Citaat:Zijn het de brutale wolven, die de weg naar Nederland vinden?
De persoonlijkheid van dieren speelt uiteraard een rol in hun gedrag. Hangt dat ook samen met de plek waar ze leven? Zijn durfallen bijvoorbeeld eerder geneigd om te migreren?
Trouw 28.02.2025
<<Hoe gevaarlijk is de wolf nu werkelijk voor de mens? Met die vraag voor ogen doken Noorse onderzoekers in alle berichtgeving die ze konden vinden over wolvenincidenten wereldwijd tussen 2002 en 2020. Wat bleek: in heel Europa en Noord-Amerika, een gebied waar in totaal 75.000 wolven en ruim een miljard mensen wonen, vonden ze bewijs voor twaalf gevallen waarin een mens door een wolf was gebeten, waarvan twee met dodelijke afloop. Ondanks de sterke toename van het aantal wolven in Europa vonden hier slechts vier bijtincidenten plaats. Het risico om als mens aangevallen te worden door een wolf is ‘te klein om te berekenen’, concluderen de onderzoekers.
In Nederland lijken de cijfers echter niet in dat plaatje te passen. De eerste wolf kuierde zo’n vijftien jaar geleden ons land binnen en inmiddels leven er naar schatting tussen de 49 en 62 wolven in Nederland (en daarnaast nog 55 tot 62 welpen). Bij12, dat de monitoring van de Nederlandse wolvenpopulatie coördineert, heeft in totaal drie fysieke confrontaties tussen mens en wolf geturfd. In twee van die gevallen was een kind het slachtoffer.
Die cijfers zijn niet een op een tegen elkaar af te zetten, omdat de wolvenpopulatie in Nederland door de tijd toenam. Maar Nederland lijkt uit de toon te vallen bij de rest van West-Europa en Noord-Amerika. Hoe komt dat? Zou het zo kunnen zijn dat het vooral ondernemende wolven zijn, die de oversteek durven wagen naar de tot voor kort onontgonnen Nederlandse gronden? Onderzoek naar persoonlijkheid en gedrag bij nerts en koolmees biedt aanknopingspunten.
Wat bleek: hoe durviger het individu, hoe groter de kans op overleving
Durvige nertsen
De Europese nerts, een rank beestje met een volle bruine vacht en een witte vlek rond de bek, is een van de meest bedreigde dieren van Europa. Hij wordt verdrongen door zijn Amerikaanse verwant die hier vanwege zijn aantrekkelijke pels als fokdier belandde. In een poging het inheemse dier te helpen, zetten Scandinavische biologen 25 exemplaren uit op twee idyllische eilanden voor de Estse kust. Dunbevolkte, bosrijke eilanden met veel meertjes en beekjes, waar de nerts graag in zwemt. Voor hun vrijlating onderwierp het team de nertsen aan een aantal persoonlijkheidstests. Hoe reageerden de diertjes als een hondenspeeltje in hun omheining werd neergelegd? Of als er een mens binnenkwam? Gingen ze eropaf, op onderzoek uit? Of bleven ze timide in een hoekje zitten?
Het verging de nertsen niet best na hun vrijlating, zo bleek uit de gegevens van hun halsbanden. Na een paar maanden waren nog slechts zeven van de 25 uitgezette dieren in leven. De anderen waren doodgebeten door honden, katten, vossen of marters, onder een auto beland, omgekomen van de honger of van de radar verdwenen. Maar wat bleek: hoe durviger het individu, hoe groter de kans op overleving. Vergelijkbare resultaten werden gevonden bij de Amerikaanse moerasschildpad, waar het vooral de ondernemende dieren waren die zich goed konden redden na uitzetting in het wild.
The fast and the furious
Het succes van de vrijmoedige nertsen is niet verwonderlijk, stelt stressonderzoeker Christian Tudorache van de Universiteit Leiden. Over de precieze samenhang van persoonlijkheidskenmerken bij dieren wordt druk gedebatteerd, maar wat hem betreft kun je spreken van twee clusters aan persoonlijkheidseigenschappen in het dierenrijk: “Aan de ene kant heb je the fast and the furious. Daartegenover staan de reactieve dieren.”
De eerste groep is brutaal, ondernemend, agressief en competitief. Ze gaan op pad, stellen hoge eisen aan hun partners, voedsel en nestmateriaal. Ze leggen grote afstanden af, hebben een hogere lichaamstemperatuur, jagen er veel calorieën doorheen en krijgen veel nakomelingen. De reactieve dieren daarentegen doen het allemaal rustiger aan. Ze verplaatsen zich minder, hebben minder voedsel nodig, krijgen minder nakomelingen en proberen zich aan te passen aan de omstandigheden ter plekke. Je zou ze flexibele doorzetters kunnen noemen. Overigens zijn dit twee uitersten; het grootste deel van een populatie bevindt zich ergens tussen die extremen.
