http://www.tctubantia.nl/sport/regionaa ... fokker.ece
tctubantia.nl
Bezoek van Europese paardenelite erkenning voor koers Stal Roelofs.
De overtuiging en zelfverzekerdheid van de baas spat met grote letters van de achterkant van de paardentruck die voor de deur staat van Stal Roelofs: 'Dé Formule: Joost x Abgar.'
Voor leken waarschijnlijk de abstractie zelve maar het gaat hier om de basis waarop de sportpaardenfokkerij van Stal Roelofs is gebaseerd. Met die twee hengsten begon in 1975 in Den Ham een eigenzinnig fokprogramma, uiterst consequent doorgevoerd en in de loop der jaren geperfectioneerd. "Heel veel fokkers zeggen dat ze consequent te werk willen gaan", zegt de geestelijk en financieel vader Herman Roelofs. "Maar er zijn er maar weinig die het doen. Ze gaan voor kort door de bocht, snel scoren. Ik niet", zegt de man die over zichzelf weleens schertsend zegt nog geen ezel van een paard te kunnen onderscheiden.
Het is schijn. Want Herman Roelofs heeft er wel degelijk een aardig oog voor. En hij is geen man van twijfels. Hij houdt van de rechte lijn, net zoals de wegen die zijn bedrijf maakt en waarmee de ondernemer uit Den Ham groot is geworden.
Inmiddels is hij ook behoorlijk groot in de paardenfokkerij. De hobbyist van dertig jaar geleden, volgens zijn dochter ooit begonnen met een paar pinken (jonge koeien-red) in een wei, beleefde gisteren echter zijn finest hour. De fine fleur van de Europese paardenfokkerij had Stal Roelofs uitgekozen voor een werkbezoek tijdens het jaarlijkse fokkerijsymposium. Een blijk van erkenning voor een visie op sportpaardenfokkerij die zijn tijd jaren vooruit was, zegt de ook aanwezige kenner Dirk Willem Rosie.
Die visie van Roelofs, zijn stalmanager Arnold Kootstra en verantwoordelijke voor de fokkerij en laboratorium Roeland de Kruijf is gebaseerd op een vroegtijdige beoordeling van de talenten van een jong paard. Niet zoals vele fokkers wachten totdat het op 3-jarige leeftijd voor de keuring moet maar reeds als veulen van een half jaar vaststellen wat de mogelijkheden en onmogelijkheden zijn.
Een filosofie waar lange tijd openbare twijfels over waren in de fokkerij, bij gebrek aan wetenschappelijke onderbouwing. Maar Roelofs en co hebben er nooit aan getwijfeld. Kootstra: "Paarden die als veulen van een half jaar al goed sprongen, deden dat zonder uitzondering ook als volwassen paard." Dat is de ervaring van zeventien jaar op die manier werken, daar heeft hij geen onderzoekster zoals die er gisteren ook was en dat bevestigde, voor nodig. "Het moeilijke is het grijze gebied, de twijfelgevallen. Die blijven we intensief volgen en vastleggen zodat we na drie jaar een goed beeld hebben of het wat kan worden of niet."
Onderdeel daarvan is ook het voortijdig via röntgenfoto's vaststellen of een veulen/jong paard verborgen gebreken heeft die erfelijk zijn. Vaak gebeurt dat pas bij een verkoop. In Den Ham niet. Als er maar iets aan mankeert is het einde verhaal: dan valt dat dier af, hoe veelbelovend het ook is op andere terreinen. "Juist dat is een van de sterke punten van Roelofs als fokker", zegt Rosie. "Hij benadert het zakelijk. De meeste fokkers zijn veel te emotioneel betrokken bij hun paarden, hun lijn en durven niet zo strak te selecteren."
Het was ook nodig, zegt Arnold Kootstra. "Toen ik hier kwam, hadden we wel 500 paarden. Dat was onbeheersbaar en onduidelijk." Nu zijn het er nog zo'n 180, nog steeds een enorm aantal, maar anderzijds ook nodig om alleen de besten te kunnen selecteren.
Het begint nu, na 30 jaar, steeds meer vruchten af te werpen. Bekende internationale toppaarden zijn VIP, Medoc II, Balaboeska R en Lamalushi. Het meest recente succes is Rubert R (de R van Roelofs, natuurlijk), de hengst die via stalruiter Marc Dijkstra en daarna Ben Schröder werd opgeleid naar het hoogste internationale niveau. En vervolgens voor een immens bedrag, ingewijden fluisteren dat het richting de 2,5 miljoen euro gaat, is verkocht aan de Engelse ruiter Peter Charles.
Dat zijn de krenten uit de pap. Maar vraag Herman Roelofs niet of er nog meer zullen volgen: dat weet hij wel zeker.