

Vroeger zwaaide mijn moeder mijn vader altijd uit als hij ging werken. Dan gaven ze elkaar een kus en ging mijn moeder bij het raam staan. Mijn vader had risicovol werk en dat was hun routine, want je weet nooit hoe een dienst zou lopen. Toen de hond kwam tilde mijn moeder hem altijd op om mee te zwaaien. Op een gegeven moment ging de hond altijd gillen zodra ze elkaar een kus gaven en sprong hij zowat in je armen want 'we gaan zwaaien'. Hij had geen idee wat het was, maar we deden dat altijd en dan kwam de baas altijd terug

