Algemeen

Equitom is een Belgische paardenkliniek. Zij zijn gespecialiseerd in paardenchirurgie en bieden een brede waaier aan medische diensten: chirurgie, inwendige ziekten, orthopedie, medische beeldvorming en revalidatie. Ze hebben verschillende diagnostische mogelijkheden, waaronder radiografie, echografie, endoscopie (statisch en dynamisch), MRI, CT en scintigrafie. Zij delen regelmatig interessante casussen op sociale media. Dit zijn veelal bijzondere situaties, die je normaal gesproken niet bij een doorsnee dierenkliniek tegen zult komen. Wij zullen één keer per maand een casus met jullie delen. Deze keer vertellen ze je alles over het Wobbler Syndroom.
Waarom verliezen sommige paarden hun balans? Wat gebeurt er in hun nek? Kan het worden opgelost met een operatie? Lees snel verder om te begrijpen wat de oorzaken zijn, hoe het behandeld kan worden en wat de prognose is van cervicale (vertebrale) spondylo- of stenotische myelopathie, ook wel Wobbler syndroom genoemd.
Mijn paard is een “Wobbler”
Het Wobbler syndroom staat officieel bekend als cervicale (vertebrale) spondylo- of stenotische myelopathie (CVSM). Het is een relatief veel voorkomende aandoening bij paarden, met name bij warmbloedrassen. Paarden die deze neurologische ziekte krijgen, worden meestal “Wobblers” genoemd. Dit komt door hun ongecoördineerde, slingerende bewegingen, in het bijzonder van de achterbenen. Echter, de klinische symptomen gaan verder dan een simpel gebrek aan coördinatie. In milde gevallen worden de subtiele symptomen vaak verkeerd geïnterpreteerd of over het hoofd gezien.
De signalen van ataxie herkennen
Ataxie verwijst naar het verlies van coördinatie en proprioceptie (het vermogen om de positie van het eigen lichaam en lichaamsdelen waar te nemen-red.). Meestal wordt de achterhand als eerste aangetast, maar ook de voorbenen kunnen aangedaan zijn. De ernst wordt ingedeeld in klassen van 0 (normaal) tot 5 (liggend, kan niet meer opstaan).
Vertraagde proprioceptie: als het been van een paard op een abnormale manier staat (denk bijvoorbeeld aan gekruiste voorbenen), zal een gezond paard dit meteen corrigeren. Een paard met Wobbler zal dit met moeite doen of het been helemaal niet kunnen verzetten.
Ongecoördineerde bewegingen: bij het maken van een kleine volte of een achtje kan het problemen hebben met de beenzetting of uitzwenken, met name met de achterhand.
Moeite met achterwaarts gaan.
Symptomen verergeren op hellingen: zwakte in de achterhand bij het heuvelop of heuvelaf gaan.
Verminderde spanning in de staart en instabiliteit als de staart zijwaarts wordt bewogen tijdens het stappen.
Beperkte mobiliteit van de nek: paarden kunnen stijfheid of pijn tonen als de nek met de hand wordt gebogen.
Soms laten Wobblers ook subtiele kreupelheid zien aan de voorbenen, zonder een duidelijke orthopedische oorzaak. In zulke gevallen moeten de nekwervels tot in detail worden onderzocht.
Sportpaarden met milde ataxie kunnen overspringen, overkruist galopperen of ‘bunny hops’ tonen in de galop. Als in de wei rennen, kunnen ze vaker struikelen of vallen. Dit maakt het onveilig om deze paarden te rijden.
Ervaren ruiters kunnen deze abnormale bewegingen voelen voordat ze tijdens klinisch onderzoek zichtbaar worden. Daarom is het cruciaal om te luisteren naar de zorgen van de ruiter.
De diagnose. En dan?