“Op basis van die eigenschappen kun je begrijpen dat de brutale dieren de beste papieren hebben als pioniers”, zegt Tudorache. Als een diersoort ergens is verdwenen, nemen andere dieren de vrijgekomen niche in. Ze bewonen het leefgebied en eten het lievelingshapje van die soort. “Je kunt je voorstellen dat je brutaal moet zijn om die niche vervolgens terug te claimen, om ruimte op te eisen. Als dat pionierswerk is gedaan, is er weer ruimte voor de afwachtende soortgenoten, die zich vervolgens goed staande kunnen houden op die plek.”
Koolmezen boven de poolcirkel
De nertsen in Estland hebben zelf geen invloed op de keuze voor een nieuwe habitat. Hoe zit het qua persoonlijkheid met dieren die wél op eigen gelegenheid naar nieuwe regionen uitwijken? Die vraag bestudeert hoogleraar dierpersoonlijkheid Kees van Oers van het Nederlands Instituut voor Ecologie voor de koolmees. Het vogeltje leeft van oudsher in grote delen van Europa. Van het zuidelijkste puntje van Spanje tot vlak onder de poolcirkel. Maar onder invloed van klimaatverandering hebben de dieren in het Spaanse zuiden het zwaar. Hitte en droogte zorgen ervoor dat hun aantallen afnemen.
Tegelijkertijd schuift het diertje op tot boven de poolcirkel – gebied waar koolmezen tot een paar decennia geleden niet leefden en waar de dieren te kampen hebben met extreme omstandigheden. Winterdagen waarop de zon niet opkomt, bijvoorbeeld.
Van Oers vroeg zich af wat voor dieren het zijn, die in de hitte en de droogte van de Spaanse Extramadura de rit proberen uit te zitten. En of die qua persoonlijkheid verschillen van de koolmezen die zich boven de poolcirkel hebben genesteld.
Om die vraag te beantwoorden, verzamelt het team eieren uit beide locaties – en als ijkpunt ook die van dieren in de meer gematigde Europese streken. In het bos bij Bennekom broeden pleegouders de eieren uit. De jongen worden vervolgens in het Wageningse lab grootgebracht en aan persoonlijkheidstests onderworpen.
Het onderzoek loopt momenteel en de eieren van de Spaanse verdragers zijn nog niet binnen. Maar de poolmezen zijn al wel uit het ei gekropen. Wat blijkt: ze zijn zo’n 10 procent exploratiever dan hun soortgenoten uit de oude populaties in gematigder streken. “Een gemiddeld verschil van 10 procent is flink in persoonlijkheidsonderzoek”, aldus Oers. En dat is dus nog niet in vergelijking met de Spaanse koolmezen, maar met het Europees gemiddelde.
De belangrijkste voorspeller voor áánwezigheid van de wolf is áfwezigheid van de mens – inclusief bijbehorende wandelpaden en picknickbankjes
Beeld buiten-beeld, afp
Vrijmoedige wolven
De grens tussen Nederland en Duitsland is minder wezenlijk dan die tussen arctisch en niet-arctisch gebied. Toch zou bij de wolven die vanuit Duitsland naar het westen trekken eenzelfde dynamiek kunnen spelen. Zouden het vooral ondernemende, vrijmoedige wolven zijn die de stoute schoenen aantrekken en op minder gebruikelijke plekken zoeken naar nieuw territorium? En zou dat een verklaring kunnen zijn voor het feit dat in Nederland relatief veel aanvaringen lijken plaats te vinden tussen wolf en mens?
Vanuit het Poolse oerbos van Bialowieza kijkt wolvenonderzoeker Dries Kuijper geïntrigeerd naar de opmars van de wolf in Nederland en de weerstand waar het dier hier op stuit. In Polen leven naar schatting een kleine 2500 wolven, maar hun aanwezigheid is nauwelijks een thema in het land. En terecht, stelt Kuijper, want wolf en mens gaan ieder hun eigen gang. Analyse van de locatiegegevens van wolven in het bos van Bialowieza, aan de grens met Wit-Rusland, toont wat bepaalt waar wolven zich het meest ophouden. De belangrijkste voorspeller voor áánwezigheid van de wolf is áfwezigheid van de mens – inclusief bijbehorende wandelpaden en picknickbankjes.
Een wolf in de achtertuin
Hoe is dat te rijmen met berichtgeving over wolven in Nederland die op klaarlichte dag dwars door een woonwijk lopen, of door de achtertuin van mensen? Kuijpers verklaring: “De wolf woont in een vaste roedel en de jongen verlaten die roedel na een jaar – als puber. Je kunt op je klompen aanvoelen dat de stoerste beesten het verst gaan in hun zoektocht naar een eigen plek, terwijl de voorzichtige wolven in bekend gebied blijven. Die stoere wolven, dat zijn de dieren die soms kriskras door Europa lopen. En die zo’n volledig nieuw, onontgonnen gebied als Nederland herontdekken. En het zou kunnen dat die dieren gemiddeld genomen ook minder angstig zijn voor mensen.”
Betekent dat dat we hier tot in de lengte van dagen zitten opgescheept met brutale wolven? Nee, zegt Kuijper. “Er zijn volop aanwijzingen dat die wolven, als ze zich eenmaal vestigen in een nieuw territorium waar ze jongen krijgen, terugvallen naar het meer natuurlijke wolvengedrag dat we kennen. Dat ze voorzichtiger worden en mensenschuw en zich weer vooral op natuurlijke prooien richten.”
