Sport

Bokt-draver Madness in actie tijdens een koers in Wolvega. Foto: bokker janouk
Zoals jullie hebben gemerkt, neemt de drafsport binnen Bokt een enorme vlucht. Dit is met name te danken aan gebruiker janouk, samen met het paard Madness. Zij kocht hem samen met een vriendin en houdt hier een topic over bij op Bokt. Nou zullen er ongetwijfeld bokkers zijn die totaal geen idee hebben wat drafsport precies is, wat dit inhoudt en hoe het allemaal werkt. En dat is begrijpelijk, want drafsport is een bijzondere discipline binnen de paardensport. Om deze mensen een eindje op weg te helpen, hebben wij van de Bokt Nieuwsredactie een reeks artikelen geschreven. Dit artikel is deel 1.
Wat is drafsport?
Drafsport is een aparte discipline binnen de paardensport, die vaak in één adem wordt genoemd met de rensport. En dat is logisch, want in beide disciplines gaat het erom dat je zo snel mogelijk een traject aflegt van start naar finish. Degene die als eerste over de finish komt, is de winnaar. En toch zijn er wezenlijke verschillen tussen deze twee takken van sport. In de rensport wordt het paard gereden door een jockey die op het paard zit, in de drafsport door een pikeur op de sulky achter het paard. Een uitzondering hierop is de monté koers, hierbij zit de jockey wel bovenop het paard. Een ander verschil is dat in de rensport gereden wordt in een snelle galop, de zogeheten rengalop. Bij de drafsport is alleen de draf toegestaan, de naam zegt het eigenlijk al. Telgang en galop zijn bij een draverij niet toegestaan. Toont een paard deze gangen, en wordt deze niet snel genoeg gecorrigeerd, dan wordt deze gediskwalificeerd en uit de koers gehaald. Dit geldt uiteraard ook voor een paard dat onregelmatig draaft. Een draverij gaat erg snel, de gemiddelde snelheid van een draver ligt tussen de 40 en 50 kilometer per uur, hierin zijn uitschieters mogelijk tot wel 55 kilometer per uur.
Geschiedenis van de drafsport
Hoe oud de drafsport precies is, is niet bekend. Wel is duidelijk dat deze sport al eeuwenlang beoefend wordt. Niet alleen in Europa, maar bijvoorbeeld ook in Noord-Amerika, waar kolonisten al aan harddraverijen deden. Vooral op jaarmarkten werden vaak kortebaandraverijen gehouden, om publiek aan te trekken. Dit waren vooral kortebaanraces, waarbij paarden twee aan twee over een baan van circa 300 meter liepen. In elke plaats die ergens belangrijk voor was, werd er minimaal één keer per jaar een draverij gehouden. De prijzen bestonden vaak uit allerlei gebruiksvoorwerpen, zoals een tabakspot of theeservies, uitgevoerd in zilver. Echt belangrijke wedstrijden reikten een zilveren zweep uit aan de winnaar. Ook het paardenras de draver bestond destijds nog niet. De harddravers waren meestal boerenpaarden die harder konden draven dan hun soortgenoten. Pas in de 16e, 17e en 18e eeuw waren er echte dravers, zoals de Hollandse harddraver. Dit ras stond bekend om zijn natuurlijke drafactie en was erg populair in heel Europa. In die tijd werd er ook niet gedraafd voor een wagen, maar zat men op de rug van het paard. Zadels en stijgbeugels bestonden nog niet, in plaats daarvan werd er een deken op het paard gelegd. Dit was ook het begin van de monté koers zoals we die tegenwoordig nog steeds kennen. Pas vanaf de tweede helft van de 19e eeuw volgde de omschakeling naar het draven voor een wagentje, dat werd uiteindelijk de sulky zoals wij die nu kennen. Ook de langebaandraverij kwam in opkomst, in 1844 werden de eerste edities hiervan verreden. In die tijd werden ook de eerste draf- en renbanen aangelegd.

De finish op een grasbaan, in dit geval de drafbaan in Emmeloord. Dit is een van de kleinere
drafbanen in Nederland. Foto: JPitty
Zoals hierboven al te lezen viel, zijn er verschillende drafbanen. In Nederland kennen we drie grote professionele drafbanen, dit zijn:
- Duindigt in Wassenaar (Zuid-Holland)
- Victoriapark in Wolvega (Friesland)
- Alkmaar ZEturf Arena in Alkmaar (Noord Holland)
In Groningen was ook een professionele drafbaan, maar deze is in 2021 opgeheven en is een evenemententerrein geworden. Naast deze grote drafbanen zijn er ook vijf kleinere, recreatieve drafbanen in Nederland. Deze vind je in:
- Emmeloord (Flevoland)
- Joure (Friesland)
- Leek (Groningen)
- Eenrum (Groningen)
- Aduard (Groningen)

