Algemeen
Afbeelding ter illustratie. Foto: Marlies Trap Fotografie
De beslissing van de Brusselse ondernemingsrechtbank van september 2021 om dierenrechtenorganisatie GAIA te verplichten haar campagne over Zuid-Amerikaans paardenvlees met onmiddellijke ingang stop te zetten, was onterecht. Dat heeft het Brusselse hof van beroep op 6 december beslist, zo meldt GAIA en blijkt uit het arrest van het hof. De ondernemingsrechtbank had GAIA ook dwangsommen opgelegd, maar die moeten nu worden vrijgegeven aan de organisatie.
In het najaar van 2021 had GAIA een campagne op poten gezet, waarin ze beweerde dat ingevoerd Zuid-Amerikaans paardenvlees afkomstig was van mishandelde dieren. In haar campagne doelde de dierenrechtenorganisatie voornamelijk de verkoop van paardenvlees door warenhuisketen Carrefour.
De federatie van vleesbedrijven, Febev, en twee handelaars in paardenvlees, Equinox en Chevideco, waren meteen naar de ondernemingsrechtbank gestapt met de vraag om via een stakingsbevel een einde te maken aan de campagne. Volgens hen was die in strijd met de eerlijke handels- en marktpraktijken, en bevatte ze "onware, misleidende en ongefundeerde informatie die een schadelijke aanval inhoudt op hun reputatie".
GAIA daagde niet op voor de ondernemingsrechtbank en werd dan ook bij verstek veroordeeld. Ze moest haar campagne staken, op straffe van een dwangsom van 1.000 euro per dag. De dwangsom was wel beperkt tot 250.000 euro en het stakingsbevel gold enkel tot 31 december.
De dierenrechtenorganisatie ging tegen de beslissing in beroep en heeft nu gelijk gekregen. Volgens het hof van beroep waren de vorderingen van Febev, equinox, en Chevideco ongegrond.
"De betwiste campagne is geen commerciële campagne en strekt er niet toe om consumenten te lokken en ertoe aan te zetten de producten van GAIA te kopen, waarbij die consumenten moeten beschermd worden tegen een economisch sterkere contractspartij"[i], luidt het in het arrest. [i]"Bij het voeren van de campagne handelt GAIA niet uit eigen belang in de zin van het stimuleren van de verkoop van haar eigen producten, maar treedt zij op als verdediger van de belangen en rechten van dieren."
Nog voerde GAIA terecht aan dat zij niet actief is in de sector van de import van paardenvlees uit Zuid-Amerika, aldus het hof. De campagne van GAIA kon dan ook niet vallen onder het toepassingsgebied van het Wetboek van economisch recht, zodat er geen sprake kon zijn van een inbreuk op de eerlijke handels- en marktpraktijken.
"Het is de invoerders van paardenvlees en hun Belgische federatie van het vlees niet gelukt GAIA monddood te maken en ons financieel te schaden", reageert GAIA-voorzitter Michel Vandenbosch. "GAIA zal nooit zwijgen over de mishandeling van de paarden in Latijns-Amerika. Dankzij dit belangrijke arrest kan GAIA de dieren via campagnes als 'Carrefoert' blijven verdedigen en onthullen wat de eisende partijen uit eigenbelang minimaliseren en verborgen willen houden: het voortdurende, systematische leed van duizenden Latijns-Amerikaanse slachtpaarden."
GAIA is dan ook vast van plan de draad van de campagne zo snel mogelijk weer op te nemen, klinkt het nog.