Tips van de Top: Flexie in de halswervels

Moderators: Essie73, Polly, xingridx, Firelight, Ladybird, Muiz, Mjetterd, NadjaNadja, ynskek

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
Nieuwsredactie

Berichten: 14555
Geregistreerd: 20-04-16

Tips van de Top: Flexie in de halswervels

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 18-06-22 17:18

KNHS.nl
Algemeen

Afbeelding
Het skelet van een paard, het getal 3 duidt de nekwervels aan.
Foto: bokker Fairie/ Bokt Wiki


Elke week geven we je een tip van onze beste trainers en coaches waar je thuis mee aan de slag kunt. De onderwerpen en disciplines waarover zij je tips gaan geven lopen uiteen. Ze hebben echter één ding gemeen, het paard! Daarbij staat bij alles wat we doen het welzijn van het paard voorop. Deze week een mooie uitleg door fysiotherapeut Jarko Dun, over flexie in de halswervels van het paard.

'Het is belangrijk dat je leert over biomechanica omdat je dan weet wat het paardenlichaam wel en niet kan'.

De relatie tussen skelet en bewegen
Het skelet van een paard groeit met name de eerste maanden enorm. In het eerste levensjaar wordt vaak ongeveer 65 procent van de totale groei bereikt. Er is aangetoond dat met name de aanleg van kraakbeen en de weerstandsopbouw tegen forse belasting in de eerste levensmaanden plaatsvindt. Natuurlijk zijn de benen enorm belangrijk, maar al te vaak vergeten we echter de bouw en functie van de wervelkolom. Er is aangetoond dat er enorme verschillen bestaan in de manier waarop paarden hun rug bewegen tijdens het voortbewegen. Er zijn in principe drie bewegingsmogelijkheden in de ruggengraat:
1. De rek- en strekmogelijkheid in de lengte (flexie en extensie).
2. In zijwaartse richting (lateroflexie).
3. Om de lengteas (rotatie).

De maximale bewegingsmogelijkheden per werveldeel verschillen erg; In de hals is veel beweging mogelijk, op borstniveau erg weinig, in de lendenen weer meer en ook in het bekken is enige beweging mogelijk.

Dressuurpaard en wervelkolom
Voor de dressuur zijn met name de bovengenoemde drie mogelijkheden van bewegen erg belangrijk. Om een paard verzameld te krijgen zal er immers veel moeten gebeuren in de wervelkolom. Om korter te worden moeten de boogvormen in de wervelkolom sterker worden opgebogen (flexie), waarbij de hals omhoog komt, de schoft vrijer komt te liggen en de schouderbladen meer vrijheid krijgen. Hierdoor kan het voorbeen makkelijker worden weggezet. Meestal zal de rug iets zakken, het kruis wordt ronder, en de achterbenen kunnen meer dragen en minder stuwen. De hoeken in sprong en knie worden dan meer gesloten, waardoor spieren een groter moment moeten overwinnen. Bij het opspannen van de wervelkolom wordt als het ware de opgeslagen energie in de boogvorm (min of meer een opgevouwen veer) veel groter. Als het paard daarmee leert omgaan, kan het plotseling ontspannen van de veer in zeer korte tijd een enorme hoeveelheid energie genereren. Hierbij moet uiterst voorzichtig worden omgegaan met het lichaam van het paard. Zoals in de video wordt vertelt is te veel flexie op één punt in verhouding tot andere punten niet goed. Op dit punt komt dan te veel druk te staan.

Springpaard en wervelkolom
Ook voor het springpaard is een correct gebruik van de wervelkolom essentieel. Vlak voor het afzetten voor de hindernis moet de buiging in de wervelkolom van de borst, lendenen en kruis maximaal zijn, zodat de achterhand optimaal ondergebracht kan worden. De wervelkolom in de hals wordt daarbij juist maximaal gestrekt. De optimaal gespannen veer in de rug leidt dan tot een optimale afzet van de achterhand. Om de veer te spannen moet je heel gedoseerd de energie opwekken en opslaan in de veer. Daarom moet je de veer van twee kanten ondersteunen: van voren is het vooral begrenzen en contact (onder)houden (via de teugels), van achteren wordt de veer voorzichtig onder spanning gezet door het drijvende been. Uit onderzoek is inmiddels gebleken dat ook de voorbenen meedoen in het opbouwen van de veerspanning, het paard duwt zich als het ware op.

Op KNHS.nl is een video over dit onderwerp te zien.