Een sulky, hierop zie je goed de voetsteuntjes en het zitje
waar de pikeur op plaatsneemt. Foto: JPitty
De kortebaandraverij wordt vaak verreden op een verharde weg die met zand wordt bedekt. Deze baan is altijd kaarsrecht en is 300 tot 325 meter lang, vanaf de start tot de plek waar de paarden de baan weer verlaten. De kortebaandraverij is vaak een volksfeest. In circa 30 plaatsen wordt er jaarlijks eentje georganiseerd.
De sulky
Om aan aan draverij mee te doen, heb je naast een draver ook een sulky nodig. Een sulky is een licht wagentje met twee wielen, dat achter de draver wordt gehangen. Hiervoor wordt een speciaal mechanisme gebruikt, het Quick Hitch - of kliksysteem. De banden zijn gevuld met lucht, daardoor kan het helaas een keer gebeuren dat een pikeur bandenpech krijgt tijdens de koers. Tussen de banden is een klein zitje voor één persoon bevestigd. De pikeur gaat hierop zitten en steekt zijn benen naar voren, parallel met de gebogen bomen van de sulky. Zijn voeten plaatst hij in speciale voetensteunen. Een sulky weegt meestal niet meer dan zo'n 18 kilogram.
Veiligheid
Uiteraard is het belangrijk dat de pikeur veilig bij de finish komt. Gelukkig gebeuren er in de drafsport niet vaak ongevallen, maar helemaal uitsluiten kun je het ook niet. Om bij een ongeval letsel bij de pikeur te voorkomen, zijn een goedgekeurde veiligheidshelm en bodyprotector verplicht. Zij moeten de grootste klap opvangen en voorkomen dat de pikeur ernstig gewond raakt.
De pikeurs
Er zijn twee soorten pikeurs, de beroepsrijders en de leerling-pikeurs. De beroepsrijders, de naam zegt het ook al, doen dit voor hun werk, het is hun beroep. Zij rijden de paarden in de koersen en combineren dit soms ook met het trainen van dravers. Een pikeur kan ook in dienst zijn van een trainer, of in dienst van een eigenaar. De leerling-pikeur is een pikeur die nog in opleiding is om uiteindelijk pikeur te worden. Het gewicht van een pikeur is bij een normale drafbaan niet heel belangrijk. De sulky zorgt ervoor dat het gewicht uitgebalanceerd wordt. Of de pikeur dan 65 kilo of 85 kilo weegt, is niet belangrijk. Bij een zware baan, bijvoorbeeld door regenval, wil het wel eens gebeuren dat de banden van de sulky wegzakken in de bodem. Dan is een lichtere pikeur wel een voordeel. Hoe lichter de pikeur is, hoe sneller deze in dat geval bij de finish komt. Niet iedereen mag zich zomaar pikeur noemen, hier gaan een jarenlange opleiding en theoretische- en praktijkexamens aan vooraf. Als de pikeur slaagt, krijgt hij een rijvergunning en mag hij de baan op. Een leerling-pikeur krijgt een voorlopige rijvergunning. Deze kun je ook halen als eigenaar van een draver. Hiervoor moeten wel enkele examens en een rijtest worden afgelegd. Deze voorlopige vergunning kan overigens ook worden ingetrokken. Dit gebeurt als de houder ervan zich niet aan de regels houdt. De minimale leeftijd die een pikeur moet hebben, is 18 jaar. Leerling-pikeurs en montéjockeys kennen een minimumleeftijd van 16 jaar. Dit klinkt als een flink eisenpakket, maar dat heeft alles te maken met de veiligheid, zowel die van de pikeur zelf als die van de paarden en de andere pikeurs. De ervaren pikeurs mogen nooit de dupe worden van onervaren of roekeloos rijdende nieuwkomers. Tevens is het belangrijk dat de paarden in handen zijn van capabele rijders. Op die manier kunnen mensen ook weloverwogen een gokje wagen op de renbaan.
Als je op de drafbaan kijkt, zie je dat de pikeurs vaak kleurrijke kleding en helmcovers dragen. Deze kleuren worden geregistreerd in een database. Een pikeur rijdt elke koers in dezelfde, geregistreerde kleuren. Op deze manier kunnen de pikeurs vanop een afstandje duidelijk herkend worden en onderscheiden van hun collega's. Elke pikeur heeft een eigen, uniek kleurontwerp. Voor elke nieuwe pikeur wordt er ook gezocht naar een combinatie van kleuren, patronen of beide. Ook eigenaren van paarden kunnen een kleurcombinatie laten registreren. Als de eigenaar dat wil, zal de pikeur die kleuren dragen tijdens de koers.


Met haar kennis en ervaring voor mij ook een bron van kennis. En dat geldt ook voor anderen hier op Bokt.
.
!!
. Niets persoonlijks tegen Janouk overigens, super leuk wat er over Madness gedeeld wordt! Maar noem dan geen namen.
. Janouk post met veel gevoel en humor over Madness , legt veel uit (net als Ruitje altijd deed en doet) en het directe contact tussen trainers, pikeurs en Bokt door op onze vragen te antwoorden, maakt Madness en zijn wedstrijden wel extra gaaf om te volgen. We krijgen echt een kijkje in de keuken daardoor door de verbinding met de pikeurs, Madness en zijn trainer en andere eigenaar van Madness.
