Ik las laatst een slagzin op een potje honing. Die honing kwam van een kleine imker, hier net over de grens. Een oude baas, die het – voor zover wij het kunnen zien – goed op heeft met de natuur: de bijtjes en de bloemetjes.
Als kleine zadelmakerij hebben wij te maken met heel veel, heel grote zadelmerken, waarvan er vele, hele mooie en hele goede zadels maken. Bekijk je die markt nader, kom je al snel tot een hele grote groep (veelal diezelfde) merken, waarvan de productie in lage lonen landen plaats vindt. En zolang er geen sprake is van kinderarbeid, hebben jij en ik daar niets op tegen, toch?
Wie koopt er niet bij de ALDI? Dat ondanks het feit dat veel van het extra assortiment aldaar, uit lage lonen landen komt. Ik in ieder geval wel. Meer dan 50% van de Nederlanders rijdt in een auto, die uit landen als Korea en Brazilië komen, landen die er bekend om staan dat de inkomens per arbeider niet echt vet zijn. En als jij en ik televisie kijken of radio luisteren, komen die kleurtjes en toontjes uit elektronica die vrijwel zeker uit China, Maleisië of Indonesië komt. Qua lonen idem dito. Het beeld of geluid is er geen moment slechter door en laten we wel wezen, het spul is zeker niet slecht.
Toch zette die slagzin op dat potje honing me aan het denken. Een slagzin van een oude baas, die het heel simpel stelde:
“Bijen honing kun je gemakkelijk goedkoop importeren, het bevruchten en bestuiven van je eigen bloemen niet……” En zo is het.
MVG Louis