http://www.telesport.nl/columns/anky_va ... voren.html
telesport.nl
"Gaan we met z’n allen alleen nog maar naar het Nederlands voetbalelftal kijken?"
Moet de dressuursport anders? Frank Kemperman, directeur van CHIO Aken, wil graag de opzet van de internationale competitie aanpakken. Minder wedstrijden, met meer grote namen. Ik vind het nogal kort door de bocht. Waarom? Ik heb na het EK niet bepaald stilgezeten. Ik heb een Scandinavische tour achter de rug, enkele kleinere wedstrijden in Duitsland gereden en overzeese clinics gegeven. En wat ik overal aantref: de dressuursport leeft als nooit tevoren.
Oké, niet overal start de top tien. Sterker, in Scandinavië was het niveau een stuk lager. Maar het enthousiasme was enorm. Ik voel mij verantwoordelijk om op die plekken dressuurruiters handvatten te geven om zich te verbeteren in hun sport. Op die manier krijgt de dressuursport meer uitstraling.
Alleen nog maar topwedstrijden geven aan het publiek kan volgens mij nooit de bedoeling zijn. Dat geldt toch ook voor andere sporten? Gaan we met z’n allen alleen nog maar naar het Nederlands voetbalelftal kijken? Zijn wedstrijden als Willem II-VVV en Sparta-Excelsior ineens niet meer de moeite waard? Daar draaien toch een heleboel mensen warm voor en daarnaast hebben voetballers een dergelijk niveau toch nodig om hogerop te komen.
De dressuursport kent wel twee extra moeilijkheden: het opleiden en behouden van goede paarden en de politiek. Over het eerste kan ik kort zijn: het is lastig, maar je moet opleiden om aan de top te blijven. Dat velen niet in zo’n situatie zitten, heeft verschillende oorzaken. Ik licht er een uit: het (prijzen)geld. In de dressuursport is het niet eenvoudig je broek op te houden. De meeste amazones en ruiters moeten geld meebrengen naar concoursen. Dat is in de springsport toch anders. Neem Albert Zoer. Die heeft in slechts een paar weken tijd zeker een ton bij elkaar gesprongen. Dat krijg ik nooit voor elkaar. En dan zit ik nog in de positie dat ik vaak win.
Neem Jumping Maastricht, waar over twee weken een wedstrijd gepland staat voor de internationale top tien. Prijzengeld: 50.000 euro. Toch is deze wedstrijd gecanceld. Vier of vijf ruiters wilden niet komen, want het prijzengeld voor de nummers drie tot en met vijf was alweer zo laag, dat het niet meer rendabel was. Tegelijkertijd wordt er ook nog een wereldbekerwedstrijd georganiseerd in Denemarken. Daar kunnen de ruiters dan ieder geval nog punten bij elkaar rijden voor het wereldbekerklassement.
Dan de politiek. Ruiters hebben soms een heel strakke agenda. Ik kan daar best inkomen. Richting de Olympische Spelen van Peking ben ik ook heel secuur in mijn programma. Daarin worden met opzet enkele kleinere wedstrijden gepland. Want je kunt niet overal pieken. Je werkt naar een piekmoment, in dit geval Hongkong, toe. Soms rij je die kleinere wedstrijden, terwijl je thuis alleen maar de basis aan het trainen bent. Dan kan zo’n wedstrijd dienen om bepaalde dingen uit te proberen. Het kan dan wel eens mis gaan. Maar zulke fouten hebben dan niet zo’n impact voor je reputatie als tijdens een grote wedstrijd.
Dat is het typische van een jurysport. Natuurlijk wekt dat wel eens wrevel, maar je weet het als je eraan begint. Daarom geloof ik ook niet in Kempermans idee om een zomerserie te starten van drie, vier wedstrijden, waar iedereen zijn gezicht moet laten zien. Veel dressuurruiters zullen oordelen dat het niet in hun schema past of zullen de confrontatie met de concurrentie nog even willen uitstellen.
Als laatste graag nog een opmerking over het welzijn van het paard. Daar is de laatste tijd veel om te doen. De behandeling van paarden – of het nu om hun huisvesting, medicijngebruik of trainingsmethode gaat – ligt momenteel onder een vergrootglas. Ook de Nederlandse regering, met name het ministerie van Landbouw, buigt zich hier steeds vaker over. Ik vind dit een prima initiatief. Er zijn nog veel te veel plekken waar paarden niet goed worden behandeld. Wij moeten hier met z’n allen zeer alert op blijven.
Anky van Grunsven