Angst voor de mens zit diep in het systeem van de wolf, zegt Kuijper. Die zijn ze niet een, twee, drie kwijt. Ook als die wolven dichter op de mens leven. Hij werkt aan onderzoek met cameravallen en geluidsinstallaties in een bos in de drukkere Poolse kustregio. Wanneer een wolf bij de camera verschijnt, begint een bandje te spelen met ofwel mensenstemmen ofwel kraaien, uilen of andere bosgeluiden op eenzelfde volume en toon. In reactie op de mensenstemmen maakt bijna 90 procent van de wolven zich onmiddellijk uit de voeten. Bij het bosgeluidenbandje blijven de dieren doodgemoedereerd zitten. “De mens is door de eeuwen de belangrijkste vijand van de wolf geweest. En ondanks betere bescherming van het dier zijn we dat nog steeds. Denk aan aanrijdingen en jacht – al dan niet clandestien.”
Kuijper ziet in het aantal confrontaties tussen mens en wolf dat Bij12 in Nederland optekent ook niet per se een afwijking ten opzichte van het ‘onberekenbaar kleine risico’ dat de Noorse onderzoekers vaststelden voor heel Europa en Noord-Amerika. “Ook in Nederland hebben geen dodelijke aanvallen plaatsgevonden. Wel fysieke confrontaties, maar die in het wild lijken eerder botsingen dan echte bijtincidenten.”
Bevolkingsdichtheid in Nederland als verklaring
Gedragsecoloog Lysanne Snijders van de Wageningen Universiteit denkt niet dat we in Nederland van doen hebben met bovengemiddeld brutale wolven. Snijders is net als Kuijper lid van Team Wolf voor de Raad van Dieraangelegenheden (RDA) en werkt aan een overzicht van de meest effectieve reacties op incidenten tussen mens, hond en vee aan de ene kant en de wolf aan de andere kant.
Volgens Snijders gaat de tweedeling tussen fast en furious en reactieve dieren niet altijd op. Ze ziet minder samenhang tussen de verschillende proactieve, dan wel reactieve eigenschappen. “De afstand die puberwolven afleggen na het verlaten van de roedel is geen goede indicatie van brutaliteit”, stelt ze. “Het is een teken van activiteit, de neiging van het dier zich te verplaatsen. En die neiging zien we weliswaar vaker bij dieren die brutaler zijn, maar is daar niet een op een naar te vertalen.”
Snijders ziet vooral de bevolkingsdichtheid in Nederland, een kleine vier keer hoger dan in Polen, als verklaring voor de incidenten hier. “Maar”, besluit ze, “we hebben geen gegevens over persoonlijkheidskenmerken van wolven in Nederland, dus we kunnen ook niet uitsluiten dat persoonlijkheid een rol speelt.”
‘Ik snap niet dat er zo moeilijk wordt gedaan over het inzetten van een paintballgeweer of andere afschrikkende methoden’
Dries Kuijper
wolvenonderzoeker
Geen honden los laten lopen en eten opbergen
Of we nu van doen hebben met bovengemiddeld veel brutale wolven, of met ‘gewone’ pubers op zoek naar een eigen plek, de ecologen zijn het erover eens dat zowel mens als dier opgevoed moet worden om de relatie in goede banen te leiden. De crux daarbij is te voorkomen dat wolven positieve associaties met de mens ontwikkelen. Kuijper: “Die ingebakken angst voor de mens kan worden overstemd als het blijkt te lonen om mensen op te zoeken. Als dat voedsel oplevert.” Dus geen honden los laten lopen in wolvengebied en eten opbergen.
“Ook is het cruciaal om ons vee goed te beschermen om te voorkomen dat wolven leren dat daarin gemakkelijk eten nabij mensen is te vinden”, zegt Kuijper. “En echt uit den boze: wolven lokken met voedsel om een mooi kiekje te schieten. Dieren die ondanks die maatregelen tóch een positieve associatie hebben opgedaan met de mens moet je flink afschrikken, stellen zowel Kuijper als Snijders. “Ik snap daarom niet dat er zo moeilijk wordt gedaan over het inzetten van een paintballgeweer of andere afschrikkende methoden”, zegt Kuijper.
“Zoiets heb je echt nodig tegen dieren die hun angst voor mensen hebben afgeleerd.”
Ons bewuster zijn van de wolf en zijn handleiding, het is een kwestie van wennen, aldus Kuijper. “In Polen zijn die maatregelen zo vanzelfsprekend, daar hoor je niemand over.” We zijn het aan onze stand verplicht ook hier de moeite te nemen ons aan te passen, vindt hij. “Wij sturen geld naar goede doelen om de tijger in India of de olifant in Kenia te redden. Dieren die écht gevaarlijk zijn voor de mens. En dan krijgen wij in Nederland een dier terug waar prima mee samen te leven is en dan is het land – letterlijk – te klein.”>>
Bron stichting WenN
https://www.facebook.com/share/19Q3HSra ... tid=wwXIfr