oomens schreef:HC: Ik weet dat het bij jullie in de bergen kan vriezen in de winter, maar hoe is het weer daar verder?
En de grond dus? Is het er in de winter veel natter (blubberiger) of is de grond juist hard bevroren?
En 's zomers? Is de grond bij jullie hard en droog (rivierklei?), of is het juist meer stoffig, mul zand?
Je zegt steeds dat een paardenhoef gevormd worden door de omstandigheden waarin het leeft maar ik ben toch benieuwd wát welke omstandigheden nu precies met een paardenhoef doen. Antwoord kan ook per PB
Spikey Blue geeft al een erg mooie voorzet.
De hoefwand zorgt voor de integriteit van de hoef.
De hardheid van de wand en zool zijn van invloed op de weerstand tegen slijtage.
De hoeveelheid afschuiving door de gang van het paard en de soort ondergrond bepalen hoe hoog de slijtbelasting is.
verder kan je bedenken dat de punt waar de hoefwand naar binnen vouwt (steunsels) de wand meer weerstand heeft tegen slijtage. Bij zachtere ondergrond slijt dit niet gelijk met de rest van de wand.
De hoek van de hoef is een functie van de integriteit van de hoefwand en de slijtage.
Dit samenspel moet je projecteren op de hoef van het ras en/of het specifieke paard.
Het locale klimaat híer is haast binair: fokking heet en 6 maanden geen regenval en alle regen in twee seizoenen die net te dicht op elkaar liggen om de grond te drogen. De kleipieken vriezen regelmatig keihard op.
Ons land is een stroomvlakte van een bergrivier; keien in kalhoudende klei. Globaal zes maanden betón, vier maanden zomp, twee keer een maand overgang.
Maximum gemeten zomertemperatuur in de wei was bijna ZESTIG!!! graden in de schaduw achter de drinkbak. Normaal is 35-40 graden, 's nacht 15-20.
Laagst gemeten nachttemperatuur was -15. Normaal is overdag 10-15 's nachts -5 - +5.
We hebben twee keer 'voorjaars'gewas. Rond deze tijd vallen de eerste buien maar staat de zon nog hoog genoeg en schiet het groen de grond uit. Omdat er de hele zomer nauwelijks vers groen is hebben we twee keer een potentieel laminitis-risico.
Voor onze paarden is asfalt met afstand de makkelijkste ondergrond die ze tegenkomen op een rit. Paden van aangewalst basaltsplit en keienterrein zijn de modale ondergrond op een rit.
Een gemíddeld (dus over de hele rit) hellings% van 10% is normaal. Op een rit met Bandida over bijna 40 kilometer was de totale stijging bijna 2200 meter en de daling uiteraard ook want we kwamen weer thuis uit
Bij vertrek was het 22 graden bij thuiskomst 38.
De hoogte lag tussen de 650 en 1100 meter. Ik rij regelmatig tot zo'n 1500 meter hoog. We wonen op 750.
De arbeid welke mijn paarden op een doorsnee rit verrichten ligt tussen de 150% en 200% van een even lange rit in NL. De hoeven moeten dit overbrengen op de ondergrond.
Ik rij soms 'terreindressuur-matig' een paar rondjes op twee verschillende motorcross-banen hier en dat vinden ze ontspanning.
Je begrijpt dat hun hoeven niet van veel nut zijn voor NL paardhouders.
hc