Als bij een neurologisch onderzoek ataxie wordt bevestigd in klasse 1 t/m 5, is verder onderzoek noodzakelijk om de onderliggende oorzaak te vinden. CVSM is gebruikelijk, maar andere mogelijke oorzaken moeten eerst uitgesloten worden. Denk hierbij aan:
- aangeboren afwijkingen
- breuken van of een trauma aan de nekwervels
- tumoren
- infecties als rhinopneumonie of abcessen
- parasieten (EPM)
- vergiftiging
Wat is de oorzaak van druk op het ruggenmerg?
Op sommige plekken in de nek kan vernauwing optreden van het ruggenmerg (stenose), dit kan zorgen voor ontstekingen en zenuwstoornissen. Dit kan dynamisch of statisch zijn.
Dynamisch: dit treedt alleen op als de nek in bepaalde posities wordt gedragen (bijvoorbeeld door buigen tijdens het rijden).
Statisch: hierbij ontstaat constante druk, ongeacht de houding van de nek. Over het algemeen is dit ernstiger en urgenter.
De meest voorkomende oorzaken van deze druk
Subluxatie: verschil in uitlijning tussen de wervels.
Artrose in de facetgewrichten: groter of dikker worden van deze kleine gewrichten kan ervoor zorgen dat het ruggenmerg smaller wordt. Soms komt dit door een trauma of fragmenten van OCD.
Problemen met de tussenwervelschrijven: een hernia van deze schijven, afbraak ervan of uitpuilend in het ruggenmerg.
Afwijkingen of uitsteeksels aan de botten.
Blessures aan de gewrichtsbanden, die leiden tot instabiliteit.
Geavanceerde beeldvorming is noodzakelijk
Om de diagnose te bevestigen worden er röntgenfoto’s genomen van het hoofd en de complete nek, van de aanzet tot en met de eerste borstwervel. Hierop kunnen misvormingen, artrose, vernauwingen of breuken te zien zijn.
De beste manier om de diagnose te stellen, is echter een CT-scan met myelografie. Het paard wordt onder algehele narcose gebracht waarna een contrastvloeistof in het ruggenmerg wordt geïnjecteerd. Dit laat zien waar de vernauwingen zitten en de vloeistof dus niet kan passeren. De CT-scan levert ook een 3D-beeld op van de nekwervels, waarop zowel verticale (dorsoventrale) als laterale (van links naar rechts) druk te zien is.
Inspanningsröntgenfoto’s tijdens buigen en strekken kunnen dynamische druk laten zien, die alleen bij bepaalde bewegingen voorkomt.
Behandelmogelijkheden
Operatie
Het doel van een operatie is om de druk van het ruggenmerg te halen en de nekwervels te stabiliseren door middel van een implantaat. Deze verbindt twee aangrenzende nekwervels, maakt botherstel mogelijk en zorgt voor een permanente uitlijning van de wervels. Zelfs gewrichten die ernstig vergroot of verdikt zijn, kunnen weer krimpen als de stabiliteit is hersteld. De operatie duurt gemiddeld 1,5 uur en is intussen een routineoperatie bij Equitom. In het geval dat er meerdere drukpunten zijn, kunnen meerdere implantaten worden gebruikt.
Behandeling met medicijnen
In milde gevallen kan een gerichte injectie met corticosteroïden, direct in het aangetaste gewricht tijdelijk verlichting geven. Echter, dit is zeer zelden effectief op de lange termijn en niet geschikt voor middelzware of ernstige gevallen.
Na de operatie
De prognose is afhankelijk van:
leeftijd: een jong paard herstelt sneller
hoe snel de diagnose is gesteld en de behandeling gestart: een operatie binnen zes weken na het optreden van de eerste symptomen vergroot de kans op herstel significant.
type druk: dynamische drukproblemen hebben vaak een beter resultaat dan de statische.
aantal drukpunten: een drukpunt op één plaats heeft een betere prognose dan meerdere drukpunten op verschillende plaatsen.
de klasse van ataxie: en hogere klasse is een indicatie van meer schade en urgentie.
Een volledig herstel kan tot wel 18 maanden duren. Veel paarden die geopereerd zijn, kunnen weer uitgebracht worden in de sport, op alle niveaus. Ze kunnen weer deelnemen aan springen, dressuur, rensport, endurance en nog veel meer.