreeuwse Geschriften, vaak het Oude Testament genoemd, en 27 van de christelijke Griekse Geschriften, vaak het Nieuwe Testament genoemd. Wat de bijbelboeken samenbindt is dat de schrijvers ervan verklaarden "door god geïnspireerd" te zijn geweest. De geschiedkundige nauwkeurigheid is opmerkelijk. De bijbel bevat profetieën waarvan een groot deel in vervulling ging al in de tijd waarover in de bijbel wordt geschreven.
de canon van de christelijke Griekse geschriften werd zoals algemeen wordt aangenomen, samengesteld door de eerste eeuwse christelijke gemeente.De kerk heeft geen canon naar eigen keus vastgesteld; het is juister te zeggen dat de kerk de boeken erkende die christenen altijd al als een gezaghebbend Woord van God hadden beschouwd.”
Volgens de Bijbel was een van de wonderbare gaven van de geest die in de eerste decennia van de christelijke gemeente werden gegeven, „het onderscheiden van geïnspireerde uitspraken” (1 Korinthiërs 12:4, 10). Sommigen van die christenen kregen dus een bovenmenselijk vermogen om het verschil te onderscheiden tussen uitspraken die echt door God geïnspireerd waren en uitspraken waarmee dat niet het geval was.
De inhoud van de boeken vormt het belangrijkste bewijs van canoniciteit. De canonieke geschriften zijn in harmonie met dat wat we in de rest van de Bijbel vinden (2 Timotheüs 1:13). Ze dringen er bij de lezers op aan god lief te hebben, te aanbidden en te dienen en ze waarschuwen tegen bijgeloof, demonisme en schepselaanbidding. Ze zijn historisch nauwkeurig en bevatten ware profetieën. En ze moedigen de lezers aan tot naastenliefde. De apocriefe geschriften verschillen daarvan. De apocriefe boeken dateren van omstreeks het midden van de tweede eeuw en zijn dus van veel latere datum dan de canonieke geschriften. Ze schilderen een beeld van Jezus en het christendom dat niet in harmonie is met de geïnspireerde geschriften.