KWPN
Algemeen
Voor- en tegenstanders van de wolf liggen mijlenver uit elkaar. Bij paardenhouders zorgt de wolf vooral voor kopzorgen met heftige reacties en emoties als gevolg. Vooralsnog heeft hij een streng beschermde status en is preventie de enige optie. Het KWPN Magazine ging met meerdere betrokkenen in gesprek om de stemming te peilen. Hoe gaan paardenhouders in praktische zin met de wolf om?
Er zijn in Nederland vier plekken waar de wolf zich officieel heeft gevestigd: Friesland, Drenthe, Noord-Brabant en Gelderland. Een oproep naar ervaringen van paardenhouders en hun omgang met de wolf leverde een groot aantal reacties op, waaruit duidelijk werd dat veel fokkers en paardenhouders leven met zorgen. Het merendeel van die reacties komt uit Drenthe, waar de overlast het grootst lijkt vanwege de afwezigheid van herten en zwijnen: zij staan daar dus niet op het menu en dan wijkt de wolf uit naar hoofdzakelijk schapen, maar soms ook andere dieren.
Ermee leren leven
Barbara Brugge uit het Drentse Ruinen schreef: “Onze boerderij grenst direct aan het Nationaal Park Dwingelderveld, waar de wolf gevestigd is. Ik hield mijn vier paarden altijd in een aan mijn weiland grenzende paddock met een open inloopstal, maar dat voelde niet meer veilig. Ik heb mijn inloopstallen dichtgemaakt, dat betekende wel meer werk en kostte meer geld. Sinds vorig jaar zet ik mijn paarden na zonsondergang op stal. Zeker toen er veulens en jaarlingen bij liepen, voelde ik de urgentie om voor de schemering en het donker thuis te zijn. Er is komend voorjaar weer een veulen op komst en ik vraag me af of de wolf, al dan niet in een roedel, zo brutaal zal zijn om over de stalwand heen te springen/klimmen. Ik ben overigens niet bang voor de wolf, loop gerust ’s avonds in het donker met mijn teckeltjes door het bos hiernaast. Ik rijd mijn paarden ook gewoon ’s avonds, maar ik steek mijn hoofd nou ook weer niet in het zand. De wolven zijn er tenslotte wel. Er zijn zoveel stemmen die alleen maar brullen dat de wolf afgeschoten moet worden, dat vind ik zo’n onrealistisch beeld. We moeten ermee leren leven en als daar later afschot bij gaat horen, omdat het er teveel worden, dan is dat zo.”
Danig veranderd
Annet Muller-ter Veen woont midden in het Drents-Friese Wold en zij kijkt er anders tegenaan. “Mensen beseffen vaak niet dat wolven ook van buiten de omheining schade kunnen toebrengen aan onze dieren en dat wolfwerende rasters funest zijn voor paardenbenen. In februari 2022 waren er twee wolven aan de buitenzijde van mijn afrastering. Ik was in de stallen aan het werk en werd gealarmeerd doordat mijn paarden paniekerig heen en weer galoppeerden. Toen ik ging kijken wat er aan de hand was, zag ik de twee wolven. Mijn ene paard heeft zich toen dermate geblesseerd dat ik haar enige tijd later heb moeten laten inslapen. Mijn paardenhobby is daardoor danig veranderd. Ik rijd nooit meer alleen in het bos. Ik zet mijn paarden meer op stal dan ik eigenlijk zou willen, ik heb overal camera’s hangen en ik durf geen veulens te fokken, omdat ik ze te kwetsbaar vind en mij teveel zorgen over ze zou maken.”
Belangrijk dossier
Voor de Sectorraad Paarden is de wolf een belangrijk dossier. SRP-secretaris Mieke Theunissen wil graag benadrukken dat de SRP geen wetgever is en dat de wet- en regelgeving rond de wolf niet door hen opgesteld is. “Beheer van de wolf is niet mogelijk, omdat de wolf een beschermde status in Europa heeft”, legt Mieke uit. “Het is verboden om wolven te doden, vangen en opzettelijk te verstoren. Echter, recent heeft het Europees Parlement een resolutie aangenomen over het aanpassen van de beschermingsstatus van de wolf. Als Sectorraad Paarden blijven we benadrukken dat als de maatschappij ervoor kiest om wolven een plek in Nederland te geven, diezelfde maatschappij ook de partijen moet ondersteunen die schade ondervinden van de wolf. Dat betekent dat preventie tegen én schade door wolven, waaronder indirecte schade, volledig en snel moet worden vergoed.”
Wolfwerende maatregelen
Wat de wolfwerende maatregelen betreft adviseert de SRP om te beginnen met een inschatting te maken van het risico op een aanval van een wolf. Bekijk of u in een gebied zit waar de wolf actief is. Zit u in een gebied met een actieve wolf? Bekijk dan welke preventieve maatregelen u kunt nemen. Wanneer de wolf aanvalt, gaat het vaak om oudere, zwakkere of kleine dieren, die onvoldoende beschermd zijn. Niet alleen door een wolfwerende afrastering, maar ook door het kuddeverband waarin ze in de wei staan. De wolf is een opportunist: hij kiest kwetsbare dieren, waartegen hij meer kans maakt. Daarom is het aan te raden om dieren, zeker merries met veulens en kleinere pony’s in de nacht op stal te zetten. Bent u niet in de gelegenheid om kwetsbare dieren ’s nachts op stal te zetten? Zorg voor een goede omheining met een wolfwerende buitenzijde. Het gebruik van adequate afrasteringen met stroom(-draden) wordt zeer aanbevolen. Het basisprincipe aan de wolfwerende (buiten)zijde is een hoogte van 120 centimeter, voorzien van stroomdraden, met hoogstens 20 centimer tussen de onderste draden en een spanning van minstens 4.500 Volt. Schade door wolven valt niet geheel uit te sluiten, maar de kans op een aanval door de wolf kan wel sterk beperkt worden door de inzet van preventieve maatregelen.
Subsidie
Jan Veenstra uit Wateren is bestuurslid bij het KWPN in Drenthe. Van de provincie kreeg hij subsidie voor het plaatsen van wolfwerende afrastering rondom zeven hectare. “Wij wonen midden in een gebied waar een roedel wolven leeft. Mede door subsidie van de Provincie Drenthe hebben we deze zomer rond onze weides, zeven hectare in totaal, de wolfwerende afrastering kunnen plaatsen. Deze subsidie was grotendeels dekkend, maar niet helemaal afdoende. En daar komen alle arbeidsuren nog bij. De hoeveelheid werk viel tegen. Ik heb een paar weken vakantie genomen voor het plaatsen van de afrastering. Dat kost ook geld, maar daar is overheen te komen. Wanneer je het materiaal niet vergoed zou krijgen, is het plaatsen van zo’n wolfwerende afrastering niet te doen, daar zou een normaal mens een lening voor moeten afsluiten”, licht Veenstra toe. In praktische zin is het buitenzetten en binnenhalen minder eenvoudig. “Normaal doe je bij de weide één of twee draadjes los om je paard erin te zetten. Nu zijn dat er zeven. Dat is lastig en veel meer werk. Het voordeel van de afrastering is wel dat we rustiger kunnen slapen. De pensionpaarden en onze eigen paarden staan binnen. We kunnen nu in elk geval zeggen dat we er alles aan hebben gedaan. Mocht er iets gebeuren, dan kan er niet met de vinger naar ons gewezen worden dat we te weinig hebben gedaan.”